Oe Huwelijksdag
DINSDAG II MBI.
III
GEMEENTEBESTUUR
FEUILLETON
BINNENLAND
S.®2!50 -^s®
VLISSINGSCHE COURANT
- j -li".-ui-* -» rv4t***ai*Mm - - .- i ii"|- 11 rjBnfnrTTrMMw-^wrmaiiijiiiMMMTiiiïïlTrMii i i nrVrr--~-vT":^rr- 'TT-:frilTrv-rr'rrn[■f7w-rh-ri--riff-'-rii~ i^1'rfTf
0ONDERDAG 13 ME! (HEMEL
VAARTSDAG) VERSCHIJNT DE
VLISSÏNGSCHE COURANT" NIET.
UITREIKING BROODKAARTEN.
Burg. en Weth. van Vlissingen brengen
ter algemeene kennis dat de broodkaarten
voor de 35ste broodkaartperiode zullen
worden uitgereikt in het Distributiegebouw,
Wilhelminastraat.
N.B. De broodkaarten worden uitge
reikt zonder aanvullingsbroodkaarten, wel-
itc afzonderlijk zullen verkrijgbaar zijn op
19, 20 en 21 Mei, voor hen, die deze voor
ie 33ste periode ook ontvangen hebben.
Op Woensdag 12 Mei aan de domicilie-
nummers no. 1 tot 150 van 8 tot 9 uur
no. 151 tot 300 van 9 tot 10 uur no. 301
tot 450 van 10 tot 11 uur no. 451 tot 600
van 11 tot 12 uur no. 601 tot 750 van 2
tot 3 uur no. 751 tot 900 van 3 tot 4 uur
no. 901 tot 1050 van 4 tot 5 uur no. 1051
tot 1200 van 5 tot 6 uur.
Op Vrijdag 14 Mei no. 1201 tot 1350
van 8 tot 9 uur no. 1351 tot 1500 van 9
tot 10 uur no. 1501 tot 1650 van 10 tot 11
uur no. 1651 tot 1800 van 11 tot 12 uur
io. 1801 tot 1950 van 2 tot 3 uur no.
t95I tot 2100 van 3 tot 4 uur no, 2101
tot 2250 van 4 tot 5 uur no. 2251 tot 2400
va« 5 tot 6 uur.
Op Zaterdag 15 Mei no. 2401 tot 2550
*ai 3 tot 9 uur no. 2551 tot 2700 van 9
tot 10 uur no. 2701 tot 2850 van 10 tot
tl uur no. 2851 tot 3000 van 11 tot 12
MK.
Op Maandag 17 Mei no. 3001 tot 3150
vaa 8 tot 9 uur no. 3151 tot 3300 van 9
tot 10 uur no. 3301 tot 3450 van 10 tot
ïl uur; no. 3451 tot 3600 van 11 tot 12
uur no. 3601 tot 3750 van 2 tot 3 uur no.
3751 tot 3900 van 3 tot 4 uur no. 3901 tot
4050 van 4 tot 5 uur no. 4051 tot 4200
vati 5 tot 6 uur
Op Dinsdag 18 Mei no. 4201 tot 4350
van 8 tot 9 uur no. 4351 tot 4500 van 9
tot 10 uur no. 4501 tot 4650 van 10 tot
ft uur no. 4651 tot 4800 van 11 ,tot 12
itur no. 4801 tot 4950 van 2 tot 3 uur
no. 4951 tot 5100 van 3 tot 4 uur no. 5101
tot 5250 van 4 tot 5 uur no.5251 tot 5400
vaa 5 tot 6 uur.
Uitreiking aanvullingsbroodkaarten.
Op Woensdag 19 Mei, van 9 tot 12 uur,
ao. 1—2000.
Op Donderdag 20 Mei, van 9 tot 12 uur,
■o. 20014000.
Op Vrijdag 21 Mei, van 9 tot 12 uur, ao.
400! en hooger. g.
Dat de broodkaarten imsluitend op bo
vengenoemde dagen verkrijgbaar zijn, en
ie broodkaarten welke niet op tijd worden
afgehaald eerst verkrijgbaar zijn op Zater
dag 22 Mei a.s.
Dat in het lokaal gelegenheid bestaat het
aantal broodkaarten te controleeren, en dat
•p reclames welke ingebracht worden, na
dat men het lokaal heeft verlaten, geen acht
meer kan worden geslagen.
Dat men verplicht is de domiciliekaart
«ede te brengen.
Dat men de broodkaarten als gewoon
Kan ontvangen, en men bruine kaarten te
gen witte kan omruilen en men verzocht
wordt een enveloppe mede te brengen,
omdat de broodkaarten niet in enveloppen
worden uitgereikt.
Vfasingen, 8 Mei 1920.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
BRANDSTOFFEN.
Gelijktijdig jnet de uitgifte van de brood
kaarten, in volgorde als boven aangegeven,
kunnen de extra brandstoïfenkaarten VOOR
GEZINNEN VAN 7 OF MEER PERSONEN
STERK aan ons bureau worden afgehaald
behalve de domiciliekaart ook de brand-
stoffenkaart medebrengen.
De Brandstoffen-Commissie
Vlissingen.
(Naar het Engelsch)
Door M. HELLEMA.
30)
De gebruiken hier te Dunulm maak
ten een schilderachtigen indruk op hem
en deden hem zich gevoelen als een
ridder van dien ouden tijd, die het
allerminst recht had op zulke weelde
rige gevoelens.
Allen wenschten elkaar goeden nacht
en toen Lady Dayra en Miss Erskine
verdwenen waren, namen de vier man
nen hunne kaarsen ook op en ging
ieder zijns weegs. Troy had niet te veel
gezegd, hij vond zijn gang zonder zich
fe vergissen. Ze werd aan het einde
flauw verlicht door een lamp, gedragen
door een gedaante in wapenrusting.
Deze gedaante stond tegen den muur,
juist waar Troy de gang betrad, en
toen hij den hoek omsloeg, zag hij in
de verte nog een gedaante, die ook een
'icht droeg. Het was een vrouw in het
wit, welke in de schemering en de verte
'en spookachtigen indruk maakte.
Maar toen ze nader kwam, en het
kaarslicht het gelaat met zijn aureool
donker haar verlichtte, zag hij, dat
det spook Lady Daura was.
"O, meneer Troy", begon zij, naar
hem toesnellend. „Ik ben blij, dat ik op
"jd ben Ik wilde u zeggen Zij
De Koningin in de Hoofdstad.
H. M. de Koningin is gisterenmorgen
van het Loo om 10.32 aan het Centraal
Station aangekomen voor een drie-
daagsch bezoek aan de hoofdstad. De
Prins, die reeds Zondag te Amsterdam
vertoefde, om daar de wedstrijden van
de Kon. Roei- en Zeilvereeniging bij te
wonön, was met zijn adjudant, kapitein
jhr. Laman Trip, op het perron ter ver
welkoming aanwezig, evenals de bur
gemeester van Amsterdam, de heer J.
W. C. Teilegen, de waarn. stellingcom
mandant, generaaimajoor Forbes Wels,
en de directeur der Ned. Spoorwegen,
jhr. j. A. van Kretschmar van Veen.
Bij haar verschijnen op het perron
liep de Prins op Hare Majesteit toe, om
haar te begroeten. H. M. onderhield
zich verder met den burgemeester en
den waarn. stellingcommandhnt en be
gaf zich daarop met haar gevolg naar
de gereedstaande auto's. Buiten op het
Stationsplein gekomen, werd de Konin
gin door veie personen, die zich in den
omtrek hadden opgesteld, toegejuicht.
Ook op het Damrak had zich een tal
rijke menigte op de trottoirs geschaard
om H, M. te begroeten.
De Nederl.-Duitsche overeenkomst.
De schikking tusschen de Nederland-
sche en de Duitsche regeering getroffen
nopens de besteding van het 60 milli-
oen crediet voor den aankoop van le
vensmiddelen (onderdeel van dé kolen-
en crediet-overeenkomst) waarop be
reids 25 rnillioen als voorschot is ver
strekt, bepaalt, dat ten behoeve van
den aankoop van levensmiddelen van
Nederlandschen en Nederlandsch-Indi-
schen oorsprong 30,530,000 wordt
bestemd.
Inmiddels verplicht de Nederlandsche
regeering zich 5000 ton tarwe tot een
bedrag van 1,570,000 te verkoopen
aan de Duitsche, onder toezegging, dat
zij de graanvoorziening van Duitsch-
la'nd, na het beëindigen der transport-
staking zal steunen.
Verder verplicht zij zich, 5400 ton
vleesch ad 6,750,000 aan de Duitsche
regeering te verkoopen.
Deze verklaart zich bereid te koo-
pen
Noordzee- en Zuiderzeeharing tot
een bedrag van f 3,500,000, melk en
melkproducten tot een bedrag van
6,000,000, kokoskoeken tot een be
drag van 2,660,00, kaas tot een be
drag, van 8,000,000, marrrtalade tot
een bedrag van 1,000,000.
De Nederiandsche regeering ver
klaart zich bereid, in verband met de
omstandigheden, de Duitsche regeering
25 rnillioen voorschot te verstrekken,
die wanneer de algemeene overeen
komst niet mocht tot stand komen als
afzonderlijk crediet zullen worden be
schouwd dat met een looptijd van 5
jaar 6 zal renten. De terugbetaling
heeft plaats in bedragen van 5 rnillioen
jaarlijks. Onderpand vormen 25 rnil
lioen Schalzscheine, die per 1 April '21
enz. betaalbaar zijn.
Het voorschot van 25 rnillioen
wordt besteed, in de eerste plaats door
de hierboven gereleveerde graan-
1,570,000) en vleeschaankoopen (5
rnillioen) en verder door den aankoop
van haring 2 rnillioen), melk en
melkproducten 3 rnillioen), kokos
koeken 2,660,000),kaas 2,650,000)
marmalade I rnillioen) en andere le
vensmiddelen naar keuze 7,120,000).
Men zal zich herinneren, dat wij deze
cijfers bereids hebben gepubliceerd. De
hield op, alsof zij plotseling den draad
van hare gedachten had verloren. „U
zeggen, dat neen, ik bedoel niet zeg
gen, maar vragen -r gelooft u aan
spoken
„Dat dacht ik een oogenblik geleden
haast", zeide Jroy.
Zij stonden nu dicht bij de deur van
zijn kamer, en terwijl Daura lette op
een mot, die om haar kaars vloog, kon
hij slechts haar prachtig, zacht haar
zien, dat als koper glansde. „Ik ver
moed, dat er hier iets in de atmosfeer
is, waardoor men voelt, dat er in de
wereld dingen kunnen zijn, waaraan
men nergens anders zou hebben ge
loofd m,aar mochten er spoken zijn,
ik ben toch niet bang voor hen."
„Neen", zeide het meisje, „natuurlijk
niet. En geen van ons gelooft er wer
kelijk aan. En toch wij kunnen het
niet precies weten, wel Ik wilde eerst
niet zeggen, dat er een spookgeschie
denis is een legende van geestver
schijningen aan deze kamer verbon
den is. Dat leek mij zoo dwaas toe.
Maar lang, heel lang geleden moeten
hier vreemde dingen gebeurd zijn. Ik
geloof niet dat ze gebeurd zijn neen,
ik geloof er niets van. En u zou dat
tenminste niet doen. Maar het leek mij
toch niet eerlijk toe ti niet te waar
schuwen
„Wat zou ik moeten zien vroeg
Troy, glimlachend neerziende op haar,
die daar zoo mooi en jong in het sche
merlicht stond.
„O, niets dat ik weet. Maar wat ik
sedert het totstandkomen dezer over
eenkomst getroffen regelingen nopens
kwaliteiten en hoeveelheden zijn geba
seerd op de wereldmarktprijzen.
(„Handelblad".)
De nieuwe Zondagswet.
De „Maasbode" schrijftEr is aan
merking gemaakt dat van schier alle
verbodsbepalingen door den gemeente
raad ten deele ontheffing kan worden
verleend. Wij oordeelen dit juist een
groote verdienste van het ontwerp.
De Zondagsrust en dientengevolge
de Zondagsviering kan nu eenmaal niet
overal en door allen op dezelfde wijze
worden betracht beslist noodig is
daarom, dat de wetgever de mogelijk
heid opene rekening te houden met
verschillende eischer, van lokalen aard,
ook met verschillende gezindheid der
bevolking.
Zoo en zoo alleen kan een Zondags
wet zeker in een land, waar de mee
ningen in deze hier en daar uiteenloo-
pen worden tot stand gebracht, die
zal kunnen worden nageleefd.
Voor haar principieeten opzet en
voor haar practische uitwerking komt
o. i. der regeering allen lof toe.
En waar nu reeds aan de overzijde
een vrij feiie campagne tegen het ont
werp wordt ondernomen, zal zulks in
onze Katholieke kringen, naar we ver
trouwen een prikkel wezen, openlijk te
doen blijken, dat de regeering op onzen
steun ten volle rekenen kan.
De „Tel." herinnert eraan, dat de
christelijk-historische leider De Savor-
nin Lohman in 1910 schreef
„Wat de spelen op Zondag betreft, ik
ben daarvan geen voorstander, maar
ik zou het afkeuren, dat de regeering
zich daarmee bemoeide. De christenen
moeten ,niet hun inzichten aan anderen
opdringèn, maar den moed hebben,
zich te onttrekken aan datgene, wat zij
niet geoorloofd achten, ook ai acht de
groote meerderheid dat wel geoor
loofd."
Het „Centrum" wijst er op, dat in ar).
9 van het ontwerp-Zondagswei oog ge
sproken wordt dat het houden van ten
toonstellingen, als begrepen onder
openbare vermakelijkheden, verboden
wordt.
Kan men echter wel een kunstten
toonstelling bijv. op één lijn stellen met
een turnfeest, of iets van dien aard
Voor velen is de Zondag de eenige
dag waarop zij tentoonstellingen kun
nen bezoeken.
En bovendien zal daarbij van eenige
luidruchtigheid wel nimmer sprake
wezen, terwijl het aantal personen, die
enkele uren surveillance-dienst hebben
te verrichten, beperkt kan blijven.
Kunsttentoonstellingen, of tentoon-
stellinge met een charitatief doel zou
den daarom o.i. van het in art. 9 opge
nomen verbod behooren te worden uit
gesloten.
De stemming en de wijding van den
Zondag zullen er niet onder lijden.
En ook wat het begrip „uitvoerin
gen" betreft, zal het aan de richtige
werking der wet ten goede kunnen ko
men, indien daarbij een zoodanig on
derscheid wordt gemaakt, dat niet hef
verheffende en artistieke met dezelfde
maat worde gemeten als het luidruchti
ge, rustverstorende minderwaardige.
De afschaffing der broodkaarten.
in een onderhoud, dat het hoofdbe
stuur van de Ned. Vereeniging van
werkgevers in het bakkersbedrijf jl.
Vrijdag heeft gehad met den minister
van landbouw, heeft deze verklaard,
dat hij niet kon overgaan tot afschaf-
u wilde zeggen, is dit, sluif u afs '1 u
blieft uw deur. In de legende ging ze
vanzelf open. Men zegt, dat ze gegren
deld was, maar dat kan niet waar zij»
geweest als er werkelijk iets gebeurd is.
O, hoe kinderachtig moet u mij vinden
Maar sluit uw deur. Wilt u dat belo
ven
„Zeker, dat wil ik beloven lachte
Troy. Toen werd hij eensklaps ernstig.
„Bij Jupiter het is heel edel en onzelf
zuchtig van u, u daarover bezorgd te
maken riep hij uit. „Waarom hoopt
u niet, dat ik in den nacht vermoord
word Ik verwonder mij, dat u dat niet
hoopt
„Ik ook beaamde Daura met be
vende stem. „Maar dat doe ik toch
niet."
„Het zou u heel wat onaangenaam
heden besparen, weet u", ging hij voort
haar scherp aanziende.
„Ja, misschien wel maar ziet u u
is onze gast
„Dat is een van de zonderlinge din
gen, die ik niet kan begrijpen. Ik ben
uw gast tenzij het een droom is.
Vreemder droomen kan ik niet hebben,
Lady Daura, zelfs niet, als dit een
spookkamer is."
„ik hoop, dat u in 't geheel niet zult
droomen. Nu ik heb gezegd, wat ik
wilde zeggen. Ik moest wel komen
„Dank u. Maar u behoeft niet verder
ongerust over mij te zijn. U hebt mij
geen schrik aangejaagd. Ik ben alleen
maar nieuwsgierig alles is dus in or
de. En ik zal mijn belofte houden."
fing der broodkaarten, wanneer niet
een afdoende controle daarvoor in de
plaats kon worden gesteld. In een aan
staanden Woensdag te houden verga
dering van de vereeniging zal daarover
nader worden beraadslaagd.
Kolenprijzen.
De nieuwe regeling van den prijs der
Duitsche kolen, hangende de beslissing
over de kolen- en credietovereenkom-
sten, zal, naar nader is bepaald, gere
kend worden te zijn ingegaan niet op 1,
doch op 15 April en te eindigen op 30
Juni a.s.
Deze wijziging schijnt te zijn aange
bracht in de verwachting dat de Staten-
Generaal gelegenheid zullen hebben
voor 30 Juni over de aanhangige over
eenkomst te beslissen.
Vrijstelling wegens broederdienst.
Op de vragen van het Tweede Ka
merlid, den heer Juten, betreffende het
verleenen van vrijstelling wegens broe
derdienst bij den landstorm aan inge
schrevenen der lichting 1921, heeft de
minister van binnenlandsche zaken ge
antwoord, dat art. 2 van het wetsont
werp tot wijziging der Militiewet, o.a.
strket om ook belanghebbende inge
schrevenen voor de lichting 1921 te
doen deelen in het recht op vrijstelling,
dat het voorgestelde art. 24a beoogt
te scheppen. Deze strekking brengt me
de, dat ook diegenen van bedoelde in
geschrevenen, omtrent wie reeds een
uitspraak werd gedaan, waarbij hun
bijvoorbeeld vrijstelling geweigerd of
een tijdelijke vrijstelling verleend werd,
de gelegenheid zullen ontvangen alsnog
voorgoed te worden vrijgesteld.
Wanneer de militieraden de hierbe-
doelde gevallen zullen behandelen, kan
eerst worden bepaald, nadat hef wets
ontwerp tot wet zal zijn verheven. In
elk geval zal spoed worden betracht.
De stelling van Amsterdam.
Nu er weer geruchten gaan van op
heffing onzer liniën van defensie, met
name van het commando der stelling
van Amsterdam, bespreekt het „Utr.
Dagblad" het karakter van die defen-
sie-liniën en stellingen. Het vrij-liberale
orgaan ziet het nut van haar opheffing
niet in.
Worden ze opgeheven dan zou men
toch in dezelfde lijnen den strijd moe
ten aanvaarden, respectievelijk moeten
uitstrijden: het zijn onze door de natuur,
de geschiedenis en door de economisch
politiek-militaire overwegingen aange
wezen hoofdweerstandslijnen.
De vraag is alleen in weike mate
moeten die stellingen en liniën in vre
destijd bezet worden ter voorbereiding
van hun eventueeele verdediging.
De stelling van Amsterdam als voor
beeld nemende, wijst dan de schrijver
op de zeer uitgebreide taak van die
voorbereiding in vredestijd met haa'
drie fronten.
Niet alleen op de zeer bedreigde
fronten moet gelet worden, doch ook
de verdediging als één groot geheel
moet worden voorbereid en bestudeerd.
De stellingstaf bereidt dit alles voor,
leidt de mobilisatie en de verplaatsing
der aanvankelijke bezetting en geeft
haar aanwijzingen omtrent het in staaf
van verdediging brengen der stelling en
haar voorloopige verdediging. Worden
de uitkomsten van jarenlange terrein-
studie en terreinbezoek doelmatig vast
gelegd, dan wordt aldus een groote
kennis omtrent de kracht en de zwakte
van het terrein verkregen, de verdedi
ging wordt in verband daarmede voor
bereid. Ook bestudeert men de verde-
„Goeden nacht dan. Ik wensch n eeft
verkwiikkenden slaap."
„Goeden nacht, Lady Daura. Ik
wenseh u hetzelfde."
„O, neen, dat doet u niet viel zij
plotseling scherp uit.
„Waarom zegt u dat
„Omdat u moet weten, dat het onmo
gelijk voor mij is van nacht te slapen.
Als ik wakker ben, kan ik tenminste
afleiding zoeken en nu en dan vergeten.
Maar in den slaap zou ik droomen van
de schrik en ellende van vandaag - - de
hopeloosheid. Als u mij werkelijk een
verkwikkenden slaap wenschte, dan zou
u yioeten besluiten, genadig jegens
George te' zijn."
„Dat is onmogelijk", antwoordde
Troy op strengen toon. „Genadig te
zijn zooals u het noemt, jegens Conway
zou beduiden een verrader van de erg
ste soort te zijn jegens mijzelf".
„Nu, wij zullen er niet over twisten",
zuchtte Daura. „Zooals u zeide, hef is
tusschen u en George. Als hij weer be
ter is, moet u het samen maar uitvech
ten."
„Ja wij zullen het samen uitvech
ten."
Hij stond haar na te zien tot het
einde der gang, waar zij in nevel scheen
op te lossen. Eerst toen zij uit het ge
zicht was, opende Troy de deur en ging
de zwarte Bretonsche kamer binnen.
Het vuui^in den haard brandde lus
tig en er was een aangename geur in
de kamer, welke Troy zich nog flauw
herinnerde. „Het is turf", zeide hij bij
diging van het voorterrein, van twee
de en volgende liniën, het optreden van
groote troepenafdeelingen van net veld
leger in samenwerking met dat uit de
stelling.
Du alles is werk dat ter plaarse na
gegaan en op gezette tijden bijgehou
den worden moet.
Het daalt te veel in bijzonderheden af
en is te zeer aan gezet terreinbezoek
verbonden, dan dat onze groote gene
rale staf, te 's-Gravenhage zetelend,
zich daarmede bezig houden kan.
Nauw aan een en ander verwant is
bestudeering en bijhouden van de vele
vraagstukken op het gebied der elec-
trische verbindingen, de onderwater-
zettingen, de verpleging annex locale
kennis van voorraden, opslagplaatsen,
transportmiddelen en adressen, de op
stelling en het gebruik der artillerie,
enz.
Mede met het oog op dit alles zou
het in hooge mate te betreuren zijn, in
dien het commando van een onzer twee
voornaamste stellingen opgeheven
werd.
Algemeen bekend is dat bij den aan
val in den modernen loopgravenstrijd
alles tot in de kleinste bijzonderheden
minuut voor minuut, voorbereid wordt;
ook de verdediger kan daar niet buiten.
Nu zouden wij, die jaar in jaar uit
onze voornaamste strijdterreinen tech
nisch ingericht en er de verdediging
methodisch voorbereid hebben, die me
thodische voorbereiding met één breed
gebaar aan kant zetten en aldus een
der grootste voordeelen prijsgeven,
der strategische verdediging eigen
De schrijver wijst dan op het groote
nadeel van het verdwijnen der stellin
gen, die zoo vele studiebureaux zijn
voor alles, wat een verdediging onzer
zijds in ons polderland betreft hij be
toogt dat opheffing van de stelling van
Amsterdam van den huidigen minister
van oorlog zeker niet te verwachten is.
Z.Exc. zou daarvoor zijn antecedenten
moeten verloochenen.
Een geheel ander vraagstuk dan op
heffing van de commando's onzer stel
lingen is, om haar aanvankelijke bezet
ting zoo sober mogelijk te doen zijn,
er in geen geval onderdeelen van het
veldleger bij in te deelen en onze ar
tillerie zooveel mogelijk mobiel te ma
ken. Voor een en ander is schier alles
te zeggen.
De dreigende uitsluiting iri de
bouwvakken.
In de gecombineerde ledenvergade
ring van de Haagsche Stukadoorsver-
eeniging en de afdeeling Den Haag van
den Algemeenen Nederlandschen Stu-
kadoorsbond werd een motie aange
nomen, waarin de vergadering, in ver
band met de berichten waarbij een al
gemeene uitsluiting in de bouwvakken
in 't zicht wordt gesteld, het bestuur
opdraagt om, als de patroons tot een
dergelijke maatregel moeten over
gaan, maatregelen te treffen om de ge
organiseerde patroons uit te schakelen
en het werk in eigen beheer te nemen
en aan rijks- en gemeentebesturen in
overweging geeft het stukadoorswerk in
eigen beheer te doen uitvoeren, opdat
een einde wordt gemaakt aan de ab
normaal hooge prijzen, door de stuka
doors-patroons gevraagd. f
Uit het havenbedrijf.
De scheepvaartvereenigingen Noord
en Zuid hebben zich onder bepaalde
voorwaarden bereid verklaard een loon
van 7 per dag uit te betalen. Zij
eischen echter onvoorwaardelijk goede
plichtsbetrachting en zullen onmiddel-
zich zelf. „Het moet furf zijn". Hij dacht
tersfond aan zijn moeder en hare be
schrijvingen van Schotland. Zij was ge
storven, foen hij ongeveer veertien jaar
was, en hij had gedacht, dat hij de ver
halen, die zij hem in het schemeruur
had verteld, reeds lang was vergeten,
dat ze begraven waren onder zijn eigen
harde ervaringen als jongen en man
maar niets wordt werkelijk vergeten,
zeide hij nu tot zich zelf. Zeker, al werd
hij ook honderd jaar, hij zou nooit de
zen dag op het kasteel Dunulm kunnen
vergeten.
Terwijl hij zich langzaam uitkleed
de, doorliep hij in zijn geest nog eens
weer elke minuut van dien dag. Hoe
vreemd en ongelooflijk was alles Niet
dat hij hier was gekomen om George
Conway te zoeken en den man te straf
fen op de eenige manier, dat hij gestraft
kon worden. Dat was niet vreemd en
ongelooflijk, maar heel eenvoudig, zoo
eenvoudig als iets. Maar het overige
was zoo zonderling. En die menschen,
Conway's vrienden, die zijn natuurlii!i.e
vijanden moesten zijn, hoe vriendelijk
waren zij behalve misschien die Mac
Rimmon, en zelfs hij was heel beleefd.
Zeker, zij kenden de waarheid niet.
Zoover als het hen betrof, was hij gast
op het kasteel onder valsche voorwend
sels maar Lady Daura wist het, en zij
was vriendelijk in weerwil van alles.
Het was wonderlijk, onverklaarbaar
(Wordt vervolgd.)