ioza
riep -N
[Door eigen kracht.
BSïDMlËBIl
E S M ID 0 L
iESDI PiNCSHUIS
meisje
Zaterdag 13 Maart 1920. - Mo. 62.
Brieven uit de Hofstad
Land= en Tuinbouw
Nieuws.
lik hier egen als
rin tabletten,
doos 50 cent
ontsmet ten de
zen van mond
waarlar gs waar
de besmetting
iaats vindt.
nen reeds ziek is,
me inen als
ie in table tt' n.
koker 75 een'.
men spoedia het
n gevoel van on-
jn weg, alsmede
~n en pijnen in
en gewrichten,
r bij Apoth en
Jrogis en
4 MIJNHARDT\
Fabriek Zeist
Terstond te betrek-
billijk Storting bij
- of meer, het res'ant
staan Te bevragen;
SE, Hnbeinstraat 79.
gevraagd een net
ïaal.-traat A 58, Oost-
ISCHE TRAM
ngenMiddelburg.
ingen naar Middef-
40*A, 5.40*A. 5.45* A,
7.10, 7.50G, 8.20,
10.30G, 11.10, 11.500
I.1 OG, 1.50. 2.30G,
4.30, 5.10, 5.50, 6.30,
30, 9.10, 9.50, 10.30,
eliburg naar Vlissin-
I0*A, 6.10*A, 6.13*A,
C, 8.30G, 9.10, 9.50G,
i, 11.50 nm. 12.30G,
2.30, 3.10G 3.50,
5.50, 6.30, 7.10, 7.50,
J.50, 10.30, 11.10C.
ïdag tot en met Vrij-
nra. van de remise
rkmanstram.
zijn werkmanstreinen
een op werkdagen,
en B vertrekken var
C rijden niet verder
:e.
vervoeren goederen
jrkdagen.
gemerkt met rijden
en feestdagen
juburg in de richting
plm. 15 minuten later
ingen. Vertrek Sou-
richting Vlissingen
linuten later als uil
Duur van den rit oir
inuten.
'rdag, Zon- en feest-
'entueele drukte ver-
iltatieve extra-treinen
ip kan dus niet gere-
i) Van 'Vlissingen
2.10, 2.50, 3.30, 4.10,
10C en 6.50C.
lelburg 1.30, 2.10,
10. 4.50. 5.30 en 6.10.
t StadStation.
StadBellamypark
S.15, 6.50, 7.3Ö, 8.25,
II.50R*, n.m. 12.10,
.40, 3.20, 4.—, 4.50,
5.55, 7.50, 8.50, 9.40,
(ationStationsplein;
6.25, 7.10, 7.50, 9,10,
n.m. 12.05*, 12.30,
i.3.40, 4.30, 5.10
20, 9.15, 10.15, 10.50,
net rijden niet op
stdagen.
net rijden alléén op
stdagen.
iet R rijden van de re-
cht
itoomvaart
en. Middelburg
Rotterdam
larl
Diss
KiM
m
IJl. I"
1
12 uur
7
12 mi
1 ,«i'
7
Een goede beslissing Ah. de
Geer Een blijspel.
Eenigen tijd geleden wijdden wij een
brief aan de bespreking van den post
cheque- en girodienst, waarvan hier ter
stede het hoofdbureau gevestigd is en
dat wij dus iets meer van nabij kennen.
Op grond van verschillende overwegin
gen kwamen wij tot de conclusie, dat
de voorgestelde reorganisatie van dezen
tak van dienst niet moest worden toe
gestaan gelijk de directie deze had
i v00rgesteld. Het deed ons genoegen,
dat wij naar aanleiding van die uileen-
I rt/fing eenige brieven ontvingen, waar-
I onder van lien, die een functie vervullen
(tij dezen diensttak, brieven, die volko-
fijen onze opvatting steunden en het
[doet ons nu natuurlijk genoegen, dat
I de Tweede Kamer het onderhavige
[wetsontwerp heeft verworpen. Eén van
de voornaamste onderdeeien van die
1 reorganisatie was de overbrenging van
liet dienstvak van liet departement van
waterstaat naar dat van financiën. Men
moet bekend zijn in de geheimenissen
van de departementen, 0111 goed te kun-
1 nen begrijpen, welke diepe beteekenis
I deze overbrenging wel had. Het is niet
onaardig dit, ter illustratie van de
1 eigenaardige toestanden die in de
I broeinesten der bureaucratie bestaan,
eens te releveeren. De directeur van den
postclièque- en girodienst was jaren
I lang administrateur aan het hoofdbe-
1 stuur van de posterijen dat is zoo on-
1 geveer onder-directeur-generaal. Tot
ïreemaal toe werd hij bij een vacature
1 ran directeur-generaal gepasseerd.
I Waarom, doet minder ter zaice. Toen
I nu de postcheque kwam, werd deze
zelfde man tot directeur van dien dienst
benoemd. Hij was dus van het hoofd
bestuur vandaan. Na dien is er geen
I administrateur meer aangesteld. De
postclièque is een afzonderlijke dienst,
echter ten nauwste verbonden aan den
postdienst en tevens ressorteerende on
der het departement van waterstaat.
I In zijn functie van directeur van den
Ipostchèque en giro bleef hij dus altijd
leen bijwagentje van de post, indirect
1 us ondergeschikt aan den directeur-
Igeneraal. Om daaraan nu eindelijk een
le'md te maken en eindelijk eens een ge-
\w\V.evan dezen te zijn, werd liet smoesje
lverzonnen, dat de postcheque- en giro-
Idiensf eigenlijk onder financiën thuis
Ibehoorde. Ware dit gelukt, dan had
Ideze directeur als chef alleen den minis-
Iter van financiën. Alle verband met den
Ipostdienst ging via dezen minister naar
I het departement van waterstaat. Dc
Ipostcheque-directeur was dan de des-
I kundige aan financiën, gelijk de direc-
nir-generaal van de posterijen dit aan
Iwaterstaat is. Als wij onze rekenkun-
I dige kennis nog eens ophalen, zouden
wij deze evenredigheid kunnen opzetten;
1 directeur postcheque staat tot minister
Ivan financiën is gelijk directeur-gene-
1 raai posterijen staat tot minister van
lsaterstaat. Aangezien dc twee volgende
llcrmen gelijk zijn, moeten ook de twee
Ieerste gelijk zijn. Ergo directeur post-
I cheque is gelijk directeur-generaal
1 posterijen. Ziedaar, langs mather.iati-
1 sctat weg aangetoond, wat het doel
I was van de overplaatsing naar het de-
I parlement van financiën Het opzetje
I begon al zoo aardig er zouden vijf en
Itwintig agentschappen komen. De nieu-
Iwe directeur-generaal ging dus een
Roman van H. ABT.
In te bekomen
m N V Tran-po'1 en
lern.v.h EfvenG VOol
urgB EENHOORN:
VAN OOS TERHOUT
vil Gebrs BUITEN
|6)
1 Wel gevoelde de generaalsw'eduwe
pt verwijt, dat voor haar zelf in deze
fardé 11 lag, maar ze hoorde er ook
Wvertroostends in, en luid begon ze
't snikken.
Jammer -- ja, jammer als om
ISen tweede. En ik zou met onuitput-
'Hijke dankbaarheid de hand kussen
v<tn den man, die hem hielp. En waar
[J in de plaats van uw neef op mijn
"fief bent gekomen ze hield even
'jP en luisterde was daar niet de
deur van den corridor dichtgeslagen
was Army teruggekomen In de gang
bjeef alles stil en vol haast, onwillekeu-
ri8 het geluid van haar stem dempend,
sPrai( ze verder Laat mij nu ook
■bet hetzelfde vertrouwen tot u spreken
hal mij aan uw neef deed schrijven,
Pezen jongen man, die mij van den aan-
y?ng af zoo sympathiek was weer
Weid ze op, verlegen geworden door
en blik, waarmee Jobst Müllenhof
aar aanzag, maar weldra deed de
agst haar toch weer spreken; Maar
is haast bij, groote haast Ik heb
'in zoon gisteren een belofte afge-
ongen op mijn knieën dwong ik
n f 2e dat hij zou wachten tot
rgennamitldag, het oogenblik, waar
eigen 'bedrijfje opzetten cn had alvast
25 kantoren onder zijn ressort. Geluk
kig heeft de Kamer tijdig voor dit spel
letje een stokje gestoken. Nu zal het
onvermijdelijk zijn om tot vergrooting
der postkantoren te komen, nadat de
postchèque-dienst zoo vereenvoudigd is
ils mogelijk is.
Den Haag verliest een zeer geziene
figuur, al was liet er niet ééq die op.den
voorgrond stond, hoezeer zijn plaats in
het eerste gelid behoorde te zijn. Jhr.
mr. de Geer, het lid van Gedeputeerde
Staten van Zuid-Holland cn lid van de
Tweede Kamer gaat zijn functies ver
wisselen voor die van het burgemeester
schap van Arnhem. Voor de Kamer is
dit vertrek een verlies. De heer de Geer,
was daar niet alleen zeer gezien maar
men schatte zijn oordeel hoog. Als hij
het woord nam, kwamen aanstonds alle
aanwezigen om Item heen staan, omdat
ieder wist, dat de heer de Geer alleen
sprak als hij iets te zeggen had en wat
hij dan zeidc, was altijd belangrijk. Hij
nam heel dikwijls een zeer onafhanke
lijke positie in, zich daarbij niet zelden
losmakend van zijn gansche groep.
Eén der nog seeds hangende minister
crisissen is voor een groot deel het ge
volg van zijn houding. Ongetwijfeld be
hoorde de heer de Geer tot het goede
soort politici, die in staat zouden zijn
aan de politiek weer een goede repu
tatie te bezorgen. Aan den heer de Sa-
vornin Lohman en hem is het te danken,
dat de christ.-historische groep, hoe
klein ook, altijd een flink gezag in de
Kamer had. In mr. de Geer schuilt on
getwijfeld een uitstekend minister. Men
zegt. dat hij echter reeds meermalen
voor een portefeuille heeft bedankt.
Met liet vertrek van mr. Loeff en mr,
de Geer is het algemecne peil van de
Kamer weer een eindje gedaald. Waar
om trekken zulke figuren zich uit de
Kamer terug, de plaats latend aan
tweede tot tiende rangs-politici
In het Verkade-theater wordt thans
een blijspellctje opgevoerd, dat wel ty
pisch Haagsch mag heeten. Het speelt
in Den Haag en zelfs in het aloude
Zorgvliet. Een jong meisje wordt per
vliegmachine geschaakt. Werkelijk, als
dat nu niet up-to-date is, wat is het dan
wel. De machine daalt op het deftige
Sweelinckplein neer, het meisje komt
zelf aansnellen en voor de oogen van
den verbaasden papa verdwijnt dochter
lief in de wolken. Natuurlijk vergast
deze excentrieke juffer het publiek op
vele.hypermoderne ideëen een pikant
sausje is over het geheel heen gegoten
cn aldus wordt het met smaak door liet
Haagsche publiek gesavoureerd. Van
een hoog-ontwikkelden kunstzin geeft
echter liet stuk geen blijk en gelukkig
telt Den Haag nog vele duizenden bur
gers, die de theoriëen in dit onbenullig
stukje verkondigd, niet accepteeren.
Mocht het stukje buiten Den Haag wor
den opgevoerd, dan zouden wij bij voor
baat reeds willen waarschuwen tegen
verkeerde conclusiën ten opzichte van
Den Haag en zijn bewoners. „Angèle",
zoo heet het blijspelletje, moge Haagsch
er uit zien, het is opzettelijk overdre
ven en frivool, hetgeen niet pleit voor
den goeden smaak van den acteur, wien
liet succes te goedkoop schijnt te zijn.
Jammer dat de tooneelspeelkunst al
tijd zulken onzin noodig heeft om te
trekken. EIBER.
Pacht- en Jachttoestanden.
„Het socialisme wordt ook onder de
boeren gevoed", schrijft iemand uit de
buurt van Eindhoven aan het „Week
blad van den Noordbr. Chr. Boeren
bond". E11 hij vertelt dan van grondbe
zitters, die hun pachters uitzuigen. De
schrijver wil ze niet alleen over één kam
scheren, echter kent hij maar weinig
goede. Hij verhaalt als voorbeeld een
grondeigenaar komt zijn pachter mee-
deelen, dat hij de plaats wil verkoo-
op de eereschuid betaald moet worden.
En terwijl ze plotseling de hand van
Jobst Müllenhof omklemde, scheen het,
of ze voor hem op de knieën wilde val
len. Weet 11 wat voor een officier een
eereschuld beteekent
Hij trok zijn hand uit de hare.
- Ik weet, wat voor een man de eer
beteekent. Laten wc niet langer over
woorden twisten, mevrouw, ik ver
plicht mij tot niets, maar ik stel u voor
mij liet adres van uw zoon te geven.
Persoonlijk wilt u Het klonk
als. een jubelkreet, maar Jobst Müllen
hof ging verder, alsof ze hem niet in de
rede was gevallen. Het is met eer
lijken arbeid verdiend geld, het mijne
zoowel als dat van mijn broer en het
is niet verworven om verkwist te wor
den.
Mevrouw von Röhritz scheen nauwe
lijks meer te hooren, wat hij zei ze
was naar de schrijftafel gesneld en
schreef in vliegende haast eenige woor
den op. een stuk papier, dat ze nu aan
Jobst Müllenhof overhandigde. Een
menschenleven hangt er van af.
Zonder een blik er op te werpen,
nam hij het papier, vouwde het samen
en stak het in zijn binnenzak. Daarna
wendde hij zich naar de deur. We
hebben elkaar voor 't oogenblik, meen
ik, niets meer te vertellen.
't Was, of er op de gang voefge-
schuifel hoorbaar was. De generaals-
weduwe lette er niet verder maar
wilde Jobst Müllenhof uitgeleide doen.
Hij weerde haar echter af. Doe geen
pen de pachter geniet evenwel de
voorkeur. Deze gaat noodgedwongen
tot koop over. 't Resultaat is, dat hij in
't vervolg in plaats van j 400 als tot
dusver, minstens het dubbele moet Op
brengen. De eigenaar is hem in zoover
ter wille, dat hij de helft van de koop
som er in houdt als hypotheek. De boer
wenschle drie vierde der koopsom als
hypotheek, dan kan hij zich denkelijk
redden, terwijl hij anders geld moet
opnemen. Maar hiervan wilde de eige
naar niets weten, hij mocht later eens
geen voldoende waarborg hebben. Hij
waagt dus geen halven cent, de boer,
die aan handen en voeten gebonden is,
moet heel zijn have en goed maar wa
gen.
Na dit verhaal gaat de schrijver op
bitteren toon verder, en betoogt, dat
aldus zich wrok vastzet tegen de uit
zuigers, en men oordeelt dan al gauw
laat de boel dan maar omver gaan, dan
zullen ze de woekeraars ook wel krij
gen.
Inderdaad zoo'n stemming is be
grijpelijk. Doch preeken en vermanen
zal hier niet baten. Aan het egoïsme
der woekeraars kan alleen paal en
perk gesteld worden door een goede,
rechtvaardige pachtwet. De redactie
van genoemd blad zegt vele brieven te
krijgen met klachten over jacht en
pacilt zij staat verstomd over de kort
zichtigheid van heeren, die om klein
genot en gering gewin of kinderachtig
machtsgevoel, met zoo gevaarlijk vuur
spelen in deze tijden. En dan bezweert
zij met nadruk iederen jacht- en pacht
heer, iederen autoriteit" of ambtenaar, af
te laten van alles wat de boeren kne
velt, schaadt, kwelt of ergert buiten
noodzaak. „Laat ons hopen", schrijft
zij „dat zij hier niet met bitter berouw
over moeten treuren op het graf van
hun genot, hun aanzien en gezag."
Dat klinkt als een sombere, grimmige
waarschuwing. Welke evenmin baten
zal, vreezen we als vriendelijke smeek-
beden. Maar als dan straks de revolu
tionaire besmetting ook den vrede'op
het platte land verstoort, aan wie dan
de schuld Aan de opstandige boeren,
of aan de pachtwoekeraars en wiidfok-
kers Wie zijn dan eigenlijk de revo
lutiekweekers Het kwaad schuilt in
eigen kring, vlak nabij. Hier houdt mqn
zich echter doof voor alle vermaan.
Dient dan de regeering niet in te
grijpen krachtig en snel Alieen door
een gezonde wetgeving, weike tege
moet komt aan redelijke grieven inzake
pacht en jacht, waterlast en bedrijfs-
belentmering, belastingdruk, enz. kan
het gevaar voor het platteland bezwo
ren worden.
Een Landbouw Ongevallenwet.
Binnenkort zal een ontwerp Land
bouw Ongevallenwet het departement
verlaten. Aldus hebben we laatst kun
nen lezen. Nu dat is niet voor den tijd.
1 oen de bestaande Ongevallenwet
kwam, was de landbouw daarbij uit
geschakeld. Dat is nu een 20 jaar ge
leden en nog zijn we wachtende. In
dien tijd meende men vrij algemeen,
dat een wettelijke regeling voor den
landbouw niet noodig was, omdat er
zoo weinig ongevallen in den landbouw
zouden voorkomen. Oppervlakkig zou
men dit ook nieenen. Maar de ervaring
elders, bijv. in België, had toen ook al
wat anders geleerd. En sedert hebben
we in ons eigen land ook de ondervin
ding opgedaan, dat het landbouwbe
drijf allerminst zonder gevaren is en
een wettelijke ongevallen-verzekering
vair den landbouw allerminst iets
overbodigs. We zijn tot die wetenschap
gekomen door de Landbouw Onderlin
ge, die aan de landbouwers de gele
genheid heeft geboden om hun arbei
ders (weduwen en weezen) te verze
keren tegen de geldelijke gevolgen van
een ongeval. Niet alle landbouwers
hebben van die gelegenheid gebruik
gemaakt, maar toch verscheidene dui
zenden. Bij de inwerkingtreding op 1
Januari 1910 telde de L.-O. 370Ö leden,
op 31 Dec. 1918 14.714. 't Getal had
moeite, mevrouw, 'ik vind mijn weg
alleen.
Ook het dienstmeisje, dat voor hem
de lift in beweging wilde brengen, be
duidde hij, dat hij geen hulp noodig
had, en begon de trap af te gaan. Het
slanke meisje, dat met den rug tegen
den muur geleund op het eerste bordes
op hem wachtte, had zich dat precies
zoo voorgesteld. Bij het eerste geluid
der langzame voetstappen op den plu
chen looper der trap, drukte ze zich
nog stijver tegen den muur, die gemar
merd was, maar weldra trad Armgard
von Röhritz in stijve houding den ver-
trekkenden bezoeker tegemoet en zei
na een vluchtigen groet
Meneer Müllenhof, ik weet niet, of
het u voldoende duidelijk is geworden,
dat wij voor hetgeen mama van uw
neef voor mijn broer vroeg tot eiken
wederdienst bereid zijn tot eiken.
Ook ik verplicht mij voor mij zeiven
daartoe.
Zwijgend keek Jqbst Müllenhof het
voor hem staande meisje aan. Haar ge
zicht was bleek, alleen de smalle lippen
gloeiden, haar fijne neusvleugels tril
den en toen hij haar zoo stijf aankeek,
deed de hoogmoed, die uit haar geheele
houding sprak, haar het hoofd des te
fierder oprichten. Haar blik echter
dwaalde naar den gouden knop van
den stok, dien hij in de hand hield, en
een akelig glimlachje opende voor een
oogenblik haar lippen.
jobst Müllenhof bemerkte het en ter
wijl hij zijn stok met beide handen op-
veel, veei grooter kunnen zijn, maar er
was veel vooroordeel, zelfs bij de land
arbeiders, te overwinnen. Dat dit ge
heel overwonnen is, zouden we niet
durven beweren, maar over 't geheel
staat het platteland tegenover de idee
anders dan voor 20 jaar. De heer Jac.
Welleman te Krabbendijke schrijft in
verschillende bladen „De wetgever
staat voor een gansch andere materie
dan voor twintig jaar. Toen moest nog
een wereld van vooroordeelen worden
overwonnen, toen moest de weg nog
worden gebaand, waardoor elke rege
ling noodwendig van bovenaf nioest
worden opgelegd, thans heeft de wet
gever niets anders te doen dan vast te
ieggen, wat reeds in hoofd en hart der
landbouwende bevolking leeft." 't Wil
ons voorkomen dat de heer Welleman
den toestand wel wat al te mooi ziet.
Maar hij krijgt straks gelijk, als de wet
komt, dan zullen we ons daarover ver
heugen. In ieder geval onderschrijven
we gaarne zijn bewering, dat de Land
bouw Onderlinge haar taak altijd ruim
en breed heeft opgevat, en dat in elke
toekomstige landbouw ongevallenwet
plaats moet blijven voor deze instelling
welke haar sporen langs allen kant
heeft verdiend. C. B.
INGEZONDEN MEDEDEELÏNGEN.
Roofmoord in F r a 11 s c h -
Vlaanderen. De vorige week zijn
te Grevelingen, in Fransch-VIaanderen,
twee oude boerenmenschen het slachtoffer
geworden van drie jeugdige bandieten, 17,
19 en 20 jaar oud, die inmiddels door de
politie achter slot en grendel zijn gezet.
Het „Laatste Nieuws" geeft van hun mis
daad het volgende verhaal
't Was acht uur in den avond. De écht-
genooten Hondscboote en de 15-jarige
dienstmaagd zaten aan het avondeten, toen
et geklopt werd. Het meisje vr<«eg v.ie
daar was.
't Is o een inlichting te vragen,
klonk het terug'
Wat dan
Den weg naar Grevelingen. De hoer be
val Bertha de deur te openen en drie ke
rels, het gelaat met roef en groene verf
besmeurd, sprongen eensklaps binnen, e'k
gewapend met een revolver van 't Bel
gisch leger, zooals men er nu veei in
Fransch-VIaanderen ziet onder de burgerij.
Twee der booswichten hielden de boerin
en de dienstmaagd in bedwang, terwijl de
derde zijn wapen op den landbouwer
richtte en uitriep
Uw geld of uw leven 1
- Gij krijgt niets antwoordde Hond-
schoote.
En aanstonds schoot de ellendeling den
ouden man neer. De kogel trof den onge
lukkige in het hoofd. Zijn vrouw wilde hem
bijstaan, maar werd nu ook vermoord.
Bertha wilde wegloopen, maar voelde
eensklaps een stekende pijn in den arm.
Blijf hier, zei een der bandieten gij
moet niet bang zijn, want ge behoort ook
maar tot den arbeidersstand zooals wij. Het
meisje moest toen uit dc zakken van haar
meesteres de sleutels halen. De roovers
vonden niet genoeg naar hun zin en één zei
tot haar
Gij weet waar het geld is, zeg het
ons, of ge gaat er ook aan.
Bertha bracht hen toen bij de geldkast.
Men hoorde stappen.
't Is Ovide, de jonge knecht, zei de
dienstbode. Doe hem toch geen kwaad, hij
is ook maar een werkman.
Zij opende de deur en sprak
Ovide, kom maar binnen, die heeren
zullen u geen kwaad doen. Maar de roo
vers duwden hem toch hun wapen onder
den neus en gelastten hem toen gereed
schappen te halen, om de brandkast te
openen. Verschrikt gehoorzaamde hij en
ging onder geleide naar een stal om een
bijl, een houweel en een hamer.
Na ingespannen arbeid braken de kerels
de kast open de bijl werd daarbij verbrij
zeld. Ze namen goud, papieren en stukken
van vijf frank. Na de twee jongelieden ge-
Oorzaken en behandeling
van eczeem.
Eczeem is dikwijls te wijten aan
bloedarmoede, lichamelijke of geestelij
ke inspanning. Ook kan het een gevolg
zijn van besmetting, het voortdurend
omgaan met natte of droge waren in
winkel of werkplaats, of overgevoelig
heid voor buitengewone warmte of kou.
De behandeling eischt veel zorg en
zindelijkheid. De lijder dient eenvoudi
ge, voedzame spijzen te gebruiken en
vooral zwaar voedsel en alcohol te ver
mijden. Geregelde stoelgang is nood
zakelijk verstopping verergert de
kwaal.
Tot beteugeling der ontsteking en om
de last van eczeem te doen verdwijnen,
bestaat niets beters dan Foster's Zalf.
Deze verdrijft de prikkeling en de ge-
-.cirrdheid om de aangedane plaatsen t
krabben.
Foster's Zalf heeft een antiseptische,
verzachtende en heelende werking,
droogt niet te spoedig op, laat zich niet
te gemakkelijk afvegen en dringt tot
op iedere aangedane plek door.
Deze zalf is zeer succesvol bij alle
jeukende huidkwalen en heeft tal van
hardnekkige en langdurige gevallen"
genezen. Zij is ook een uitstekend ge
neesmiddel voor aambeien.
Foster's Zalf (let op den juisten
naam) is te Vlissingen verkrijgbaar bij
A. C. Beniest, Lepelstraat 13, a ƒ1.75
per doos. 36
last te hebben minstens een kwartier in
huis te blijven, namen zij de vlucht. Op
den vloer lagen de lijken van hét onge-
lukkige echtpaar. De knecht en de meid
riepen om hulp. De rijkswacht stelde een
onderzoek in en legde de hand op de da-
I ders.
Een vermetele proefneming op avia-
tisch gebied werd genomen door mr. Joseph
Barcroft, verbonden aan de Universiteit
van Cambridge. Teneinde dit expirement
uit te voeren, werd hij gedurende zes da
gen opgesloten in een glazen huisje. De
kwestie, waarom het ging, was, of iemand
kon berekenen de hoeveelheid zuurstof
welke vliegeniers noodig hebben op groo
te hoogten. Het huisje, waarin Barcroft
werd opgesloten, was speciaal gebouwd
in een stille kamer van het physiologisch
laboratorium en was zeven voet hoog en
tien voet breed. Vloer, muren en dak, ge
maakt van glas, waren hermetisch afge
sloten en verdeeld in twee appartementen,
in een daarvan bevond zich een luierstoel
en een t^fel. in het andere stond een bed.
Men sloeg hem dag en nacht gade, teneinde
zich van zijn persoonlijke veiligheid te
overtuigen. Ofschoon voortdurend stikstof
j in de kamer werd gebracht, werd de lucht
langzamerhand armer aan zuurstof, totdat
I ze bij benadering op een peil was gebracht
j van 16.000 voet hoogte. Barcroft werd nu
ziekelijk en leed aan slapeloosheid en was
1 niet in staat voedsel te gebruiken. Toen de
proef was afgeloopen tapte men Barcroft
bloed af, waaruit de zuurstof werd ge
scheiden. Alles voldeed aan de verwach
tingen van de proefneming.
De Chineezen zijn, zooals bekend
is, een conservatief volk, hetwelk zich
angstvallig vastklemt aan zijne voor
vaderlijke tradities, hoe averrechtsch
deze van uit Europeesch standpunt be
zien ook mogen zijn. Een echte Chinees
nuttigt geen melk bijvoorbeeld, omdat....
het zonde zou zijn de melk aan de koe
te ontnemen, daar deze den mensch
zulke groote diensten als trekdier be
wijst.
Een Chinees mag de melk alleen als
medicijn gebruiken. In weerwil van het
feit, dat gedurende de laatste tientallen
van jaren Europa veel meer invloed op
China heeft uitgeoefend dan voorheen,
hebben de Chineezen hun afkeer om
melk te drinken en zuivelproducten te
eten nog niet overwonnen, althans niet
over het ai gemeen genomen. sE venwel
hief, knikte hij en zei Ja, ja, freule
von Röhritz, het is om te lachen, en
toch knielt ieder er, zooals reeds in
Mozes tijd, in aanbidding voor neer,
vooral wanneer 't niet een gouden kalf,
maar een volgroeide os is.
Haar bleek gelaat werd plotseling
als met bloed overgoten en haar oogen
fonkelden hem uitdagend tegen. U
bent in uw recht, meneer Müllenhof,
de bezitter is altijd in zijn recht.
Nu kwam er een bijna goedige glim
lach op zijn gelaat. U moest maar
boven naar uw moeder gaan, freule von
Röhritz. Wat zoo op de trap verhan
deld wordt, heeft bij een wèloverwogen
zaak niet veel meer te beteekenen. Hij
knikte haar foe en ging langzaam de
trap verder af.
Ze staarde hem na en haar gezicht
brandde als vuur. En daarna liep ze,
alsof ze achtervolgd werd, de trap op
en de kamer binnen, waarin haai* moe
der zich bevond.. Een enkele blik in het
gelaat van haar dochter verried me
vrouw von Röhritz, dat deze alles wist,
wat tusschen haar en Jobst Müllenhof
besproken was, en ook uit den brief,
welken haar moeder had geschreven,
alle consequenties trok, welke daarvan
voor haar het gevolg konden zijn.
Schuldbewust en toch met een uit
drukking, alsof de omstandigheden
haar.gelijk gaven, mompelde de gene-
raalsweduwe nu Je zoudt er niets van
vernemen, maar wat moest ik doen, nu
alle andere pogingen mislukt waren
Zeg zelf, Army, wat bleef mij anders
over
Och. ja, mama. En ik verzet er
mij immers ook niet tegen. De koop
was immers toch reeds zoo goed als
gesloten. Maar ik wensehte, dat
Egon gisteren den haan van de revolver
had overgehaald, eer u bij hem in de
kamer kwam dan had tenminste een
van ons zijn eer gered.
Army kreet mevrouw von Röh
ritz. Dat zeg je tegen mij Dat kan
een dochter legen haar moeder zeggen!
Met een strakken blik, de handen
achter 't hoofd gekruist, bleef Arm
gard von Röhritz staani.
Mama, ik weet niet eens meer, of
ik wel werkelijk uw dochter ben, zoo
als ik tot dusver mij altijd heb inge
beeld.
Reeds herhaalde m.alen en telkens
luider had de oppasser aan de deur
geklojrt, eer er „binnen" werd geroe
pen en hij nu binnentrad met de bood
schap Luitenant, een man ik
wil zeggen een meneer is daar buiten
hij zegt, dat hij van mevrouw von
Röhritz komt.
In den uitersten hoek der kamer,
waar het kleine gasvlammetje geen
licht meer kon brengen, stond de jonge
officier van de chaise-longue op, waar
op hij met het gezicht in de handen
begraven had gezeten. Arme mama 1
mompelde hij.
(Wordt vervolgd.)