1600
509
25
De Huwelijksdag
ferkstraat.
I0VENHU1S,
AND
jstbode
iTBODE,
VRIJDAG
i
Q juli.
1.(1 IJ een duim 1UU
{GEMEENTEBESTUUR
BINNENLAND
IVO* !60
nFTB*gCT«« mi ii iniwwiiivi I'lljn ii"i nm a1 ii' i n nfi'tinin imrrn'iiniirir'-ir'iTr
£18® «Ittartfantf
'I92Ö
oodig heeft, laat
bij
jeciale afdeeling
llanger gehouden
OH! OH!
Iheb ik een jeuk
llSCH (wettig gedepo-
bt direct, geneest huid-
listjes, Excema, roode
lnkende wonden.
[2.25, Proeffl. Fl. 1.—
lij. S A NIT A S
|l. Goedgekeurd.
gen, St. Jacobstr. 1
Id a m, Amstelstraat 27
lekwerk en Prijscou-
Jlle inlichtingen wordt
legen toezending van
tegels aan ons Hoofd-
MiTAS Box 339, Am-
gemeubileerd
feezin. Adres: bureau
rant".
lanbledlnpigi
^staanvragesL
bedrijf hier ter stede
directe indiensftre- I
ipondent(e)
kend met machine-
li Hollandscbe, Fran- I
litsche handelscorres- 9
lBrieven onder letter
Vliss. Courant".
durende de middag-
lor.derhoud var. den
gs: Oude Markt 9.
IONGEN
[dresBode BOS-
souburg.
len flinke
Idres: bureau „Vliss. 1
loekt betrekking ais
)m of KOKKIN
dienst treden. Brie-
In o. 1801, bureau
Int
VAN KAALTE—
Huize „Ophir"
Is ongesteldheid van
[dige, tegen 1 Sep-
Ide koken en van
In voorzien.
1 Maatschappij m
lonvurt
n, Middelburg
)t ter dam.
I. Hit.
T. EOtT.
Juli
1.15. UI
Tm. ur
12
7
13
7
15
7
16
7
igen wordt Woens-
erdag 12 uur v.m,
te bekomen:
N.V. Transport en
i.v.h.ErvenO.VOSt
B. EENHOORN j
AN OOS f ERHOUT j
Gebrs BUITEN-
VL1SSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20
per drie maanden. Franco door hei geheele tijk ƒ2.50. Voor België ƒ3.70
Voor overige landen der Post-Unie 4.70. Aizonderi|ke nummers 5 cent
IHpisfile» f. 918 SE HIK k, Siiisi Jukt 58, fiissitpi. ïéiues (utara.
ADVERTENTIEPRIJSVan 1—4 regels 71.10; voor iedere regel meer 26 ct.
Familieberichten van 1—6 regels ƒ1.70. Bij abonnement specials prijs
Reclames 52 ct. per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvrager. 13 ct. per regel
fiFSÉijo! Épiijk yitfiïisÉïJ op Joodss en aigim erkends Christelijke faistdigER
De ibónné's, in 't bezit eener
polis, zijn GRATIS verze
kerd tegen ongelukken voor
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken
gulden bij dood i
door
een ongeluk
i gulden bij verlies
van een hand,
voet ot oog
l^fi^We" 11I fï
guiden bij verlies
van een
wijsvinger
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger
FONDS VOOR HET GEMEENTE
ZIEKENHUIS.
Ontvange» b ij dragen:
Vorige opgave 19653.47
Velper Machinefabriek en
Ijzergieterij Gebrs. S.
Gres-buitenfabriek J.W.
Reuver
Netto ontvangst verkoop
programma's „Ons Genoegen"
Commissieloon verkoping
S. M. P
50.-
25.-
11.54'
1.50
Totaal 19741.01'
OPENBARE VERGADERING
VAN DEN
GEMEENTERAAD VAN VLISSINGEN
Vrijdag 16 Juli 1920, des
namiddags ten 2 ure.
I. Mededeelingen.
II. Over te leggen stukken.
III. Te verleenen ontslag aan de
heeren
a. j. J. Vis, als leeraar in het boek
houden aan de Avondschool voor
Handwerkslieden op 1 September a.s.
b. Dr. W. S. Unger, als leeraar in de
staatswetenschappen aan de Handèls-
sehool op 1 September a.s.
c. G. J. Douwes, ats onderwijzer aan
school B op I September a.s.
d. Th. H. P. Hoste, als onderwijzer in
de Fransche taal aan de Handelsherha
lingsschool op 1 September a.s.
e. A. C. Kiviet, als onderwijzer in de
gymnastiek bij het openbaar lager on
derwijs op 1 September a.s.
f. P. P. Spruit, als onderwijzer aan
school E. op 1 September a.s.
IV. Benoemingen
a. van een directeur van gemeente
werken. Aanbeveling: de heer C. Ouwe
hand, kapitein bij de genie van het
N. O.-I. leger te Katwijk aan Zee.
b. van den heer G. Romijn tot defini
tief leeraar in lijn- en vakteekenen aan
de Burgeravondschool, thans tijdelijk
leeraar en van den heer A. C. Elants,
•weder tot tijdelijk leeraar in scheeps
bouwkundig vakteekenen aan de Bur
geravondschool en Avondschool voor
Handwerkslieden, voor het tijdvak van
1 September 1920 tot en met 30 Augus
tus 1921
c. van een secretaris-rentmeester van
hef Gasthuis. Aanbeveling M. Meiier,
waarnemend G. Jacquet.
V. Te behandelen punten
1. Voorstellen van Burg. en Weth. tot
vaststelling rekeningen van ontvangsten
en uitgaven over 1919 van de Centrale
Keuken, nadeelig saldo 5983.99!/2
het Burgerlijk Armbestuur, goed slot
8.4254 de gezondheidscommissie,
goed slot ƒ402.36 deArmenraad, goed
FfcüiLLETON
iNaar bet Engelsch)
LStior M. HELLEMA.
78;
„George Conway zou geen getuige
nis durven afleggen tegen Tom Mor
ton", tartte de man haar, al zijn moed
bijeenrapend. „U deed allen ook beter
mij met rust te laten, als u niet wilt, dat
uw familiewapen, of hoe men dat noemt
bezoedeld wordt."
„Wij zijn niet bang voor je", zeide
Daura. „Het is nu te laat voor je om
chantage te plegen."
„Als u dat van mij zegt, wat dan van
Robert Troy gromde Morton.
„Robert Troy kwam om zijn broer te
wreken, niet om ons schrik aan te ja
gen. Hij heeft hier in huis een nobele
rol gespeeld, je bent niet waard, dat
je naam in denzelfden adem wordt uit
gesproken met den zijnen. Je hebt hem
dingen verteld aangaande George Con
way, welke hij geloofde, en je hoopte,
dat hij een moord zou begaan. Je kunt
mijn zwager hebben gehaat, maar het
komt mij voor, dat ie de Troy's nog
veel meer haatte."
De man schrikte, alsof hij met de
punt van zijn eigen dolk was gestoken.
„Waarom kwam u dat zoo voor?
Wat bedoelt u Niemand weet sta
melde hij, alsof die woorden hem tegen
zijn zin ontsnapten, en hield toen plot
seling op, alsof hij zijne zelfbeheer-
sching herkreeg.
„Je denkt, dat niemand het weet 1"
slot 110.55 de Kamer van Koophan
del, nadeelig slot 142.44.
2. Voorstel van Burg. en Weth. tot
vaststelling van een gewijzigde be
grooting van het Havenbedrijf voor
1919, de rekening van dat bedrijf over
1919 en de rekening van het reserve
fonds over 1919.
3. Idem tot vaststelling van een ge
wijzigde begrooting voor het bedrijf der
groente- en fruitveiling en de rekening
van dat bedrijf over 1919.
4. Idem tot vaststelling van een ge
wijzigde begrooting van het bedrijf der
badexploitatie voor 1919 en de rekening
van dat bedrijf over 1919.
5. Ident tot goedkeuring van een ge
wijzigde begrooting voor 1919 van het
Gasthuis.
6. Idem tot vaststelling van een staat
van ontvangsten en uitgaven van den
gemeentelijken turfverkoop, en idem
van den houtverkoop over 1919.
7. Idem tot vaststelling van verorde
ningen op de heffing en invordering van
rechten voor door of vanwege het be
stuur der gemeente verstrekte diensten.
8. Idem tot vaststelling der gewijzig
de verordening op de heffing van rech
ten voor het gebruik van grond, in
richtingen en materieel op het haven
terrein en idem tot wijziging der ver
ordening regelende het gebruik van
kranen en materieel op liet haventerrein.
9. Nader voorstel van idem inzake
het verzoek van A. Bom om restitutie
van een gedeelte van de door hein be
taalde kosten van een aansluiting aan
het gemeenteriool alsmede de vaststel
ling van een tarief te dier zake.
10. Voorstel van idem tot het ver
leenen van een bijslag op de te verlee
nen pensioenen van de eervol ontslagen
gemeente werklieden J. Minderhout en
A. Barentsen.
11. Idem betreffende het aangaan van
de overeenkomst met het Rijk inzake de
verhuring van het centraal belastingge
bouw voor ƒ4400 per jaar.
12. Idem tot verhooging van de ver
goeding aan de gemeente voor het ge
bruik van den v.m. gevangentoren door
het hoofdbestuur der posterijen en tele
grafie voor de vestiging van het sta
tion voor radio-telegrafie, van 100 op
ƒ300, ingaande 1 januari 1920.
13. Idem tot verhuring van een ge
deelte van de hooge loods op het haven
terrein aan het bijkantoor voor Zeeland
der Mij. tot verkoop van hulpmeststof
fen te Middelburg voor 1500 per jaar.
14. Idem tot verhooging van den
huurprijs van een gedeelte eener loods
op het haventerrein, verhuurd aan de
Kon. Mij. „de Schelde" van 750 op
1500 per jaar, ingaande 1 Januari
1920.
15. Ident tot het aangaan, van een de
finitieve leening groot 252.000, ren
tende 6/2
antwoordde zij hem haastig, den iriom-
fanteliiken klank in haar stem met
moeite bedwingend. „Maar je ziet, je
hebt je vergist."
„Als ik dacht, dat mijn rouw geklapt
had, dan zou ze er voor boeten pre
velde de man, alsof hij half verdoofd
was onder dezen haast toevallig toege-
brachten slag. „Het was voor haar, dat
ik me met de heele zaak inliet. U weet",
en zijn blik ging van Danra naar Troy
toe, „dat mijn vrouw werkelijk een
schoonheid is. U hebt haar gezien. Zij
was aan het tooneel, eer ik haar trouw
de, en zij heeft meer gekost dan ik op
eerlijke wijze kon verdienen. Ais zij mij
nu verklapt heeft
„Hoe eerder je de geheele waarheid
vertelt, des te spoediger zal je hooren,
hoe ik ontdekte, dat je meneer Troy
hebt bedrogen", viel Daura hem in d'e
rede. „En als dat je niet langer kan
aansporen om te spreken, denk' er dan
aan, wat wij voor je kunnen doen. Wij
kunnen je vrij laten gaan, met genoeg
geld, om in een ander land een nieuw
leven te beginnen. Beslis nu maar, wat
je kiest, zwijgen en de gevangenis, of
de heele waarheid en vrijheid. Ats je
speekt en je verhaal bewijst, wat ik
geloof en verwacht, dat het zal bewij
zen, dan zal ik je in naam van allen, die
er bij betrokken zijn, de juweelen ten
geschenke geven, die je wilde stelen.
Na wat er gebeurd is, zal niemand van
ons begeeren ze weer te zien daarom
kan ik de verantwoordelijkheid op mij
nemen, je dat aanbod te doen."
„Wat wcnschf u, dat mijn verhaal
zal bewijzen stamelde Morton.
„Zeg de waarheid en waag het er
op, of die is, wat ik hoop."
.Welnu Ger:
16. Idem tot verhuring van de voor
malige ambtswoning van het hoofd van
school A aan de -Coosje Buskenstraat
aan de N.V. „Fijnwerk".
17. Idem tot aanvulling en wijziging
van de verordening regelende de benoe
ming van sommige gemeenteambtena
ren (ten aanzien van het personeel bij
de brandweer).
18. Idem tot bekrachtiging van het
door Burg. en Weth. aan de Koningin
gericht adres om omzetting van de
Burger Avondschool en Avondschool
voor Handwerkslieden in een Avond
school voor nijverheidsonderwijs.
19. Idem tot intrekking van het slot
van het raadsbesluit dd. 28 Mei jl.
waarbij aan den heer G. Jurry de waar
neming van het ambt van hoofd van
school E werd opgedragen tot 1 Sep
tember a.s., den datum waarop hij naar
die school definitief is overgeplaatst.
20. Idem tot vaststelling van een aan
beveling voor den Commissaris der Ko
ningin wegens periodieke aftreding van
leden van het college van zetters.
21. Idem bij wederaanbieding van
hun voorstel nopens den woningbouw
door „Gemeenschappelijk Belang".
22. Idem om de betaling van de bij
drage ad ƒ500.000 voor de uitbreiding
der havenwerken in plaats van over 100
jaren op hoogstens 20 jaren te stellen
zulks ingevolge een schrijven van den
minister van waterstaat.
23. Idem tot vaststelling van een
nieuwe bouw- en woonverordening.
24. Idem tot intrekking van de verhu
ring van een barak aan de N.V. „Fijn-
werk", welke barak is gesloopt voor
materiaal.
25. Idem tot vaststelling van een
staat van ontheffingen wegens plaatse
lijke directe belasting naar liet inkomen
dienst 1919, tot een bedrag van
1072.42.
26. Idem tot vaststelling van een
staat van oninbare posten wegens
plaatselijke directe belasting naar het
inkomen over 1919 ad ƒ2059.61 en idem
over 1919 ad 11602.361/2 en een staat
van ontheffingen over 1918 ad f i .72.
27. Idem tot vaststelling van een
si: at van oninbare posten wegens
plaatselijke directe belasting naar het
inkomen over 1919, ten bedrage van
1270.64 U,.
28. idem tot vaststelling van een ont-
werp-beslmt tot betaling uit den post
voor onvoorziene uitgaven der gemeen-
te-begrooting, dienst 1920.
29. idem tot vaststelling van suppie-
toi'.'e kohieren voor het schoolgeld op
de openbare lagere scholen.
Nederland en Befgie.
De redacteur van „de Maasbode" te
Brussel seint dd.d 8 Juli
schuldige", stiet Morton uit na een
oogenbiik aarzelen.
„Dat spreekt van zelf 1" riep de
broeder van den doode.
„En George Conway ook niet."
„Conway niet 1" riep Robert Troy.
„Je liegt nu, of je hebt vroeger gelogen,
je hebt het mij in de gevangenis bekend
en wat je vrouw zeide, deed mij nog
vaster overtuigd zijn van zijn schuld."
„ik heb toen gelogen. Mijn vrouw
niet. ik heb haar verteld, wat ik wilde,
dat zij geloofde als zij dan geld kreeg,
zou zij mij helpen ontsnappen, om
Conway te vervolgen, ik had hem
brieven 'geschreven wij beiden deden
dat, mijn vrouw en ik. Er waren heel
wat toevallige bewijzen tegen hem. die
ik aan den dag kon hebben gebracht,
als ik dat had gewild, en dat wist hij.
Maar dat was mijn plan niet in het be
gin. Ik had mij verbonden aan den an
deren man, had beloqfd hem door dik
en dun bij te staan en in 't ergste geval
zou ik mijn belooning krijgen, als mijn
gevangenisstraf was afgeloopen."
„Welke andere man die vraag
kwam kort en scherp van Trov.'s lip
pen.
David Grey, de directeur van de
bank, degene van de drie hoofdbeamb
ten, dien niemand verdacht, omdat hij
zoo goed was."
„Mijn hemel 1 En je liet een onschul
dige vervolgen 1" Troy's gelaat was
doodsbleek.
„Ja, dat deed ik. Ik haatte u allen, en
ik zal u zeggen, waarom. Uw broeder
was hard ais een rots tegen mij, omdat
ik wel op de een of andere manier aan
geld moest komen en wel eens meer tot
mijn oud beroep mijn toevlucht had ge-
De „Nation Beige", die gisteren met
groote letters berichtte, dat Frankrijk
c-n Engeland België steunden inzake de
kwestie der Wielingen, heeft tweemaal
nagedacht en schrijft heden
We hebben niet afgelaten te betoo-
gen dat men de financieele kwestie
moet vastkoppelen aan de politieke en
militaire. Men gaat nu daartoe over.
wordt gezegd als nieuwe compensa
tie zijn "de geallieerden voornemens ons
hun stuen te geven inzake de Wielin
gen-kwestie. Nog eens dezen steun heb
ben we reeds gekregen, al is dit gë-
schenk dat ons nu wordt beloofd
laten we het dadelijk er bij zeggen
er eigenlijk geen.
Door ons enkel in de Wielingen
kwestie hun s'tem te geven en niet meer
dan dat, zouden de geallieerden ons in
een moeilijker parket plaatsen dan wij
nu zitten, daar ze ons op die manier
zouden noodzaken metterdaad het ver
drag met Nederland te onderteekenen,
dat zoowel voor België als voor Enge
land, en Frankrijk een groot gevaar in
houdt.
Alleen door volledig gevolg te geven
aan de resolutie van 8 Maart 1919,
welke aan België een bevredigende op
lossing beloofde van de vraagstukken
ook die betreffende de Schelde en de
Maas, en door alles te herzien, wat ze
sindsdien heeft laten geschieden om die
belofte tot nul te reduceeren, zal de
entente ons volk er toe kunnen brengen
de onvoldoende schadeloosstellingen op
andere punten lijdzaam te verdragen.
Invaliditeitswet en Arbeidscontract.
Zooals meermalen in het dagelijkseh
leven blijkt, zijn vele personen (en hier
onder werkgevers) met de bepalingen
van het Arbeidscontract onbekend. Het
is onze bedoeling niet hier alle bepalin
gen van het Arbeidscontract te bespre
ken, slechts die bepalingen, welke in
nauw verband staan met de Invalidi
teitswet.
Art. 1638b B. W. luidt „Geen loon
is verschuldigd voor den tijd, geduren
de welken de arbeider den bedongen
arbeid niet heeft verricht."
Art. 1638c bepaalt o.a.
le lid. „Evenwel behoudt de arbeider
zijne aanspraak op het naar tijdruimte
vastgesteld loon voor een betrekkelijk
korten tijd, wanneer hij tengevolge van
ziekte of ongeval verhinderd is geweest
zijn arbeid te verrichten, tenzij de ziek
te of het ongeval door zijn opzet of on
zedelijkheid veroorzaakt, bf het gevolg
is van een lichaamsgebrek, waarom
trent hij bij het aangaan der overeen
komst den werkgever opzettelijk val-
sche inlichtingen heeft gegeven."
2e lid. „Komt hem in zoodanig geval,
krachtens eenige wettelijke voorge
schreven' ziekte- of ongevallenverzeke
ring of krachtens eenige verzekering
of uit eenig fonds, waarin de deelne
ming is bedongen bij of voortvloeit uit
verloren. Zijn meisje had hem dien ge
geven, geloof ik, en toen de groote
gouddiefstal werd ontdekt, was hij de
eerste, die de politie op mij opmerk
zaam maakte. Ik haatte u om zijnent
wil. Als ik een woord had willen spre
ken, kon ik hem hebben gered. Dat
was eenige troost voor mij, nu ik naar
de gevangenis werd gezonden en de
liefde van mijn vrouw verloor. Uw
broeder heeft zijn hardvochtigheid je
gens mij met zijn schande en dood
betaald."
„Jij, duivel riep Troy. Buiten zich
zelf van woede, richtte hij zijn revolver
op en zou hebben geschoten, als Daura
niet was toegesneld en hem had weer
houden. Haar belofte, dat zij zich niet
zou verroeren, was door beiden verge
ten.
„ik heb hem mijn woord gegeven
riep zij. „Je moet hem sparen. Hij be
hoort mij nu."
„Vergeef mij", aniwoordde Troy. ,.lk
was een oogenbiik buiten mij zelf.
Wees maar niet bang, dat het weer zal
gebeuren. Ga voort, Morton. Je bent
veilig voor mij, ofschoon je een erger
dood verdient, dar. dit wapen je kan
geven. Spreek op en laat ons het eind
hooren."
Morton was doodsbleek onder de
roode verf van zijn vermomming. „Ik
wou, dat ik 11 gepakt had, eer het
meisje door den muur gilde", gromde
hij. „U bent niets beter dan uw broer. In
uw hart is geen grein medelijden niet
een arm man. En Conway gaat het even
zoo. Maar ik heb hem toch moeilijke
uren bezorgd. En nu het verhaal, ik
wenseh de juweelen te hebben. Ik weet
ze alle te plaatsen. Ik geloof, als ik die
eb. dan heb ik afgedaan met de fami-
de arbeidsovereenkomst, eene geldelijke
vergoeding of uitkeering toe, dan wordt
het loon verminderd met het bedrag
dier vergoediing of uitkeering."
Laatste lid. „Van de bepalingen van
dit artikel inag alleen bij schriftelijke
aangegane oveeenkomst of bij regle
ment worden afgeweken."
In liet ontwerp van wet kwamen de
woorden „voor korten tijd" niet voor,
maar werd bepaald dat het loon uitge
keerd zou worden „voor een tijd niet
langer dan de opzeggingstermijn". De
bedoeling van deze wijziging was, dat
de rechter steeds rekening zou kunnen
houden met bestaande gebruiken en
ook bij wijziging van het rechtsgevoel
te dien opzichte, een andere maatstai
zou kunnen aanleggen, waardoor de
wet langen tijd soepei zou blijven en
niet zoo spoedig wijziging zou behoe
ven.
Ook de tijd, waarin een gezonde
vrorjp wegens bevalling van hare
werkzaamheden afwezig pleegt te zijn,
dient te dezer zake als een betrekkelijk
korten tijd te worden aangemerkt, zoo-
dat over dezen tijd eveneens een loon
moet worden uitgekeerd.
Het tweede lid zegt, dat het loon ver
minderd mag worden met het bedrag
eener vergoeding of uitkeering krach
tens de Ongevallen- of Ziektewet. Het
verschil tusschen het loon en de vergoe
ding of uitkeering moet de werkgever
betalen en aangezien hetgeen betaald
wordt, loon is, moet ook de premie
voor de Invaliditeitswet betaald wor
den.
Het laatste lid tenslotte bepaalt, dat
alleen bij .schriftelijke overeenkomst of
reglement van dit artikel (1638 c B.W.)
mag worden afgeweken.
Is er dus geen schriftelijke overeen
komst of reglement, of is er een. over
eenkomst, waarin ten opzichte van art.
1638 c B. W. niets is bepaald, dan zijn
de bepalingen van genoemd artikel van
toepassing en moet de werkgever voor
betrekkelijk korten tijd loon betalen bij
ziekte. Doet hij dit niet, dan kan de
kantonrechter den termijn bepalen,
waarover recht op loon bestaat.
Artikel 186 der Invaliditeitswet be
paalt. dat de werkgever de premie moet
betalen, en wel krachtens art. 199 vóór
of gelijktijdig met de uitbetaling van
loon.
Vele werkgevers meenden, dat indien
een arbeider wegens ziekte niet werk
zaam was geweest, maar niettemin loon
werd uitbetaald, dit een gunst was, en
bijgevolg geen premie voor de Invalidi
teitswet verschuldigd was.
Uit het bovenstaande moge blijken,
dat een recht van den arbeider bij ziek
te op loon bestaat,en derhalve bij uit
betaling hiervan, premie moet worden
betaald.
Verhooging gemeente-tarieven.
Burg. en Weth. van Amsterdam heb
ben bij den gemeenteraad een voorstel
lie Troy en met Conway ook. Niemand
vermoedde, dat David Grey, de direc
teur der bank, in financieele moeilijkhe
den was maar zijn zaken waren lee-
lijk in de war, nu bijna een jaar gele
den. Hij speculeerde nooit in zijn eigen
naam, daar was hij te slim voor. Zijn
zaakwaarnemer deed het misschien
voor hem. In elk geval het liep verkeerd
met hem. Dat was erg voor zijne lief
dadige instellingen. En nog veel erger
voor hem zelf en zijn gezin, dat hem
beschouwde als een heilige zijne
vrouw, die een moeder voor Conway
was geweest, en zijne dochters, die als
zusters voor Conway waren. Grey
moest zich echter zien staande te hou
den.
„Toen kwam de gelegenheid aan de
bank zijn slag te slaan. Hij moet daar
aan hebben gedacht, toen Conway met
verlof naar Europa was. Als hij had
gekund, zou hij het zaakje wel alleen
hebben opgeknapt maar hij had hulp
noodig. Het was juist als in de fabel
van den' leeuw en de muis. Ik was de
muis. De portier moest helpen, om alles
in orde te brengen. Ik wist, eer Conway
terug kwam, wat er aan de hand was.
Maar Conway zelf had er geen vermoe
den van, toen hij zijn wanhopige ge
schiedenis aan zijn ouden vriend ver
telde, en Grey aanbood hem. twintig
duizend dollars te leenen, om Conway
te hetpen bij een speculatie, waar deze
voordeel in zag. Grey geloofde in het
geluk van zijn jongen vriend en waag
de zijn eigen eer daarvoor ofschoon
Conway niet in de gelegenheid was dit
ten volle te beseffen en te waardeeren."
(Slot volgt.)