mmit
N.
orten
Ambtenaar,
VE
Jaargang
deren
Schillen
KELHUIS
blsiingfcw
anwa«j0?t,
BÜOÜSOt
PLE BSTtR
:bocfe
bode
ne s/>
airl
MAANDAG i7 INOVBM8EK.
liiSïïiSSÏi
Vlissingen in 1018.
FEUILLETON -
£EN NATUURKIND.
BINNENLAND
No. 271
►NOEMWBWWnS-M
1919
en prijs.
A - GD. Aanwe-
1e dat; e" Zaier-
tot bait 2 hij
;traa!, Vuorhetn
)op:
'erslond tesan-
M. MAAS, Ka-
mmffimssmm.
;if en Machme-
voor spoedige
lUtisch i-o d on-
igeveer 25 jaar.
ma Boekhou-
ta H. B S. strekt
)liicilaties onder
Vliss. Cour."
UITEN WljKEN
b zorgen der
OURANT" een
aan te meiden
rkt
ling van perso
Oasi huis alhier
f 200 - Z ck
P VERMAAS,
des namiddags
ïur.
WEEL, Villa-
voor dadelijk
fl rfee
hui-we k ver-
- f 30 wascn-
verval f40.
riijen 's avoi ds
ie Ruyter".
zien, onutai
Mevrouw SiE-
rd E.'cr'sen 14,
een nette
ie 20 jaar, var
1 en van 2 5.
2 urn ('s avonds
■daa Adres:
irant".
ber een net
tevens behulp-
n café. Adres
die Courant".
SSiSGiljljipi!
t i d d e l b u i ft
irdam.
November
7.-
7.~-
votM donao»-
i.
komen
1 ranspoit tv>
Erven Ci. VOS
eenhoorn
ERHOU?
BUITEN
VLISSIINGSCHE COURANT
ADVERTENTIE PRIJS
Van 14 regels: ƒ0.80; voor iedere
regel meer 20 centbij abonnement- spe
ciale prijzen. Reclames 40 cent per regel.
Dienstaanbiedingen en cSenstaanvragen 10
cent per regel, bij contante betaling.
Familieberichten van 16 regels ƒ1.30,
iedere regel meer 20 cent.
ABONNEMENTSPRIJS.
Voor Vlissingen en gemeenten op Wal
cheren 1.85 per drie maanden. Franco
door het geheele rijk: ƒ2.20. Weekabon
nementen :14 cent. Afzonderlijke nummers
3 cent.
INLEVERING ZAKBOEKJES.
De Burgemeester van Vlissingen brengt
ter kennis van de verlofgangers van het
le bataljon 14e regiment infanterie, dat
zij opnieuw ten spoedigste hun zakboekjes
behooren in te leveren ten Raadhuize, bu
reau militaire zaken, ter aanbrenging van
een nieuwe lastgeving voor opkomst met
spoed.
Vlissingen, 15 November 1919.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
OS'
bm
(Vit het Gemeenteverslag).
Over het dienstjaar 1918/1919 be
droeg het aantal inrichtingen, waar
krachtens vergunning sterke drank
werd verkocht ongesplitste verkoop
(slijten en tappen) 34, tappen 21, slij
ten 5, sociëteiten 4, logementen 10, to
taal 74.
Het maximum aantal der vergunnin
gen bedroeg 66. Het aantal inrichtin
gen waarvoor verlof is verleend, be
droeg 50, te weteq 38 waarin verkoop
van aicoholhoudenden drank anderen
dan sterken drank, en 12 waarin ver
koop uitsluitend van alcoholvrije drank
geschiedt.
Het vergunningsrecht bracht op
2962,50.
Het aandeel der gemeente in de lich
ting van 1918 bedroeg 156 man. Aan
twee personen werd uitstel verleend
van eerste oefening gedurende een
jaar, terwijl aan één persoon vrijstel
ling van den dienst werd verleend we
gens verblijf in Indië.
In 1917 waren voor de lichting inge
schreven 237 personen.
Van de 156 werden er 144 bij de
landmacht en 12 bij de zeemacht inge
lijfd.
Van het aantal ingeschrevenen wer
den door den Militieraad of in hooger
beroep door Gedep. Staten vrijgesteld
wegens broederdienst 29, wegens kost
winnerschap 6. Door den keuringsraad
werden vrijgesteld als beneden de
maat (1.55 M) 3, wegens ziekte of ge
breken 70, als reeds in dienst bij de
zee- cn landmacht 8, tezamen 116.
Op zeer vele aanvragen tot het be
komen van geldelijke vergoeding we
gens verblijf onder de wapenen, werd
door den burgemeester gunstig be
schikt.
In het jaar 1918. werden voor de lich
ting 1919 ingeschreven 210 personen.
In het afgeloopen jaar hadden we
gens den oorlogstoestand herhaaldelijk
inkwartieringen plaats.
De bevolking in het burger-weeshuis
bestond op 1 Januari 1918 uit 21 per
sonen, nl. 3 beambten en 18 weezen en
halfweezen 15 kinderen werden ver
Lilt kei mijnwerkersleven van Nocrd-Alaska.
Naar R. B.
76)
„Zing, vogelt ju, frank en vrij,
Met heldere stem uw liedeke blij
V.roolijik klopt je hartje, 't karet geen
[zorg of smart,
't Mijmie is vol tranen, een, gebroken
[hart,
M'ijn liefde is voor eeuwig, vergeten
[:kan jik niet,
Jij zingt je vrootijik 'wijsje, ik 't
[droevig afscheidslied.
Ee,n, oogembliik Halter hoorden zij hem
met iemand spreken aan den waterkant
cn toen een hoog kinderstemmetje.
„Neen, neen Mc ga ook lik ga ook,
oo k
„Hei,la Johm Gate riep Poleon.
Kom hiier Drommels Kom eens
gauw ik kam dezen knaap niet langer
houden."
Toen zij aan dem oever boven hem
verschenen, ging hij voort „zie eens
hier, wat ik in mijn boot vind
En hij hield het worstelend figuurtje
van Jotvnmy Gale omhoog. „Hij heeft
zich onder mijn deken verstopt. Drom
mels Hij is een kwade, dit kereltje
hij heeft in 't geheel niet voor zijn
kaartje betaald hij, is een bedrieger."
„lk wil mee gilde de onverbeter
lijke wcglooper. Hij had zijn geweer
meegenomen en dit wapen, dat van
zorgd in het gesticht, 3 daarbuiten.
In den loop van het jaar vertrokken
3 kinderen 2 jongens vonden een
plaats bij de groote vaart, 1 meisje
werd ontslagen wegens meerderjarig
heid.
Op 31 December 1918 bedroeg het
aantal weezen en halfweezen derhalve
15, waarvan 14 in- en 1 buiten liet ge
sticht.
De gezondheidstoestand der kinde
ren was over het algemeen gunstig
enkele werden ook door de gevreesde
griep aangetast, doch gelukkig niet in
lievige mate. Hun gedrag gaf geen re
den tot klagen.
In het R. K. weeshuis waren in het
afgeloopen jaar 13 weezen gehuisvest,
te weten 6 jongens en 7 meisjes; 12
meerderjarige personen waren in het
gesticht opgenomen, ni. 7 mannen en
5 vrouwen.
Over het afgeloopen jaar was een
persoon toegelaten als houder van een
particuliere bank van leening.
In 1918 werden bij deze bank in to
taal 1701 panden beleend. De panden
waren verzekerd tegen diefstal en
brandschade.
Wegens overtreding der Pandhuis-
wet werd geen proces-verbaal opge
maakt.
Aan den pandhuishouder werd ver
gunning verleend om in de eerste week
der beleening van panden in rekening
te brengen 5 ,1 in plaats van 2
Burgerlijk Armbestuur.
Het aantal der vaste bedeelden be
droeg 123 en dat der tijdelijke bedeel
den 23 personen.
Over het algemeen kunnen wij den
toestand gunstig beschouwen, dank zij
de tusschenkomst van het gemeentebe
stuur, en de directie van de Kon. Mij.
„de Schelde", waardoor aan eenige
honderden arbeiders, die anders ge
deeltelijk broodeloos waren geweest,
gedurende den geheelen winter werk is
verschaft geworden.
Voorts wijzen wij nog op den finan-
cieelen steun, van Rijkswege verleend
aan de gedemobiliseerden, waardoor
veten, die na hunne demobilisatie geen
onmiddellijk werk konden vinden voor
armoede bewaard gebleven zijn.
Bedeelingen hadden plaats in geld,
levensmiddelen en brandstoffen.
Voorts in tegemoetkoming in huis
huur, het verstrekken van medicijnen,
klompen en nachtlegerfournituren.
Gedurende het tijdvak van 1 Januari
tot 1 Mei en van 1 November tot 31
December werden tot het verkrijgen van
warme spijzen uit de gemeentelijke
centrale keuken 10393 bonnen uitge
reikt. De bedeelingen hiervan 'hadden
drie maten per week plaats.
Evenals ten vorige jaren, werden wij
door de bestaande overeenkomst met
den marine versperrings-eommandant
en onzen voorzitter in de gelegenheid
gesteld, aan onze armen en aan de ver
zorgden door de verschillende diaco-
niën dezer gemeente, gedurende de
wintemiaanden eenmaal per week een
halve H.L. kolengruis te verstrekken,
hetgeen met het oog op de rantsoen-
neering der brandstoffen, een uitkomst
in den nood mag genoemd worden.
De nood der tijden is echter in vete
gevallen oorzaak geweest, dat de we-
kelijksche alimentatie van hen die tot
de vaste bedeelden behooren, moest
verhoogd worden.
Door deze omstandigheid, alsmede
door de groote uitgaven aan verpleeg-
kostcn, waren wij genoodzaakt den ge
onder Poteon's deken kwam uitkijken,
had hem verraden. „I'k wil mee riep
de kleine man. „lik houd het meest van
jou Waarop Doret hem in zijn armen
nam e<n, stevig paikte.
„Weii, dan denk je zeker niet aan
dien grooten zwarten beer 's «nachts,
hé imaar dit maakte Gale junior
nog slechts .te rampzaliger.
„O, maar dan kaïn, de beer jou pak
ken, Poleon Laat mij meegaan en iik
zal hem van je afhouden. Twee man is
beter dan één toe, Poleon
De vereende krachten, van Necia en
den koo-pman waren noodig, om den
jongen van den Frauschman los te
scheuren en zelfs toen werd, de
snoode daad slechts volbracht ten
koste van zooveel luidruchtig verdriet,
dat de kleine Molly haastig van het
huis kwam aanfoopen, baar ronde ge
zichte vuil en betraand. Zij was naar
het kreupele hondje gegaan voor troost
en drukte hem .nu in haar armen en
tegen haar borst zoo vast, dat zijn
toing uit zijn bek hing en zij,n, drie poo
len er stijf bij hingen. Toen jolhnmy zag
dat er geen, hoop overbleef, staakte hij
zijn uitingen van emotie, zooals een
flinke jon,gen der wouden betaanvt en
bracht een laatste geschenk aan zijn
vriend. Hij nam liet ld erne liuchtgeweer
en gaf het aan Poleon, als een verde-
diigirtsmiddel tegen den ziwarten naclit,
wanneer de beren zouden komen, en
het was een zeer groote opoffering,
waarover geen man zich behoefde te
schamen. Doret mam hem o,p bij' de
ellebogen en kuste hem telkens weer,
toen zette bij, hem zachit neer, waarop
Mollly kiwam aandraven en zonder een
meenteraad twee maten een gewijzigde
begrooting, ter verkrijging van ver
hoogde subsidie uit de gemeentekas
aan te bieden.
Zeemans- en Visschersbeurs.
Met inbegrip van het saldo, had vol
gens den staat der bezittingen, het
fonds op 31 December 1918 een waarde
van 210.138.121/2, op 31 December
1917 bedroeg deze 218.633.75en is
dus verminderd met ƒ8.495.63, welke
vermindering is toe te schrijven aan de
vastgestelde uitkeering van 40 waar
door voor het jaar 1918 ƒ6140 van de
van het kapitaal afgescheiden reserve
moet worden gebruikt, alsmede door de
pensionneering van 5 nieuwe leden in
1918, terwijl ook de waarde der effec
ten aanmerkelijk lager is, dan het vori
ge jaar.
Onder het kapitaal van het fonds op
31 December 1918 groot 210.138.12%
is volgens de bepalingen van het be
sluit van den gemeenteraad van Vlis
singen van 17 Januari 1913 no. 3 be
grepen, het bedrag dat aanwezig was
volgens de oudst bekende rekening, nl.
in 1858, zijnde ƒ63.302.20, en hetwelk
als het onaantastbaar stamkapitaal
moet worden beschouwd, terwijl het
overige bedrag, dat uitsluitend is ont
staan uit opgelegde intressen, contribu-
tiën en bijdragen zal worden be
schouwd als reserve.
Door 17 deelnemers werd over 1918
bijgedragen ƒ454.37.
Aan de gepensioneerden werd over
1918 uitgekeerd 14725.62 over
1917 werd uitgekeerd ƒ14091.91, zoo
dat er meer werd uitgekeerd 633.71%.
Deze meerdere uitkeering is het ge
volg van de verhoóging van het aantal
pensioengerechtigden.
Volgens den staat van verleende pen
sioenen op 1 Januari 1919 bedroegen
deze pensioenen ƒ37.960.94.
Gepensionneerd werden 1 weduwe,
wegens het overlijden van haar echtge
noot, die nog contribueerende was en 4
leden wegens het bereiken van den 60-
rigen leeftijd, zoodat het aantal pen
sioengerechtigden op 1 Januari 1919
104 bedroeg.
Het aantal alhier thuisbehoorende
vaartuigen, waarmede de garnalen-
vangst wordt uitgeoefend, bedroeg 28,
te weten 26 hoogaartsen, 1 kotter, 1
blazer en bemand teet 125 visschers.
Voorts werd de vischvangst uitge
oefend door 24 roeibooten, bemand
met 53 visschers.
De vangst dezer laatste vaartuigen
was bestemd voor verkoop te dezer
stede en eigen gebruik.
De tonnemaat van voormelde vaar
tuigen beloopt van 33 tot
Brandweer.
In 1918 kwam geen enkele uitslaande
brand voor. Het spuitenmateriaal is ge
durende dit tijdsverloop dan ook alleen
uitgerukt voor het beproeven der spui
ten en oefening van het personeel.
Dezelfde opmerking als in het ver
slag over het jaar 1917 zou hieraan
toegevoegd kunnen worden, nl. dat het
stoken van allerlei ondeugdelijke soor
ten van brandstoffen, eer het tegendeel
zou hebben doen verwachten.
Zoo ook zijn tengevolge der beper
king van het gasverbruik, door vele in
gezetenen allerlei soorten van kachels,
meest zgn. fornuizen aangeschaft, die
geheel of gedeeltelijk versleten of afge
dankt, na een weinig opgelapt voor
verwarming en liet koken van spijzen,
weder in gebruik werden genomen.
enkel wooird of toespraak gaf zij hem
dein grootsten schat van haar hart. Zij
hield Poleon toet hondje met drie ,poo-
ten voor, want een geweer en een hond
passen bij elkaar en daar zij een
vrouw was, begon zij te schreien, toen
zii haar lieveling vaarwel kuste op
zijn koude, vochtige neusje.
„Wat is dit?" vroeg Poleon, en zij"
stem beefde, want doze kimdervingers
hackten altijd zijim hart weten te ope
nen.
„Hij is een heel zoet hondje" zei het
kleine meisje. „Hij zal de beren wel
wegjagen 1" En toen vergoot zij bittere
tranen bij dit groote verlies.
Doret liefkoosde toaar, zooals hij
haar broeder had gedaan en zette toen
voorzichtig 'toet hondje op de dekens
in de cano, waar hot dankbaar met
zijn stompje van een staart kwispelde,
bllij weer adem te .tonnen scheppen,
het was ihet (hoogste bewijs van
Molly's liefde voor hiaar Poleon, dat
zij haar door tranen verduisterde
ooigen op den hond gevestigd hield,
zoolang hij ziehibaar bleef.
De tijd was gekomen voor het
laatste vaarwel dat treurig oogew-
bililk, wanneer de harten, der menschen
voi zijn en gesproken woonden i id el en
zonder beteekeniis. Burrelll greep de
hanid van den- Framsctoiman. Hij was
dankbaar, miaa.r hij- wist er geen uit
drukking aan te geven.
„Veel geluk en een goede jacht
zei hij „Een ziware geldbuidel en ee<n
licht hart imoige.m -altijd je deel zijn,
Poleori. Ik he'b geteerd, van je te hou
den."
„En ik wensch u toe, een goed echt
Of daarentegen de groote schaarsch-
te van brandstoffen, niet als gevolg
daarvan een zuiniger en omzichtiger
verbruik als gunstige factor, de boven
genoemde ongunstige heeft geneu
traliseerd valt moeilijk te beoordeelen.
Een dergelijke opmerking zou nog kun
nen worden gemaakt ten aanzien van
stoffen als petroleum, benzine, spiritus,
e.a.
Toch zijn in het vorig jaar verschil
lende malen kleine branden gebluscht,
welke bij minder spoedige ontdekking
of ingrijpen of andere toevallige bij
omstandigheden, de brandweer lichte
lijk voor een zware taak zou hebben
kunnen stellen.
Wering van schoolverzuim.
Voor de onderscheidene vergaderin
gen werden achtereenvolgens opgeroe
pen 104 personen, om zich te verant
woorden over het ongeoorloofd school
verzuim, door hun kinderen bij herha
ling gepleegd.
Onder die personen waren er 34, die
reeds meermalen voor de(n)zeifde(n)
leerling waren opgeroepen.
Van de leerlingen, die bij herhaling
de school ongeoorloofd hadden ver
zuimd, behoorden tot school A 25
school B 27 school D 11 school F
23 bijz. school (Palingstraat) 2
idem (Kasteelstraat) 1 R.K. jongens
school 5 en R.K. meisjesschool 10.
ingevolge art. 21 der Leerplichtwet
2 alinea 4 werden deze personen in
verhoor genomen en door den voorzit
ter, of, bij diens ontstentenis, door zijn
plaatsvervanger op hun verplichtingen
gewezen en voor de gevolgen gewaar
schuwd bij eventugeele herhaling dei-
overtreding.
De overige 44 aansprakelijke perso
nen, die niet aan de oproeping gevolg
hadden gegeven, en van wier kinderen
de redenen van verzuim daardoor aan
de commissie onbekend bleven, werd
een dergelijke waarschuwing schrifte
lijk toegezonden, ingevolge het'5e iid
van vorenvermeld artikel.
Uit de verklaringen, door de aan
sprakelijke personen afgelegd, bleek,
dat 13 leerlingen de school willekeurig
hadden verzuimd 12 wegens onge
steldheid 11 wegens huisarbeid 8
wegens gebrek aan, of het repareeren
van schoeisel of kleeren, 14 om bood
schappen te doen, inzonderheid het ha
len van bons voor levensmiddelen etc.;
1 voor 't zoeken van brandstof terwijl
1 leerling reeds voor goed van school
was thuis gehouden.
(Wordt vervolgd.)
Nederland en België.
Men seint uit Bru-ssel aan de „N. R.
Ct." De bladen leveren commentaren
o.p de redevoering van minister Van
Karnebeek (in de Tweede Kamer) no
pens de Belgische kwestie. Enkele
hunner zeggen Deze toespraak van
den heer Vam.i Karnebeek geeft aanlei
ding tot twee bemerkingen. de eer
ste plaats toomt toet laatste gedeelte
der verklaring, een 'keer te meer aan,
dat onze buren met ons op geteerde
wijze wilton gaan marchandeeren, ten
einde belangrijke satisfacties te ver
krijgen', terwijl zij van hum hart, zoo
weinig mogeIijjk concessies doem. Men
kan niet vaak genoeg herhalen, dat in
hun oog de veiligheid van België van
niet de minste beteekenis is. Zij geven
genoot te zijn, mijnheer. Dat is het
beste, wat ik voor u kan wensehen."
Gale sprak niet veel en alles wat hij
zei, was „Dat je riet moogt vergeten,
mijn zoon."
Zij zagen elkaar wiet in de oogen
het was niet noodig. De oude man
bukte ziohi, nam zijn beide kinderen bij
de hand en wandelde langzaam maar
het huis.
„Dezen keer zal' ik het zeker vinden",
zei Poleon glimlachend tot Necia.
Haar oogen glinsterden door haar
tranen heen en zij' fluisterde hartelijk
„lik hoop het, broeder. De hemel zij
met je aMijid."
Het was verdriet, omdat zij een
speelmakker verloor, een dierbare,
welgeliefde vriend. Hij wist het wel
en hij was blij, dat hij nooit een woord
van liefde (tot toaar gesproken had.
Zijn pijn iwerd er te heviger door,
maar de hare werd er door verlicht en
dat «was altijd zijn wewsch geweest.
Hij zag 'haar lang aan, zoo dat geze
gende 'beeld in ziich opnemend, dat
altijd met hem zou leven in zijn
oogen was het licht van eem liefde zoo
zuiver en rein, als eenig meisje ooit
gezien had en in 'zijn hart een smart,
die nooit zou ophouder».
„Vaarwel1, mijm kleine meisje", zei
hij, toen liet hij haar hand los en
stapte in zijn cano-. Met een flfeken
riemslag bracht toij z'in boot in de
stroomintg, toer.' dreef hij weg naar de
nevels en iklleuren der verwijderde
toeuvelem, waar zijn nieuwe vaderland
hem riep. Hij keerde zich om voor een
laatster» blik, en zwaaide met zijn
riem toen1, vreezende, dat zij de tra
er zich geen rekenschap van', dat de
rust in het westen van Europa, dus
ook de itounine, afhankelijk is van de
o-nze. Vervolgens Mijven. de Hollanders
zich oniwrilktvaar vastklemmen aan
den tetter van 'het bekende besluit van
4 Juni.
De „Soir" voegt hier aan toe Ove
rigens heeft de heer Hijmars, althans
in het openbaar, geem woord terugge
nomen van zijn redevoering in de Ka-
ine, waarin hij het Belgische standpunt
uiteergezet 'heeft. Dat is gegrondvest
op 'het besluit van den Raad van Vier
in de maand Maart. We zijn dus nog
altijd op toet doode punt. Mem kan en
moet nog altijd rekening houden met
het afbreken der anderhanndelingen.
Uit Weenem,
De .medewerker aan het „Bbld." seint
uit Weenem d.d. 14 dezer
Hoe meer men toier op de hoogte
komt van den toestand, hoe ontzetten-
der deze zich afteeke.nt. .Heden weer
in een inrichting, waar 50 jongens
worden verpleegd, slechts één zak
meel en een 'beetje suiker voorbanden.
Ook leed mep zeer onder het gebrek
aan ikleerem. De jongens bevroren let
terlijk. Er heeft zich een centraail-co-
mité gevormd voor de verzorging,
waarvan de heer Muller natuurlijk eem
film heeft opgenomen.
Misschien vertrekt 18 dezer een trein
met kinderen van Weemie.n, naar Ne
derland.
De Amerikaanscfie schoeiu
Uit Amsterdam meldt men aan de
„N. Ct." over een Amerikaansehen ge
meenteschoen het volgende
Het ontiedingswerk geschiedde snel,
het lijk was buitengewoon gedwee en
toonde niet de minste neiging tot ver
zet, doch beschikte over 'n minimale
dosis uithoudingsvermogen.
Het eerste plaatje van den hak be
staat uit 'n laagje buffelleer het
slechtste teer wat er is en dat in Neder
land tijdens den oorlog slechts werd
gebruikt bij gebrek aan beter.
Het 2de laagje was nog slechter en
bleek te bestaan uit afval van buffel-
leer. De heeren legden het 'n minuut of
tien in het water en het bleek te zijn
gemetamorphoseerd in een groezelig
vunzig stukje spons, waaruit"het wa
ter vroolijk siepelde.
Het ging „cresendo" het 3e laagje
was onvervaischt bruin karton en 't 4e
en laatste niet anders.
We kwamen aan de zool.
De tusschenzool bleek vrij goed
was ze dit trouwens niet, dan kon de
zool niet aan het bovenleer worden
vastgehecht en zou je gauw kletsnatte
voeten krijgen./ Verder ontdekten we
geen pikdraad, maar 44 spijkers.
De buitenzooi was weer van buffel-
leer.
We namen nu den schoen, waarmee
men ons zoo bij den neus heeft geno
men, bij zijn eigen neus en... keken op
den onzen.
Was er reden voor? Zonder twijfel.
Nauwelijks was hij opengemaakt, of
er rolden allerlei stukjes cement uit.
Deze hadden nl. moeten dienen om er
een schijn van hardheid aan te geven
Verder bleek de neus te bestaan uit
een stuk gonjezak, vermengd met een
soort pap.
Vervolgens kwam het voorblad aan
de beurt. Dit bleek te zijn opgestikt
met een ongebleekt, dun katoenen
nen zouden zien, die eindelijk onge
hinderd kwamen, begon hij te zingen
„Zing, vogelijro', frank en vrij,
Vroolijk kliopt je hartje 't ken.t geen
[zorg of smart,
't Mijne is vol tranen, een gebroken
[hart.
Hij zong laag en helder uit de borst,
op de n»aat van zijn' vluggen riemslag
en ondanks zijn brekend hart. Was hij
toch ook eigenlijk n.iet slechts een
reiziger en' toet teven iets anders dam
een lied, ee.n traan en een droom, kort
of lang
„Ik wilde dat i.k hem beter gekend
had", zuchtte Meade Burreli, terwijl hij
de verdwijnende gedaante var» den
roeier nastaarde.
„Je zou hem hebben liefgehad, zoo
als wij", zei Necia, „en je zou hem ge
mist hebben zooals wij zullen doen,"
„lk hoop, dat ihij eens gelukkig za!
zijn."
,Zoo gelukkig als jij, Meade
„Ja .maar dat kan hij nooit zijn",
zei haar echtgenoot, „wamt geen' man
kan liefhebben,, zooals ik jou liefheb."
Vroolijk klopt je hartje, 't kent geen
[zorg of smart,
't Mijne is vol tranen, een gebroken
[hart,
Mijin1 liefde is voor eeuwig, vergeten
[ika,r,, ik niet,
jij zingt je vroolijk wijsje, ik 't
[droevig afscheidslied,
kwam de stem van den zanger gedra
gen over den stroom.
En zoo ging Poleon met bet Groote
Hart heer,-.
EINDE.