1920
■SSïüiüJOi
KAMEROVERZÏCHL
$oor eigen kracht
BINNENLAND
Stads* eg Provinciemeuws
VRIJDAG 26 MAART,
i
FEUILLETON
VLISSIINCSCHE COURANT
ADVERTENTIE-PRIJS
yan i4 regels: ƒ1.voor iedere
Fegel meer 24 centbij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames 48 cent per regel
Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen
van j5 regels 50 cent iedere regel meer
12 cent, bij contante betaling.
Familieberichten van 16 regels ƒ1.55,
iedere regel meer 24 cent.
ABONNEMENTS PRIJS
Voor Vlissingen en gemeenten op Wal
cheren ƒ2.per drie maanden. Franco
door het geheele rijk 2.30. Weekabon
nementen 15 cent. Afzonderlijke nummers
4 cent.
MILITIE.
Inschrijvingsregister en alphabetisch
register.
De Burgemeester der gemeente Vlissin
gen maakt bekend, dat het inschrijvingsre
gister voor de lichting 1921 met het daar
uit opgemaakte alphabetisch register, ge
durende acnt dagen vanaf heden tot en met
2 April a.s. ter gemeente-Secretarie (mili
taire zaken afd. 4) voor een ieder ter lezing
ligt.
Hij vestigt er voorts de aandacht op
dat binnen den tijd, hierboven ver
meld, tegen deze registers bezwaren kun
nen worden ingebracht bij den Commis
saris der Koningin in de provincie
2. dat het bezwaarschrift behoorlijk met
redenen moet zijn omkleed en op ongeze-
geld papier kan worden gesteld
3. dat liet bezwaarschrift eigenhandig
moet zijn onderteckend, doch dat ondertee-
kening door een ander persoon is toege
laten, zoo bij het bezwaarschrift een be
hoorlijke volmacht wordt overgelegd
4. dat het bezwaarschrift tegen bewijs
van ontvangst bij den Burgemeester ter
gemeente-secretarie moet worden ingele
verd
5. dat een bezwaarschrift, dat niet vol
doet aan de eischen, hierboven vermeld,
geen gevolg" kan hebben
6. dat het bewijs van ontvangst moet
worden bewaard, totdat hij of zij die het
bezwaarschrift indiende, in kennis is ge
steld met de uitspraak van den Commissa
ris der Koningin.
Vlissingen, 25 Maart 1920.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
HINDERWET.
Burg. en Weth. van Vlissingen, gelet op
art. 8 der. Hinderwet, brengen ter open
bare kennis, dat bij hun besluit van 23
Maart 1920 aan j. W. van der Linde, di
recteur de*r N.V. „De Zoete Inval", vergun
ning is verleend tot de uitbreiding der be
staande bakkerij, door plaatsing van een
e/ecfro-motor van 1 /o P.K. in het perceel,
kadastraal bekend gemeente Vlissingen
sectie D rib. 557, plaatselijk gemerkt Vrij-
gang no. 14 en Walstraat no. 98.
Vlissingen. 23 Maart 1920.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
De lange reeks kleinere ontwerpen,
die in de laatste weken successievelijk
door de Tweede Kamer is aangenomen,
werd vandaag door de Eerste Kamer
aigedaan. Alleen het ontwerp op het
Handelsregister lokte discussie uit.
De heer Stork vond de contribu
ties veel te hoog en kwam daar
tegen-op. Dit ontwerp heeft echter
geen tegenstand ondervonden bij de be
trokkenen. De minister vindt de bedra
gen niet te hoog. Met 16 tegen 10 stem
men werd het goedgekeurd. De Kamer
scheen niet in te zien, dat ze met een
Roman van K. ABT.
Een poosje bleef het stii. De moeder
streek met de eene hand zachtkens over
liet hoofd van haar dochter, met de
andere veegde ze ter sluiks een paar
kanen weg, die haar uit de oogen wil
den rollen. Eindelijk zei ze met een
vriendelijke kalmte
Als een meisje als jij zegt, dat ze
ids niet kan, dan kan ze het werkelijk
"iet en dan behoeft men er ook niet
meer over te jammeren. En waar nu
zoo plotseling een gelukster voor ons
oPRing, kan dat eiken dag' weer gebeu-
'en. En we hebben immers ook anders,
wat we noodig hebben om te leven.
Met een hall onderdrukten zucht leg
de Kathe haar moeder de hand op den
mond.
Wees stil, moeder, maak het mij
met nog moeilijker. Ik weet, welk een
geluk het voor u geweest zou zijn.
Nu begon haar moeder vrooiijk te
'achen.
Al te veel geluk moet een mensch
'et willen hebben, anders wordt hij
|.^rapedig..-öjk ik jou heb, mijn Kathe,
fl> is vkiKomen genoeg.
P®n volgenden morgen had Kathe
net een paar hartelijke woorden
eventueeie verwerping de Kamers van
Koophandel, die zoo juist gereorgani
seerd zijn, totaal machteloos zou ma
ken.
De Kamer gaf den heer Wijnkoop
verlof aanstonds zijn aangevraagde in
terpellatie te houden over de vermeende
onderhandelingen tusschen Nederland-
sche autoriteiten en Duitsdhe autoritei
ten. Het bleek, dat het uitgangspunt
voor deze interpellatie niet bijster deug
delijk was. Het bericht, dat de Neder-
landsche gezant te Berlijn een deputatie
heeft ontvangen en een verklaring
heeft afgelegd, is absoluut onjuist.
Niets van dien aard is gebeurd. Voorts
is alleen een telegram uit Ham ingeko
men, waarin levensmiddelen werden te
koop gevraagd. Voorzoover die onder
handelt over ruiling van levensmiddelen
en steenkolen, doet ze dat met officïeele
regeeringen, die hun gezag ontleenen
aan de wet. Op een vraag van den heer
Troelstra, of de regeering iets wilde
doen voor den toestand in het Roer
gebied, bleef het antwoord uit. Even
min antwoordde de heer Wijnkoop op
een vraag van den heer Troelstra of de
syndicalistische stakers in het haven
bedrijf zullen meewerken om eventueeie
levensmiddelen naar dit gebied te vér-
voeren.
Het wetsontwerp inzake de verhoo
ging der pensioenen werd uitgesteld,
omdat nog niemand er uit wijs kon
worden.
Een interpeilatie-Beumer over de uit
voering der Invaliditeitswet, bracht en
kele belangwekkende mededeelingen
van den minister, o.a. ten aanzien van
de kwestie der gemoedsbezwaren. Niet
minder dan 869 gevallen zijn daarvan
onderzocht en 79 ziin deugdelijk be
vonden. Een wetsontwerp te dier zake
is in voorbereiding, evenais een ont
werp, dat de verhouding der dienstbe
trekking van ouders en kinderen, een
kwestie, die vooral voor het platteland
van belang is, zal regelen. Over den
aankoop van een huis te Tiel za! de
minister spoedig uitvoerige mededeelin-
gen doen, waaruit zal blijken, dat het
alles laster is. Onwaar, ergerlijk en
scheef is de voorstelling, die men van
dien aankoop gaf, hetgeen het gevolg is
van een campagne, gevoerd door een
teleurgesteiden huis-eigenaar, die zelf
er niet van heeft kunnen profiteeren.
Ten slotte deelde de minister mede
dat spoedig dagzegels verkrijgbaar ge
steld zullen worden.
De heer Teenstra greep de gelegen
heid aan om een motie in te dienen,
waarin de wenschelijkheid werd uitge
sproken van een vergemakkelijking der
risico-overdracht. Deze motie wordt
echter Sater behandeld.
Meer nut had deze interpellatie niet.
Militiaire maatregelen der regeering.
In verband met berichten in de pers
over eene mobilisatie van het leger,
wordt uit de beste bron verzekerd, dat
geen maatregelen te dezer zake in uit
voering zijn. Intusschen hébben als ge
volg van het door ons medegedeelde
overleg van den minister van oorlog ad
interim met de militaire autoriteiten
voorbereidingen piaats om in geval van
noodzakelijkheid in het Oosten des
lands met spoed over de noodige troe
pen te beschikken, waartoe o.a. het op
roepen onder de wapenen van een
drietal Jichtingen der aldaar gelegen
tweede divisie is voorbereid.
De interpellatieWijnkoop.
in de Tweede Kamer heeft het com
munistisch lid Wijnkoop gisteren geïn
terpelleerd over de beweerde weigering
der Nederlandsche autoriteiten en den
Nederlandschen gezant te Berlijn om te
onderhandelingen met de autoriteiten
der Dliitsche arbeidersraden betreffen
de ruiling van steenkolen legen levens
middelen, meer bepaald in het Ruhr-
gebiecl.
Minister Van Karnebeek antwoordde
dat het ministerie van landbouw een
teiegram nopens een dergelijken ruil
had ontvangen, onderteekend ..Abtions
ausschuz", een onderteekening, waar
van de regeering niet weet of zij van
een arbeidersraad of een autoriteit af
komstig is. De minister betoogde dat de
aankoop van levensmiddelen in Neder
land vrij kon geschieden voor zoover
de uitvoer niet verboden Is. Overigens
kan de regeering over in- en uitvoer
slechts onderhandelen met door de
Duitsche regeering behoorlijk aange
wezen autoriteiten. De Nederlandsche
gezant te Berlijn heeft niets kunnen
weigeren, omdat hem niets gevraagd is.
Na eenige discussie, waarbij Troel
stra verklaarde gisteren de te 's Hage
vertoevende commissie uit het Ruhrge-
bied te hebben gesproken die niets
communistisch aan zich had, werd de
interpellatie gesloten.
De invaliditeitswet.
Kon onlangs worden medegedeeld,
dat aan den minister van arbeid de
eerste 10.000 handteekeningen waren
toegezonden van werkgevers, cjje met
aandrang verzoeken, dat wijzigingen in
de Invaliditeitswet zullen worden aan
gebracht, thans bericht men dat die
eerste 10.000 door een tweede 10.000
tal zijn gevolgd, en dat binnen enkele
dagen het derde 10.000 tal bij den mi
nister zal worden ingediend.
In dit verband herinnert men er aan
dat de werkgevers, die dit adres Heb
ben geteekend, daarin op den voor
grond erkennen, dat het plicht is voor
oude en invalide arbeiders te zorgen en
dat die zorg wettelijk moet worden
gerégeld.'
Een geheimzinnige mijnenlegger.
te Nieuwediep is uit de Zuiderzee
binnengekomen de Duitsche mijnenve
ger ,,U Z. 18", begeleid door een Ne
derlandsche torpedoboot en een recher
chevaartuig.
Deze mijnenveger, behoorende tot de
Duitsche Noordzee-inijnenvegersflot-
fieljes, zou gedeserteerd zijn. Na in
Blokzijl te zijn geweest is de boot de
Zuiderzee opgevaren en ter hoogte van
Muiderberg aangekomen. Na dapr een
paar dagen gelegen te hebben, is het
vaartuig opgestoomd naar Amsterdam,
waar de commandant op het dénkbeeld
kwam zijn schip maar te verlcoopen en
met dat doel, bijgestaan door den an
deren opvarenden officier, de stad in
ging-
De achtergebleven bemanning is op
eigen gelegenheid de Zuiderzee weer
opgestoomd en te Urk aangekomen.
Op Urk deserteerden twee der opva
renden, maar de zes overgeblevenen zijn
vandaar weer vertrokken met het doei,
zoo 't heette, naar het vaderland terug
te keeren.
De marine-autoriteiten té Nieuwe
diep kregen echter lucht van de vreem
de geschiedenis en zonden een torpe
doboot en een recherchevaartuig op on
derzoek uit, die den mijnenveger aan
hielden en opbrachten. Het vaartuig is
voorloopig geïnterneerd.
Maandagavond kwamen eenige re-
van dank aan Jobst Müllenhof meege
deeld, dat het haar onmogelijk was van
zijn zoo vriendelijk aanbod gebruik te
maken.
Toen hij het korte, weigerende ant
woord gelezen had. knikte hij, alsof hij
volstrekt niet anders verwacht had,
maar zijn gezicht begon te betrekken.
De weinige woorden echter, die hij nog
vteer als antwoord aan Kathe Eilert
zond, hadden haar op de vriendelijkste
wijze het voorstel gedaan om zich ook
later, wanneer misschien dc redenen
voor haar tegenwoordige weigering
niet meer bestonden, zijn aanbod te
herinneren, dat hij voor zijn persoon
gestand deed. Nadat hij dezen brief had
verzonden en nog eenige andere zaken
had afgedaan, was Jobst Müllenhof ver
trokken.
Kathe Eilert deed haar best om als
voorheen haar plichten bij August
Brömmeimann met nauwgezetheid te
vervullen. Zij deed ook haar best om
een vrooiijk gezicht te zetten, wanneer
ze van het kantoor thuis kwam. Menig
maal wilde ze zich zelf wijS maken, d'at
de vroolijkheid uit het hart kwam, maar
dan was er weer zoo'n uur van abso
luut alleen-zijn met zichzeive, dat haar
wat anders leerde.
Zoo'n uur was 't ook op den zonni-
gen Octotferzondag, toen de moeder na
den eten in de kamer haar middag
slaapje hield en de dochter op de met
verwelkt boonenloof omrankte bank in
den tuin zat en haar vingers een zacht
I
ritselend blad heen en weer draaiden,
'dat haar van de verdorde ranken in
den schoot was gevallen. De zon, die
schitterde, alsof 't zomer was, bedroog
toch. Herfst was het en weldra kwam
de winter. Was hij maar reeds gekomen
om alles met sneeuw en ijs te bedekken,
zoodat geen verwelkte bladeren meer
konden herinneren aan de dagen, toen
't zomer was. Het hoofd was haar on
willekeurig op de borst gezonken,
maar plotseling hief ze het weer op.
Buiten op den kiezelweg hoorde ze
voetstappen, die nader kwamen, Voet
stappen als van iemand, die haast had
veerkrachtige voetstappen, die haar
menigmaal, als zij ze hoorde, ais een
vroolijke melodie in de ooren hadden
geklonken.
Kwam de groote bitterheid toch weer
en deed die 't schaamrood op de wan
gen komen, omdat ze nog altijd reden
meende te hebben om zich te schamen
Was het geluid van lichte voetstappen
voldoende om alles weer over haar te
doen komen, wat 'n lichtzinnige levens
opvatting haar voor leed had berok
kend en wat beleediging ze haar had
aangedaan
Ze was van de bank opgestaan en
wilde naar huis, maar daar klonken de
voestappen achter de heg en hielden
plotseling halt zoodat zij in het tuin
pad staan bleef want dicht voor haar
bij het tuinhek stond Rudolf
Müllenhof.
Gedurende eenige seconden stonden
chercheurs en marechaussées uit Am
sterdam te Muiderberg. Op verzoek van
den burgemeester werden twee Duit
sche marinesoldaten gevangen geno
men, die volgens de vreemdelingenwet
over de grenzen moesten worden ge
bracht daar zij zonder middel van be
staan waren. Zij zijn van den geheim-
zinnigen mijnenveger afkomstig.
Nadere berichten omtrent den ge-
heimzinnigen tocht door de Zuiderzee
meiden, dat op Urk geen schepelingen
zijn achtergebleven. Wel zijn de com
mandant een Duitsche onderofficier
de eerste stuurman en twee matro
zen te- Muiderberg van boord gegaan.
De boot is daarna onder commando
van den zich aan boord bevindenden
adelborst van Muiderberg vertrokken
met bestemming naar Duitschland.
Waar intusschen de marine van de
aanwezigheid van dit verdachte vaar
tuig kennis had gekregen, Waren maat
regelen genomen, dat de boot bij het
verlaten van de Zuiderzee moest wor
den opgevangen, terwijl het recherche
vaartuig „Prins Hendrik" de Zuiderzee
is ingevaren om den mijnenlegger te
zoeken, waarin het weldra geslaagd is.
De „U. Z. 18" werd daarna onder mi
litaire bewaking gesteld. De gedroste
schepelingen waaronder de comman
dant, zijn in Amsterdam gearresteerd.
Het vaartuig moet in de Zuiderzee
zonder vlag hebben gevaren, waardoor-
het mogelijk was, dat het Duitsche
schip drie dagen in de Zuiderzee heeft
vertoefd zonder dat liet werd aange
houden. (De nadere berichten geven
omtrent het doel van den geheimzinni-
gen tocht geen nadere opheldering. Het
verhaal dat de commandant zijn schip
in Amsterdam zou willen verkoopen is
toch a! te onwaarschijnlijk.)
j te losse hand met het geld. heei't en
j vandaag weer iaat dichtmetselen, xvit-
i ten, bevloeren enz., wat hij gisteren liet
wegbreken.
De neutrale partij.
De Neutrale Partij heeft in haar al-
gemeene vergadering te Utrecht de
wenschelijkheid uitgesproken meer
aansluiting te zoeken met de plaatse
lijke neutrale kiesvereenigingen en ver
der besloten met kracht hare actie
voort te zetten.
Zij heeft in verband daarmede een
commissie samengesteld, bestaande uit
de heeren dr. G. j. Wijchgel, te Am
sterdam, voorzitter H. Spek te 's-Gra-
venhage, secretaris L. j. H. de Leijer,
te 's-Hertogenboseh S. J. Hillinga, lid
van den gemeenteraad te Vlissingen en
j. L. Coppejans te Zaandam.
Vrees voor de boisjewiki.
Te Veenenberg leeft de bevolking ifï
groote vrees voor de komst van het
Duitsche roode leger. De vrijwillige
landstorm is opgeroepen. Militaire
wielrijders zijn aangekomen. Verdere
militaire versterkingen worden ver
wacht.
Geidverknoeierij.
De „Handeldr. Middenstand" wijst
op de schandelijke wijze waarop de
Post rondspringt met het geld.
Toen hei hoofdpostkantoor te Den
Haag een jaar of wat geleden werd
vergroot, achtte men het noodig of
het inderdaad noodig was, was zeer
aan twijfel onderhevig - een tweeden
j ingang ie maken. Een kamer werd weg
gebroken, een doorgang gemaakt, enz'.
Kosten idem zooveel.
Sindsdien is de toeloop toch minstens
stationair gebleven, in elk geval er niet
op verminderd.
En nu heeft men den ingang
weer dichtgemetseld en de destijds
weggebroken kamer werd weder ge
bouwd.
Alleen is vergeten het zware zand-
steenen stuk weg te nemen, dat wel op
zijn plaats was boven 'n dubbele deur
ingang, maar allerdwaast aandoet bo
ven een doodgewoon raam.
Van tweeën één.
Of die tweede ingang was destijds
noodig, en dan is het dwaasheid om
haar weg te nemen. En dan 'is ze nu
nog noodig.
Of die tweede ingang was en is niet
noodig, dan is her dwaasheid geweest,
om haar aan te brengen en de kamer
weg te breken.
Maar welke van die twee dwaashe
den ook is begaan, een feit is en blijft
dat er weer een slordige duit geid is
verspild.
Als de Post overal op zoo'n manier
met het geld omgaat, willen we waar
achtig wel gelooven, dat de dienst een
tekort oplevert en de tarieven moesten
worden verhoogd.
Wij betwijfelen echter of het aangaat
hooger port te moeten betalen, omdat
een totaal gedesorganiseerde dienst een
Organisatie van burgerwachten.
De minister van binnenlandsche za
ken heeft aan de Commisarissen dei-
Koningin medegedeeld dat eenigen tijd
geleden de inspecteur der Burgerwach
ten hem voorstellen heeft gedaan met
betrekking tot het bréngen van onder
ling verband tusschen de vrijwillge
burgerwachten.
Tot die voorstellen behoorden het
vormen van „Kringen" fvereeniging
van burgerwachten in verschillende ge
meenten) en het daarin oprichten van
zgn. „Vliegende Vendels", terwijl dan
het verband tusschen deze kringen en
elke provincie zou dienen te worden
verkregen door hrer instellen van Pro
vinciale Raden.
Thans deelt de minister mede, dat hij
van een algemeene doorvoering van
bedoelde voorstellen afziet.
De vorming van kringen, het oprich
ten van „vliegende vendels" daarin, de
aansluiting van kringen tot provinciale
verbonden waarbij de grenzen der
provincie niét absoluut' zouden behoe
ven te worden gevolgd zal geheel
facultatief worden, gelaten.
Provinciale raden, ais waarvan in de
voorstellen sprake was, zal de minister
niet voorsteilen, wel zal de minister met
het bestuur van den Neder!. Bond
van Vrijwillige Burgerwachten te Am
sterdam in overleg treden, om te komen
tot eer.e regeling, waarbij die Bond.
evenals tot dusver geschiedt, doch
thans met steun en onder toezicht der
regeering, alle werkzaamheden yer-
richt, noodig voor het brengen van
verband tusschen de burgerwachten
onderling en het maken van propagan
da, terwijl het voorts in de bedoeling
ligt ook de regeling van de rijksschiet
wedstrijden en van de proyinciaie
schietwedstrijden (voor zoover die niet
in handen is van bestaande provinciale
lichamen) aan den Bond op te dragen.
VLISSINGEN, 26 MAART.
ze roerloos en zonder een woord te
zeggen tegenover elkaar want ook hij
vond bij dit plotselinge weerzien, 't
welk niet lieelemaal paste bij 't geen hij
zich had voorgesteld, niet dadelijk een
der vele woorden, welke hij in zijn
verbeelding tot haar had gesproken.
Eindelijk sprak hij slechts het eene
woord, dat steeds luider in zijn binnen
ste had geklonken en hem hierheen had
gedreven.
Kathe
En nu stiet hij het hekje open en
stond in den tuin.
.Kathe, ik kon 't niet langer uithou
den met het gevoel, dat je een onvrien
delijke herinnering aan mij behouden
had of misschien nog iets ergers. N?er,
neen, val mij niet in de rede. Ik weet
immers alles, wat je tot mij zoudt kun
nen zeggen ik heb het reeds zelf hon
derden keeren gezegd, maar, zooals jij
het opgevat hebt, zoo is het niet, of ten
minste zoo is het niet meer. Goeie
hemel, viel hij zichzelven in de rede,
streek zich over 't voorhoofd en lachte
luide en gelukkig wat praat ik daar
voor onzin en den hoed heb ik nog op
't hoofd, en Kathe, waarom ik gekomen
ben Neen, neen, mij laten uitspreken
Eer je een woord zegt, wil ik spreken
Waarom ik gekomen ben Omdat ik je
tot vrouw wil hebben, Kathe
Nu was 't er uit en nu zou 't komen
haar hevige schrik, het terugdeinzen,
het ongeloof, dat ze op zijn glimlachend
gelaat trachtte te lezen, en dan, heel
AGENDA VAN HET DISTRIBUTIE
BEDRIJF
ZATERDAG 27 MAART
Beëedigd weger.
In de plaats van wijlen den lieer J.- H.
van den Eishout werd voorloopig voor
den tijd van één jaar, ingaande 19 de-
schuchter en zacht, ook de glimlach, de
zalige glimlach van geluk.
Wachtend stond hij daar en keek
haar aan, gereed om bij het eerste
spoor van een glimlach de armen uit te
breiden en haar aan zijn hart te druk
ken, Doch hij wachtte tevergeefs. Er
kwam niets van al hetgeen hij zich had
voorgesteld. Nauwelijks veranderde de
kleur op haar wangen eenigszins en
sloten zich haar lippen wat vaster op
elkaar. Haar oogen echter keken Ru-
dolf Müllenhof kalm en ernstig aan, tot
bii hem het triomfantelijke glimlachje
ran de lippen verdween en hij langzaam
vroeg
Heb je mij niet goed verstaan,
Kathe, of wil je mij niet antwoorden
Ze ging een klein eindje achteruit en
zei nu ik heb u heel goed verstaan,
meneer Müllenhof, en antwoorden wil
ik u ook.
De kalme manier, waarop ze sprak,
joeg hem plotseling schrik aan en hij
hief afwerend de hand op.
Neen, zoo mag je het niet doen.
Het was heel onhandig van mij om zoo
pas zoo met de deur in huis te vallen.
Haar kalme stem verhinderde hem
verder te gaan.
U was niet onhandig. U was
slechts uzelf. Dat uw wensch thans
heel eerlijk gemeend was dat weet
ik we! een eerlijke stemming zoo
als ook die andere stemming geweest is.
(Wordt vervolgd.)