ïfceïi
ACAO
EN
K IN
ALD lil De Huwelijksdag
Wewl
I-3AZEL, FILIAAL HILVERSUM f
Gftldsito ApolheVo, Ba/al
hü's HüümwJkiii
MAANDAG 36 APRIL,
GEMEENTEBESTUUR
GMEiSMB VAH VIISSI8IH
!NQ£ H
FEUILLETON
|t prijsopgaaf
pïïpTh
m PAPIER.
leiken tegen fabrieks-
terktijgbaar.
BINNENLAND
I920
ie beroemdeKiu'dervni
|Dr. PIETERS,
len personen zijn gcre L
kei gebruik dezer kruide-I
[ABETISCHE THEE
jcerziekte 1.20
(RUIDEN tegen zWJ
tcelpijn f0.60.
1 KRUIDEN tegen oyer.
rineeren 10 90.
[NZA KRUIDEN fo9ol
[RUIDEN tegen maag"!
jspingen 10.50.
end verkrijgbaar bij
Mij ..SANITAS"
St. jacobstraai !,1
Groote
Prijs
SfaMeiieia
loest, Heeschheid, Keelpijn j
Kr In caitonverpaMing, maa? v/ccsrom te
ken dooie?» verkrijgt
(Inhoud ca. 200 UblcUon)
Ik verminderde prijs
>,'J SO cenis
IEA4EESTER-STRAN». I
lan VLISS1NGEN roept
|?n op van de na te
pit zee aangebractle I
REN BOEI, gemerkt 3.1
Jen, 24 Februari 1920.
lemeester-StvandvoMla
voornoemd,
VAN WOELDliREkl
Zaandam
Ivierk. Bussen
Kilo F1 3 Of j
Kilo
Ki'o
Kilo
Fl. 1 65 1
Fl. 0.85
Fl. 0 36
luitwerkirg d'e Mcpl
|dc ir. tien teginw< I
kter. worden bastredal
[/allen van het hooi®
om op geen toile'.taliil
Irogist.
VL1SSINGSCHE COURANT
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 14 regels 1.— voor iedere
regel meer 24 centbij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames' 48 cent per regel
Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen
van 1—5 regels 50 centiedere regel meer
12 cent, bij contante betaling.
Familieberichten van 16 regels ƒ1.55,
tedere regel meer 24 cent.
ABONNEMENTS-PR1JS
Voor Vlissingen en gemeenten op Wal
cheren 2.per drie maanden. Franco
door het geheele rijk 2.30. Week-abon-
nementen 15 cent. Afzonderlijke nummers
4 cent.
OPENBARE VERGADERING
VAN DEN
op Vrijdag 30 April 1020,
des namiddags 2 mir.
I. Mededeeiingen.
II. Over te leggen stuFkeji
ill. Te verleenen eervol or.tslag aan den
heer W. J. Frijling, als hoofd van school
E in de Wagenaarstraat, met ingang van
1 September a.s.
IV. Te behandelen punten
1. Voorstel van Burg. en Weth. naar
aanleiding van een adres van de organisa
ties der onderwijzers, om bij de Tweede
Kamer der Staten-Generaal aan te dringen
op een betere regeling der jaarwedden van
het onderwijzend personeel dan in liet aan
hangig wetsvoorstel wordt voorgesteld.
2. Idem om adhaesie te betuigen aan een
door het gemeentebestuur van 's-Hertogen-
bosch aan den minister van aVbeid gericht
adres, betreffende kosten voor de gemeen
ten krachtens de werkloosheidsverzekering
noodwet 1919.
3. Idem om niet in te gaan op het ver
zoek vanhet algemeen bestuur van de
Tucht-Unie, inzake de oprichting van spe
ciale scholen of klassen voor bandelooze
leerlingen.
4. Idem tot benoeming van twee leden
in de commissie van toezicht op het lager
onderwijs en aanvulling der betrekkelijke
verordening.
5. Idem tot het verleenen van een bij
drage ad 500.000 in de kosten van de uit
breiding der buitenhaven.
6. Idem tot den bouw van een berg
plaats voor de gereedschappen T an het
havenbedrijf, met smederij en schaft- en
waschlokaal op het haventerrein.
7. Idem tot het verleenen van een toelage
aan weduwe C. de Wijze, wier echtgenoot
in gemeentedienst was.
8. Nader schrijven van Burg. en Weth.
naar aanleiding van hun voorstel tot het
toekennen van bijslag op de te verleenen
pensioenen van vier werklieden van den
reinigingsdienst, aangehouden ter vergade-
r/'n.<r van 26 Maart jl.
9. Voorstel van Burg. en Weth. tot het
weder onderhands verhuren aan H. C. Beij-
erman van een stuk weiland, gelegen ach
ter de wasscherij „Volharding1'.
10. Idem tot het onderhands verhuren
aan J. Sohier, sleper, van een stuk weiland
gelegen aan den Oostelijken Bermweg.
11. Idem tot het onderhands verhuren
aan A. Goedegebure, van eenige perceelen
grond aan dén Singelweg, hoek Koopmans
voetpad, eenige perceelen nabij de Elec-
trotinfabriek en eenige perceelen aan het
Koopmansvoetpad, hoek Kapoentjesweg.
12. Idem om niet aan te nemen het voor
stel van de raadsleden Hensel c.s., om ge
durende de kermisdagen den verkoop van
sterken drank in het klein te verbieden
(aangehouden ter agenda van 26 Maart jl.)
13. Idem aan de^ Koningin het verzoek
te richten tot verlaging van het aantal ver
gunningen van 54 op 50, naar aanleiding
van het adres van het Vlissingsch Drank-
weer Comité.
14. Idem tot vaststelling van een staat
van ontheffingen wegens hoofdelijken om
slag over 1919 ad ƒ12707.67.
15. Vaststelling le suppletoir kohier
schoolgelden lager onderwijs en idem her-
halmgsonderwijs jongens.
neerde kwaliteit
Winkeliers ver-
umm.
(Naar het Engelsch)
Door M. HELLEMA.
ioRDRECHT
lat 191-195 Tel.1489
'jrenfabrlkant en
Grossier in
en Buiteniandsoho
Sigaretten.
Ingen vanaf ióV
jemboufs.
19)
De wapenkamer was niet ver weg en
Alastair kon gemakkelijk terug worden
geroepen, als hij toch nog noodig was
om als cicerone op te treden maar
voor het oogenbük waren Daura en
Robert Troy alleen.
„Wilt u het mij niet vertellen fjpis-
ferde zij bijna. Oogen-en stem voegden
er bij, omdat ik uw vriendin ben, omdat
u niet verlegen behoeft te zijn jegens
nhj, want ik zal u begrijpen".
„Nu, ik zal het zeggen", antwoordde
hij oorsch, „ofschoon u mij verachten
zult, als ik het gedaan heb. Wat komt
dat er ook op aan Ik zeide, dat er
niets was gebeurd. Dat is ook waar.
Niets is veranderd behalve mijn ge
voelens. Toen ik eerst toestemde op het
kasteel te blijven, tot Conway voldoen
de hersteld was, begreep ik niet, wat
dat inhield. Ik had geen tijd gehad er
over te denken. Als ik er at over heb ge
dacht, dan was het, dat ik meende al
leen te blijven. Het kwam niet bij mij
dat ik met u aljen zou moeten om-
f?aan. Ik dacht wel ik weet nauwe-
jjjks wat ik dacht. Maar toen stelde u
hp! V00r aan uw oom> ^en Deken van
een Qf ander (ik wget zelfs niet wat
16. Behandéling reclames plaatselijke di
recte belasting naar het inkomen, dienSt
1919.
WIJZIGING PLAN VAN UITBREIDING
VAN VLISSINGEN.
Het hoofd van het gemeentebestuur van
Vlissingen brengt, ingevolge artikel 2S der
Woningwet, ter openbare kennis, dat door
Gedep. Staten van Zeeland, bij hunne be
schikking dd. 16 April 1920, no.j284, 3e af-
deeling, is goedgekeurd het besluit van den
■Raad dezer gemeente, dd. 26 Maart t.v.,
tot vaststelling van een plan tot wijziging
van het plan van uitbreiding, voor zooveel
betreft het gedeelte, gelegen ten Noorden
vand en Singelweg en ten Oosten van den
Boscbjesweg
dat gemeld plan met uitvoerige kaarten
op de Gemeente-Secretarie voor ieder ter
inzage is nedergelegd.
Vlissingen, 26 April 1920.
Het hoofd van het gemeentebestuur
voornoemd,
VAN WOELDEREN.
HINDERWET.
Kennisgeving.
Burg. en Weth. van Vlissingen, gezien
de artikelen 6 en 7 der Hinderwet, geven
bij deze kennis, dat bij hen is ingekomen
een verzoek van C. B. VAN ZW1ENEN, al
hier, om vergunning tot het oprichten van
een slachtplaats (met stal) in het perceel
kadastraal hekend gemeente Vlissingen,
sectie E no. 1324, plaatselijk gemerkt Lan
ge Zelke No. 10;
dat dit verzoek met de bijlagen, te be
ginnen met Maandag den 26 April 1920,
op de Gemeente-Secretarie ter visie ge
legd zal worden en dat den veertienden
dag', zijnde den lOen Mei 1920, ten raad-
hinze, des namiddags ten 3 lire, gelegen
heid zal gegeven worden om bezwaren te
gen het oprichten dier inrichting in te
brengen, zullende zij die niet overeenkom
stig art. 7 der Hinderwet voor het gemeen
tebestuur of een of meer zijner leden zijn
verschenen, teneinde hunne bezwaren mon
deling toe te lichten, niet tot beroep ge
rechtigd zijn, terwijl gedurende drie da
gen vóór dat tijdstip, ter Gemeente-Secre
tarie van de ter zake ingekomen schrifturen
kennis kan genomen worden.
Vlissingen, den 26 April 1920.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
Nederland en België
De redacteur van „de Maasbode" te
Brussel seint
De Nederlandsche Vereeniging te
Brussei heeft de Koninklijke bibliotheek
van België een collectie Nederlandsche
oorlogsteekeningen van verschillende
Nederlandsche kunstenaars ten ge
schenke gegeven.
De „Nation Beige" maakt zich weer
eens boos op de Nederlanders en den
Nederlandschen gulden, die zes francs
waard is.
De Nederlanders konien meer en
meer koopen in België. Vele waarde
volle antiquiteiten en kunstschatten
gaan de grens over. Veel van ons natio
naal bezit, vaste goederen en industrie,
komt in handen der Nederlanders.
Daar moet iets tegen gedaan worden,
zegt het blad en Neuray heeft het mid
del gevonden. De Nederlander, die in
België iels koopt, hetzij een diner of
een hemd, een schilderij of een huis,
moet driemaal den prijs betalen, een
maal aan den verkoopcr en tweemaal
aan den Belgischen staat. Een dergelij
ke belasting zou veel opbrengen voor
de schatkist en het gevaar van den
gulden bezweren, meent de wijze Neu
ray, die vergeet te zeggen, dat diezelfde
maatregelen dan ook zouden moeten
een Deken is, behalve dan een soort
pastoor), en uw neef, kapitein Mac
Rimmon. een flink officier denk ik
daar ziet hij naar uit. En het is duide
lijk, dat in manieren en alles, wat een
man uitmaakt volgens u, hij zoo hoog
boven mij staat als hij meent. En nou
dat meisje nog. Zij was heel vriendelijk
en deed moeite mij bezig te houden, en
mij op mijn gemak te brengen. Maar ik
verlang niet bezig gehouden te wor
den. Ik verlang niet mij op mijn gemak
te voelen hier. Ik kan het niet uit
houden, Lady Daura Als er geen hotel
is, waar ik kan blijven nu, er zal toch
wel het een of andere huisje zijn, waar
men mij een bed en wat eten wil geven.
Het zou mij waarschijnlijk voorkomen
ais een paleis, vergeleken bij de krotten
waar ik heb gewoond, in elk gevat zou
het voor mij veel prettiger zijn dan hier,
onder uw familie, waar ik mij voel als
een visch op het droge. Ik heb zelfs
geen gekleed pak, goede hemel, neen,
dat heb ik natuurlijk niet Ik ben te
Skye gekomen, om een man te achter
volgen, niet om te spelen voor gast in
een deftige familie
Het speet Daura werkelijk voor hem
voor hem, dien zij gedoemd had tot
dc zwarte Bretonschc kamer voor
hem, die maar zoo gauw mogelijk weer
moest verdwijnen, als zij met hem had
afgedaan, en George had gered.
„Ik begrijp, wat u gevoelt", zeide zij;
„maar maar u overdrijft alles. Ik
verlang, dat u blijft. Ik houd u aan uwe
beloften. U zult er geen berouw van
worden toegepast op de Engelschen,'
Amerikanen, Zweden, Denen, Noren,
Zwitsers en Spanjaarden, die even
goedkoop francs koopen als de Neder
landers.
De kotenleveranties uit Duitschland.
De „Deutsche Allgem. Ztg." spreekt
tegen een bericht uit Essen, dat geene
kolenleveranties naar Hólland mogen
ptaats hebben voor en aleer Frankrijk
heeft gekregen waarop het rechten kan
doen gelden.
Het blad wijst er op, dat dit verbod
niet te vereenigen is met de gesloten
leveringscontracten aan de neutralen,
en ook overigens ernstige gevolgen kan
hebben. De neutralen leveren tegenover
deze steenkolen levensmiddelen. En op
deze leveranties is het geheele econo
mische leven gebaseerd, speciaal in het
industrie-gebied. Ook na de algemeene
overeenkomst met Nederland en Ame
rika is de toestand van dien aard, dat
Duitschland die contra-prestaties in ruil
voor zijne steenkolen niet kan missen.
Het wegvallen van dien levensmidde
len-import zal een sterken invloed heb
ben op het geheele industriegebied en
zal ook de steenkolenproductie niet ten
goede komen, waarvan de leveringen
aan Frankrijk noodzakelijk den weer
slag zullen ondervinden.
Begrafenis van mr. A. J. Roest.
Het was de uitdrukkelijke wensch
van mr. A. J. Roest, laatstelijk Commis
saris der Koningin in Zeeland, dat bij
zijn graf geen woorden van nagedach
tenis of afscheid zouden worden ge
sproken.
Met eerbiediging van dat verlangen
heeft zijn zoon, mr. dr. C. Roest, Zater
dag bij de begrafenis van zijn vader op
Oud-Eik-Duinen bij Den Haag zich er
toe bepaald, tot de daar aanwezigen
een woord van zeer hartelijken dank te
spreken voor de door hen betoonde
belangstelling. Inzonderheid richtte hij
zich daarbij tot den burgemeester van
Den Haag, mr. Patijn, die met den ge
meente-secretaris, mr. dr. Ter Polk-
wijk, tegenwoordig was, om hem te
danken ook voor de woorden van
waardeefing jegens zijn vader in den
gemeenteraad gesproken. Ten slotte
uitte spreker een woord van dank je
gens zijn vader voor het door hem ge
geven voorbeeld van plichtsbetrachting
De middenstandsbond.
Blijkens een rondschrijven van den
directeur van het bondsbureau van den
„Nederlandschen Bond van Vereenigin-
gen van den Handeldrijvenden en van
den Industrieelen Middenstand" (Mid
denstandsbond) zal de algemeene ver
gadering en het gewoon congres van
dien bond dit jaar worden gehouden
op 20 en 21 Juli te 's-Gravenhage in de
groote zaal van den Dierentuin. De 's-
Gravenhaagsche Winkeliersvereeniging
is de ontvangende vereeniging. De
agenda voor liet congres zal zoo spoe
dig mogelijk openbaar gemaakt wor
den. Voorloopig kan reeds medegedeeld
worden, dat mr. D. Fock. voorzitter
van de Tweede Kamer en lid van den
Raad van Advies, zich bereid verklaard
heeft, stellingen in te dienen en te ver
dedigen over „de vorming van een toe-
komstigen middenstander", terwijl dr.
j. A. Nederbragt, refendaris bij de di
rectie van economische zaken aan het
departement van buitenlandsche zaken,
een prae-aclvies heeft toegezegd over
een onderwerp, dat in het bijzonder van
belang is voor de kleinindustrie. De
heer Nederbragt is door zijn gedane
reizen ter bestudeering van de industrie
hebben. Natuurlijk hebt u geen gekleed
pak bij u. Op de reden waarom komt
het niet aan Daaraan willen 'wij niet
denken. Iedere dag heeft genoeg aan
zijn eigen kwaad, en we hebben van
daag genoeg kwaad gehad. Maar u
hebt het recht, door uw moeder, het
Cameronsche tartan te dragen. U kunt
per auto naar Portree gaan en u prach
tig uitdossen."
„Ik in een Hooglandsch kostuum",
lachte hij, half spottend,, half verlegen.
„Waarom niet Is u niet trotsch op
uw Hooglandsch bloed, dat u recht
geeft het te dragen
„Ik was er trotsch op in vroeger tijd,
toen mijn moeder nog leefde en verzen
van Sc.ott voorlas en ons verhalen ver
telde uit de Schotsche geschiedenis
maar dat alles ben ik nu vergeten. Het
leven legde beslag op mij en verander
de mij zoo, dat zij mij nooit zou her
kennen. Het verwondert mij echter
niet", en zijn oogen zwierven over de
oude strijdvaandels en wapenrustingen
en verschoten behangsel, „het verwon
dert mij niet, dat u trotsch is op uw
bloed. Dat beteekend iets hier".
„Beteekent het ook niet iets voor u?"
Hij bloosde. „Misschien als ik het
toeliet."
„Nu, laat het dan toe. O, ik weet, wat
u denkt. U is hier met een bepaald
doel en in zekeren zin zijn wij vijanden.
Maar u hebt mij beloofd en u zelf
ook dat u zult wachten, tot George
weer beter is, voor u tracht dat doel
te bereiken. Kan u zoolang niet verge
in het buitenland te dezer zake zeer op
de hoogte, en leverde, ten bate der
middenstandsbeweging, ook reeds ver
scheidene artikelen over economische
aangelegenheden in 't algemeen week
blad „de Middenstandsbond". Ook de
weldra in werking tredende uitbreiding
der Ongevallenwet, waardoor elk win
kelbedrijf verzekeringsplichtig zal wor
den, zal een punt van bespreking uit
maken, waarbij aangestuurd zal wor
den op de stichting van een nieuw in
stituut, een „winkeliers-onderlinge",
ten einde de lasten, die deze wet den
winkeliers zal opleggen, zooveel moge
lijk te beperken. Van deskundige zijde
is ook over dit onderwerp een prae-
advies toegezegd.
Toekenning van studiebeurzen.
Bij Kon. besluit is ingesteld een com
missie, die van advies zal hebben te
dienen bij de toekenning van studie
beurzen aan onvermogende jongelieden
van buitengewonen aanleg en belast zal
wezen met het toezicht op de studie
der jongelieden, welke met zoodanige
tevens begiftigd zijn, en zijn benoemd
tot lid en voorzitter dier commissie
jhr. mr. L. van Bronkhorst Sandberg,
lid van den Raad van State
tot leden dr. Th. P. H. van Aalst,
oud-rector van het le openbaar gym
nasium te 's-Gravenhage dr. J. A. j.
Barge, hoogleeraar aan de Rijks Uni
versiteit te Leiden dr. H. E. van Gel
der, directeur van den dienst voor kun
sten en wetenschappen te 's-Graven
hage P. G. Groenen, hoogleeraar aan
het Bisschoppelijk Seminarie te War
mond nir. G. Jar.nink, oud lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal
H. de Wilde, lid van Ged. Staten der
provincie Zuid-Holland
en tot secretaris jhr. mr. W. R. Op
ten Noort, schoolopziener in het arron
dissement Delft.
Scheepvaartbeweging.
Gedurende de afgeloopen week zijn
den Nieuwen Waterweg ingekomen 59
schepen, (27 Nederlandsche. II Duit-
sche, 3 Engelsche, 6 Fransche, 3 Ameri-
kaansche. 2 Noorsche, l Belgisch en l
Spaansch), waarvan 3 zeilschepen en 3
zeelichters, 8 vreemde sleepbooten, 1
bijlegger, I proefstoomer, 1 kolentrans-
porteur, 1 stuks havenmateriaal. Hier
van waren voor.Rotterdam bestemd 44,
voor Krimpen a/d IJsel 2, voor Hendrik
!do Ambacht 1. voor Maassluis 2, voor
Dordrecht 4 en voor Hoek van Hol
land 6.
In hetzelfde tijdperk van 1919 kwa
men binnen 88 schepen, waarvan 1
zeilschip, 1 zeelichter, 2 vreemde sleep
booten, 1 bijlegger. Hiervan waren be
stemd voor Rotterdam 86. voor Schie
dam 1 en voor Maassluis 1.
Sedert 1 Januari zijn aangekomen
Schepen N. R. T.
N. Waterweg 1920 1221 1,510,646
1919 1393 1,210,407
Rotterdam 1920 1051 1,371,342
1919 1090 1,192.918
Het jubileum van Willem Mengelberg.
Op indrukwekkende wijze is de vie
ring van Mengelberg's 25-jarig jubi
leum als dirigent van het Amsterdam-
sch orkest ingezet. Reeds lang voor het
vastgestelde uur was de groote zaal
het Concertgebouw geheel gevuld. De
zaal straalde van licht en het podium
was in een bloementuin veranderd. In
het midden van de zaal was een carré
gevormd, waarbinnen zetels voor den
jubilaris, diens familie en ofticieele per
sonen, gereed waren gezet. Even voor
9 uur arriveerde de Prins der Nederlan-
ten en mensohehjk zijn
Troy antwoordde niet terstond. Toen
wendde hij de oogen af van de vaandels
en vestigde ze op haar gelaat. „Het ge
vaar voor mij is, dat ik al te mensche-
lijk word en wensch fel vergeten. Maar
dat zal u niet gelukken. Niets zal mij
daartoe brengen."
„Dat zullen wij voor afgesproken
houden. Maar nu de eerste dagen
terwijl u wacht, kan u dan niet verge
ten Wij zijn toch uw vijanden niet. U
heeft het alleen op George gemunt.
Vergeet, tot u het zich weer moet her
inneren. Ik vraag niet meer behalve
dat u uwe belofte van hier te logeeren
niet breekt."
„Als u het beschouwt als een belofte
en mij er aan houdt, dan moet ik wel",
zeide hij. „Als u mij niet wilt laten
gaan, nu ik u de waarheid heb gezegd,
dan zal ik mij zoo goed mogelijk,schik-
ken. Ik zal naar Portree gaan en terug
komen als een Hooglander."
„Dank u, dank u riep Daura.
Zij had een oogenblik geaarzeld.
Hoewel zij den man haast dankbaar
was, verhardde zij toch haar hart.
„Hoe meer hij vergeet, des te minder
moet ik vergeten", herinnerde zij zich
zelf. „Dit is een strijd op leven en dood,
en ik moet het winnen, het komt er niet
op aan, hoe".
Zij riep Alastair, en Troy werd naar
zijn kamer gebracht. Wat zou hij daar
van denken dat wilde Daüra wel eens
weten. Misschien zou zij dat later hoo-
ren. Ortdertusschen bereidde zij Troy's
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN.
den. Onder de aanwezigen bevonden
zich verder minister De Visser, minis
ter Van Kar neb eek. de commissaris der
Koningin jhr. mr. dr. Roëll, mr. D. Fock,
de oud-minister Cort van der Linden en
mevrouw, wethouder Wibaut vertegen
woordiger van het gemeentebestuur, tal
van kunstenaressen en kunstenaars, di
recteuren van zangverenigingen enz.
Even over negen uur treden een aan
tal met bloemen getooide meisjes de
zaal binnen en plaatsten zich du Laie.
Op het podium wacht Catlierina van
Rennes, den dirigeerstok in de hand, en
als Mengelberg verschijnt zet het koor
van Toonkunst, gesteund door het Con
certgebouw, de cantate in „Ruim baan
voor den jubilaris" op tekst en muziek
van Catherina van Rennes, door alle
aanwezigen staande aangehoord.
Daarna sprak de Prins eenige woor
den tot Willem Mengelberg. Namens
H. M. de Koningin brengt hij geluk-
wenschen over en spreekt namens de
Koningin den wensch uit, dat Willem
Mengelberg nog lang ge'spaard mag
blijven voor het hoogstaand en be
roemd Amsterdamsch orkest. „Neder
land en in de eerste plaats de Konin
gin. is trotsch op Willem Mengelberg".
De minister van onderwijs, kunsten
en wetenschappen, de heer De Visser,
hield een rede, waarin hij tot den heer
Mengelberg o.ni. zeide „Ik acht het
mijn plicht, u hier openlijk te danken
voor het machtig aandeel, dat gij aan
de cultuur-ontwikkeling van ons volk,
op muzikaal gebied, hebt gehad. Uw
volkomen beheersching van de muzika
le elementen, „medolie, harmonie en
rhytme", in één woord de univer
saliteit van uw talent op dit terrein van
kunst, doen het Nederlandsche volk met
liefde en eerbied tot u opzien als zijn
grootmeester op muzikaal gebied. Door
u is het Amsterdamsch Concertgebouw
een centraalpunt van nationaal verlan
gen naar veredeling en verheffing van
zan-g en muziek geworden. Wat Rem
brandt voor het buitenland is op het
gebied der schilderkunst, zijt gij voor
Europa en Amerika als orkestleider.
Even beroemd, even gewild. Maar wij
weten gelukkig, dat "gij u met sterke
banden aan uw vaderland gebonden
gevoelt, ook om de roeping, die voor u
hier kennelijk op kunstgebied wegge
legd was en is. Dubbel beseffen wij dit
in dezen, in zoo menig opzicht materi-
aiistisehen tijd. Blijf nog -lang onze
grootmeester der kunst, die in de tal
loos velen, die aan uw voeten zijn ge
zeten, iets indraagt van het hoogere
dat aan het lagere ontvoert. Dan zijt
gij één der eerste en hoogste dienaren
van het vaderland."
'lu' BP—B»
VOORSTELLEN AAN DEN
GEMEENTERAAD.
Door Burg. en Weth. zijn de volgen
de voorstellen aan den gemeenteraad
gedaan
De organisaties van het onderwijzend
personeel aan de openbare lagere scho
len, roepen wederom de medewerking in
van uwen raad, om door het inzenden
van een adres aan de Tweede Kamer
verschijnen in Hooglandsch kostuum
voor. Zij vertelde Vane en Alastair, toen
deze terugkwamen, dat de Amerikaan
het recht had, als hij wilde, het Came
ronsche tartan te dragen.
„Hij had er niet op gerekend te blij
ven, en heeft daarom maar weinig
bagage in zijn auto meegenomen", ver
klaarde zij, met een wonderlijk gevoel
van trots op haar beschermeling, wien
ze niet vernederd wilde zien. „Ik heb
hem aangeraden met zijn auto naar
Portree te gaan en te zien, wat hij daar
kan krijgen."
Het scheen Daura toe, dat er reeds
uren waren verloopen, sedert zij Nira
het bericht van George's ongeluk had
meegedeeld. Nu was zij eindelijk vrij en
ging naar de groene drakenkamer.
Dokter Mac Donald kwam er juist uit.
„Hoe gaat het niet uw patient
fluisterde zij.
De dokter haalde de schouders op.
„Hij is, zooals u hem wenscht te zien",
was het antwoord. „En wat mij aan
gaat. ik voel mij heel schuldig."
„Dat behoeft u niet. Als u ooit een
leven heeft gered, dan is het nu. U
weet zeker, dat hij niet in een werkelijk
gevaar verkeert?"
„Volstrekt niet. De jongen viel flauw
en kwam terecht op zijn achterhoofd,
daardoor kwam hij niet zoo gauw bij,
als anders het geval was geweest.Maar
hij was zeker al lang bij zijn zinnen, eer
hij wenschfe, dat iemand het wist."
(Wordt vervolgd.)