eisje
heï"pleeskId
"binnenland
plaksters.
instbode
elsje
ipleegsters.
retschappii vsi
aart
.ijst)
1iö
n
r
iir
z4tfrdaq 17 iwm
'gemeentebestuur
vae victfis.
feuilleton
kameroverzicht,
stond geplaatst
k 16 jaar.
e-df ti Kanoor
che Wascheiij
an 4, Vlissmg- r.
"g~n 1 Juli a s.,
personen, liefst
Aanvangsalaris
nd. vrij wascb,
avonden in de
motto „Dienst-
Vliss. Courant".
>eneden de 18
rden ingewacht
Bur, .vi. Crt
ezin wordt ge-
16 jaar.
vliis Courant*.
agd
AdresKerk-
ling van Perso-
htt Gasthuis te
i geplaatst
melden bij Dr.
Voorzitter van
«straat 114, Vlis-
jk.
Mevr. HOU-
Middelburg
rdam
rek in Mei
v, RoK
7. Midd.
7.-
7.~
7.-
7.—
7.'—
word? desrr-Oï'
;n.
Transport en
F.rven G- VOS
EENHOORN
pOSTERHOLH
ftC5T7t,f/^v --
1SELEIN,
VERK.
LLAND1A".
Hendrikstr. 44.
Artikelen,
Galanterieën.
IN PAPIER.
IERSE.
0.
oncurr. prijzen
:n Pakpapieren.
IN CHOCOLA-
5RWERKEN
R LEEUW,
raat 29.
watta-artikelen.
En Detail.
1-ARTIKELEN.
DRIESSE.
flev. - Tel. 127.
ische uitrusti-n-
ormen.
STIEK EN
VGE.
BEMMEL.
Tel. 161.
Behandeling.
JUWELIERS.
UM ZONEN.
Telefoon 251.
Juwelier.
Tel. 287.
veren Werken,
tratie-fnrtehting.
"ER.
1RMAN.
■ark 37.
Toilet-Artikelen
f
Q
t$ fasl
m
i te dpsfsnt m ipissei.
.STEMMING.
Burgemeester en Wethouders van
Viissingcn
brengen ter openbare kennis
dat op Donderdag 22 Mei 1919, van
des morgens acht uur tot des namid
dags vijf uur, zal geschieden de stem
ming tot verkiezing van de leden van
den Gemeenteraad.
STEMPLICHT
Herinnerd wordt aan de verplichting,
opgelegd bij artikel 71 tweede lid der
Kieswet, dat ieder, die volgens de kie
zerslijst bevoegd Vs tot de keuze mede
fe werken, zich binnen den voor de
stemming bepaalden tijd ter uitoefe
ning van zijn. kiesrecht moet aanmelden
bij het stembureau in het voor hem op
tie kiezerslijst aangewezen stemdistrict.
Artikel 140 der Kieswet luidt
De kiezer, die niet voldoet aan de
verplichting, opgelegd bij art. 71, twee
de lid, wordt, tenzij den rechter van een
geldige reden van verhindering blijkt,
gestraft met berisping of met geldboete
van ten hoo-gste drie gulden.
Indien tijdens het plegen van de over
treding nog geen twee jaren zijn ver-
foopen sedert een vroegere veroordee-
ling van den schuldige wegens gelijke
overtreding' onherroepelijk is gewor
den, of de deswege opgeiegde geld
boete vrijwillig is betaald, wordt geld
boete van ten hoogste tien gulden op
gelegd.
De uitspraak is aan hooger beroep
noch cassatie onderworpen.
Indien de straf van berisping wordt
Apgelegd aan een afwezig gebleven
beklaagde, wordt een schriftelijke ver
maning van den Kantonrechter om aan
de verplichting opgelegd bij art. 71,
tweede lid, in het vervolg te voldoen,
aan den veroordeelde van wege het
openbaar ministerie beteekend op de
wijze, voorgeschreven bij art. 144 van
het Wetboek van Strafvordering:
Tevens wordt de aandacht gevestigd
op artikel 128 van het Wetboek van
Strafrecht luidende
Hij, die opzettelijk zich voor een an
der uitgevende aan een krachtens wet
telijk voorschrift uitgeschreven verkie
zing deelneemt, wordt gestraft niet ge
vangenisstraf van ten hoogste EEN
JAAR.
Vlissingen-, 17 Mei 1919.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
J. P. v. ROSSUM Jr.
Wee den overwonnene 1 Vae Victis 1
dat was in de oude tijden het onheil
spellend droeve lot van degenen, die
in den krijg de zwakste gebleken wa
ren. Het oude Romeinsche rijk kende
geen genade voor de volken, die het in
dikwijls lange jaren van worsteling had
overwonnen en ten onder gebracht.
Vreeselijk was het levenslot van hen,
die in de handen der ovenwinnaars wa
ren gekweld en gemarteld, ten doode
toe gepijnigd en zoo zij er het leven
afbrachten voor al hun verdere dagen
tn sombere ballingschap en- slavernij
geworpen-, ziedaar hetgeen den over
wonnen volken overbleef.
91)
„Ik hoorde in eik geval een groot
rumoer", stamelde Clara, „ook meende
ik eenwrouwenstem te hooren, die hulp
riep."
„O, dat was ik zelf", verzekerde
Dorkey haastig. ,De ellendeling wilde
mi; worgen, toen ik hem ontdekte."
„Zeidet ge niet zooeven, dat de ka
pitein hem ontdekt had
„Ja... zeker. De kapitein kwam er
bij, doch ik was de eerste, die den- roo-
ver zag. Sta maar op, miss, mijnheer
Craven zal u ailes vertellen, indien gij
er belang in stelt, waaraan ik niet twij
fel, Het gevaar is nu voorbij. God zij
dank", voegde zij er huichelachtig bij,
..doch ik beef n-og, als ik denk, wat ons
lot had kunnen wezen."
Vol afschuw wendde Clara haar
oogen van de oude af.
„Mijn hemel 1" dacht ze, „in welk
huis, onder welke menschen leef ik
Er is een afschuwelijke misdaad ge
pleegd, dat staat vast. Welke Ik weet
het niet. Wie was het slachtoffer? Het
zal toch aan 't licht komen, daaraan
twijfel ik niet 1 Zij wil mijn vermoeden
afleiden, doch haar oogen en haar ver
klaringen verraden een misdrijf."
Beleven wij, nu meer dan twintig
eeuwen later, betere tijden Geldt het
„vae vkrtis" thans niet meer voor de
vólkern, die in hardnekkigen strijd ten
slotte gebleken zijn de zwakste te zijn?
Wij zouden het niet gaarne toegeven.
Immers, de feiten zijn daar om er ons
aan te herinneren, dat ook al ligt tus-
schen die oude tijden en nu, het stof
van tientallen eeuwen, toch de men
schen geenszins zoo veranderd zijn, als
men zoo gaarne gelooft. De groote we
reldoorlog Is ten einde, en na een strijd
van jaren is ten slotte gebleken, dat er
een partij is,-die overwon, en een an
dere die de nederlaag geleden heeft.
-Een -nederlaag, zoo volkomen en af
doende al® weinigen zich, nog geen
jaar geleden, hadden kunnen voorstel
ten, En opnieuw klinkt ons het „vae
victis" in de ooren, het wee aan de
overwonnen volken. Hun toekomstig
lot is thans geheel in handen van hen,
met wie zij ta) van jaren in feilen kamp
leefden.
Zr»aar drukt de hand des overwin
naars, en verpletterend is de last, dien
hij aan, den ten onder gebrachten te
genstander oplegt. Sedert kort is de
5 wereld er van kond gedaan, hooxle En-
tente zich voorstelt, dat de Europee-
sche machtsverhoudingen er voortaan
I uit zuilen zien. Wij hebben het in de
i aan Duitschland medegedeelde vredes-
j voorwaarden gelezen, en de inhoud
I laat geen plaats voor maar den min-
jj sten twijfel Duitsohlajui is tot den
'f ondergang gedoemd 1 Het eertijds
machtigste rijk van hel Europeesche
vasteland ligt verslagen te gronde en
1 .zij.it toekomst is weinig anders dan die
van de volken der oudheid, wanneer zij
jj den voet des overwinnaars zich op den
nek voelden gezet. Zijn grenzen zijn
s verkleind, zijn bronnen van welvaart
I verstopt, zijn vleugelen gekortwiekt,
I ontredderd, en welhaast een ruïne, zoo
is het toekomstig lot van den eenmaal
grootsten en krachtigsten vijand der
Entente.
'Helaas, het is nu eenmaal niet an
ders in den krijg, waarvan de inzet de
geheele verandering der wereld-machts
verhoudingen beteekende, dat de over
winning voor de eene partij, den on
dergang voor de andere uitmaakt.
Ware net anders geioopen in deze vol-
kerereworsteling en ware eens Duitsch
land en zijn bomdgenooten overwin-
l nend uit het sfrijdj>erk getreden, wij
allen zouden ongetwijfeld van een „vae
victis", een „wee der overwonnen En-
tente" getuigen zijn geweest, zeker niet
J minder onbarmhartig als wij nu getui-
gen zijn van het „vae Gerananiae". Dit
zal ons zeer zeker behoeden voor mis-
plaatste gevoelens van medelijden,
doch zal ons inmiddels niet behoeven
j te verhinderen te erkennen, dat, hoe
schuldig ook de verwekkers van den
rampzaligen Oorlog mogen zijn, voor
deernis met het zoo fel geteisterde
votk te gevoelen, niemand zich behoeft
te schamen.
Het is op dit oogeirblik nog gansch
ondoenlijk te voorzien, wat het beloop
voor de eerstvolgende dagen aan ge-
beurtenissen zal zijn. Duitschland ligt
zoo volkomen uitgeput en onmachtig
ter aarde, dat het zich niet vermag te
s weren tegen welke vredesvoorwaarden
J ook. De vraag der eventueele onder-
i Miss Day kleedde zich aan om aan
i de uitnoodiging van Dorkey, in de eet-
i zaal te komen, gevolg te geven. Het
i jonge meisje besefte, dat zij voorloo-
pig den schijn moest aannemen, dat ze
het verhaal van Dorkey geloofde,
j Craven vertelde haar aan 't ontbijt
hetzelfde, wat ze reeds van Dorkey
j vernomen had.
5 „Het is een gevaarlijke bandiet, dien
J mijn vader er, ik dez-n nacht gevangen
hebben", zei hij. „Welk een geluk, dat
i we hem ontdekten. Weiiicht zou hij er
zich niet bij bepaald hebben, ons te
j bestelen, want de kerel was tot de tan-
j den gewapend."
I „En van zijn tanden bediende hij
j zich zelfs ais wapen", voegde Dorkey
er bij, „zooals u aan mijh hand kunt
I 2,.?n'. waarin de ellendeling beet, toen
hif zich overweldigd zag."
t Met moeite nam Ciara den schijn
aan, als geloofde zij het verhaal van
1 Craven, die intusschen het gesprek op
I andere zaken keerde en zich alle moei
te gaf om zijn nicht te verstrooien.
Na het ontbijt verzocht hij haar een
onderhoud tusschen vier oogen zon
der eerst haar toestemmum af te wach
ten, zond hij de oude Dorkey weg.
„Ciara", begon hij, „wat ik u te zeg
gen heb is eigenlijk slechts een herha
ling van hetgeen gij reeds meer uit
mijn mond gehoord hebt het zijn drie
kleine en toch gewichtige woorden ik
bemin u I"
teekenln-g is derhalve eigenlijk geen
vraag meer, doch slechts een kwestie
van vorm. Ook ongeteekend kan, zoo
zij wil, de Entente aan het land een
vrede opleggen, zooals zij dit belieft.
Eén onderstelling is nochtans niet uit
gestoten, deze dat in een laatste en
uiterste poging om aan de vreeselijke
lotsbeschikking te ontkomen, óf het
volk tot een algemeen gewelddadig
verzet zich aangordt, het moge er dan
van komen wat wil,óf wel dat Duitsch-
land zich in de anmen werpt van het
i Russische communisme, en aldus met
eigen ondergang, ook den ondergang
der Enten-te tracht te bewerken.
I Wij houden evenwel beide mogeüjk-
heden voor zeer onwaarschijnlijk. Im
mers veeleer doet zich de oplossing
aan de hand, dat de Duitsche regeering
zal trachten te verkrijgen met ai de
kracht waarover zij op het oogenbük
aan diplomatiek inzicht beschikt, om
nog eenige verzachting der voorwaar
den aan te brengen, waarmede zij dan
voor een deel haar eer als gered kan
beschouwen. Alsdan valt het te hopen,
dat de Entente in de toepassing der
onderteekende voorwaarden een zeke
re mildheid betrachten zal, waardoor
de ailerscherpste kanten wat afgeveiid
kunnen worden. Een iotaal geruïneerd
Duitschland kan toch onmogelijk tot
een herstel der wereldvernieling bijdra
gen, dit zal men, als eenmaal het hoog
tepunt der gevoelens van haat en af
keer voorbij is, wel moeten inzien. En
vooral voor ons land zou het van ont
zaggelijke waarde ziin, indien het land
dat onze oostelijke grenzen uitmaakt
en waarmede onze handei en, industrie
ten nauwste betrokken zijn, wederom
in economisch opzicht een koopkrach
tige en credietwaardige factor wordt,
■waarmede wij in de toekomst vele en
veelomvattende relatiën hebben. Wij
zijn nu eenmaal een handeldrijvend
volk, dat ongaarne zich verstoken zou
zien van een leverancier zijner grond
stoffen en van een afnemer zijner door-
voerproducten, die, welke politieke
syrn- of antipathiën mpn ook overigens
kan hebben, 0ntegen.2jeggel.ijk een be
langrijke factor steed£ geweest is, en
ook in de toekomst- zal kunnen zijn
voor de instandhouding en de bevorde
ring van onze nationale welvaart. Zoo
wel derhalve op idieeie gronden als
ook om zeer praktische redenen is het
èn voor het Duitsche volk èn voor de
andere volken hoogst gewenscht, dat
bet „Vae Victis" der oudheid niet in
geheel zijn verdelgenden omvang in
dezen modernen tijd opnieuw toepas-
sing vindt.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Vrijdag.
De regeeringsverkiarmg die de tijde-
liike voorzitter van den Ministerraad
heden aflegde ter zake van België's op
treden bevatte voor onze Regeering al
thans één succesje. Ze had geweicerd
deel te nemen aan een bespreking die
ais een onderdeel der Vredesconferen
tie was te beschouwen. Begrijpelijk
want op die conferentie zou zij niet op
voet van gelijkheid zijn behandeld en
dat alleen kon, ze toelaten. Op haar
verzoek verkreeg zij een, afzonderlijke
I
j „En ik, mijnheer", riep Ciara veront
rust, „ik herhaal u, wat gij reeds weet,
dat ik die taal niet^iooren wil, dat ik
j ze niet hooren mag, omdat mijn hart
aan een ander toebehoort."
j „Uiw h3rt, Clara?... Dat zal ik we-
ten te veroveren, wanneer mij uw hand
toebehoort", hernam de zoon, van den
i kapitein met vermetel vertrouwen.
„Meent u dat werkelijk hernam
1 Clara verachtelijk. „Tot nu toe, Craven
Lenoir", gingzij toornig verder, „wist
ge alleen, dat ik uw voorgewende lief
de niet beantwoord, dat gij mijn gene
genheid niet bezit. Nu verklaar ik u,
dat mij uw nabijheid met afkeer ver
vult, en sinds hedennacht in afschuw
veranderd is. Gij kunt mij door het
sprookje van den bandiet niet de over
tuiging ontnemen, dat ergens een, mis
daad begaan is, waaraan ge ook uw
deel hadt."
„Hoe, Ciara Een misdaad stot
terde Craven. „Hoe komt ge op dien
dwazen inval
„Noem het dwaas, mijnheermaar
een, bandiet roept niet met een vrou
wenstem om hulp, een overwonnen
roover brengt men niet 's nachts weg
in een gereedstaand rijtuig, een bandiet
brengt kapitein Lenoir- niet persoonlijk
naar Staunton, een bandiet draagt geen
witte vrouwenkleeren, waarvan ik he
denmorgen op de trap dit stuk vond I"
Zij haalde een stukje witte kant te
voorschijn, dat afgetreden was gewor-
oonferentie, waarop zij naast België zal
onderhandelen met den Oppersten
Raad der Geassocieerden. Overigens
herhaalde de minister de uitdrukkelijke
verklaring dat zij van geen afstand
van rechten anders dan in volle vrijheid
wii weten. In verband met de bespre
kingen is minister van Karnebeek naar
Parijs vertrokken. Wij kunnen gelaten
het verdere verloop afwachten. De
wenschen, die van Belgische zijde zul
ten worden voorgelegd, zullen aan een
ernstig en onbevangen onderzoek wor
den onderworpen, zoo luidt de slot
zin. De bereidwilligheid tot bespreking
toonend, zet de regeering bij voorbaat
zich schrap tegen alle opdringerige
„eischcn".
sS
De discussiën over de onderwijzers-
salarissen sjokten voort.Tegenover het
voorgedragen stelsel plaptste de heer
Van Ravesteijn het communistische
stelsel waarbij ieder zal krijgen waf hij
noodig heeft. Hij was in elk geval te
gen alle soort toeslagen die den schijn
wekken dat zij in die richting gaan.
Krachtig werd het nieuwe stelsel,
•waarbij de gemeenten zijn uitgesloten,
bestreden door den he,er Visser van
fjzendoorn, die de voorkeur blijft ge
ven aan het oude stelsel, opdat er per
spectief zal ziften in het leven van den
onderwijzer, opdat er avans zij in, de
salarieering. Het bestaande stelsel ver
beferen, zóó dat de gemeenten ook aan
het bijzonder onderwijs zullen geven
wat zij aan het openbaar geven, was
zijn wensch. Tegen de classificatie dus,
vóór de medezeggenschap der gemeen
ten en ten siotte tegen de toeslagen
voor huwelijk en kinderen. Bij geen en
kelen ambtenaar bestaa.n die toeslagen
en voor onderwijzers dient geen uit
zondering te bestaan.
in hoofdzaak de heer van Wijn
bergen wei met de classificatie mede.
Hij wilde echter het aantal klassen van
5 terugbrengen tot 3 en daarnaast aan
de gemeentebesturen de verplichting
opleggen om bij te passen wat even
tueel onderwijzers in salaris mochten
achteruitgaan.door dit ontwerp. Op die
wijze werd naar zijn meaning tege
moetgekomen aan veler bezwaren, ter-
wij! dit stelsel leidt tot langzaam her
stel van de gewenschte gelijkheid.
Krachtig deed hij een beroep op de
samenwerking aller partijen om door
gemeenschappelijk overleg tot een af
doende oplossing te komen.
Hoe merkwaardig men met cijfers
omspringt, foonde.de heer van der Mo
len aan. Het minimum voor hoofd eener
school te Amsterdam zou 1550 gulden
lager zijn in dit ontwerp dan in de A.m-
sterdamsche verordening. Daarbij ver
geet men echter dat de dienstjaren als
onderwijzer meetellen bij de verhoo
gingen als hofd. In Rotterdam is aan
de onderwijzers reeds een voorschot
van bijna 5 ton verleend op dit ont
werp. Hoe het dus mogelijk is dat de
openbare onderwijzers in geheel Ne
derland slechts 3 a 3'/2 ton vooruit
gaan is hem een raadsel.
Merkwaardig was, dat de heer Teen
stra lijnrecht tegen zijn partijgenoot
Ketelaar inging. Hij wenschte niet bena
deeling van hei platteland, die zal
plaats hebben als de gemeenten het
maximum mogen verhoogen en dus de
beste krachten van het platteland weg
halen. Daardoor komt het platteland
weer in de zelfde ongunstige conditie
als thans het geval is. Hij wenschte
dus wel het stelsel van den minister
behalve dan de classificatie.
Volgens den heer de Buisonjé gin
gen 41 onderwijzers in zijn gemeente
10.400 gulden in salaris achteruit. Vol
gens hem en volgens den heer Juten
was het aanvangssalaris te laag.
Tot slot de heer Dresselhuijs, die
voor de hoofden van scholen pleitte.
Eindelijk is de minister aan het
woord. e e
Steenkolen int België.
Naar aanleiding van de opheffing
van uitvoervergunningen voor steen-
koot naar Nederland, verneemt Reuter
uit bevoegde bron dat deze consenten
zito ingetrokken daar men van oordeel
is dat dit land momenteel voldoende
voorzien is.
Van den anderen kant is het aantal
aangevraagde uitvoervergunningen zoo
grooj, dat de vervoermiddelen onvol
doende zijn. Op het oogenblik worden
de onderhandelingen over den uitvoer
.naar Holland echter voortgezet. Men
heeft alle reden te gelooven, dat deze
een gunstig resultaat zullen, opleveren.
Gesneuvelde Nederlanders.
Veertienhonderd Nederlandscne vrij
willigers hebben zich bij het uitbreken
van de,n oorlog in het Vreemdelingen
legioen van het Fransche leger geën
gageerd. Elfhonderd zijn gedood.
i De raadsverkiezing te Rotterdam.
Volgens den door „de Maasbode"
berekenden, dus niet-officieelen uitslag,
zijn bij de verkiezing voor den raad
gisteren uitgebracht 89.475 geldige
stemimen.
Hiervan verkregen de katholieken
14.962 de anti-revolutionairen 12.586;
de Christ, historischen 7455 de S. D.
A. P. 37.670 de unie-liberalen 3038
de vrijz. dem. 2230 de vrij lib. 3797
de econ. bond 1126 de middenstands
partij 1854 de algemeene staatspartij
1854 de communistische partij 2777.
Zoodat gekozen zijn 7 roomsch-ka-
thoiieken, 6 anti-revolutionairen, 4
christ.-historischen, 2 unie-liberalen, 19
sociaal-democraten, 1 communist, 1 al
gemeene staatspartij, 1 middenstands
partij, 1 economische bond, 1 vrijz.-de-
mocraat, 2 vrij-liberalen.
i De oude raad bestond uit 4 roomsch
katholieken 7 christ.-historischen 6
anti-revolutionairen 12 sociaal-demo
craten 10 vrij-liberalen,5 unie-libe
ralen 2 vrijz.-democratenI algem.
staatspartij.
j VERHOOGING JAARWEDDEN
GEMEENTE-AMBTENAREN.
i Door Burg. en Weth. dezer gemeen^
te is het volgende voorstel bij den ge-
i meenteraad ingediend
Ten vorigen jare werden de jaar-
wedden en loonen van de ambtenaren,
beambten en werklieden, dezer gemeen
te met ingang van 1 Juni verhoogd.
Ook de jaarwedde-regeling der onder-
wijzers bij het lager onderwijs werd
I aan een herziening onderworpen.
i Omtrent de totstandkoming dezer
i zaak wenschen wij het volgende te me-
j moreeren.
Nadat wij In April 1918 een voorstel
tot herzien,in~ der ibezoldi^inven ter ta
fel brachten, werd in Mei d.a.v. deze
aangelegenheid in handen gesteld van
een raadscommissie, teneinde haar te
onderzoeken en na te gaan, of geen be
zuiniging op ons voorstel ,kon worden
verkregen.
'Het resultaat van een en ander is
I geweest, dat de salarisverhoogingen,
welke daarna werden toegekend, min
der bedroegen dan die, welke ons col
lege aanvankelijk had voorgesteld.
1
den. Clara had dat bewijsstuk eerst nu
getoond, omdat ze had willen zwijgen,
doch verontwaardigd over de liefdes
verklaring van Craven op een oogen
blik, dat het bloed van zijn slachtoffer
nog aa,n zijn handen scheen te rooken,
ontmaskerde ze den misdadiger, door
onverholen haar overtuiging uit te
spreken."
Craven toonde zich in 't begin een
beetje getroffen, doch hervatte spoedig
zijn gewone koelbloedigheid.
„Ei, miss Ciara", zeide hij, „ik ben
verbaasd over uw scherpzinnigheid,
die u dingen doet zeggen, die, waren ze
wezenlijk gebeurd, beter door u ont
kend werden. Tot opheldering van het
nachtelijk tooneel,waarover gij tn dwa
ling verkeert, vertelde ik u reeds, hoe
,zich de zaak toedroeg. Indien, u dit niet
gelooven wilt, 't staat u vrij ik zal er
geen woord meer over verspillen.
Daarentegen veroorloof ik mij, geachte
nicht, ondanks den weerzin en den af
schuw, die u voor mij gevoelt, u nog
maals te verzekeren, dat Ik u bemin en
dat ik u, miss Ciara Day, uw hand
vraan."
Mijnbeer, gij vergeet, dat Ik mijn.
hand reeds weggeschonken heb", riep
Clara fier.
„Geschonken... aan een bedelaar",
hernam Craven Lenoir spottend, „ge
schonken, zonder inwilliging van mijn
vader Neen, neen, Clara, zuik een ver
loving onder kinderen is niet geldig.
De kleine Rocke mag een aardige jon
gen zijn geweest, die uw vader mooi
heeft weten te bepraten en op u als
onervaren kind een gunstigen indruk
wist te maken; Traverse Rocke, met
zijn zachte manieren en zijn week hart,
niaig zich dankbaar getoond hebben
voor de weldaden van uw vader
doch, indien gij ernstig nadenkt, zult ge
nu beschaamd moeten wezen, over uw
daad."
Clara stond op om de kamer te ver
laten. „Ik ben een zwak, hulpeloos
meisje", zei ze, en kan op geen andere
wijze uw beleedigingen ontgaan, dan
door mij te verwijderen."
„Nog niet, Clara riep Craven. „We
ziin nog niet aan net einde, ik wil u tot
eiken prijs tot vrouw hebben."
„Welk een dwaze vermetelheid
riep Ciara, „hoe zult ge mij dwingen, u
naar het altaar te volgen. Zoudt ge mij
bet jawoord afpersen
,;Laat die zorg aan mij en mijn vader
over, lieve miss. Daarvoor zijn doel
treffende maatregelen genomen. Dezen
avond nog zal, in de boschkapel bij
Tip-Top ons huwelijk voltrokken wor
den."
,;En al zoudt ge mij met geweld in
de kerk sfeepen, ge zoudt van mij een
driewerf neen hooren."
(Wordt vervolgd.)