D0NDER040 28 OCTOBER. KAMEROVERZICHT. De Vrouwe van Darracourt No.SS&-58e Jaargang 1920 GEMEENTEBESTUUR FEUILLETON BINNENLAND Stads= en Provincienieuws VLISSINGSCHE COURANT ARBEIDSWET 1919. De Burgemeester van Vlissingen, gelet op het bepaalde in artikel 38 der Arbeids wet 1919, noodigt de belanghebbende broodbakkerspatroons, die in den regeJ zonder hulp van anderen bakkersarbeid verrichten en die tussckeri 8 uur des na middags en 6 uur-des vóórmiddags ge noemden arbeid weiïschen te verrichten, uit, om aan hem ten spoedigste eene aanvrage om vergunning te richten Vlissingen, den 23sten October 1920 De Burgemeester voornoemd, VAN WOELDEREN. ONTEIGENING. De Burgemeester van Vlissingen maakt beken, dat de stukken, bedoeld bij artikel 80, 2e lid, der wet van 28 Augustus 1851 (Staatsblad no. 125) betreffende het in het belang der volkshuisvesting te onteigenen perceel grond, gelegen ten Noorden van den Singelweg aan den Watergang, ka dastraal bekend gemeente Vlissingen, Sectie A no. 466, ter inzage van een ieder zullen worden nedergelegd ter secretarie dezer gemeente van 29 October tot en met 30 November 1920 en dat belanghebbenden uiterlijk 14 dagen na verloop van -dien ter mijn schriftelijk hunne bezwaren bij het college van Burgemeester en Wethouders moeten opgeven. Vlissingen, 28 October 1920. De Burgemeester voornoemd, VAN WOELDEREN. DRANKWET. Burg. en Weth. van Vlissingen, gelet op art. 37 der Drankwet, doen te weten, dat hij hen is ingekomen een verzoek van Anthonie Steijn, geboren de Klerk, om ver lof tot verkoop van alcoholhoudende!! drank anderen dan sterken drank in perceel Joost de Moorstraat no. 1 dat vanaf heden gedurende veertien da gen schriftelijke bezwaren tegen het ver- leenen van het gevraagde verlof kunnen worden ingebracht bij Burgemeester en Wethouders voornoemd. Vlissingen, den 27 October 1920. Burg. en Weth. voornoemd. VAN WOELDEREN. De Secretaris, F. BISSCHOP. TWEEDE KAMER. Vergadering van Woensdag. Er is letterlijk niemand die een goed woord heeft voor het 'beleid van den minister van financiën ten aanzien van dit ontwerp. Het is kritiek van de meest onwelwillende soort kritiek die zich niet alleen richt op de wijze van uitvoering maar ook op het beleid, zelts op de kundigheden van den minister. De materie is moeilijk, maar de minis ter beheerscht het vraagstuk heeleniaal niet, zoo is vrijwel de algemeerte opinie en zoo is het deze beide dagen in ver schillende toonaarden gezegd. De naaste vrienden van den minister spa ren hem zeker niet en zij maken het hem eer moeilijker dan gemakkelijker om zich op de been te houden. Mis schien heeft de minister verwacht, dat de beide toezeggingen omtrent nog meer steun aan de gemeenten, wat kal meerend en wat vriendelijker stem mend zouden werken op de Kamer van die verwachting is dan echter niets verwezenlijkt. De gemeentebesturen hadden heei wat meer verwacht dan thans gegeven wordt en zij hadden stellig meer steun in klinkende munt verwacht dan de verleerting van de vrijheid om het pluk ken van de burgerij op. ietwat verder gaande wijze voort te zetten. Dat helpt niet aan de gemeenten, maar helpt al- door CHARLES GARVICE. Geautoriseerde vertaling van I. P. WESSELINK—VAN ROSSUM. 41) (Nadruk verboden.) „Wat moet gij een sterk geheugen hebben, mevrouw Dalton 1" zei-de Ma- rie, schijnbaar geheel onschuldig. „Nu, als gij beiden van plan zijt den geheelen namiddag te twisten, pak ik mijn biezen", zeide Lucille lachend, en verliet daarna de kamer. Zij had nauwelijks de gang bereikt, om naar haar kamers te gaan, toen Susie achter haar aankwam. „O, als het u hl-ieft, miss", zei ze hijgend, „kan meneer Harry u even spreken Harry Heme zeide Lucille en terwijl zij zich aan de leuning vast hield, keek zij in de hall en zag daar Oe groote, flinke gestalte staan. Zij zag °at hij niet meer zorg gekleed was wtn toen zij en Lady Farnley hem ont moet hadden in het park. »Ja", zeide zij, na een korte aarze- nS- „Vraag ihem om in de bibliotheek gaan". En daarna, terwijl Susie naar kanier n "Cf>' liaa' eigen Sedert het ongeluk had zij Harry leën de gemeentebesturen. Het oog is thans gevestigt op de in de Troonrede toegezegde noodregeling die onmiddcl- -lijk een bedrag aan de gemeenten zal .geven, een denkbeeld dat wij terug- vfnden in de amendementen van den lieer De Geer, die daarmede feitelijk op de toegezegde regeling vooruitloopt. Verschillende leden hebben zich reeds met die amendementen ingenomen ver klaard, hetgeen te begrijpen is. Niet geheel ongegrond is echter de vraag of ze in verband met de aangekondigde 'noodregeling, wel toelaatbaar zijn. Met nadruk heeft de heer De Geer echter de toelaatbaarheid verdedigd. Hij kan daarbij herinneren aan de mededeeling van den minister van onderwijs bij de behandeling van de L. O.-wet, toen hij verklaarde dat bij deze wet de finan- cieele regeling ook in verband met de nieuwe bepalingen kon worden afge daan. Volgens dezen afgevaardigde is het noodig dat de belasting-inventie voor rijk en gemeente gezamenlijk genorma liseerd moet worden. Het rijk overzag steeds niet onmiddellijk hoe de cijfers van zijn inkomstenbelasting moesten zijn. De gemeentebesturen echter haal den een streep door het gansche stelsel van het rijk omdat zij op eigen houtje- belastingen gingen heffen die heeleniaal niet overeenkomstig het rijksstelsel waren. Dientengevolge is een stelsel loosheid ontstaan, die beëindigd moet worden, maar dit kan alleen wanneer ook (lp finaneieele verhouding van rijk en gemeenten wordt herzien. En dat wel tegelijkertijd. Dit was de conclusie waartoe deze afgevaardigde kwam herziening van de finaneieele verhou ding gepaard met normaliseering van het gansche systeem van belastingen voor rijk en gemeenten. De heer Van den Tempel belichaam de zijn opvattingen in een motie waar in een herziening van de finaneieele verhouding werd gevraagd in dien zin, dat 't rijk de kosten van recherche, ar menzorg en krankzinnigen-verpleging zal overnemen. Deze motie loopt voor uit op het nadere ontwerp tot wijziging van de wet van '97. In een tweede mo tte vroeg hij hulp van de regeering bij het stuiten van leeningen door de ge meenten, opdat deze genieten van de voordeelen die het rijk weet te ver krijgen. Nog enkele sprekers voerden hei woord het was echter alles hetzelfde. Deze regeling is onvoldoende maar zij moet wel aanvaard worden op afbe taling. Morgen de minister. Staatsbegrooting voor 1921. Blijkens het voorloopig verslag der Tweede Kamer betreffende het afdee- Iings-onderzoek der Staatsbegrooting voor 1921, wenschten vele leden als hun oordeel |e kennen te geven, dat het kabinet in zijn geheel redenen geeft tot tevredenheid, al wilden al deze lederi daarom nog geen instemming betuigen met alle voorstellen en maaatregelen der regeering. Sommigen dachten hier bij aan het wetsontwerp betreffende de lijkverbranding en het ontwerp-Zon- dagswet. Over het algemeen vond ook bij hen de leiding van den kabinetsfor mateur alle waardeering en de werk zaamheid van de ministers van onder wijs, arbeid en buitenlandsche zaken werd geloofd. Verscheidene leden acht ten intusschen de. leiding der departe menten van financiën en defensie zwak. In die van eerstgenoemd departemeni Herne niet meer alleen ontmoet, en zij kreeg een vreemd gevoel van verlegen heid en onhandigheid, dat haar be nauwde. Voor de duizendste maal zeide zij tot zichzelf, dat hij slechts haar bediende was en zij bleef dit steeds bij zichzelf herhalen, toen zij, na hem ongeveer een kwartter 1e hebben laten wachten, naar beneden ging. Zij open de zachtj-es de deur van de bibliotheek, zoo zachtjes, dat hij haar niet hoorde binnenkomen, want hij stond voor een boekenkast met zijn rug naar de deur. Hij bad een boek in de hand, en hij was er^schijnbaar geheel in verdiept, want zij'n hoed en zweep waren hem uit de hand gegleden en lagen op den grond, aan zijn voeten. Lucille stond eenige ^oogenblikken stil, terwijl haar blik op hem rustte toen naderde zij en sprak, zoo koel als"zij kon ,,U wou me even spreken Snel keerde hij zich om en sloot het boek toen keerde hij zich verontschul digend naar haar. „Ik vraag ii vergeving, miss Darra court, ik keek naar de planken en zag dit boek het is zeer zeldzaam. Zonder er bij te denken, nam ik het van zijn plaats en er kwam.een voorval in voor, dat mijn aandacht trok." „Zoodat gij geheel vergeten hebt waar gij zijt en wat ge mij te zeggen hebt zeide Lucille en zonder erg speelde een zeldzame glimlach voor een oogenblik over haar gelaat. Zij stond in het volle licht en in haar zag_ men een tekort aan persoonlijke kunde van den daarmede belasten be windsman met ue -defensie achtte men - het beleid van het heéle kabinet ge moeid. Ge zinsnede, aan de landsver dediging in de Troonrede gewijd, acht ten deze leden onverstaanbaar. Zij begrepen niet, hoe de weermacht zou kunen worden „gesterkt" met vermin dering van de kosten. Het anti-revoiutie ontwerp was volgens verschillende le den a'ls symptoon van een ziekelijke tevolutievrees te beschouwen, doch werkte inderdaad een revoutiónnaire verbittering in de hand. Verscheiden léden meenden voorts, dat van de activiteit op wetgevend gebied van den minister van landbouw weinig is te bemerken. Vele leden betreurden het dat bij de plaats'gehad hebbende wisseling van ministers het kahinet niet versterkt is kunnen worden met bewindslieden, in wie op grond van hun vroeger open baar optreden de zuivere belichaming kon worden gezien van de diepste be ginselen, welke aan het regeeringsbe- leid ten grondslag liggen. Zij beschik ten echter te dien aanzien- over te wei nige gegevens om het kabinet daarvan een grief te maken en vertrouwden, dat deze aanvullingen aan de doorwer king van het beginsel van het kabinet geen afbreuk zou pen doen. Betreurd werd, 'dat de minister bij de behandeling van de L. O.-wet niet al leen de amendementen heeft afgeWe- zen, waaraan door de algemeene orga nisaties op het gebied van het christe lijk onderwijs groote beteekenis werd gehecht, maar ook in zijn redevoerin gen meer dan eens den indruk vestigde, dat hj de stelling aanvaardde, dat de wet i tt aiieen finaneieele gelijkstelling van openbaar en bijzonder onderwijs ten opzichte van de openbare kas moest brengen, onaer waarborgen van gelijke deugdelijkheid, maar dat de wet ook moesr strekken om die beide takken van onderwijs, "behoudens het verschil in richting geheel gelijk te doen zijn. Deze opvatting is alleen verklaarbaar bij hen, die dan de vrije school haar vrijheid misgunnen en boven attes be vreesd zijn, dat de bijzondere school juist door die vrijheid beter zal zijn dan de openbare. Door vele leden werd critiek geoe fend op het beleVt van den minister van financiën. Naar hun meening is thans voldoende gebleken-, dat deze bewindsman voor de taak die hij in buitengewoon moeilijke omstandighe den op zich heeft genomen, niet bere kend is. Het is echter aan de voortdu rende stijging van de opbrengst der middelen te danken, dat de dienst tot dusverre niet is vastgeloopen. Van de algemeene leiding over 's lands finan ciën bemerkten deze leden niets; slechts bij de salarieering der ambtenaren schijnt de politiek der regeering den invloed van dit departement te onder vinden die politiek is onjuist en wei felend en steeds uit op beknibbelen, waardoor ontstemming wordt veroor zaakt, die ten- slotte toch weer tot toe geven dwingt. Nog steeds wordt om gaten te stoppen, gewerkt inet fondsen die niet alleen buiten alle controle van de Staten-Generaai, doch ook buiten die van den minister van financiën vallen. Van krachtige maatregelen tot bezuiniging op de verschillende dien sten is geen spoor te ontdekken. "Uitbreiding van de Amsterdamsche haven. De Sumatrakade en de Javakade te Amsterdam, waar de etablissementen van de stoomvaartmaatschappij „Ne- bij'zondere schoonheid teek zij meer een visioen dan werkelijkheid. De jonge man staarde eenige oogenbtikken naar haar in sprakelooze bewondering. „Neen", zeide hij, „ik ben het niet vergeten. Maar misschien had ik niet moeten komen." „Daar kan ik niet over oordeelen, voordat ge mij zegt, waarom gij komt", zeide Lucille bedaard. „Ik had u de boodschap wel kunnen laten zeggen door Susie, uw kamenier" voegde hij er aan toe. „Gij zult het mij nu persoonlijk zeg gen", zeide Lucille vriendelijk. „Wat wilt gij „Het zal slechts een lichte veront schuldiging lijken zeide hij op zach- ten toon, meer tot zich zelf dan hardop. „Ik heb de Keizerin afgereden, miss, het paard waarvan ik u zeide, dat ge schikt was om door u bereden te wor den. Ik deed het dezen morgen voor de derde maal. Ik heb haar zeer rustig bevonden en zij is klaar wanneer gij haar wenscht te berijden, miss." „Dank u", zei Lucille. „Het was zeer vriendelijk van u. Maar nu nog mijn rijkleed I" Lucille had een rijkleed besteld op den-zelfden morgen, dat hij -haar de paarden getoond had, en het was maar een uitvlucht om tijd te winnen maai de eerlijke Harry Herne was niet ge wend aan leugens om bestwil van da mes, en hij keek op, met verwondering in zijn mooie oogen. derland" gevestigd zijn, zullen binnen kort groote verandering ondergaan. De punt van dit Y-eiland zal aanzienlijk verbreed worden, voornamelijk aan de zijde van de Sumatrakade. Op dit nieu we gedeelte zullen twee groote lood sen van de ..Nederland" verrijzen, ieder 150 meter lanig. Op dit gedeelte van het Y-eiland is ook gevestigd de stoomvaartmaatschappij „Oceaan". Tusschen deze maatschappijen zal dwars door het Y-eiland een ijzeren hek verrijzen en op die plaats de hoofd ingang komen voor de „Nederland" Het pontverkeer van de De Ruyter- kade naar de Sumatrakade en de Boor- straat en dat van den kop van de Han delskade naar de Javakade en verder, zal in verband met deze wijzigingen verlegd worden. Bovendien zal de maatschappij „Nederland" een eigen pontverkeer stichten van de De Ruyter- kade naar haar etablissementen. De twee reeds in aanbouw zijnde ponten zullen niet alleen gelegenheid bieden voor personenvervoer, maar ook goe derenwagens en auto's zullen daar mede vervoerd worden. Binnenkort is voor deze uitbreiding van de Amsterdamsche havenwerken, welke eenige mil-lioenen zal kosten, een voordracht van Burg. en Weth. aan den gemeenteraad te verwachten. VLISSINGEN, 28 OCTOBER Aschbakken. De politie vestigt de aandacht er op dat in den laatsten tijd bewoners her haaldelijk des avonds hun gevulde aschbakken buiten zetten om deze des morgens te doen ledigen. Dit geschiedt omdat men blijkbaar geen lust heeft des morgens iets vroeger op te staan om de vuilnisbak tijdig buiten te brengen. Reeds eenige malen is het voorgeko men dat baldad'igen in den laten avond deze bakken omverschopten, waardoor algeheele verontreiniging der straat plaats vond. Ook door de duisternis des avonds en des nachts leveren de aschbakken gevaar op voor de voetgangers. In den vervolge zal de politie in deze bekeurend optreden en de aschbakken in beslag nemen. Gisterenavond zijn wederom 8 stow aways van diverse nationaliteit aan het Bureau van politie in bewaring gesteld, die hedenmorgen over de grens zijn geleid. In de Doopsgezinde Kerk alhier wordt Donderdag 4 November een uit voering gegeven van „Lucifer", bij- belsch treurspel van Joost van- den Vondel. Deze uitvoering was aanvankelijk '"-epaald op Donderdag 24 Juni, do 'l" moest toen door verschillende omstan- dighedeit worden uitgesteld. Naar wij vernemen zal de cursus voor politie-vakonderwijs. waarvoor zien reeds een 17-tal teerlingen heeft opge geven, op 15 November a.s. een aan vang nemen. De winteroefeningen van de Kon. Seherpschuttersvereeniging „Vlissin- ge" werden gisterenavond geopend. Het bestuur achtte den tijd gekomen het clubgebouw der vereeniging naar een meer comfortabel ingericht pand over te brengen en zoo waren op den openingsavond vele schutters in het benedenlokaal van hotel „Noordzee- boulevard" aanwezig. „Maar Susie zeide mij, dat het rij kleed uit Londen was gekomen", zeide hij. „Zij moet zich vergist hebben." Lucille kreeg een hooge kleur. „Neen, zij vergiste zich niet", zeide zij vast. „Maar ik weet niet zeker, of het mij wel passen zal. Ik denk, dat gij wilt dat ik het paard dezen namid dag zal probeeren Het was duidelijk, dat hij dit wensc-hte, want zijn vaste blik vervaag de onder den lichten glimlach in haar oogen en hij bukte zich en raapte zijn zweep op. „Het is nu niet te warm", zeide hij, „en daar ik de Keizerin afgereden heb, is zij buitengewoon rustig". „O, als mijn hals dezen namiddag minder gevaar loopt dan op eenigen anderen tijd, geloof ik, dat ik beter doe met nu te gaan", zeide Lucille met voorgewende onverschilligheid. „Denkt u, dat ik u ooit aan eenig gevaar zou willen blootstellen vroeg hij met flikkerende oogen. „Ik zal u niet lang laten wachten", sprak Lucille, een antwoord ontwij kend. Hij ging -naar de deur en hield die voor haar open. „Ik zal met de paarden wachten onder aan de stoep in den vierhoek, Miss", zeide hij. Lucille was blij, dat de vierhoek achter het huis was, en dat zij dien kon bereiken zonder door Marie Verner of mevrouw Dalton gezien te worden. Aivoren-s tot de oefeningen over te gaan herdacht de voorzitter, de heer M. van der Beke Callenfels, dit voor de vereeniging zoo heuglijke feit en constateerde met genoegen, dat de commissie, die met de voorbereiding is belast geweest, eer van haar werk heeft. Hij hoopte dat de aangename, gezellige omgeving er toe moge bij dragen dat de leden getrouw zullen ko men oefenen, wat in het belang der schietsport zal zijn. Op de keurig verlichte banen werd druk geschoten. Door Ged. Staten dezer provincie is een nieuwe salarisregeling ontworpen voor de burgemeesters en secretarissen Dienstjaren elders doorgebracht tellen mee. De regeling gaat in met 1 Januari 1921. Voor 15 November a.s. moeten de raden er over gehoord vyorden. De regeling is aldus. te klasse ben. 800zielen 900 2e 800— 1200 - i 200 3e 1201— 1600 - 1500 4e 1601— 2000 - 1800 5e 2001— 3000 -2100 Ge 3001— 4000 -2500 7e 4001— 5000 -3000 8e 5001— 7000 -3600 9e 7001 10000 -4200 Voorts 5 maal na 2 jaar dienst ver hooging. te3e klasse met 100 telkens 4e 5e klasse met 150 en de rest met 200. Bij Kon. besluit zijn benoemd in de provincie Zeeland in het bestuur van den Cfarapold-er, tot dijkgraaf Th. M. J. de Cierck, en tot gezworene Th. van de Vijver, beiden te Ijzendij-ke in het bestuur van den Van Dunnépolder, tot dijkgraaf Th. M. J. de Cierck, te IJzen- dijke, en tot gezworene A. Claeys, te Biervliet tot voorzitter van den pol der Walcheren H. F. Lantsheer, te Mid delburg tot gezworene van den Kruis polder R. A, Vereecken, te Hontenisse tot gezworene van het waterschap Kruiningen- A. van Hootegem, te Krui- ningen tot lid van het bestuur der waterkeering van den calamiteuzen Nieuw Neuzenpolder A. van Hoeve Jzn., te Terneuzen tot gezworene van den Paulinapolder Jjj.Dieleman, te Bier vliet tot heemraad van het waterschap Schouwen A. van der Weyde, te Elle- meet tot gezworene van den Hertogin Hedwigpolder D. Ph. F, Vercauteren, te Clinge tot dijkgraaf van den Heer Janszpolder J. J. van de Velde, te Kam perland (gemeente Wissekerke). Binnenkort zal worden overgegaan tot het bouwen vgn kazernementen voor een onbereden brigade marechassée te Westkapelle en Hansweert. SOUBURG. Dinsdag had een algemeene verga dering plaats der vereeniging „Het Groene Kruis", onder leiding van dr. Plugge. Tot bestuursleden werden ge kozen de heeren dr. C. E. Plugge, B. J. de Meij en A. van Veen. De bode-ma gazijnmeester werd herbenoemd. Tot kasopnemers werden benoemd de hee ren Hildernisse en H. J. Adriaa-nse. Ver volgens hracht de heer M. Arendse Mz. verslag uit van de algemeene vergade ring der Prov. Zeeuwsche vereeniging ,-,Het Groene Kruis". De begrooting 1921 en de begrooting Tuberculose 1921 werden vastgesteld. Door het be stuur was voorgesteld een wijziging te brengen .in het Huishoudelijk Reglement en wel in art. 6. Verscheiden ingezete- Toen zij'beneden kwam in haar rijkleed, keek Harry Herne op en een glans vloog over zijn gelaat, toen hij met den teu gel van zijn paard over den linkerarm geslagen, den stijgbeugel voor haar vasthield. „Maar hoe moet ik daar op komen vroeg Lucille, naar den stijgbeugel wij zend, „ik zal een stoel of zoo iets noodig hebben." Hij schudde het hoofd en lachte. „Zet uw voet. in mijn hand, als het u blieft", zeide hij. Lucille trok een leeiijk gezicht, maai' op de stoep staande, plaatste zij eenigs- zins beschroomd haar kleinen voet in zijn hand en vóór zij wist wat er ge beurde, voelde zij zijn andere hand onder haar elleboog en zij werd, alsof zij een veder was, in den zadel getild. Zij was geheel verbaasd, maar hij gaf haar snel de teugels in de hand en schikte haar rijkleed, en sprong toen zelf in den zadel. „Wij zullen eerst stappen, en dan zult ii er spoedig meer gewend aan raken", zeide hij. „U zult gauw willen draven, en daarna ook galoppeeren. Ten slotte zult u uw paard bederven, zooals iedere dame gewoonlijk doet." „Dat zal eerst na vele jaren zijn", zeide Lucille. „Neen1, Miss, het zal zijn na een paar lessen", antwoordde- hij. „Ik geloof niet, dat ik zoo bang ben als ik wet dacht", zeide zij, terwijl zij naast -elkander stapten. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1920 | | pagina 1