SALET red Set Ijleveldt De Huwelijksdag MAANDAG 3 MËL Gezinsleven. Scheei-Salons vai or Haarwasschen. werken. Toilet-Artikelen. iALET, SMIT, 104 «SaArgcuiiË 1920 :üums, EB- en SEY8, LEGEN- zOUSES TjIDEN tegen over- Jen f0 90. 1 KRUIDEN f 0 90. IeN tegen maag- en f 0.50. lerkrijgbaar bij „SANÏTAS" i- en landziekte- tfgBfd Zondausbli^ TEMËE^rEBËSTUim "FEUILLETON BINNENLAND an de strengste Ar.ti-Septische landeting :e prijzen. •efd aanbevelend 90. evert (KELAARSTRAAT1Q ;en maandelijksche IRENCOST'JUMS annemelijke voor- nadere inlichtingen zich eiken werk- aan bovenstaand mszlekte, lambeien ng op eiken leef- :nz.) Volkomen en plantenextracten d voor elke ziekte, aan bij den Heer inuwkeu- te. BV®»* Middelburg in de seizoen- I locmdeKruidervan lïETERS. lersonen zijn gene- jrruik dezer kruiden pSCHE THEE kte f 1.20. DEN tegen zwaar In f 0.60. 1st. Jacobstraat le H 50 Middelburg Ite Oost-Souburg 1 voor Tandheel' hdige ziekten iede- J uur, en Dinsdag- ■dags 3—5 uur. VLISSINGSCHE COURANT ADVERTENTIE-PRIJS Van 14 regels ƒ1.voor iedere regel meer 24 centbij abonnement spe ciale prijzen. Reclames 48 cent per regel Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen van 1—5 regels 50 centiedere regel meer 12 cent, bij contante betaling. Familieberichten van 1—6 regels 1.55, Iedere regel meer 24 cent. ABONNEMENTS PRIJS Voor Vlissingen en gemeenten op Wal cheren 2.per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ2.30. Week-abon- nementen 15 cent. Afzonderlijke nummers 4 cent VORDERINGEN TEN LASTE DER GEMEENTE OVER 1919. Burg. en Weth. van Vlissingen brengen bij dezen in herinnering, dat de declara tion van alle vorderingen ten laste der ge meente over het dienstjaar 1919, die nog niet ter vereffening aangeboden zijn, als nog ten spoedigste ingeleverd behooren te worden en dat alle vorderingen over ge noemd jaar, welke na den 30 Juni 1920 worden ingediend, voor verjaard en ver nietigd moeten worden gehouden, inge volge de wet van 8 November 1815, StbL no. 51. Vlissingen. 3 Mei 1920. Burg. en Weth. voornoemd. VAN WOELDEREN. 'De Secretaris, F. BISSCHOP. Indien wij op het gebied der arbeids wetgeving de tijden van thans eens zou den vergelijken gaan met die van nog geen kwart eeuw geleden, dan zouden we een zoo grooten vooruitgang kun nen constafeeren als men in het tijds verloop van 25 jaren nauwelijks voor mogelijk zou houden. Op allerlei terrein van het zoo uitgestrekte veld van den maatschappeliiken arbeid zijn met en j door de wetgeving diepdoordringende -j en veel omvattende denkbeelden tot da- a den gerijpt en in voorschriften en re gelingen vastgelegd. Inzonderheid is de fabrieksarbeid een voorwerp van voort durende en nauwgezette studie der wet gevers geweest en zijn in den loop der jaren gansch andere en aanzienlijk verbeterde toestanden ingetreden. De voorschriften en verbodsbepalingen zijn legio en de nauwkeurige opvolging daarvan geeft den werkgevers vaak hoofdbrekens genoeg, doch er zullen daaronder wel geen te vinden zijn, die redelijkerwijze gesproken, bij al de moeite en beslommeringen en onkosten die de wetgeving op arbeidsgebied voor hen medebrengt, daarvan de groo- te voordeelen en het goede voor de maatschappelijke orde en de burgers, zullen ontkennen. Dat niettegenstaande dit alles ook hierbij overdrijving en het voorbijschieten van het beoogde doel lang niet uitgesloten is, bewijst de voorgenomen indiening van een wette lijk verbod van fabrieksarbeid voor de gehuwde vrouw. Het onderwerp, hetwelk hierbij wordt behandeld en de consequenties waartoe het leidt, zijn zoovele en zoo velerlei, dat we ons bij de bespreking van een en ander moeten bepalen tot het belich ten van enkele, zij liet dan de voor naamste zijden. Voorop worde gesteld, dat het gezinsleven ais het hechtste (Naar het Engelsch) Door M. HELLEMA. 24) Het licht was laag gedraaid, maar zij kon Janet aan de tafel zien zitten, een boek dicht bij de door een groene kap beschaduwde lamp houdend. Zij kon ook het bed zien, waarop George lig te slapen. Drie amateurs-verplegers waren aan gesteld door dokter Mac Donald Angus, de lakei, een schrandere jonge ling met rustige manieren Michie, de knecht van Lord Gorme en Janet, een meid van middelbaren leeftijd. Annira mocht 's morgens een uur in de zieken kamer komen weer een uur in den namiddag en 's avonds vóór bedtijd mocht zij nog even komen zien. 's Mor gens en 's avonds, zoo al niet vaker, kwam de dokter om instructies te geven en de verplegers bij te staan. Dit was j!e best mogelijke regeling, daar Mac "onald begreep, dat er in deze eigen aardige omstandigheden geen sprake kon zijn van geschoolde verpleegsters. clukkig was er geen werk voor een sch 'e doen, dat een handig en ander amateur-verpleger ook niet non leeren. J???.*" d'e Angus' plaats innam, ter- I' "ij zijn avondmaal gebruikte, keek fundament moet worden beschouwd, waarop een gezonde en haar leden tot geluk en welvaart brengende maat schappij gegrondvest is. Elke aanran ding, elke ruwe inmenging nopens de voorwaarden die het gezinsleven zou den in gevaar kunnen brengen, moet derhalve met alle kracht en macht door allé weidenkenden worden bestreden. Het middelpunt van zulk een leven zij en blijve de vrouw en moeder van haar moet en kan 't meest de zorg die noodig is, gevraagd en verkregen worden, van haar zal voor alles de innige warmte en liefderijkheid te verwachten zijn, zonder welke man noch kroost tn het eigen tehuis de krachten tonnen verga ten om zich te bekwamen en aan te gorden tot den moeilijken levensstrijd daarbuiten in de groote maatschappij. Wanneer dus de mogelijkheid bestaat om de Vrouw en moeder uitsluitend vos r haar gezin te laten leven, dan dient die mogelijkheid met a?ie midde len te worden ondersteund en tot wer kelijkheid te worden gemaakt. En in die richting voortgaande zou derhalve een wettelijke verbodsbepaling van fa brieksarbeid voor de gehuwde vrouw alle toejuiching verdienen moéten. Dit ïs eciiter niet zoo. Indien het in de foekemst wellicht nietuitgesloten is, dat de vrouw moreei en materieel in staat zal zijn haar ge zinstaak zoo te volbrengen dat elk ge zin ook een gelukkig gezin is, op dit oogeiiblik zijn wij daar nog verre van af. Ontelbaar vele vrouwen, die aan het fabrieksleven gewend en thans daaraan worden onttrokken, zuilen, zoo zij a! den gëheelen dag aan haar gezin gaven,, daar nog geenszins dat weldadig geluk kunnen brengen, dat verwacht wordt. Uitstekende huismoeders worden maar niet zoo in een ommezien geschapen. 'Daarvoor is behalve toewijding ook kennis en ervaring hoogelijk noodig. Bovendien, hoevele gezinnen zijn er niet, die metterdaad de inkomsten, door de vrouw verdiend, gevoegelijk niet missen kunnen. De noodzaak toch dreef haar er toe om buitenshuis zoodanig werk te vinden, dat de inkomsten er merkbaar door vermeerderen zouden. 'Wanneer dus de arbeid 'in de fabriek ■voor dezulken verboden wordt, dan zullen zij noodgedrongen zoeken, elders die inkomsten te vinden, welke zij niet meer in fabrieksarbeid erlangen mo gen. En dan is het zeer de vraag of die •verschuiving van arbeid niet gepaard gaat met een vermindering aan ont vangsten en dus met .een afname van de materieele krachten, om het gezin het leven mogelijk te maken. Om bij voorbeeld het loon van .den man naar evenredigheid der door de vrouw ge derfde inkomsten te vergrooten, brengt zeer ingewikkelde gevolgen met zich. Behalve toch dat de algemeene 'loon- stanciaard er geheel en al door zou ontwricht kunnen worden, blijft het zeer te bezien of de mannelijke kost winner, van wien dan uitsluitend alle inkomsten moeten komen, zijn verplich tingen tegenover zijn gezin wel immer na zaf komen, waarbij wij de nog altijd belangrijke categorie van drinklusfigen - en werktragen in bijzondere mate op het oog hebben. Wij weten wel dat, ge lukkig, de goede huisvaders niet zeld zaam zijn, doch juist, waar het hier gaat over een zaak, die zoo innig' sa menhangt met de individueele eigen schappen en de bijzondere toestanden van personen, dient de wetgever dubbel huiverig te zijn, om allen onder een dwingend voorschrift te leggen. Het staat dan te vreezen, dat ïnstede van het gezinsgeluk, doel en oogmerk der onderhavige wetsbepaling, te bevorde ren, dit integendeeltot ongunstiger verhoudingen wordt gebracht. Al te veel maakt het da;: ook den indruk, dat de wetgever door eenvoudig maar te decreteeren, zich in bet geheel niet be kommerd heeft over de ellende die voor velen liet gevolg van zijn bepalingen kan zijn. Wanneer de wetgever de vrouw tilt de fabriek verjaagt en niet tevens de voorwaarden schept waar door de gezinsinkomsten een equiva lent vinden voor hetgeen de fabriek ■uitbetaalt, dan verplaatst hij óf de vrouw noodzakelijkerwijze naar ander arbeidsterrein, ais werkvrouw of schoonmaakster of iets dergelijks, ofwel bij dwingt het gezin tot mindere wel vaart. "Verbod van fabrieksarbeid van de gehuwde vrouw, zonder meer, is dan ook als het spannen van 'het paard ach ter den wagen te beschouwen. Ind'ren de bedoeling des wetgevers is. om het gezinsleven te verbeteren en voor gunstiger verhoudingen ontvanke lijk te maken dan ligt daartoe nog in andere richting de mogelijkheid open. Zorg voor de opvoeding, zorg voor liuishoudonderrieht, zorg voor betere gezondhéidsvoorwaarden, dat alles en nog veel meer zij de opbouwende taak der overheid. In tijden als deze, waarin als het ware overal ijverig gezocht wordt naar uitingen van democratische gezindheid, is liet gevaar rilet gering te achten, dat deze gezindheid in de wetgeving tot overdrijving leidt. Daar tegen te waken is plicht van allen, die vooruitgang door geleidelijke verbete ring der misstanden nastreven. op, toen de deur openging maqr Dau- ra kwam voorzichtig binnen, met den vinger op de lippen. Toen zij dicht bij de meid was, fluisterde zij haar foe, een fleschje eau de Cologne uit haar eigen kamer te halen en bood aan, zoo lang haar plaats in te nemen. De meid snel de weg, en voor de eerste maal, sedert zij George gedwongen had haar het groenlederen juweelkistje te geven, was Daura alleen met hem. Eens, na dat oogenblik van schrik en ras besluit, was zij aan dc deur geko men met Robert Troy. Het was laat in den namiddag geweest, een tijd, dien zij gekozen had, omdat dokter Mac Do nald er dan was. Het meisje had .rustig, ofschoon met een kloppend hart, op den achtergrond gestaan terwijl Troy naar hef bed ging en naar George keek. De zieke had heel rustig gelegen, zeer bleek, met gesloten oogen, en had geen teeken gegeven, dat hij zich bewust was van Troy's tegenwoordigheid, of schoon zij opzettelijk den naam zoo luid had uitgesproken dat Conway dien moest hooren, als hij slechts veinsde te slapen. Het meisje was dankbaar ge weest, dat George zoo onbeweeglijk bleef liggen, zonder dat een ooglid tril de of een spier vertrok. Maar zij was niet zeker geweest, of het verdoovende middel door dokter John beloofd, deze marmeren rust had teruggebracht, of dat George wakker was, en zich buiten gewoon goed beheerschte. Nu zou zij de waarheid weten. Ze boog zich over het bed en fluisterde De broodkaarten Wijven vooralsnog. Wij vernemen ran het rijksbureau voor distributie van graan en meel, dat, hoewel aanvankelijk het piar. bestond de wittebroadfkaart op te heffen, gelijk de minister van landbouw ook in de Memorie van Antwoord op het Voor- loopig Verslag betreffende het wets ontwerp tot beschikbaarstelling van levensmiddelen heeft medegedeeld, de regeerlng als gevolg van de groote stijging van den tarweprijs, op dit voornemen is teruggekomen. De wereldprijs voor tarwe toch is thans aanzienlijk hooger dan cte prijs, waarvoor de regeering haar tarw'e- voorraden heeft gekocht. De regeering is daardoor in staat re- geeringsbioem ter beschikking te stel len tegen een prijs, die belangrijk lager is dan de prijs, welke thans in den vrij en handel bloem van overeenkomstige kwaliteit is te verkrijgen. Wordt de wittebroodkaart gehand haafd, zoo hoopt de regeering daarme de te bereiken dat haar tarwtwoorradaa voor de eerstvolgende maanden vol doende zijn om aan ieder een rantsoen wittebrood tegen den tegenwoordigen prijs te waarborgen. Het moge duide lijk zijn, dat, indien thans de witte- Georges' naam met een zachte, heldere, doordringende stem. „Ik ben het, Dau ra", voegde zij er bij. „Ik ben hier al leen. Spreek tot mij, als je kunt." HOOFDSTUK XI. George's gelaat veranderde niet. Hij zag er juist zoo uit als in den morgen toen hij bewusteloos aan den kant van den weg neerviel, behalve dat de uït- durkking van zijn gezicht nu vreedza mer was. Hij scheen gelukkig in slaap te zijn, m.aar Daura vond iets onrust- wekkends in zijn roerlooze kalmte. Zij Was het, die dokter Mac Donald bijna had gedwongen, George een verdoo- vend middel te geven, omdat zulks het eenige was, dat hem van den onder gang kon redden maar hef was onna tuurlijk en vreeselijk hem daar te zien liggen, alsof hij betooverd was. „George fluisterde zij weer. „Er is een man gekomen die Emmons heet. Hoor je Emmons Zegt die naam je jets Blijkbaar deed hij dat niet. Het meis je kon even goed een marmeren stand beeld hebben geraadpleegd. Haar hart kromp ineen bij het zien van haar werk; en toen Janet terug was gekomen met het met zilver gemonteerde eau de Colognefleschje, bleef Daura nog juist lang genoeg, om een zakdoek met eau de Cologne te bevochtigen en op Geor ge's kussen te leggen. Dit deed ze slechts, om zich een houding te geven tegenover Janeten toen ging het meisje terug naar Annira, nog niet we- broodkaart en daarmede de rantsoe neering van wittebrood en van regee- ringsbloem werd opgeheven, een groot gedeelte van die bloem, welke tegen 36 per 100 K.G. wordt geleverd, voor nevendoeleinden zou worden gebruikt. De rijstprijs. Naar liet „Weekblad voor den Han del in Kruideniers-, Grutters- en Kolo- nale Waren" verneemt, is de rijstprijs door de pellers wederom belangrijk verhoogd en thans gebracht op 95, een prijs, die dus hooger is dan ze ooit tijdens den oorlog was. Gedane bestellingen tot dezen prijs worden zelfs niet ten volle afgeleverd. De ex-keizer. In verband met de voorgenomen ves tiging van het verblijf van den exrkei- zer van Dulfschiand te Doorn, heeft Vrijdag de secretaris-generaal in alge- meenen dienst, mr. j. B. Kan in den Huize Doorn eenige besprekingen ge houden behalve met den ex-keizer en de heeren van diens omgeving, ook met den burgemeester van Doorn en den kapitein der maréchaussèes, belast met de bewakingsmaatregelen bij over brenging van het verblijf aldaar. Invoer van Argentijnsch vleesch. Gisteren is de officieele commissie, belast met het onderzoek naar de hoe danigheid van Argentijnsch vleesch, door de regeering indertijd ingesteld, naar Buenos Ayres vertrokken. Indien het onderzoek uitwijst, dat de keuring in Buenos' Ayres goed is, dan zal de invoer van Argentijnsch vleesch naar Nederland aanmerkelijk vermeerderd worden. Leerling-kantoorbediende. De directeur-generaal der posterijen en telegrafie maakt bekend, dat in het laatst van de maand juli a.s. de gele genheid wordt opengesteld tot het af leggen van het examen voor leerling- kantoorbediende. De candidaten moeten vóór 1 Sep tember 1920 den leeftijd van 17 jaar hebben bereikt, zij mogen op dien da tum nog niet 23 jaar oud zijn. Voor verdere bijzonderheden venvij zen wij naar Staatscourant no. 84. De boycot der Nederlandsehe schepen opgeheven. Reuter meldt uit Londen, dat de In ternationale transporf-arbeidersfede- ratiè heeft bekend gemaakt, dat de boycot van de Nederlandsehe scheep vaart onmiddellijk zal worden opgehe ven. Scheepvaartbeweging. Gedurende April 1920 kwamen den Nieuwen Waterweg binnen 209 sche pen, metende 340,790. neto reg. ton, waarvan 6 zeilschepen, met. 636 netto reg. ton en 6 zeelichters, met. 3664 netto reg. ton. Voor Rotterdam met inbegrip van Hoek van Holland, waren hiervan be stemd 181 schepen, met. 325.560 netto reg. ton, voor Vlaardingcn 4, Keulen 9, Delft 2, Dordrecht 5, Papendrecht 1, Bolnes 1, Gorinchem 1, Schiedam 1, Maassluis 1, Krimpen a/d Lek 2 en Hendrik-!do-Amb.acht 1. In April 1919 kwamen den Nieuwen Waterweg binnen 385 schepen, nieten de 395,393 netto reg. ton, waarvan 14 zeilschepen, metende 1165 netto reg ton en 3 zeelichters, metende 1150 netto reg. ton. Voor Rotterdam waren hiervan, met inbegrip van Hoek van Holland be stemd 381 schepen, met. 395,077 netto reg. ton, voor Vlaardingen 3, Schiedam 1 en Raamsdonkerveer 1. Sedert 1 Januari zijn aangekomen Schepen N. R. T. N. Waterweg 1920 113S 1.586.363 1919 1125 1.296.274 Nu 13 290.089 Tegen vorig jaar 813 -j- 1.016.695 Rotterdam 1920 1 055 1.534.712 1919 1107 1.293.386 tend, welk antwoord te geven omtrent Emmons. Eén ding was zeker haar vader zou niet toestemmen de juweelen in de bank te Portree te plaatsen. Slechts eenige dagen geleden had de directeur hem een brief gezonden met het bericht, dat hij reeds honderd pond te veel had ge trokken, en Lord Gorme had goedge vonden dit als een beleediging te be schouwen. Hij had Annira en Daura ge zegd, dat het gezin van den directeur, waarmee het kasteel op een vviend- schappelijken voet omging, niet mocht worden uitgenoodigd voor de bruiloft. Het noodlot bespaarde Daura de moeite een besluit te nemen. Toen de deur openging, riep Nira, dat zij nu wist, wat ze moest doen. „De detective moet komen, lieve. Ik heb nog iets gehoord, nadat je weg was, dat mij dwingt, wat je ook moogt zeggen, hem in huis te nemen." „Wat heb je gehoord vroeg Daura haastig. „Ik kan het jou zelfs niet zeggen. Het betreft George." „En Conal weet het toch", drong 'Daura aan. „De tijding moet je door hem bereikt hebben." „Doch hij weet het niet Hij bracht mij een brief, dien hij mij alleen geven moest, als ik in twijfel verkeerde, wat te doen." „Een brie! van George, of van den detective „Van George. Lang geleden geschre ven in Londen Je bent niet boos, lieve, Nu 52 241.326 Tegen vorig jaar 4- 812 1.012.311 Hieronder volgen de vergelijkende cijfers over de vorige 6 jaren voor den Nieuwen Waterweg Schepen N. R. T. Aprit 1920 209 340.790 „1919 385 395.398 1918 84 70.249 1917 106 104.156 1916 219 239.277 1915 291 392.048 1914 948 1.172.786 en gedurende het tijdvak Jan.-April April 1920 1138 1.586.363 1919 1125 1.296.274 1918 312 282.579 1917 496 463.398 1916 950 1.029.249 1915 1321 1.584.618 1914 3490 4.298.036 Scheepvaartbeweging. Gedurende de afgeloopen week zijn den Nieuwen Waterweg ingekomen 83 schepen, 23 Engelsche, 17 Duitsche, 14 Nederlandsehe, 9 Fransche, 9 Ameri- kaansche, 5 Noorsche, 2 Zweedsche, 1 Japanneesch, 1 Finsch en 1 Deensch, waarvan 2 zeilschepen en 1 zeelichter, 2 vreemde sleepbooten, 5 bijleggers, die te Rotterdam hebben gebunkerd. Hiervan waren bestemd voor Rotter dam 63, voor Delft 1, voor Vlaardingen 5, voor Maassluis 4, voor Poortersha ven 2 en voor Hoek van Holland 7. In hetzelfde tijdperk van 1919 kwa men binnen 98 schepen, waarvan 2 zeil schepen, 5 bijleggers en 1 marinevaar tuig, die te Rotterdam hebben gebun kerd. Hiervan waren bestemd voor Rotter dam 95, voor Vlaardingen 1, voor Maassluis 1 en voor Hoek v. Holland 1. RotterdamAntwerpen. Gedurende de maand April zijn te Antwerpen aangekomen 648 schepen, waarvan 579 stoomschepen en 69 zeil schepen totaal 899.744 netto tons. Ver trokken zijn 178 schepen met lading en 313 in ballast. Wij laten hieronder een vergelijken den staat volgen van de havenbewe ging van Rotterdam en Antwerpen Rotterdam Antwerpen 1920 schepen N. T. schepen N. T. Jan. 423 538.246 570 721.221 Febr. 296 432.972 613 698.236 Maart 155 237.934 691 838.257 April 181 325.560 648 899.744 Tot. 1055 1.534.712 2522 3.157.458 De voor Antwerpen opgegeven cij fers der netto tonnenmaat zijn die "vol gens Belgische berekening. Om deze gelijk te maken met de hier gebruikelijke berekening moeten deze cijfers met 15 worden vermindred. Uit de bouwvakken. Het Verbond van Pafroonsvereeni- gingen in de bouwvakken heeft, na een te Utrecht gehouden vergadering van het hoofdbestuur met afgevaardigden der verschillende afdeelingen, besloten het oorspronkelijk aanbod aan de ar- dat ik je dien brief niet Iaat lezen Het is George's geheim, niet het mijne. Wij moeten dien man in huis nemen." „Dan zal hij een der dienstbodenka mers moeten betrekken. Er is geen an dere plaats", zeide Daura. „Daar zal hij niet om geven", stelde Conal haar gerust. Daura zag hem verbaasd aan. Zijn gezicht drukte een groote verlichting uit, en zij vroeg zich af, wat reden Co nal kon hebben, zich te verheugen, dat die man, die gewaande detective, in huis zou worden toegelaten. Had die hem omgekocht? Dat ken zij echter niet gelooven. Conal Mac Fingon was te trotsch om zich te laten omkoopen. Welke reden hij ook had, hij was zeker verheugd over Nira''s besluit en nu dit eindelijk genomen was, liet hij de zusters alleen, om de zaken onder elkaar te regelen. Emmons zou op liet kasteel gebracht en voorgesteld worden als een klerk van George Conway's zaakwaarnemer, die dien dag in Porlree was gekomen en zich naar Dunulm had gespoed op het hooren van het ongeluk. „Als hij ons bewaken moet, moeten wij trachten hem te bewaken", zeide Daura „in elk geval tot George kan spreken." „George heeft gesproken", antwoord de Nira, „in zijn brief aan mij." „Die kan wel nagemaakt zijn." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1920 | | pagina 1