De Huwelijksdag
VRIJDAG 4 JUNI.
KAMEROVERZICHT,
FSIHIXBTON
BINNENLAND
?Vo* 13O 5§®&; •J^s^tifiè^s.rsisg e*-»*»""-j.j.,I, ,11.1MB ffgljSO **--*•
VUSSINGSCHE COURANT
spraak, hetzij voor de regeering, hetzij
voor de minderheid van thans, de ge
dragslijn bepalen, welke zij ten aanzien
van het omstreden ontwerp zal moeten
volgen.
Het middel, dat we als de eenige lo
gische oplossing van het conflict kun
nen zien. lijkt, op het eerste gezicht
misschien wel zeer radicaal. „Aux
grand maux les grands ,,rémèdes
Indien geen verzoeningsvoorstel mo
gelijk is en indien geen der beide partij
en het, eenmaal door haar ingenomen
standpunt wil opgeven en wie ziet de
mogelijkheid van het eerste, wie de
waarschijnlijkheid van het laatste
dan zal de onhoudbare toestand van
thans zich weken lang blijven voortsle
pen, met het behoeft geen betoog
de, zoowel direct ais indirect, meest
ernstige gevolgen voor het geheele
volk.
Laat daarom, vóórdat het zoo ver
komt, de beslissing over het geschil
punt door het volk zelr tijdig kunnen
worden uitgesproken.
Dit is we herhalen het de o.i.
eenige objective oplossing van het
conflict.
Naar aanleiding van dit artikel merkt
,,de Maasbode" op dat „de Nieuwe Ct."
zich lichtelijk nerveus toont en noem!
de oplossing, welke door het Haagsche
blad aan de hand wordt gedaan, geheel
verkeerd.
De „Maasbode" motiveert haar hou
ding aldus
Deze menschen toch, die voor zich
als m i n d e r h e i d het recht op-
eischen, tegen den uitgesproken wil der
meerderheid den regeeringsvorm te
kunnen veranderen als hun dat wen-
schelijk voorkomt die straffeloosheid
vorderen als het hun in den zin komt
een aanslag te beramen tegen de veilig
heid van den staat die op het moment
lak hebben aan de uitspraak der kiezers
welke hun in het parlement geen over
wicht bezorgde zulke menschen zullen
heusch niet zwichten voor een her
nieuwd vonnis der publieke opinie, dat
hen in het ongelijk zou stellen. Te furi
euzer zouden zij hun ininderheidswil en
hun obstructie voortzetten.
Daarom alleen reeds dient o.i. het
voorstel van „de Nieuwe Courant" ais
niet-ongevaarlijk en bovendien ondoel
matig te worden afgewezen.
De Duitsche schepen voor Nederland.
De stoomschepen „Braunschweig" en
„Nassau", ieder van 22,000 ton, die
vóór het uitbreken van den oorlog dooi
de Hamburg-Amerika lijn bij de „Vul
kan" te Bremen besteld waren, en die
gedurende den oorlog aan de Holland-
Amcrika-lijn verkocht werden, zijn gis
teren mei toestemming van de Entente
naar Nederland vertrokken.
Uitvoer van vroege aardappelen.
De Nederlandsehe Uitvoermaatsehap-
pii brengt ter kennis van belanghebben
den, dat, zoodra krachtens beschikking
van Zijne Excellentie den minister van
landbouw, handel en nijverheid de uit
voer van vroege aardappelen zal zijn
opengesteld, zij aan de endosseering
van de daartoe vereischte uitvoerver
gunningen bepaalde voorwaarden zal
verbinden.
Op desbetreffend schriftelijk verzoek
worden deze voorwaarden thans reeds
aan belanghebbenden medegedeeld.
Daling van den rijsprijs.
Het „Ned. Weekblad voor den handel
in Kruidenierswaren" verneemt, dat
binnen drie weken de rijstprijs belang
rijk zal dalen. De pellerijen zuilen dan
ter markt komen met een partij Ran
goon- en Siam-rijst tegen een prijs van
68 tot 70 per baal van 100 K.G. Dat
is dus circa ƒ20 beneden de huidige
noteering.
Ook verneemt het blad, dat de ge
meente Amsterdam tracht zich van haar
rijstvoorraad te ontdoen en daarom de
makelaars Valkenburg en Dunnewold
belast heeft met den verkoop van een
hoeveelheid geglansde Siam-rijst. De
prijs dezer rijst is vastgesteld op 81
contant, zonder korting.
Nu de peilers zelf weldra met een
lagere aanbieding ter markt komen, zal
Amsterdam wel met zijn rijst blijven zit
ten of nog lager moeten gaan.
Spoorwegpersoneel.
Een deputatie uit de hoofdbesturen
van „St. Raphael" en den Prot. Bond
van Spoorwegpersoneel had opnieuw
een onderhoud met den minister van
waterstaat in verband met de duurte-
toeslag-kwestie van het spoorwegper
soneel. Door de deputatie werd ge
vraagd of de minister sedert het onder
houd van 27 Mei nadere stappen had
gedaan. De minister deelde mede. dat
hij ter zake inlichtingen had ingewon
nen van de directie en gaf als zijn
meening te kennen, dat het advies van
den Loonraad moest worden afgewacht
om dan te kunnen nagaan, wat er ten
aanzien van den duurtetoeslag te doen
stond. Wanneer het zoo ver is, zullen
zoowel directie als regeering den toe
stand welwillend onderzoeken.
Verder werd gewezen op de ontevre
denheid die er onder sommige groepen
van het personeel heerscht ten aanzien
van de nieuwe dienst- en rusttijden. De
minister deeide mede, dat ten aanzien
van de toepassing van bepaalde artike
len der nieuwe regeling nog eenige be
zwaren werden ondervonden, maar dat
met de uitwerking de meeste spoed
werd betracht. Voorts bleek de kwestie
der dienst- en rusttijden de volle be
langstelling van den minister te hebben.
R. Kath. Werkgeversvereeniging
De R. Kath. werkgeversvereeniging
heeft te Maastricht haar algemeene ver
gadering gehouden, waarin mr. D. J.
van Best een rede hield over de Neder
landsehe in- en uitvoerpoiitiek.
Onder reserve, dat, wat hij ging zeg
gen, slechts een bescheiden inleiding
was tot een gedaehtenwisseling, om
schreef hij den huidigen toestand, nadat
hij den huidigen toestand, nadat vijf
jaren oorlog, vijf jaren van leed, ver
mindering van rijkdom en vermeerdering
i van armoede hadden veroorzaakt, voor
al in de oorlogvoerende landen, door
het vernietigen van alles, wat tot rijk
dom had kunnen voeren. Ook wij drei
gen naar de armoede te gaan, daar
sommige bedrijven voor een economi
sche crisis staan, die ze niet weten op
te lossen. Spreker vergeleek den toe
stand, door aan te nemen, dat het bui
tenland een debiteur is, die erg ver
zwakt is, dus ongeveer in staat van fail
lissement, met dien verstande, dat er
geen curato^ is. Bij een uitroep uit de
vergadering Lloyd George, merkte spr.
cp, dat het geen usance is een der fir
manten tot curator te benoemen.
De vraag is Wat moeten we tegen
over dezen debiteur doen. En nadat
spreker het systeem van protectie van
Engeland becritiseerde, kwam hij tot de
slotsom, dat, wanneer er takken van be
drijf zijn, die ten gevolge van allerlei
oorzaken moeten sluiten en de werklie
den gedaan geven, het eenige middel is
de grenzen te sluiten en slechts Neder-
ADVERTENTIE-PRIJS
Vim 14 regels f 1.voor iedere
regel meer 24 centbij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames 48 cent per regel
Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen
van 1—5 regels 50 centiedere regel meer
52 cent, bij contante'betaling.
Familieberichten van 16 regels ƒ1.55,
Iedere regel meer 24 cent.
ABONNEMENTS-PRiJS
Voor Vlissingen en gemeenten op Wal
cheren 2.per drie maanden. Franco
door het geheele rijk 2.30. Week-abon-
nementen !5 cent Afzonderlijke nummers
4 cent
QgawcMaeaopcaimimniu. min—■*"■"'11'*—
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
Minister van Karnebeek legde heden
een uitvoerige verklaring af over den
stand der onderhandelingen tusschen
Nederland en België. Wat hij meedeelde
was een historisch overzicht van den
gang van zaken en een schets van den
stand op dit oogenblik. Het verwijt, dat
er thans stagnatie is gekomen, valt ge
heel en al op België. Dat de Wielingen
kwestie een voorwendsel is, zal ieder
duidelijk worden, die deze uiteenzet
ting, heider en klaar, nog eens inziet.
De Nederlandsehe regeering handelde
correcthet werd heden door den heer
Troelstra ten volle erkend zij blijft be
reid, naar een oplossing te zoeken, maar
zij is niet van plan de Nederlandsehe
belangen te schaden. Alle goede voor
stellen zijn van haar uitgegaan, maar
België wees ze alle af.
Nog trachtten de heeren Troelstra en
Dresselhuijs eenige mededeelingen los
te krijgen. Alleen verklaarde de minis
ter, dat hem van een geheim verdrag
tusschen Engeland en Nederland niets
bekend was. Het gerucht van Nothomb
is een praatje.
Kalm en waardig en daardoor in
drukwekkend was de verklaring, die
met applaus werd begroet.
if-
De interpellatie-Schaper, over de in
voeringvan de 8-uren-wet, was natuur
lijk veel lawaai om niets. Feitelijk dien
de hij de vragen vóór op te stellen en
de antwoorden af te wachten. Dit in
terrumpeerde de minister van arbeid
hem reeds toen hij doorsloeg.
Hij stelde na veel omhaal de volgende
vragen
1. Tegen weiken datum kan, volgens
den minister, de inwerkingtreding van
de nieuwe Arbeidswet, althans wat de
voornaamste bepalingen betreft, worden
tegemoet gezien
2. Waaraan is het toe te schrijven,
dat deze wet naar het schijnt nog in de
eerstvolgende maanden niet in toepas
sing zal worden gebracht
3. Wordt door de werking van den
Hoogen Raad van Arbeid die' toepas
sing nïet al te zeer vertraagd, mede
doordat de ambtenaren van het depar
tement aan hun werk voor dat doel
worden onttrokken
De minister wees er op, dat de Vei
ligheidswet 15 maanden, de Stuwa
doorswet 24 maanden, de Steenhou-
werswet 17 maanden voorbereiding
eischten en dat, gelijk het geval zal zijn,
de Arbeidswet 1 October a.s. in wer
king treden zal, deze slechts elf maan
den heeft vereischt.
De minister hoopt inderdaad dat, wat
de fabrieken en werkplaatsen betreft, de
Arbeidswet op 1 October a.s. in wer
king treedt. De overige gedeelten ko-
(Naar het Engelsch)
Door M. HELLEMA.
49)
Troy hijgde naar adem. Hij kon zijne
oogen niet van het meisje afhouden.
De hare zagen hem aan, glimlachend en
uitdagend, aisof ze zeiden „Kan ik niet
dansen Kan ik niet dansen, zooals
Salome danste voor het hoofd van Jo
hannes den dooper Wat wilt u mij
geven voor mijn dans
Wat man met rood bloed in zijne
aderen bestond er, die haar op dat
oogenblik niet alles zou hebben gege
ven, wat zij vroeg En Troy was niet
koel. Hij verloor zijn hoofd en dat wist
hij en wat erger was, het kon hem
niet schelen. Hij voelde, dat hij gaarne
zou sterven, nadat hij eenmaal, slechts
eenmaal haar had gekust, haar prachtig
haar tegen zijn wang had voelen golven
en de geur daarvan had ingeademd. Die
moest zijn als viooltjes.
Hij klemde zich nog steviger dan te
voren aan zijn stoel vast, om de dwaas
heid niet te begaan van op te springen
en haar in zijne armen te drukken, zoo
als een woeste begeerte hem dreef te
doen. En plotseling hield zij op, terwijl
de muziek wegstierf met een zucht. De
dans was voorbij, en voor het eer?!
men daarna in volgorde, winkels, zie-
kenhuizen, apotheken, hotels en restau
rants en ten slotte de minder nauwkeu
rig omschreven groepen.
Een groot deel der maatregelen van
bestuur is reeds gereed en met voort
varendheid wordt aan de rest gewerkt.
Voorts is men bezig met de opleiding
van de inspecteurs.
De heer Schaper wenschte nog in een
motie bij den minister aan te dringen
op zoodanigen spoed, dat de Arbeids
wet 1 Juli a.s. in werking treedt.
Daarna begon weer het obstructie-
spelletje, met pogingen om de verga
dering te verdagen, die gelukten.
Nederland en België.
Aan de officieele verklaring, gisteren
door den minister van buitenlandsche
zaken in de Tweede Kamer afgelegd,
ontleenen wij nog het volgende
Wat de kwestie van de Wielingen
zelve betreft, op het oogenblik behoef
ik daarop niet in te gaan. Ik teeken
slechts aan dat, afgescheiden van zijn»
rechten, daarbij voor Nederland belan
gen betrokken zijn, die en ik leg
hierop nadruk niet mogen worden
onderschat. Van de Nederlandsehe re
geering, die zich van een redelijke op
lossing niet afkeerig heeft betoond en
bereid blijft daartoe mede te werken,
kan niet worden gevergd, dat zij, met
algemeene terzijde stelling van het
standpunt, dat van oudsher werd inge
nomen, en met wijziging van eeuwen
lang bestaande toestanden, een solutie
zou aanvaarden, die alleen met de Bel
gische belangen en niet ook met de Ne
derlandsehe rekening houdt. Te minder,
waar in dit geding de actie van België
aanvankelijk op niet minder dan de
heerschappij over de geheele Schelde
gericht was en uit dien hoofde bij de
regeling van rechten voorzichtigheid is
geboden met het oog op de toekomst.
Ook treed ik op het oogenblik niet
in een beschouwing over de aangekon
digde niet-voortzetting der onderhande
lingen. Ik zou het, ter wille van de be
trekkingen tusschen de beide ianden,
betreuren, indien na het langdurig over
leg de vastgestelde tractaten ten slotte
nïet tot stand kwamen. Nederland heeft
echter de herziening der verdragen van
1839 niet gezocht en heeft die ook niet
noodig. Aan Nederland wordt door die
herziening geen voordeel geboden.
De vraag, waar het thans op aan
komt. is of op Nederland een odium ge
legd kan worden in verband met het
geen is gebeurd. Deze vraag beant
woord ik met nadruk ontkennend en ik
stel er prijs op dit in het openbaar te
doen met het oog op de stemmen, die in
het buitenland zich doen hooren. Naar
de overtuiging van de regeering kan
Nederland te dien aanzien met gerust
heid het oordeel van de geschiedenis
tegemoet gaan en den verderen gang
van zaken afwachten.
De redacteur van „de Maasbode" te
Brussel seint van gisteren
De „Nation Beige" publiceert hef be
richt van de Nederlandsehe bladen, als
zou Nederland de kwestie der Wielin
gen aan het Permanente Hof van Arbi
trage hebben willen doen voorleggen,-
doch dat de -Belgen zulks geweigerd
hebben.
Het blad ziet hierin een manoeuvre
van Nederland om de publieke opinie te
beïnvloeden. Wij moeten ons, aldus de
„Nation", daaraan niet storen, maar
onze weigering met de meeste energie
raakte Daura's voet een der gekruiste
zwaarden. Zij maakte een beweging,
ais ont de zwaarden weg te duwen,
gleed uit, of scheen uit te glijden, en
wankelde, en zou zijn gevallen, als Troy
niet had gedaan, wat hij zoo vurig be
geerde te doen niet was opgespron
gen en haar in zijne armen had gedrukt.
Zij lag aan zijn borst, en hij kon haar
hart hooren kloppen onder de dunne
bedekking. Hij boog het hoofd en drukte
zijne lippen tegen haar haar. ja, het
rook naar viooltjes Dat tiad hij ge
dacht. Nti wist hij het 1
„Hemel U is een heks. Nu heeft u
mij gevangen zeide hij.
Zij worstelde niet om los te komen.
Ze lag in zijne armen en zag naar hem
op, haar gelaat dicht bij het zijne.
„ja fluisterde zij. „O, wat heb ik
voor u gedanst alleen voor u Wat
wilt u yoor mij doen
„Laat mij uwe lippen kussen, en bij
den hemel ik zal alles doen, wat u
wilt!" hijgde hij. „Laat mij uwe lippen
kussen en uw haar, uw heerlijk haar
Haar oogenblik was gekomen
spoediger dan zij had durven hopen.
„Meent tt dat fluisterde zij, terwijl
haar adem over zijn brandend gelaat
streek. „Alles wat ik vraag? Dan kus
dan mij maar
Toen hoorden zij Hamar's stem voor
de deur luid zeggen „Ik kan u niet
zeggen, Miss Erskine, of de les over is."
Het was een waarschuwing. Daura
rukte zich los, en de twee, wier harten
te zamen hadden geklopt, trachtten een
handhaven. Ons belang en onze waar
digheid eischen zulks. Er zijn'in dat ge
val geen andere rechters dan wij zeli.
Een der meest bekende Belgische po
litici verklaarde öns vandaag, dat de
Belgische regeering niet voor arbitrage
te vinden is, maar wel zou kunnen in
stemmen met een voorstel volgens het
welk op 't nauw van Wielingen, staan
de onder Belgische souvereiniteit, het
zelfde regiem zou worden toegepast als
op de Schelde, dat wil zeggen, dat de
practische belangen van Nederland zul
len gewaarborgd zijn.
De obstructie in de Tweede Kamer.
De „Nieuwe Courant" schrijft De
wetgevende machine staat stil. De soci
aal-democraten en revolutionairen heb
ben dit stopzetten noodzakelijk geoor
deeld.
Nu door aanneming van het voorstel-
Van Sasse van Ysselt is besloten, om
het anti-revolutie-ontsverp Dinsdag a.s.
aan de orde ie stellen, is de mogelijk
heid, om door een verzoeningsvoorstel
beide partijen tot elkander te brengen,
o. i. uitgesloten. We zouden althans niet
weten, bij welk voorstel beide partijen
zich thans nog zouden kunnen neer
leggen. Van toegeven wil men, schijnt
het, aan geen der twee zijden, iets we
ten. Het is duidelijk dat aldus een, naar
het oordeel van leder, onhoudbare toe
stand is geschapen, waarvoor niemand
een oplossing kan vinden. Moet dit,
zooals het zich thans laat aanzien, we
ken en weken, wellicht, zooals de voor
zitter waarschuwde, den geheelen zo
mer zoo voortduren Wij gelooven niet
dat iemand deze vraag van ganscher
harte bevestigend zal willen beantwoor
den. Dan de machtsstrijd, met zijn on
waardig parlementair spel, voortzetten,
totdat het uithoudingsvermogen van
een der beide partijen is uitgeput Ook
dit eind is voor hei reehtbewustzijn al
zeer weiniv bevredigend.
We gelooven dat er slechts één op
lossing is, welke logisch uit de feiten
voortvloeit.
Het vraagstuk, waarover gestreden
wordt is, meenen we, dit. in een, door
de regeering voorgesteld wetsontwerp,
ziet een deel der volksvertegenwoori-
ging een onduldbare onderdrukking van
de rechten der minderheden. Op dezen
grond acht dit gedeelte van de Kamer
zich gerechtigd, oM\ de totstandkoming
dezer wet met alle mogelijke middelen
te voorkomen het voert obstructie.
Is deze meening der minderheid juist?
Ons individueele antwoord op deze
vraag, doet bij het zoeken naar een
logische oplossing van het conflict na
tuurrijk niets ter zake. Wiens antwoord
is echter wel van belang Wie zal,
wil men dezen machtsstrijd niet laten
voortduren het beslissende antwoord
op deze vraag moeten geven Wie zal
de rechter zijn, die over dit geschilpunt
vonnis veit?
Op deze vraag is o.i. slechts één ant
woord mogelijk het volk zelf is de
eenige die over dit geschilpunt tusschen
de regeering en een deel der volksver
tegenwoordiging eenerzijds en het an
dere deel der vertegenwoordiging an-
derijds, een beslissende uitspraak kan
geven. Hoe dit geschieden moet Door
Kamerontbinding.
Is de Tweede Kamer ontbonden, dan
zal het geheele volk bij de nieuwe ver
kiezingen zijn oordeel kunnen vellen
over de vraag,'of de socialisten terecht
of ten onrechte in het anti-revolutie-
ontwerp een onderdrukking van het
recht der minderheid zien. Heeft het
volk zijn oordeel over deze bepaalde
vraag uitgesproken, dan zal deze uit
houding aan te nemen als van dans-
nieesteres en leerling. De deur ging
open, en Miss Erskine kwant binnen,
scherp en vol verwachting rondziende.
Daura kon wel in tranen van woede
zijn uitgebarsten. Zij had dit tooneel
voorbereid en het bijna tot een gelukkig
einde gebracht alles te vergeefs
Want het zou te vergeefs zijn, voelde
zij. Ze begreep, dat Vane meer in den
zin had dan een eenvoudige stoornis.
Zij was gekomen met een bepaald doel,
om de wraak te nemen, waarmede zij
had gedreigd en Daura wist niet, hoe
ze zich moest verdedigen, omdat zij niet
wist, waar zij den aanval moest ver
wachten.
„O, de les is gedaan, nietwaar riep
Aliss Erskine uit. „Daar was ik zeker
van, anders was ik je niet komen sto
ren. Ik zou het nog niet hebben ge
daan, als ik je niet had willen vragen,
voor het te laat was om den zwaard
dans te doen en mij te laten toekijken.
Ik vroeg het Annira, en zij zeide, dat jij
hem even goed deed of beter. Maar
ik zie,- dat je hem reeds hebt gedanst
voor meneer Troy, daar de zwaarden
op den vloer liggen en je haar los is. Jij
en Nira zijn precies meisjes uit een ro
man Je haar gaat altijd los op het
juiste oogenblik, als je het wenscht.
Weet u, meneer Troy, Nira danste den
zwaarddans bij Lady Mac Intyre den
eerstea keer, dat meneer Conway haar
zag, e"fi hij werd verliefd op haar. Wees
nu eens een lief meisje en dans nog eens
voorm ij, wil je Of ben je te moe? Je
ziet er uit als een doode Maar mis
schien komt dat door dit 'licht Mijn
beste oom let er in zijn heiligdom niet
op wat het best staat."
„Ik vrees, dat ik niet nteer kan dan
sen", zeide Daura, trachtend haar stem
heel gewoon te doen klinken. „Vader
wilde, dat ik meneer Troy den zwaard
dans liet zien."
Zij begon zenuwachtig het haar te
vlechten, dat los over hare schouders
hing en in stilte raapte Troy de geval
len schildpadden haarspelden op. Toen
hij ze haar overhandigde, zag hij haar
in de oogen, en de hoop kwam weer bij
haar boven. Misschien behoefde zij toch
niet weer opnieuw te beginnen. Mis
schien zou zij niet genoodzaakt zijn
zich weder te vernederen en te veriagen
zooals zij dezen avond had gedaan om
de liefde van dezen man te winnen. Zijn
blik toonde niet, dat Vane volkomen
was geslaagd in haar poging, Daura
verachtelijk te maken. Die zeide eerder:
„ik zal u aan uw woord houden, wat er
ook van komt, als u het uwe houdt."
En hare oogen trachtten te antwoorden,
in weerwil van haar schaamte over zich
zelf en toorn tegen Vane, „Wat ik be
loofd heb, dat heb ik beloofd."
Maar Miss Erskine was nog niet
klaar. „Dit is een aardige, oude kamer,
nietwaar merkte zij op, goedkeurend
rondziende. „Evengoed als een tooneel
van een schouwburg en nu lijkt het er
precies op, lieve Daura, die gekruiste
zwaarden en je koninklijke kleeding, en
je verwarde haren. Ik vind altijd, dat dit
de aardigste kamer in het huis is be
halve een en die telt niet mee, omdat
al is ze ook nog zoo mooi, niemand er
gaarne een half uur alleen zou willen
blijven. Ik bedoel die vreeselijke zwarte
Bretonsche kamer. En o ja, mijn ka
menier heeft mij iets heel dwaas verteld.
Natuurlijk is het onzin Ik begrijp niet
hoe zij het in haar hoofd heeft gekregen.
Maar zij kwam met een zot verhaal, dat
zij geloof ik in de bediendenkamer had
opgevangen o ja, nu weet ik het, een
zekere Emmons vertelde het haar dat
jij, Daura, er op had aangedrongen,
meneer Troy de zwarte Bretonsche ka
mer te geven. Alsot dat mogelijk was
Wel, het zou op een moord gelijken
Zij wendde zich haastig tot Troy,
zonder Daura tijd te geven om te ant
woorden, „Misschien heeft u nooit ge
hoord van de zwarte Bretonsche kamer"
zeide zij, „maar u moest daar eens een
kijkje nemen. U kunt niet begrijpen, hoe
griezelig het daar is. Als een of ander
slecht, wreed lid van de familie Score
een vijand wenschte te doen verdwijnen
of krankzinnig te maken, is hij of zij
bijzonder vriendelijk en aardig, en
laat dan den armen stumper in de
zwarte Bretonsche kamer slapen."
„Dat is onzin en dat weet je ook
wel riep Daura uit, niet langer in
staat, haar opbruisende woede te ver
bergen, die zich verried in oogen', stem
en kleur. Zij zag er uit als een schoone
furie, zooals zij woedend uitviel tegen
haar glimlachend nichtje.
(Wordt vervolgd.)