500 159 100 25 ZATERDAG 1! DECEMBER. Fa. BEID[«0K 8 VAN R001 '58e Jaargang! UitgaveFiima F. ÏIU DE ÏEIDE Jf, Kleine M\ 58, flissingen. Telefoen Interc. 10. He-schijnt dagelijks, nitgasideid op Zondag en algemeen erkende Christ lijke Feestdagen. Bij deze Courant beheert een Bij Genève en Den Haag K4MER0VFRMHT. I BINNENLAND S Haringplaats MIDDELBURG INGEZONDEN STUKKEN ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren f2.20 per drie maanden. Franco door het geheele rijk f2 50 Voor België f4.15. Voor overige landen der Post-Unie f 4.70. Afzonderlijke nummers 5 cent. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1—4 regels f 1.10 voor iedere regel meer 26 ct. Familieberichten van 1—6 regels f 1.70. Bij abonnement speciale prijs. Reclames 52 ct. per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen 13 ct. per regel. De abonné's, in 't bezit eener Polis, zijn GRATIS verze kerd tegen ongelukken voor: Ten slotte is dan na groote weder waardigheden en moeilijkheden, in de voornaamste der Zwitsersche steden een vergadering bijeengekomen en zijn sedert eenigen tijd de beraadslagingen begonnen van de vertegenwoordigers der overgroote meerderheid van het wereldstaten-complex. Het is niet de een of andere afzonderlijke raad die ginds vergadert, geenszins. Het is een groote bijeenkomst in gemeenschappe lijk overleg van een aantal der kundig- ste mannen van elk land, hetwelk zij vertegenwoordigen, die daar de hoof den, en mocht het zijn, ook de harten bijeen neigen, om over het welzijn en de toekomst der wereldstaten gewichtige besluiten te nemen. Die vergaderingen, zij dienen voor ailes niet onderschat té worden. Wij zijn door de bitterste ont goochelingen en teleurstellingen daar toe gekomen, 'om thans minder dan ooit in een idealistisch streven vertrouwen te stellen. Wij hebben over heel de wereld niet het principe van broederschap, maar wel het beginsel, dat macht ook recht zou zijn, zien zegevieren. Wij hebben verscheidene jaren achtereen de gruwelijkste misdaden zien plegen in naam eener gerechtigheid, die mets an ders dan eigengerechtigheid is geweest. En zoo heaen ten dage nog overal on rust, onzekerheid, zorg voor het heden en vrees voor de toekomst heerscht, het is juist daaraan te wijten, dat de schoonste woorden en belotten maar woorden en wind gebleken zijn en dat het felste eigenbelang, met al de som bere consequenties daaraan verbonden, het eigenlijke richtsnoer bij de daden der volken en hunner regeeringen is geweest. Is het dan te verwonderen, dat omtrent hetgeen nu te Genève plaats grijpt, maar zeer sceptisch gedacht wordt door velen, die anders gaarne nog het beste in hun evenmenschen ge- looven Zeker niet. En toch hebben üe^ zulken ongelijk. Want wat daar ginds geschiedt, langzaam en moeilijk, als het trekken van een wagen over een stijlen en schier ongebaanden weg, dat is het feit, dat daar vereenigd met hetzelfde doel, of schoon niet met hetzelfde belang na tuurlijk, op luttel uitzonderingen na, alle staten hun vertegenwoordigers lie ten komen en in vreedzaam overleg de den treden, ten einde uit de wereld- chaos nog te redden wat mogelijk nog te redden is. Welk een verschil en welk een vooruitgang biedt inderdaad Ge nève na Den Haag aan. Het Haagsche vredespaleis is een zeer leerzaam sym bool van wat de Haagsche vredesconfe renties tot stand gebracht hebben. Een onnut en wanhopig leeg gebouw, in welks talrijke zalen geen andere voet stappen worden waargenomen, dan die der nieuwsgierige bezoekers en kijkers. Grooter mislukking valt inderdaad niet aan te wijzen dan dit steenen gevaarte het doet in zijn altoos stille doodsheid en zwijgzaamheid. Eens zijn de oogen der geheele wereld op dit gebouw hoop vol gevestigd geweest en thans staat het voor diezelfde wereld tot spot en hoon te kijk. Wij zijn geen overdreven optimisten nopens de van Genève te verwachten resultaten, maar op een zoo groot fias co als het vredespaleis symboliseert, kan het daarginds niet uitloopen. Eer stens niet omdat de beraadslagingen op gansch andere leest als ter vredescon ferentie geschoeid zijn, maar ten twee de niet omdat, gelukkig de wereld, zij het ook te midden van veel leed en rouw en onder stroomen bloeds geleerd heft, dat het niet aan keizers en konin gen, maar aan de volken zeiven dient gegeven te zijn over eigen wel en wee te beslissen. Want dit gevoelen wij al len, daarginds zitten niet de mandata rissen meer van het tsarendom of kei zerschap, neen daar zitten de vertegen woordigers der naties, der volken, der groote groepen, die zelf hun lotsbe schikking wenschen te regelen, zooveel als voor menschen doenlijk is. gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. gulden bij dood door een ongeluk. gulden bij verlies van een hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim. gulden bij verlies van een wijsvinger. gulden bij verlies van eiken anderen vinger. En nu moeten we niet in een kort zichtig begrip gaan vragen naar de da delijk aanwijsbare resultaten, naar de aanstonds in de practijk van het volks leven om te zetten uitkomsten dier Ge- ncefsche beraadslagingen, maar wij moeten het oog gevestigd houden op den onmiskenbarèn vooruitgang, die in het bestaan der volken de beraadslagin gen ginds aanwijzen boven die, welke indertijd hier te lande gevoerd werden en die in den wereldoorlog hun vreese- lijk einde hebben gevonden. O, het is zulk een langzaam en moeilijk proces, dat der menschelijke algemeene ontwik keling en beschaving Meer dan tien tallen eeuwen zijn verloojoen in het j teeken van onderlinge verdelging, van j strijd, van oorlog en verwoesting. Dan ligt het immers voor de hand, dat de periode van die enkele jaren, welke ons nog van die nuttelooze vredesconferen- ties scheiden, in het niet zinken, na zulk een langen tijd van het verwilderdste egoïsme. Het is dan ook als een enorme groote en snelle vooruitgang aan te merken, dat nu reeds, hoe gebrekkig ook, een volkenbond tot stand zou kun nen komen, die aan de beschaafde menschheid een hoogere eenheid zou verleenen. Ligt er daarom geen enkel gevaar in die volkenbond-wording Zeker, meer dan een. Vooral voor de kleinere, de uiteraard zwakkere naties. Zij inzonder heid mogen niet op verwachtingen gaan inslapen, die wellicht nimmer of althans niet in den vorm, gelijk zij zich dien het liefst gedacht hebben, verwezenlijkt worden. Genève'ioch mag allerminst tot resultaat hebben, dat de kleinere staten nu maar voortaan in zoete hoop en goed vertrouwen op anderen mogen gaan le- ven, zonder ook in eigen boezem de krachten te ontwikkelen, welke noodig zijn om hun plaats in de rij der volken al dan niet met een bond tot steun en stutsel te doen eerbiedigen. Zoo ver slapping en verwaarloozing van ^ïet nationaal bewustzijn de gevolgen zou- den zijn van zulk een averechts ge- plaatst vertrouwen, de ontgoocheling zou mettertijd nog grooter, nog onf- j zettender zijn, dan de verbijstering, die j zich van velen meester maakte, toen zij het volkenrecht zoo schendig zagen vertreed worden, ten koste der kleinen en zwakken. Want met of zonder Ge nève, de vooruitgang der menschheid, na tientallen eeuwen van verwildering, gaat niet sneller dan in den mensche- lijken aard zeiven ligt. Dit te bedenken en ernstig voor oogen te houden, zal vooral de kleineren onder de wereldsta ten tot nut strekken en behoedzaam maken. TWEEDE KAMER. Vergadering van Vrijdag. Zooveel deskundigen, zooveel stelsels heeft het altijd geluid voor de orga nisatie van het leger. En naast de des kundigen hebben ook de niet-deskundi- gen zich er aan gewaagd een stelsel te ontwerpen Eén van hen is de heer Oud, die in een nota een volledig orga nisatieplan voor ons leger heeft gege ven, dat sporen draagt van wel op zijn minst ontworpen te zijn door een des kundige. Hij wenscht ook den algemee- nen oefenplicht als grondslag te nemen voor de organisatie. De 18- en 19-jari- gen wil hij gedurende een halven dag per week oefenen zij, die de twee- jaarscursus hebben meegemaakt, zullen in de zomermaanden gedurende zes we ken in kampen geoefend worden. In het stelsel van den heer Oud komen zes lichtingen van 40 duizend man, inplaats van 20 van 13 duizend, gelijk de minis ter wil. Algemeene oefenplicht is dus de grondgedachte. De regeering heeft die gedachte ook wel, maar verdeelt de lasten onbillijk een deel van de jonge mannen draagt zware lasten, terwijl een groot deel veel minder te dulden zal hebben. De verlenging van den dienst tijd tof 20 jaar, is eveneens een verzwa- j ring, die de heer Ooud niet wil. Niet zooveel moeite gaf de heer j Kruijt zich bij de ontwikkeling van zijn I denkbeelden. Hij is absoluut voor af schaffing en wanneer hem verweten wordt, dat zijn ideaal Rusland een leger houdt, dan zet hij uiteen, dat het doel van dat leger iets geheel anders is, nl. niet om dood en verderf fe bren gen, maar wel om het onwillige prole tariaat tot het inzicht van zijn eigen be langen te brengen. Dat schijnt dan wel heel moeilijk fe zijn en lang te duren. Het roode leger heeft niets dan succes sen gehad, beweerde de heer Kruijt. Ook in Polen leed hef geen echec. Geen over winning ook Als het Poolsche volk maar had meegewerkt, was liet wel een succes geweest. Maar de Entente hield Polen zoet met hef allerlei artikelen te zenden, o.a. kwatta<-reepen, sigaretten, zuigfiesschen en spenen. Deze mededee- ling lokte onbedaarlijk gelach uit. Terwijl de heer Duymaer van Twist gisteren het ontwerp tot den draad heeft afgekamd, kwam vandaag de heer Rut gers den draai voorbereiden. Hij is te gen beperking in het algemeen, maar nu de minister deze alleen tijdelijk doet zijn en vóór 1 September 1921 een de finitieve regeling moet zijn getroffen, kan hij zich erbij neerleggen. Dat be- teekent dus, daf de antirevolutionnairen vóór de wet zullen stemmen. Dat valt samen met het advies, dat de „Stan daard" gisterenavond gaf 1 Het zonder linge van het geval is, dat de heer Rut gers zich neerlegt bij een tijdelijke beperking, terwijl hij absoluut tegen be perking is. Hoe iemand dan aanvanke lijk wel voor inkrimping is, is niet heel duidelijk. Wanneer hef waar is, dat de internationale positie zóó is, dat Neder land waakzaam moet zijn. dan is hef toch zeker van belang, om niet te be ginnen met vermindering. Met hef voorstel der regeering ging de heer Bomans gaarne mede. Het gaat in zijn richting eri het heeft zijn volle instemming. Hij hoopte zelfs, dat het tijdelijke van de beperking blijvend zal worden. Het voorste! was een gelukkige greep. De motie-Hermans, om de verieening van ridderorden stop fe zetten totdat op dit stuk bij de grondwetsherziening is beslist, is natuurlijk verworpen. Vóór de motie stemden de socialisten, de communisten, de vrijzinnig-democraten en de heeren v. d. Laar en van Groenen- dael. A. - I lil. jhr. Loudcm de gewezen. Nederlandsche minister van buiter.landsche zaken, te genover een vertegenwoordiger van 'n Amerikaansch blad verklaard had, dat in geval de gewezen keizer en de gewe- zen kroonprins zouden verzoeken, naar j Duitschiand terug te gaart, de Neder- I iandsche regeering zich daar niet tegen j zou verzetten en hen zou terugleiden naar hetzelfde punt van de grens, dat zij overtrokken toen, zij in Nederland kwamen. Het Nederlandsche gezant- schap stelt vast, dat dit bericht geheel onjuist is. Jihr. Loudon, die thans gezant 1 van Nederland te Parijs is, ontving geen enkelen vertegenwoordiger van het blad. waarvan sprake is en 'heeft zich nooif in bovengemelden zin uitge laten. Gemeentelijke belastingdruk. Ingediend is een voorstel van wet van het Tweede Kamerlid, den heer De Geer c.s. tot het nemen van maatregelen te gen te zwaren gemeentelijken belasting druk. I De strekking van het voorste! komt overeen met die van de amendementen, door den eerstonderteekende ingediend j tijdens de 'behandeling van het ontwerp tot verruiming van het gemeentelijk be- I lastinggebied. I De ernst en de urgentie van het be- 1 treffende vraagstuk nopen onderteeke naren, langs den weg van het parle mentair initiatief de zaak andermaal aan de orde te stellen en op die wijze een beslissing uit te lokken onder ern- stiger verhouding dan dit bij de behan- j ling van voormelde amendementen mo- gelijk was. Nieuwe centen. De nieuwe centmunt van 1920 is al dus het „N. v. d. D." donkerder en te vens glansrijker dan de vorige. Voor- en achterzijde hebben eenige verande ringen ondergaan het loolwerk om de waarde-aanduiding is grooter en uit voeriger van bewerking dan op de oude centen de heraldische leeuw aan den anderen kant is misschien mooi van teekening, maar komt niet duidelijk uit. Het woord Koninkrijk is veranderd in 1 Koningrijk, overeenkomstig met de spelling op de andere piunten. INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN. e/©e/a 13 18 Deeorrib r 1920 5 speciale aan bieding. -: f f Nederiand en België. De Brusselsche correspondent van de „N. R. Ct." heeft aan minister Jas per verzocht om zijn uitlating nopens Nederland in de regeeringsverklaring van Woensdagavond nader te willen toelichten. Minister Jasper verklaarde aan den correspondent het volgende Aan onze Noord-Westgrens liggen de Schelde en de Wielingen en aan onze Zuid-Oost grens het groothertogdom Luxemburg. Hef verdrag van Versailles heeft het verdrag van 1839 ontbonden verklaard en gezegd, dat er aanleiding was tot rechtstreeksche onderhandelingen. Gij herinnert u de gebeurtenis, aie in Mei 1920 aan deze besprekingen een eind hebben gemaakt door de N .ctrlandsche aanspraken op de Wielit.gei, d.Ki, op een deel van ons grondgebied, welke even ongegrond als ongerechtvaardigd zijn. De Kamer heeft zich met dit geval bezig geroude en 26 Mei 2.0 nau. zij een motie aan, waarin z i i-ennis nam van ons besluit om de besprekingen no pens het verdrag van 1839 nief voort te zetten. De toestand is sindsdien onver anderd. Nederland heeft niet de verkla ring afgelegd, die wij van dat land ver wacht hadden, ik acht het mogelijk voor de Belgische regeering om de onder handelingen te hervatten, zoolang Ne derland niet van zijn aanspraken op de Wielingen afstand heeft gedaan, ik ge loof, daf er geen enkel Belgisch minis ter te vinden zou zijn, die op hef oogen- blik, dat wij de groote kwelling, die wij doorstaan hebben, achter ons hebben gelaten, toe zou staan, dat ons een deel van het nationaal grondgebied zou ont glippen. Zoodr'a de hier bedoelde ver klaring in duidelijke woorden zal zijn afgelegd, zal ik bereid zijn de bespre kingen en onderhandelingen te hervat ten en dit des te gretiger, waar wij streven naar een volkomen overeen stemming met onze Noorderburen, wel ke er toe mede moet werken om onze veiligheid te verhoogen en ons econo misch leven te gerieven. De ex-keizer en -kroonprins. Het Nederlandsche gezantschap te Parijs heeft het volgende medegedeeld Eenige Fransche bladen bevatten kort geleden een bericht volgens hetwelk Buiten teraatvroordenjkfecid d*r redactie Be eopie wordt niet teruggegeven Mijnheer de Redacteur, Nog eenmaal vraag ik U beleefd eenige plaatsruimte tot beantwoording der ingezonden stukken van de heeren Van Noppen en De Vlieger. Ik zou generaliseeren och kom. mijnheer Van Noppen, U weet en kent nog veel beter de mentaliteit uwer collega's als ik, om niet te weten da; er maar enkele uitzonderingen zijn op den regel. Voor U, en ik stei er prijs op dit te kunnen verklaren, maak ik een uitzon dering, met enkele uwer collega's. Daarom schreef ik „Voor verreweg de meeste behalve bij enkele patroons enz." Voor U heb ik altijd achting ge had en dit onomwonden uitgesproken, omdat U altijd blijk hebt gegeven een ruimen blik te hebben en personen van zaken wist te scheiden. Vraag U zelve eens af, hoeveel steun U hebt ondervonden, och, dat is zoo bedroevend weinig. Nu is mijn beioog onaangetast geble ven, en dn 'hetgeen U schrijft, ligt voor mij de erkenning. U schrijft dat er meermalen op aangedrongen is de wet toe te passen en na te leven, en dat ik dat heel goed weet. Ja, dat weet ik. Door U en de enkelen. Maar wat zijn de resultaten geweest, mijnheer Van Noppen ïk zou achter elkaar op kun nen noemen de namen van een groot gedeelte der patroons, die de wet niet met minuten, maar met uren hebben overtreden. Dit heeft echter met de practische toepassing der wet niets te maken. Ik ken zeer goed de moeilijkheden, en aan de hand der praktijk zou ik dit zelfs kunnen aantoonen, daarom noem ik het vallen over minuten klein gedoe. Maar wij hebben zien aankomen dat door de halsstarrige weigering de lange arbeidsweek geleidelijk in te krimpen, de toepassing der wet op 24 October onmogelijk zou zijn. Nog op de laatste conferentie wilde men niets van inkrim ping weten, 't Is daarom dat ik schreef, dat de patroons niet van plan waren de wet serieus door te voeren. Vraag U maar eens hoe uw collega's hande len die een diensttijdregeling hebben, hoe de schafttijd wordt toegepast. Nu beaam ik ten voile, dat ik. het niet al leen ben getweest, die voor verbeterin gen heb geijverd, maar een gedeelte uwer collega's hebben dit als een fout beschouwd en die fouten in mij verper soonlijkt. Denkt U maar eens terug aan de terugbetaling van toon, verbonden aan de meelprijsverlaging. Als ik hier over zou willen schrijven zou dit com- promitteerend zijn voor verschillende patroons. Dienaangaande zijn mij uit drukkingen bekend van een patroon, die, ais die wensch vervuld was gewor den daarbij uitgesproken, ik allang onder de groene zoden zou rusten. Daarom schreef ik, dat ik een. sta-in- den-weg ben, en daarom moest ik ge nomen worden. Koste wat kost, wat blijkt wit de verklaring dat het niet om „de Broederband", niet om den chef, maar om mij was te doen. En U, mijnheer De Vlieger, U die kwalijk uw juichtoon kunt verbergen, J U die behoort tot diegenen door ons gepost, U die in een week in November uwe jongens uren te veel hebt laten werken, waar haalt U de brutaliteit vandaan te durven schrijven „de mis standen in het bakkersbedrijf zijn bui ten rekening van ondergeteekende, of schoon wat overdreven, onderschrijf ik het gaarne." Hoe durft U, U die toeliet dat jongens van uw medepostercoflega in uw bedrijf waren na volbrachte dag taak. Och, wij vallen niet over minuten, over ,geen half uur, nog over geen uren, maar Wel over feiten, zooals uw andere collega, die 7/2 gulden te weinig be taalt, 17 uren te veel liet werken en niet eens overwerk daarvoor betaalt, en dat niet in de St. Nicolaasweek, doch in een normale week in Novem- ebr. En nu ziet U geen verschil of men op last handelt van zijn chef. Stel het gevai, dat mijn chef zou hebben ge zegd U moet arbeid verrichten na 8 uur, dan is de verantwoordelijkheid .geheel en al aan den persoon die op draagt. En nu zegt U dat U mij aantrof kwartier na acht. Dit doet mij de vraag stellen Hebt U soms met uw vingers aan de wijzers van uw horloge geze ten Want vraag eens aan uw collega poster, wat hij heeft gezegd tegen zijn knecht, hoeveel minuten over acht 'ik de bakkeriij verlaten heb. Voorts ver wijs ik naar de in mijn vorig stuk afge legde verklaring. Nu haalt er de Za terdagavonden bij. Hier is nu een van die feiten waar practische toepassing zoo moeilijk is. Ui zal U zeggen waar om. Luister dus: U lost de Zaterdagmoei lijkheid op door om 9 uur in plaats van 10 uur te gaan bezorgen. Dat mag niet, „de Broederband" bezorgt om 10 uur. Dat moet. Nu zijn er ioopers, die om 10 uur beginnen en half negen klaar waren, dat is met aftrek van 1 uur schaft, 9/2 uur. Als U dit voegt bij de 35 uren tot op Vrijdagavond ge werkt, krijgt U 44/2 uur. Dus niet'al leen, dat het aantal uren dien dag ge werkt, niet is overschreden, zelfs is er dan nog </2 uur minder gewerkt als de wet toelaat. En nu, mijnheer De Vlieger, gefelici teerd met uw formeel succes, nioreel is U te condoleeren. M. de R., U dank ik met de verzeke ring, dat ik U niet meer lastig zal val len. L. P. VAN OORSCHOT. HET VL1SS1NGSCHE GASRAADSEL. Mijnheer de Redacteur, Bij de vele plaatselijke argumenten voor verlaging van den gasprijs heeft zich nog een landelijk argument ge voegd. Men leze slechts het volgende bericht, dat de groote pers ons deze week uit Utrecht bracht „ln hun antwoord op het verslag der afdeelingen van den Raad, inzake de be grooting 1921, deelen Burg. en Weth,

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1920 | | pagina 1