252 -S7e Jaargang-=
ZATERDAG 33 OCTOBER
ffinuinnier bestaat uit 2 bladen
gerst© BlacL
Gemeenteraad.
!919-«
HUIS EN HAARD.
FEUILLETON
EEK NATUURKIND.
VL1SS1NGSCHE COURANT
ADVERTENTIE PRIJS
Van 1—4 re8fls TO-»»; voor 'edere
meer 20 centbij abonnement spe-
:'L prijzen. Reclames 40 cent per regel,
rupnstaanbiedingen en dienstaanvragen 10
..„t ner regel, bij contante betaling.
Familieberichten van 1—6 regels 1.30,
tedere regel meer 20 cent-
ABONNEMENTS-PRIJS
yoor Vlissingen en gemeenten op Wal-
f 1.85 per drie maanden. Franco
door hét geheele rijk: ƒ2.20. Week-abon-
aementen 14 cent Afzonderlijke nummers:
3cent
Tot een der meest nijpende nooden,
irelke den nasleep van de oorlogsjaren
raet zich voert, behoort ongetwijfeld het
aanzienlijke en zich nog voortdurend
aiibreidende woning-tekort. Dit euvel
bepaalt zich niet tot een enkele stad
van ons land, maar doet zich in alie
plaatsen gevoelen, terwijl het boven
dien een sterk internationaal karakter
draagt, daar alle landen van Europa
B, hoewel in mindere mate ook buiten
ons werelddeel, de woningnood kennen
en er onder lijden. Om ons echter tot
ons eigen land te bepalen, kan worden
gezegd, dat vooral in de grootere plaat
senen in hooge mate in de groote ste
den het woningvraagstuk een zeer ern-
sfig aanzien heeft verkregen. De oor
logsjaren zagen bij een sterke inkrim
ping, dra een nagenoeg geheel stillig
gen van het bouwbedrijf, een aanmerke
lijk tekort aan beschikbare woningen
intreden. Daarbij kwam nog het feit, dat
duizenden en duizenden vreemdelingen
kier een toevlucht zochten en vonden.
Evenwel men redde zich toen zoo goed
en zoo kwaad als het kon, in de mee
ning, dat ai dat ongemak, kwam een
maal de vrede weder tot stand, ook
spoedig voorbij zou zijn. Inzonderheid
had men daarbij gerekend op de om
standigheid, dat wanneer al de vluchte
lingen, geïnterneerden en andere bui
tenlanders naar hun land teruggekeerd
zouden zijn, door het vrijkomen van
zeer veel beschikbare woningruimte al
aanstonds in de behoeften zou kunnen
worden voorzien, het inmiddels aan het
particulier initiatief overlatend dior
Hinken bijbouw aan de eischen van alle
woningzoekenden tegemoet te komen.
Van dat alles is niets gekomen. Wei
hebben bij honderdduizenden de vreem
delingen hun eigen land weder opge
zocht en,zijn inderdaad de in de groote
en kleine steden door hen in gebruik
geweest zijnde huizen voor onze eigene
bevolking vrij gekomen, maar van
eenige ruimere conditiën in den wo
ningnood was geen sprake. Het bleek
namelijk al zeer spoedig heel duidelijk
dat eenerzijds de stagnatie in het
bouwbedrijf al die jaren, anderzijds de
intusschen toegenomen bevolking, aan
hel woningvraagstuk een zeer dreigend
karakter had gegeven. Een karakter.
WSIMSEiBSiSflSKïfl
Uit het rmjnwerkersleven van Noord-Alaska.
Naar R. 8.
57,
Stark teerde niet naar zijn hut terug,
Jjaar ging maar zijl» speetealon, waar
hij Poleoin. Do ret nog met de ellebogen
optafelt zag zitten-, zijn 'ho-ed laag over
de oogem getrokken.
'De eigenaar wam het loikaal ging
achter de toiomibaiuk cm schonk zich een
glas wlhiiisHoey in, dat hiiji in één teug
jWadiroirtk. Toen, zonder rechts of
links te zien, ging 'hlij de deur uit en
naar de barakken.
Een ilichit achter de gestoten gordij-
jte» van het talis van den officier zei
"cai, dat zijin man. nog niet naar bed
"■js, maar hij wachtte tanig na zijn
Mclop, vóór de deur geo,pé®d werdi
dien tijd hoorde hij den bewoner in
kamer rondgaan en een andere deur
lIi den achterkant sluiten. Toen hij
WideMjlk mocht binnenkomen, vond' hij
den
hetwelk in den loop van den laatsten
tijd nog in ernst en moeilijkheden aan
merkelijk toenam. De ontzaggelijke
-duurte heeft ook en geenszins in den
laatsten tijd zich in het 'bouwbedrijf
doen gelden. De geweldige stijging van
alle benoodigdheden voor den bouw,
zoowel ten gevolge van de enorme prijs
stijging van alle materialen als de
steeds hoogere loonéischen, gevoegd bij
een duurderen rentestand voor hypo-
theekgelden, deden de prijzen van den
nieuwbouw zeer aanzienlijk de hoogte
ingaan, terwijl ook uithoofde der duur
dere onderhoudskosten de prijzen van
de reeds bestaande woningen aanmer
kelijk stegen. Dientengevdlge worden
de bouwkosten van een woning zoo
hoog, dat indien degeen die daarin zijn
geld steekt een behoorlijk rendement
wil genieten, de huurprijs zoo hoog
wordt, dat deze verreweg door 't mee-
rendeel der woningzoekenden niet te be
talen valt. Het rechtstreeks gevolg hier
van is, dat er een zoo nijpend tekort
aan voor redelijken prijs beschikbare of
beschikbaar komende woningen is, dat
het niet langer zoo kan voortduren. De
wettelijke voorschriften der Huurcom-
missiewet en der Huuropzeggingswet,
beide als noodmaatregel tijdelijk in het
leven geroepen, trachten zooveel als bij
deze zeer moeilijke materie mogelijk is,
de uit den noodtoestand voortgekomen
euvelen te bestrijden, doch schieten
daarin zeer tekort, zoodat noch de wo
ningzoekenden, noch de woninggebrui
kenden, noch ook de woningeigenaren
een doelmatige behartiging hunner be
langen daarbij vinden.
Tegenover zulk een misstand dienen
krachtige middelen beraamd te worden.
Want dat deze misstand langer on
houdbaar is en ons volksgeluk ernstig
gaat bedreigen, blijkt (en overvloede uit
de statistische opgaven. Daarin toch
wordt gezegd dat b.v. in de groote ste
den van ons land bijna 50 pet. der jong
gehuwden geen eigen woning kunnen
betrekken en dus bij anderen een on
derdak moeten vinden. Dat hierdoor
het jongere geslacht in het aankweeken
van den zin voor eigen huis en haard
zeer wordt tegengewerkt, met al de
voor een krachtige bevolking nadeelige
gevolgen daaraan verbonden, valt licht
te begrijpen. De woningnood is dan ook
geen plaatselijk euvel, maar strekt zich
feitelijk over het geheele land uit en
dient dan ook door maatregelen die het
geheele land kunnen baten, te worden
bestreden. De Staat, de gemeenten en
ook de particulieren moeten daarbij
zooveel mogelijk eendrachtig ingrijpen,
immers dient bij alle te nemen maatre
gelen te worden gezorgd, dat vooral het
particulier initiatief ruimte van bewe
ging houdt. Waar eenerzijds de bouw
van steenen huizen bij de zeer dure en
naar het zich laat aanzien mogelijk nog
stijgende prijzen der materialen, enor
me kosten met zich moeten brengen,
die slechts voor een zeer klein gedeelte
der bevolking geen overwegend be
zwaar zijn, en anderzijds de techniek
voor den bouw van houten huizen zich
zeer verbeterd heeft, ligt het voor de
hand, dat in de richting van de laat-
J'omigem mam alUlieein i/n< e&ni niet fóóok
^yulidie kamer met een fflesoh. en. twee
glazen 0;p tafel,
i °P het geluid va,n zijn stem
'Bd Gale gefluisterd tot Bur,re»: „Houd
J™ er juit 1" em, de luitenant was be-
ten zij» laten bezoeker den toegang
d»nVlf'^eren' ^°.'e'n hlii 0|P het itl'ée kwam
tocpmlan in de slaapkamer -achter
swSf s t'e v,e*engeini Het was
nis catuunlijk, zoo redeneerde hij,
dat Gale een man alls Starik niet zou
willen zien, vóór hij zijn zeMbCbeer-
sching terug hark
„Ga daar in en wacht tot ik zie, wat
hij noodig, hleefit", had hij gezegd, en
nadat hij' dew oude» man in de kamer
had gestoten, liet hij Stark binnen en
viroeg hem bruusk, wat de reden was
van zijin late bezoek.
Allworens te antwoorden', trad Stank
binnen en Stoot de deur achter zich.
„Ik heb wenk voor u, luitenant."
„Ilk denik, dat het wel tot morgen
kam wachiten:",, zei Meade.
„Né en, dat lean het niet het moet
vannacht gedaan worde», nu dadelijk 1
Gij vertegenwoordigt de wet, of ten
minste, gij h-ebt elke gelegenheid te
baat genomen, om dat zelf te verklaren
el» u met ijfei-miglhieidew te bemoeien, die
niet veel be.tee,kenen en nu kom ik tot
u. imet iets groots. Het is een, ernstige
zaak en dtaar Ik een, vreedzaam man
be®, wil ik geheel volgens de wet
handelen'.
Zijin oogen waren in tegenspraak
met zijn woonden.
.jGij zijt verbazend vlug en accuraat
als het er o,p aankomt, zulke zaken te
i regelen. Gij sohijMt het gewicht van
deze gelheeie gemeente o,p uw schou
ders te dragen, daarom ben iik hfer,
om eeniige informaties te geven,"
BurreJIt hield zich, of hij het sarcasme
niet hoorde em zei kaïn»„Het is wat
Iaat voor mooie praatjes. Kom tot de
zaaik."
„lik heb een' misdadiger voor u."
„Wellk soort
„Moordenaar."
„Is er ,iw uw plaats een moord ge
ste bouwsoort mot worden gezocht.
Er bestaat ten onzent echter een wel
begrijpelijke, doch sterk overdreven af
keer voor woningen die niet van steen
zijn opgetrokken. De geriefelijkheid en
de soliditeit acht men algemeen bij de
huizen van ander dan steenmateriaal,
niet zeer groot. Dit mag voor een deel
een kern van waarheid bevatten, doch
van overheerschenden invloed op de
keuze van óf een duurzaam tekort aan
woningen öf de beschikking over een
voldoend aantal houten huizen mag,
noch kan dit zijn. De doorslag toch
moet de enorme lagere bouwsom geven,
en naar deskundigen verzekeren valt
voor 2 a 3 mille reeds een zeer geriefe
lijk en genoegzame ruimte aanbiedend
houten huis te bouwen. De bouw van
dit soort huizen is geen nieuwigheid,
men vindt ze toch in verschillende lan
den reeds ruimschoots, Eu in het prak
tische Engeland, waar dc woningnood
weinig minder is dan bij ons te lande,
heeft men reeds de hand ban den ploeg
geslagen en op ruime schaal zeer aan
trekkelijke houten huizen gebouwd. Bo
vendien leert de ervaiing dat houten
huizen, goed onderhouten 70 tof 100
jaren mee kunnen.
De zaak evenwel waar li§t voor alies
op aankomt, is dat onder de auspiciën
van de regeering en met medewerking
der gemeentelijke overheid, wat aan
gaat bouwvoorschotten en het beschik
baar stellen van gunstige terreinen, het
aan particuliere ondernemers of ver-
eenigingen worde mogekjk gemaakt,
tezamen met de grootindustrie in het
houtbedrijf, zoo mooi en zoo goed mo
gelijk geriefelijke houten woningen te
maken. Reeds is in ons land te dien
einde een groote fabriek tot stand ge
komen, die in staat is, om vrije huisjes
in drie maanden geheel gereed af te
leveren voor prijzen varieerende tus-
schen de bovengenoemde bedragen, ter
wijl deze maatschappij door groote
woudaankoopen zich voor langen tijd
van onafzienbare voorraden materiaal
heeft kunnen voorzien.
Het spreekt vanzelf, dat een op groo
te schaal in te richten rritionrle in
dustrie voor houtenhuisbouw nog tal
van moeilijkheden te overwinnen zal
hebben, voor aleer de woningnood ver
mindert en tot het \jprieden zal kunnen
behooren. Doch niettemin zal het nij
pende vraagstuk zijn oplossing in die
richting moeten zoeken, zal aan den
dreigenden woningnood, die thans zul
ke schromelijke verhoudingen heeft
aangenomen, paal en perk gesteld wor
den. Het lijdt inderdaad weinig twijfel
of de uitkomst der thans ingestelde
woningtelling zal duidelijk een absoluut
tekort aantoonen en op de onmogelijk
heid wijzen voor duizenden en duizen
den in den lande die, gepaard, een ge
zin gaan stichten, om voor zich en hun
te verwachten kroost, een eigen huis en
haard metterwoon te betrekken. Aan
dezen misstand moet in het welbegre
pen belang van geheel ons volk zoodra
mogelijk een einde komen.
schied
„Neen, ik heb zoo juiist e-en ontdek
king gedaan. Ilk heb het alleen bij toe
val ortdekit, puur toevat Bij den
hemel U kunt me met zegge», dat er
geen goedertieren Voorzienigheid' is,
die het toezicht 'houdt op onze zaken.
V/el, deze schurk heeft hii'er al diien
tijid onder ons geleefd» en zonder dit
toeval zou iik hem nooit herkend heb
ban:"
„Wei, welGa voort zei Burrei'I
ongeduldig.
„Hij is e-rn vriend van u en een res
pectabel man. Hij is een schitterend
voorbeeld voor deze geheele rivier."
De officier schrikte. „Kon het zijin.
vroeg hij zich af. Kom deze man iets
va» deze zaak gehoord hebban Hij
was niet op zijin, gemak door de aan
wezigheid vain Joihin Gale i,n de achter
kamer, maar hit miioesit de waarheid
weten.
„Wie is de man
„Hij, is uw vriend. Hij- is Stark
zweeg een ooigienbililk, genietende iin. de
spanning van zijn vijand.
„Ga voort."
„Hij is de vriend van iedereen. Hij
is het glanspunt van. dit gölveele land.
Hij is de liefdadige squaw-man Gale."
„Jota Gale
„Gayfand is zijin naam, en ik was
dwaas, dat ik hei niet eer begreep."
„,Hoe Ihetoit iu dit ontdekt vroeg
Butnretli vermoeid. „Welk beiwijs hebt
u De onthulling'had der» so!da.a-t niet
zoo -getroffen.' als Stank verwacht had
em zijn humeur werd er niiet beter op.
„Da,t iis hier de kwestie niet die
man is een moordenaar. Hij is vervolgd
Zifting van Vrijdag 24 October, des
namiddags 2 uur.
(Vervolg en Slot.)
Tof ;Md der commissie tot wering
van schoolverzuim wend herbenoemd
de heer J. L. Buissing, met wie» was
aanbevolen de heer W. J. G. Brans. j
Vervolgers werd benoemd tot on-
bezoldigd ambtenaar van da» Burger
lijken Stand de heer C. A. van, Woel-
deren met 15 stemmen'. Voor de tweede
vacature waren uitgebracht op de hee-
rejni A.uer 4, Hililimga 3, Bensel 3, C.
Dommisse Gzn. 2 stemlmien en verder
op de hieeren De Meij, Manse, Van de
Putte ieder 1 stem.
Bij de tweede vrije stemming ver
kregen de heeren Auer 7, Hillniga 3 en
Dommisse 2 stemimen, HenseJ en Baard
ieder 1 stem ei» blanco 3 stemmen.
Er moest nu harstemlmiiing plaats
hebben t.usschen de heeren Auer en
Hillinga.
Benoemd; wend de heer Auer met 13
stemimen» terwijl die heer Hilliimga ver
kreeg 4 stemimien-1 stem was blanco.
Op een vraag van de» voorzitter
verklaarde d'e heer Auer de benoeming
niet te kunnen aa'rnemen.
Besloten werd daarna de benoeming
tot een volgende vergadering aan te
houden.
BESTRIJDING VAN DE ZEDELOOS
HEID.
Te» vorige» jare werd door het
Perscomité tot bestrijding der zede
loosheid, welk comité is samengesteld
-uit vertegenwoordigers van verschil
lende vereeniigingen, aan den gemeen
teraad een verzoekschrift ingediend
om over te gaan tot de invoering van
aanvullende bepalingen in de plaatse
lijke poUitieverordening tot bestrijding
van' de zedeloosheid.
Ofschoon bij die wet van 20 Mei 1911
(S'tbl. no. 130) het bordeelverbod in
het Wetboek van Strafrecht is opge
nomen, 'lag het in de bedoeling van,
adressanten om door middel, va® een
plaatselijke verordening het mogelijk
te maken, dat naast het gerechtelijk
vervolgen, van een houder van een
publiek 'huis van ontucht. onmiddellijk»
sluiting van liet huis op last van Burg.
en Watlh. plaats vond.
In bet prae-advies aan den raad ga
ven Bung, en, Weth. als hun oordeel te
kernen, dat aan een aanvullende ver
ordening, ails adressanten bedoelden,
de behoefte niet werd gevoeld, zoodat
zij voorstelden afwijzend op het adres
te beschikken.
De meerderheid van dan gemeente
raad deelde ito de vergadering van 14
Februari jL het gevoelen van Burg. en
Weth. niet, zoodat ,met 10 tegen 8
stemmen h,et voorstel werd verworpen.
Aan, de commissie voor de strafver
ordeningen zou worde» verzocht een
obtwerp-verordeninig samen te stellen.
Gevolg geve-de aan die opdracht,
dealen Burg. e» Weth. het volgende
mede
Art. 250bis van het Wetboek van
Strafrecht zegt„Hij die van het op
zettelijk teweegbrengen of bevorderen
van ontucht door anderen met derden-
een beroep of een gewoonte maakt,
wordt gestraft met gevangenisstraf va»
ten hoogste een jaar of geldboete van-
ten hoogste duizend gulden."
om moord im Cafifonnië, waar ik van
daan kom en er is een prijis op zijn
hoofd gesteld. Hij is vijftien jaar ver
borgen geweest, maar hij zal hangen,
zoo zeker alls ük hier sta."
Oe verschillende onthullingen waren,
zoo oip Borrelt Ingestormd de laatste
u,ren-, dat hij zich, het middelpunt zag
van 'een ongelukkige en verbazende
venwamrimg. De dingen waren moeilijk
genoeg zooals het was, miaar dat dez.e
ma,m zou verschijnen' e.» óm gerechtig
heid zou: schreeuwen deze man bo
ven alle anderen dit was een ge
heel onverwachte complicatie een
afschuwelijke bespotting. 'Hij nioest
tijd wifnmen om te denken. Eén ver
keerde stap kou alles bederven. Hij
wist voor 'it oogen,hl ik niet wat te
■doen, du<s haalde hij die schouders op
en na,m een toon aan van goedhartige
spotternij.
„Vijftien jaar? Moord? John Gate
eert moordenaar Maiar, dat i,s bijna
neem nne niet kwalijk, als ik glimlach
ik word slaperig. Welk bewijs hebt
«i.i
„Bewijs zei de speler woedend.
„Bewijs Vraag dat aan Gaylord
Bewijs Wel, de vrouw, die hij ver
moordde, was mijn vrouw
Het was nu aan Burrall, om sprake
loos te zij,», en niet alleen begaf hem
zijn stem, miaar zijn gedachten joegen
verward dooreen in een wildernis,
aar geen spoor, geen licht, geef» hoop
was. Welik een ontzettende gedachte
Deze man was Bennett Dit was Ne-
cia's vader Deze man, dien hij haatte,
deze man, die s'leciht was, wiens naam
een vtoek was door het geheele Wes-
Met 'toepassing van d,il wetsartikel
kan zeer zeker dé opheffing van bor-
d-eeten o-f rendez-vo.its-ihluize,n. bereikt
worden, doeih de weg, welke in rechten
moet worden bewandeld om daartoe te
genaken, is nog al lang.
Het doel, de bestrijding vain het
bordfeeliwezen, kan tangs korteren weg
wonden bereikt, indien, de Raad naast
art. 25Qbis aanvullende bepalHngem im
het leven roept.
Nu was de viraag gerezen, of de
Raad daartoe ,de bevoegdheid bezat,
daar ingevolge art. 150 der Gemeente
wet d'e plaatselijke verordeningen niet
tredep i,n hetgeen van algemeen rijks-
of provinciaal belang is.
Echter is bij verschillende uitspraken
van arronididsemenits-rechtbaniken de
verbindende kracht van plaatselijke
verordeningen tot aanvulling van het
bordeelverbod erkend, terwijil eveneens
de Hooge Raad zich, op dat standpunt
heeft geplaatst.
Voorts heeft de mimi,ster van justitie
te kennen gegeven, dat bij de totstand
koming van airt. 250bns W. v. S. de
wetgever zeer bewust de nadere rege
ling dezer materie aan den plaatselij-
ken wetgever heeft willen overlaten.
Voor Koninkl.ijke- venn.ietiging van aan
vullende plaofseliijte verordeningen
waren, naar de meaning van Zijne Ex
cellentie. geen termen.
Waar E^rg. e.n Weth., op groimd va»
het bov^rotaande mogen aannemen,
dat de Raad alleszins bevoegd is im
deze regelend op te treden, stellen zij
voor ter bestrijding van de zedeloos
heid, de Aligemeene Verordening van
politie aan. te vullen met de volgende
bepalingen, welke, anet uitzondering
van art. 225 ontleend zij» aan de des
betreffende verordening te Rotterdam.
Het kwainv Bu.rg. en Weth. wensche-
Iijk voor, tevens in de verordening
vast te leggen, welke personen niet ais
bezoekers eener „inrichting" worden
beschouwd'.
De bepalingel» kunne® wonden, opge
nomen onder hoofdstuk V „van de
Gezonrilheidsipoliiitie", afdeeling IV, on
der het hoofd „van, de huizen, van
ontucht". (Het opschrift „Vatr het toe
zicht op de publieke vrouwe» en op
de huiizen van ontucht" en de artt. 223
tot en met 252 der bestaande politie
verordening hebbe» door het wettelijk
bordeelverbod va® rechtswege opge
houden te gelden.)
Art. 223. Het is verboden in eenige
inrichting, waarover men de beschik
king heeft, hetzij bij, 'herhaling, hetzij
uit winstbejag, de geliegeinheid té geve»
onderling ontuchtige handelingen te
püeigen.
Ant. 224. Het is verboden eeme in
richting als bedoeld in artikel 223 te
bezoeken, nadat de sluiting daarvan
door Burg. en Weth, is bevolen en in
het openbaar is bekend gemaakt.
De sluiting wordit geacht in het
openbaar te zijn bekend gemaakt, zoo
dra een afschrift va®, het bevel tot
Sluiting aam 'het pencieet, Wiaanin de be
doelde imridh'timic zich bevindt, is aan
geslagen.
Een ieder is verplicht toe tè laten,
dait hef het vorige lid bedoelde
afschrift wordt aangeslagen.
Art. 225. Als bezoeker eener inrich
ting, bedoeld ,iin art. 223, worden -niet
beschouwd a. 'inwonende personen,
b. bloed- en aanverwanten va®, den
houder der inrichting tot e» met den
.tweeden graad, c. zij, wier tegen,woor-
ten, was de vader va®, het meisje, dat
ihij, lief had'Zijn hoofd begon te dui
zelen, toen, kwatm het verhaal van den
koopman tot hem terug en, hij herin
nerde zich, wie e» wat de brenger
van dit laatste nieuws was. Hij, zag den
laten indringer aan- met 1» paar oogen,
woedend e» .met bloed betoo.pen en
plotseling wist hij, dat die ma» voor
'hem, die John Gale van z ij verfoei
lijke misdaad beschuldigde, die moor
denaar w,as van Neoia's moeder wanf
hij twijfelde gteen ooigemb'lïk aan Gate's
verhaal. Zij® vingers jeukte» hem, om
het monster bij de keel, te grijpen.
.„Bewijs schreeuwde Stark. „Hoe
veel bewijs hebt u noodiiig? Ik heb
hem vijftien jaar achtervolgd. Ik heb
z'n spoor gevolgd ine-t mannen en hon
den door wouden en woestijee» en
mijn kampen. Ik heb vijf duizend mijlen
ver zijin spoor gevolgd, en denkt ui nu,
dat ik me vergis Hij, doodde mij»
vrouw, zeg iik u en ontstal' mij mij»
meisje Dat is zij, die in zijn huis
woont. Dat is zij, die 'hij Necia noemt.
Zij is mijn dochter m ij n doe h-
t e r, begrijpt u ern ik wil zijn le
ven, hebbek."
'Het was haat, die hem bezielde, en'
nieits meer. Hij, gevoelde gea» vreugde
dat hij, zijn kind gevonden had, geen
gedachte aan gerechtigheid. De dorst
naar wraak, persoonlijk, hevig, was
alles, wat dezei» ma.» bezielde maar
Burreilil had nog geen iidée van de goed
gevormde plannen van den vader, noch
hioe verstrekkend zij; waren em kon
slechts stamelen „Zoo Gij weet
het
(Wordt vervolgd.)