De Huwelijksdag VRIJDAG 4 JUNI. KAMEROVERZICHT, FSIHIXBTON BINNENLAND ?Vo* 13O 5§®&; •J^s^tifiè^s.rsisg e*-»*»""-j.j.,I, ,11.1MB ffgljSO **--*• VUSSINGSCHE COURANT spraak, hetzij voor de regeering, hetzij voor de minderheid van thans, de ge dragslijn bepalen, welke zij ten aanzien van het omstreden ontwerp zal moeten volgen. Het middel, dat we als de eenige lo gische oplossing van het conflict kun nen zien. lijkt, op het eerste gezicht misschien wel zeer radicaal. „Aux grand maux les grands ,,rémèdes Indien geen verzoeningsvoorstel mo gelijk is en indien geen der beide partij en het, eenmaal door haar ingenomen standpunt wil opgeven en wie ziet de mogelijkheid van het eerste, wie de waarschijnlijkheid van het laatste dan zal de onhoudbare toestand van thans zich weken lang blijven voortsle pen, met het behoeft geen betoog de, zoowel direct ais indirect, meest ernstige gevolgen voor het geheele volk. Laat daarom, vóórdat het zoo ver komt, de beslissing over het geschil punt door het volk zelr tijdig kunnen worden uitgesproken. Dit is we herhalen het de o.i. eenige objective oplossing van het conflict. Naar aanleiding van dit artikel merkt ,,de Maasbode" op dat „de Nieuwe Ct." zich lichtelijk nerveus toont en noem! de oplossing, welke door het Haagsche blad aan de hand wordt gedaan, geheel verkeerd. De „Maasbode" motiveert haar hou ding aldus Deze menschen toch, die voor zich als m i n d e r h e i d het recht op- eischen, tegen den uitgesproken wil der meerderheid den regeeringsvorm te kunnen veranderen als hun dat wen- schelijk voorkomt die straffeloosheid vorderen als het hun in den zin komt een aanslag te beramen tegen de veilig heid van den staat die op het moment lak hebben aan de uitspraak der kiezers welke hun in het parlement geen over wicht bezorgde zulke menschen zullen heusch niet zwichten voor een her nieuwd vonnis der publieke opinie, dat hen in het ongelijk zou stellen. Te furi euzer zouden zij hun ininderheidswil en hun obstructie voortzetten. Daarom alleen reeds dient o.i. het voorstel van „de Nieuwe Courant" ais niet-ongevaarlijk en bovendien ondoel matig te worden afgewezen. De Duitsche schepen voor Nederland. De stoomschepen „Braunschweig" en „Nassau", ieder van 22,000 ton, die vóór het uitbreken van den oorlog dooi de Hamburg-Amerika lijn bij de „Vul kan" te Bremen besteld waren, en die gedurende den oorlog aan de Holland- Amcrika-lijn verkocht werden, zijn gis teren mei toestemming van de Entente naar Nederland vertrokken. Uitvoer van vroege aardappelen. De Nederlandsehe Uitvoermaatsehap- pii brengt ter kennis van belanghebben den, dat, zoodra krachtens beschikking van Zijne Excellentie den minister van landbouw, handel en nijverheid de uit voer van vroege aardappelen zal zijn opengesteld, zij aan de endosseering van de daartoe vereischte uitvoerver gunningen bepaalde voorwaarden zal verbinden. Op desbetreffend schriftelijk verzoek worden deze voorwaarden thans reeds aan belanghebbenden medegedeeld. Daling van den rijsprijs. Het „Ned. Weekblad voor den handel in Kruidenierswaren" verneemt, dat binnen drie weken de rijstprijs belang rijk zal dalen. De pellerijen zuilen dan ter markt komen met een partij Ran goon- en Siam-rijst tegen een prijs van 68 tot 70 per baal van 100 K.G. Dat is dus circa ƒ20 beneden de huidige noteering. Ook verneemt het blad, dat de ge meente Amsterdam tracht zich van haar rijstvoorraad te ontdoen en daarom de makelaars Valkenburg en Dunnewold belast heeft met den verkoop van een hoeveelheid geglansde Siam-rijst. De prijs dezer rijst is vastgesteld op 81 contant, zonder korting. Nu de peilers zelf weldra met een lagere aanbieding ter markt komen, zal Amsterdam wel met zijn rijst blijven zit ten of nog lager moeten gaan. Spoorwegpersoneel. Een deputatie uit de hoofdbesturen van „St. Raphael" en den Prot. Bond van Spoorwegpersoneel had opnieuw een onderhoud met den minister van waterstaat in verband met de duurte- toeslag-kwestie van het spoorwegper soneel. Door de deputatie werd ge vraagd of de minister sedert het onder houd van 27 Mei nadere stappen had gedaan. De minister deelde mede. dat hij ter zake inlichtingen had ingewon nen van de directie en gaf als zijn meening te kennen, dat het advies van den Loonraad moest worden afgewacht om dan te kunnen nagaan, wat er ten aanzien van den duurtetoeslag te doen stond. Wanneer het zoo ver is, zullen zoowel directie als regeering den toe stand welwillend onderzoeken. Verder werd gewezen op de ontevre denheid die er onder sommige groepen van het personeel heerscht ten aanzien van de nieuwe dienst- en rusttijden. De minister deeide mede, dat ten aanzien van de toepassing van bepaalde artike len der nieuwe regeling nog eenige be zwaren werden ondervonden, maar dat met de uitwerking de meeste spoed werd betracht. Voorts bleek de kwestie der dienst- en rusttijden de volle be langstelling van den minister te hebben. R. Kath. Werkgeversvereeniging De R. Kath. werkgeversvereeniging heeft te Maastricht haar algemeene ver gadering gehouden, waarin mr. D. J. van Best een rede hield over de Neder landsehe in- en uitvoerpoiitiek. Onder reserve, dat, wat hij ging zeg gen, slechts een bescheiden inleiding was tot een gedaehtenwisseling, om schreef hij den huidigen toestand, nadat hij den huidigen toestand, nadat vijf jaren oorlog, vijf jaren van leed, ver mindering van rijkdom en vermeerdering i van armoede hadden veroorzaakt, voor al in de oorlogvoerende landen, door het vernietigen van alles, wat tot rijk dom had kunnen voeren. Ook wij drei gen naar de armoede te gaan, daar sommige bedrijven voor een economi sche crisis staan, die ze niet weten op te lossen. Spreker vergeleek den toe stand, door aan te nemen, dat het bui tenland een debiteur is, die erg ver zwakt is, dus ongeveer in staat van fail lissement, met dien verstande, dat er geen curato^ is. Bij een uitroep uit de vergadering Lloyd George, merkte spr. cp, dat het geen usance is een der fir manten tot curator te benoemen. De vraag is Wat moeten we tegen over dezen debiteur doen. En nadat spreker het systeem van protectie van Engeland becritiseerde, kwam hij tot de slotsom, dat, wanneer er takken van be drijf zijn, die ten gevolge van allerlei oorzaken moeten sluiten en de werklie den gedaan geven, het eenige middel is de grenzen te sluiten en slechts Neder- ADVERTENTIE-PRIJS Vim 14 regels f 1.voor iedere regel meer 24 centbij abonnement spe ciale prijzen. Reclames 48 cent per regel Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen van 1—5 regels 50 centiedere regel meer 52 cent, bij contante'betaling. Familieberichten van 16 regels ƒ1.55, Iedere regel meer 24 cent. ABONNEMENTS-PRiJS Voor Vlissingen en gemeenten op Wal cheren 2.per drie maanden. Franco door het geheele rijk 2.30. Week-abon- nementen !5 cent Afzonderlijke nummers 4 cent QgawcMaeaopcaimimniu. min—■*"■"'11'*— TWEEDE KAMER. Vergadering van Donderdag. Minister van Karnebeek legde heden een uitvoerige verklaring af over den stand der onderhandelingen tusschen Nederland en België. Wat hij meedeelde was een historisch overzicht van den gang van zaken en een schets van den stand op dit oogenblik. Het verwijt, dat er thans stagnatie is gekomen, valt ge heel en al op België. Dat de Wielingen kwestie een voorwendsel is, zal ieder duidelijk worden, die deze uiteenzet ting, heider en klaar, nog eens inziet. De Nederlandsehe regeering handelde correcthet werd heden door den heer Troelstra ten volle erkend zij blijft be reid, naar een oplossing te zoeken, maar zij is niet van plan de Nederlandsehe belangen te schaden. Alle goede voor stellen zijn van haar uitgegaan, maar België wees ze alle af. Nog trachtten de heeren Troelstra en Dresselhuijs eenige mededeelingen los te krijgen. Alleen verklaarde de minis ter, dat hem van een geheim verdrag tusschen Engeland en Nederland niets bekend was. Het gerucht van Nothomb is een praatje. Kalm en waardig en daardoor in drukwekkend was de verklaring, die met applaus werd begroet. if- De interpellatie-Schaper, over de in voeringvan de 8-uren-wet, was natuur lijk veel lawaai om niets. Feitelijk dien de hij de vragen vóór op te stellen en de antwoorden af te wachten. Dit in terrumpeerde de minister van arbeid hem reeds toen hij doorsloeg. Hij stelde na veel omhaal de volgende vragen 1. Tegen weiken datum kan, volgens den minister, de inwerkingtreding van de nieuwe Arbeidswet, althans wat de voornaamste bepalingen betreft, worden tegemoet gezien 2. Waaraan is het toe te schrijven, dat deze wet naar het schijnt nog in de eerstvolgende maanden niet in toepas sing zal worden gebracht 3. Wordt door de werking van den Hoogen Raad van Arbeid die' toepas sing nïet al te zeer vertraagd, mede doordat de ambtenaren van het depar tement aan hun werk voor dat doel worden onttrokken De minister wees er op, dat de Vei ligheidswet 15 maanden, de Stuwa doorswet 24 maanden, de Steenhou- werswet 17 maanden voorbereiding eischten en dat, gelijk het geval zal zijn, de Arbeidswet 1 October a.s. in wer king treden zal, deze slechts elf maan den heeft vereischt. De minister hoopt inderdaad dat, wat de fabrieken en werkplaatsen betreft, de Arbeidswet op 1 October a.s. in wer king treedt. De overige gedeelten ko- (Naar het Engelsch) Door M. HELLEMA. 49) Troy hijgde naar adem. Hij kon zijne oogen niet van het meisje afhouden. De hare zagen hem aan, glimlachend en uitdagend, aisof ze zeiden „Kan ik niet dansen Kan ik niet dansen, zooals Salome danste voor het hoofd van Jo hannes den dooper Wat wilt u mij geven voor mijn dans Wat man met rood bloed in zijne aderen bestond er, die haar op dat oogenblik niet alles zou hebben gege ven, wat zij vroeg En Troy was niet koel. Hij verloor zijn hoofd en dat wist hij en wat erger was, het kon hem niet schelen. Hij voelde, dat hij gaarne zou sterven, nadat hij eenmaal, slechts eenmaal haar had gekust, haar prachtig haar tegen zijn wang had voelen golven en de geur daarvan had ingeademd. Die moest zijn als viooltjes. Hij klemde zich nog steviger dan te voren aan zijn stoel vast, om de dwaas heid niet te begaan van op te springen en haar in zijne armen te drukken, zoo als een woeste begeerte hem dreef te doen. En plotseling hield zij op, terwijl de muziek wegstierf met een zucht. De dans was voorbij, en voor het eer?! men daarna in volgorde, winkels, zie- kenhuizen, apotheken, hotels en restau rants en ten slotte de minder nauwkeu rig omschreven groepen. Een groot deel der maatregelen van bestuur is reeds gereed en met voort varendheid wordt aan de rest gewerkt. Voorts is men bezig met de opleiding van de inspecteurs. De heer Schaper wenschte nog in een motie bij den minister aan te dringen op zoodanigen spoed, dat de Arbeids wet 1 Juli a.s. in werking treedt. Daarna begon weer het obstructie- spelletje, met pogingen om de verga dering te verdagen, die gelukten. Nederland en België. Aan de officieele verklaring, gisteren door den minister van buitenlandsche zaken in de Tweede Kamer afgelegd, ontleenen wij nog het volgende Wat de kwestie van de Wielingen zelve betreft, op het oogenblik behoef ik daarop niet in te gaan. Ik teeken slechts aan dat, afgescheiden van zijn» rechten, daarbij voor Nederland belan gen betrokken zijn, die en ik leg hierop nadruk niet mogen worden onderschat. Van de Nederlandsehe re geering, die zich van een redelijke op lossing niet afkeerig heeft betoond en bereid blijft daartoe mede te werken, kan niet worden gevergd, dat zij, met algemeene terzijde stelling van het standpunt, dat van oudsher werd inge nomen, en met wijziging van eeuwen lang bestaande toestanden, een solutie zou aanvaarden, die alleen met de Bel gische belangen en niet ook met de Ne derlandsehe rekening houdt. Te minder, waar in dit geding de actie van België aanvankelijk op niet minder dan de heerschappij over de geheele Schelde gericht was en uit dien hoofde bij de regeling van rechten voorzichtigheid is geboden met het oog op de toekomst. Ook treed ik op het oogenblik niet in een beschouwing over de aangekon digde niet-voortzetting der onderhande lingen. Ik zou het, ter wille van de be trekkingen tusschen de beide ianden, betreuren, indien na het langdurig over leg de vastgestelde tractaten ten slotte nïet tot stand kwamen. Nederland heeft echter de herziening der verdragen van 1839 niet gezocht en heeft die ook niet noodig. Aan Nederland wordt door die herziening geen voordeel geboden. De vraag, waar het thans op aan komt. is of op Nederland een odium ge legd kan worden in verband met het geen is gebeurd. Deze vraag beant woord ik met nadruk ontkennend en ik stel er prijs op dit in het openbaar te doen met het oog op de stemmen, die in het buitenland zich doen hooren. Naar de overtuiging van de regeering kan Nederland te dien aanzien met gerust heid het oordeel van de geschiedenis tegemoet gaan en den verderen gang van zaken afwachten. De redacteur van „de Maasbode" te Brussel seint van gisteren De „Nation Beige" publiceert hef be richt van de Nederlandsehe bladen, als zou Nederland de kwestie der Wielin gen aan het Permanente Hof van Arbi trage hebben willen doen voorleggen,- doch dat de -Belgen zulks geweigerd hebben. Het blad ziet hierin een manoeuvre van Nederland om de publieke opinie te beïnvloeden. Wij moeten ons, aldus de „Nation", daaraan niet storen, maar onze weigering met de meeste energie raakte Daura's voet een der gekruiste zwaarden. Zij maakte een beweging, ais ont de zwaarden weg te duwen, gleed uit, of scheen uit te glijden, en wankelde, en zou zijn gevallen, als Troy niet had gedaan, wat hij zoo vurig be geerde te doen niet was opgespron gen en haar in zijne armen had gedrukt. Zij lag aan zijn borst, en hij kon haar hart hooren kloppen onder de dunne bedekking. Hij boog het hoofd en drukte zijne lippen tegen haar haar. ja, het rook naar viooltjes Dat tiad hij ge dacht. Nti wist hij het 1 „Hemel U is een heks. Nu heeft u mij gevangen zeide hij. Zij worstelde niet om los te komen. Ze lag in zijne armen en zag naar hem op, haar gelaat dicht bij het zijne. „ja fluisterde zij. „O, wat heb ik voor u gedanst alleen voor u Wat wilt u yoor mij doen „Laat mij uwe lippen kussen, en bij den hemel ik zal alles doen, wat u wilt!" hijgde hij. „Laat mij uwe lippen kussen en uw haar, uw heerlijk haar Haar oogenblik was gekomen spoediger dan zij had durven hopen. „Meent tt dat fluisterde zij, terwijl haar adem over zijn brandend gelaat streek. „Alles wat ik vraag? Dan kus dan mij maar Toen hoorden zij Hamar's stem voor de deur luid zeggen „Ik kan u niet zeggen, Miss Erskine, of de les over is." Het was een waarschuwing. Daura rukte zich los, en de twee, wier harten te zamen hadden geklopt, trachtten een handhaven. Ons belang en onze waar digheid eischen zulks. Er zijn'in dat ge val geen andere rechters dan wij zeli. Een der meest bekende Belgische po litici verklaarde öns vandaag, dat de Belgische regeering niet voor arbitrage te vinden is, maar wel zou kunnen in stemmen met een voorstel volgens het welk op 't nauw van Wielingen, staan de onder Belgische souvereiniteit, het zelfde regiem zou worden toegepast als op de Schelde, dat wil zeggen, dat de practische belangen van Nederland zul len gewaarborgd zijn. De obstructie in de Tweede Kamer. De „Nieuwe Courant" schrijft De wetgevende machine staat stil. De soci aal-democraten en revolutionairen heb ben dit stopzetten noodzakelijk geoor deeld. Nu door aanneming van het voorstel- Van Sasse van Ysselt is besloten, om het anti-revolutie-ontsverp Dinsdag a.s. aan de orde ie stellen, is de mogelijk heid, om door een verzoeningsvoorstel beide partijen tot elkander te brengen, o. i. uitgesloten. We zouden althans niet weten, bij welk voorstel beide partijen zich thans nog zouden kunnen neer leggen. Van toegeven wil men, schijnt het, aan geen der twee zijden, iets we ten. Het is duidelijk dat aldus een, naar het oordeel van leder, onhoudbare toe stand is geschapen, waarvoor niemand een oplossing kan vinden. Moet dit, zooals het zich thans laat aanzien, we ken en weken, wellicht, zooals de voor zitter waarschuwde, den geheelen zo mer zoo voortduren Wij gelooven niet dat iemand deze vraag van ganscher harte bevestigend zal willen beantwoor den. Dan de machtsstrijd, met zijn on waardig parlementair spel, voortzetten, totdat het uithoudingsvermogen van een der beide partijen is uitgeput Ook dit eind is voor hei reehtbewustzijn al zeer weiniv bevredigend. We gelooven dat er slechts één op lossing is, welke logisch uit de feiten voortvloeit. Het vraagstuk, waarover gestreden wordt is, meenen we, dit. in een, door de regeering voorgesteld wetsontwerp, ziet een deel der volksvertegenwoori- ging een onduldbare onderdrukking van de rechten der minderheden. Op dezen grond acht dit gedeelte van de Kamer zich gerechtigd, oM\ de totstandkoming dezer wet met alle mogelijke middelen te voorkomen het voert obstructie. Is deze meening der minderheid juist? Ons individueele antwoord op deze vraag, doet bij het zoeken naar een logische oplossing van het conflict na tuurrijk niets ter zake. Wiens antwoord is echter wel van belang Wie zal, wil men dezen machtsstrijd niet laten voortduren het beslissende antwoord op deze vraag moeten geven Wie zal de rechter zijn, die over dit geschilpunt vonnis veit? Op deze vraag is o.i. slechts één ant woord mogelijk het volk zelf is de eenige die over dit geschilpunt tusschen de regeering en een deel der volksver tegenwoordiging eenerzijds en het an dere deel der vertegenwoordiging an- derijds, een beslissende uitspraak kan geven. Hoe dit geschieden moet Door Kamerontbinding. Is de Tweede Kamer ontbonden, dan zal het geheele volk bij de nieuwe ver kiezingen zijn oordeel kunnen vellen over de vraag,'of de socialisten terecht of ten onrechte in het anti-revolutie- ontwerp een onderdrukking van het recht der minderheid zien. Heeft het volk zijn oordeel over deze bepaalde vraag uitgesproken, dan zal deze uit houding aan te nemen als van dans- nieesteres en leerling. De deur ging open, en Miss Erskine kwant binnen, scherp en vol verwachting rondziende. Daura kon wel in tranen van woede zijn uitgebarsten. Zij had dit tooneel voorbereid en het bijna tot een gelukkig einde gebracht alles te vergeefs Want het zou te vergeefs zijn, voelde zij. Ze begreep, dat Vane meer in den zin had dan een eenvoudige stoornis. Zij was gekomen met een bepaald doel, om de wraak te nemen, waarmede zij had gedreigd en Daura wist niet, hoe ze zich moest verdedigen, omdat zij niet wist, waar zij den aanval moest ver wachten. „O, de les is gedaan, nietwaar riep Aliss Erskine uit. „Daar was ik zeker van, anders was ik je niet komen sto ren. Ik zou het nog niet hebben ge daan, als ik je niet had willen vragen, voor het te laat was om den zwaard dans te doen en mij te laten toekijken. Ik vroeg het Annira, en zij zeide, dat jij hem even goed deed of beter. Maar ik zie,- dat je hem reeds hebt gedanst voor meneer Troy, daar de zwaarden op den vloer liggen en je haar los is. Jij en Nira zijn precies meisjes uit een ro man Je haar gaat altijd los op het juiste oogenblik, als je het wenscht. Weet u, meneer Troy, Nira danste den zwaarddans bij Lady Mac Intyre den eerstea keer, dat meneer Conway haar zag, e"fi hij werd verliefd op haar. Wees nu eens een lief meisje en dans nog eens voorm ij, wil je Of ben je te moe? Je ziet er uit als een doode Maar mis schien komt dat door dit 'licht Mijn beste oom let er in zijn heiligdom niet op wat het best staat." „Ik vrees, dat ik niet nteer kan dan sen", zeide Daura, trachtend haar stem heel gewoon te doen klinken. „Vader wilde, dat ik meneer Troy den zwaard dans liet zien." Zij begon zenuwachtig het haar te vlechten, dat los over hare schouders hing en in stilte raapte Troy de geval len schildpadden haarspelden op. Toen hij ze haar overhandigde, zag hij haar in de oogen, en de hoop kwam weer bij haar boven. Misschien behoefde zij toch niet weer opnieuw te beginnen. Mis schien zou zij niet genoodzaakt zijn zich weder te vernederen en te veriagen zooals zij dezen avond had gedaan om de liefde van dezen man te winnen. Zijn blik toonde niet, dat Vane volkomen was geslaagd in haar poging, Daura verachtelijk te maken. Die zeide eerder: „ik zal u aan uw woord houden, wat er ook van komt, als u het uwe houdt." En hare oogen trachtten te antwoorden, in weerwil van haar schaamte over zich zelf en toorn tegen Vane, „Wat ik be loofd heb, dat heb ik beloofd." Maar Miss Erskine was nog niet klaar. „Dit is een aardige, oude kamer, nietwaar merkte zij op, goedkeurend rondziende. „Evengoed als een tooneel van een schouwburg en nu lijkt het er precies op, lieve Daura, die gekruiste zwaarden en je koninklijke kleeding, en je verwarde haren. Ik vind altijd, dat dit de aardigste kamer in het huis is be halve een en die telt niet mee, omdat al is ze ook nog zoo mooi, niemand er gaarne een half uur alleen zou willen blijven. Ik bedoel die vreeselijke zwarte Bretonsche kamer. En o ja, mijn ka menier heeft mij iets heel dwaas verteld. Natuurlijk is het onzin Ik begrijp niet hoe zij het in haar hoofd heeft gekregen. Maar zij kwam met een zot verhaal, dat zij geloof ik in de bediendenkamer had opgevangen o ja, nu weet ik het, een zekere Emmons vertelde het haar dat jij, Daura, er op had aangedrongen, meneer Troy de zwarte Bretonsche ka mer te geven. Alsot dat mogelijk was Wel, het zou op een moord gelijken Zij wendde zich haastig tot Troy, zonder Daura tijd te geven om te ant woorden, „Misschien heeft u nooit ge hoord van de zwarte Bretonsche kamer" zeide zij, „maar u moest daar eens een kijkje nemen. U kunt niet begrijpen, hoe griezelig het daar is. Als een of ander slecht, wreed lid van de familie Score een vijand wenschte te doen verdwijnen of krankzinnig te maken, is hij of zij bijzonder vriendelijk en aardig, en laat dan den armen stumper in de zwarte Bretonsche kamer slapen." „Dat is onzin en dat weet je ook wel riep Daura uit, niet langer in staat, haar opbruisende woede te ver bergen, die zich verried in oogen', stem en kleur. Zij zag er uit als een schoone furie, zooals zij woedend uitviel tegen haar glimlachend nichtje. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1920 | | pagina 1