itrlig
taffen
lLUK
i besparen.
IA".
HET PLEEGKIND
OffEN
MAANDAG 24 MAART.
No. 70
ét Cü
15 PILLEN
I Spilsluizen 13.
2372.
Brieven uit de Hofstad
FEUILLETON
"'binnenland
intèle, dat de
O pet, zijn
rijzen.
nzage, zonder
CONDITIËN.
k ARTTs
VL1S
fdeelingen).
die in 3 afd
k in 2 afd.)
fi!
Lij een ieder
In tegen een
loos, zooals
loedkoopere
lige of dik-
llfs een ge
il
doos!
lam.
frp concurreerende
varen, welke op
lezorgd.
(cht wagen. 'Val
^velend,
Iran
lOTENDORST
Utrecht,
volgens 't oude
en echte recept
bereid, zijn zacht
iaxecrend,
bloedzuiverend,
slijmafdrijvend,
J bijzonder dienstig
Idheden der Maag,
■spijsvertering, ne-
ligheid weg en zijn
1 tegen de gal en
het bloed
J tegen den prijs
it verzegelde doosje
janwijzing, te Vlis -
C. BEN1EST, Lepel-
al merk „Grooten-
|u voor namaak.
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 14 regels ƒ0.70 voor iedere
regel meer 17V2 centplaatsing 3|2 X
bij abonnement speciale prijs. Recla
mes 35 cent per regel. Dienstaanbie
dingen en dienstaanvragen 10 cent
oer regel, bij contante betaling.
Familieberichten van 16 regels
ƒ1.15, iedere regel meer 17'A cent.
ABONNEMENTS-PRIJS
Voor Vlissingen en gemeenten op
Walcheren 1.70 per drie maanden.
Franco door het geheele rijk 2.
Week-abonnementen 13 cent. Afzon
derlijke nummers 3 cent.
Publiciteit. Soesa.
Met ingang van 1 April wordt het
•bureau voor m,eded.ee,lingen in zake de
voedselvoorziening officieel opgeheven.
Dit bewijst dius, dat de regeerititg het
niet meer noodig acht om medadeelin-
gen te doen. Dit is een verheiugend feit,
omdat daar uit blijkt dat er alle kans
blijft bestaan op een zoodanig herstel
der oude toestanden, dat ede regeering
haar handen vain de voedselvoorziening
kan aftrekten. Met dit bureau heeft de
regeetrimg zoowel als het publiek een
les gelhad. De regeerinig heelt er mee
geleerd boe officieu.se publicatie niet
moet geschieden het publiek heeft ge
leerd dat voorloopig op dit punt van
officieuse imededealingen nog niet
een goed resultaat valt te bereiken.
Men heeft eens kunnen zien, wat er
van de mededeelzaamheid zou terecht
komen indien de dagbladen niet de
taak op zich hadden genomen om het
nieuws er uit te kloppen. In de .kringen
der journalisten heeft men altijd den
draak gestoten met dit bureau, al heeft
men zich er vaak aan geërgerd ook.
Het bureau, beeft meer zijn werk te
danken gelhad aan de voortvarendheid
der journalisten dan aan die der amb
tenaren. Er is bijna geen bericht door
het rageeringslbuireau de wereld in ge
zonden of de kranten hadden bet reeds
eeniige dagen te voren gebracht ter
ke.nnisse van de lezers. Onder het
zweepje van de journalistieke naspeur-
derij heeft tiet bureau gewerkt en
daarbij heeft hat -zelden het juiste in
zicht getooinid in de psychologie van de
menigte. .Schamper noemden de jour
nalisten dit bureau „ihet bureau van te
genspraak van juiste berichten". Heel
vaak verdiende het dien naam, omdat
na korter of langer tijd hat krantenbe
richt wet- juist bleek, niettegenstaande
het officieele bureau nog eens uit offi-
cieele bron was komen verklaren dat
het niet juist was.
(Dit is nog niet de voornaamste grief
die men tegen het bureau had. De
engste grief was wel de onbeholpen
wijize waarop de berichten werden ge
steld. In plaats van korte, puntige apo
dictische mededeelingen, zond het bu
reau langdradige, ingewikkelde, in bu
reaucratische langdradigheid gestelde
verhalen.
Dit brengt ons als vanzelf nog eens
op dien officieelen ambtenaarsstijl.
Men heeft dezer dagen in de kranten
kunnen lezen, dat de minister van oor
log een circulaire heeft uitgevaardigd
over den stijl in brieven en rekesten.
Hij Weeft officieel .verzocht al die fraaie
officieele titels en aanspraken te laten
vervallen en uitsluitend te spreken van
„U" zonder al de deftigheid van „ilk
heb de eer", „ik neem. bij deze beleefd
de vrijheid" enzoovoort. Vooral in de
correspondentie, die van- en met het
45)
„Ditmaal, Cap", zeide de grijsaard,
tcnwijil hij opgeruimd op het meisje af
kwam, „ditmaal geloof ik de talisman
te hebben gevonden, die jou het ge
bruik der tonig weer zal geven. Je hebt
laatst eens het verlangen te kennen ge
geven een horloge te bezitten kijk
eens, of Ik je smaak getroffen heb."
Dit zeggende legde 'majoor Warfield
voor Capitola eau klein gouden dames
horloge met gouden ketting op de ta
fel, hetwelk het jionge meisje onwille
keurig een uitroep van blijde verras
sing ontlokte.
„iHdb ilk het niet gezegd, dat je de
spraak tenuig zoudt krijgen riep de
oude hieer met scbj-tterende oogen.
Capitola legde een. blad papier op
het horloge, als om zich voor den ver-
leirielijiken aanblik te vrijwaren en ver
brak met ietwat onzekere stem haar
tot nu toe hardnekkig volgehouden
zwijgen.
„Oom", zeide zij, „uw goedheid is
groot e.n-uw geschenk .prachtig m.aar
er is iets, wiaaraan de arme Capitola
de voorkeur geeft...."
Zij hield o.p en liet heer hoofd op die
borst vallen haar gelaat werd vuur
dood en diteke tranen parelden aa® den
departement van oorlog wordt gevoerd
wias een opfrLssdhing en een verbete
ring wel dringend noodzakelijk. In den
dagelijiksehen. omgang pleegt men al
dat deftige getitulecr en wat daar mee
verband houdt de .bureaucratische !a-
waai-saus" te noemen. Waarlijk, de
Minister van oorlog verdient een com
plimentje voior zijn dienstorder. Indien
dit voorbeeld navolging vinidt op de
andere departementen zullen wij spoe
dig venlost zijn van een fraaiigheid, die
niet alleen overbodig is, miaair door
haar s oh ij nlhe ij itglh ei.d zeer terecht veel
aanstoot placht te geven.
Er valt op dit gebied heel wat o.p te
ruimen en na het departement van oor
log zal aan het departement van justi
tie een groote schoonmiaak van at den
stijl-onizin van zeer veel belang zij®.
Een justitieel procesverbaal is het ai—
lerleehjlkste wat e.r op taalgebied pleegt
te bestaan. Do,oir de uitvoering van den
„3en persoon", die zich zelf aandient
als oradergeteekeude, ontstaat de zgn.
indirecte rede, waarvan ihet eeuwige
gebruik van het voegwoord „dat" het
gevolg is en waardoor een inéénd-raai-
ing van den irjlhouid ontstaat, die her
haaldelijk tot verwarring imoet leiden.
Wanneer id!e briefschrijver zichzelf „hij"
noemt en de aa,ng,esproten, persoon
door zij® titelaanduiding ook derde
persoon is gewo.rden, ontstaat er voort
durende verwarring bij het gebruik
maken van het bezittelijk voornaam
woord. Wanneer geschreven wordit
„ondengetee,kamde heeft de eer U Bdeil-
gastrenge te berichten dat zijn verzoek
niet is ingewilligd" is het onduidelijk
of dat het verzoek van den omiderge-
teekende afkomstig was of van den
Edelgestrenge.
Jiaar-in-jiaar-uit is op deze onderwet-
sChen rederijkerstrant voortgegaan en
h,et verdient allen lof dat een der Mi
nisters, en juist van oorlog, daaraan
een eind heeft gemaakt. Wanneer het
publiek da.t voorbeeld waarschijnlijk
overneemt, izijin wij er gauw. Maar het
publiek meent nog altijd dat in het ge
bruik van mooie namen een soort be
wijs van onderdanigheid opgesloten
ligt. Behalve dat dit op zichzelf al on
juist Is en het toch alles schijnheilig
heid is, is het ook daarom onzin omdat
die meeste adressen niet li®. het origi-
neele stak den geadresseerde bereikt
en onder de oogen ,komt. Wanneer
iemand een brief richt aan een Minis
ter wondt deze brief onmiddellijk naar
de betrokken afdeeling gezonden en
daar gelezen en .venkort meegedeeld.
Slechts de verkorte inhoud wordt on
middellijk gebruikt als brief. Eerst
wanneer h,et noodig mioohit blijken de
nadere bijzonderheden nog eens na te
gaan, wordt het origlneele stuik nage
zien. Iemand geeft zich op voor een
examen. Hij schrijft zoo deftig moge
lijk aan dezen of genen Hoog Ede.lge-
strengan Heer, maar het is ten slotte
een, klerkje van den zesden rang, die
den naam van den examinandus op de
lijst plaatst. Men ,kan er zeker van zijn
dat de eigenlijke geadresseerde den
oorspronkelijken, brief mooit onder de
oogen krijgt.
juichen wij dus deze circulaire van
harte toe. Me,t de afschaffing der titu
latuur wo.rdlt een forsche .aanval op
de bureaucratie gedaan. En wij hebben
in den oorlogstijd alten geleerd hoe
dringend noodiig het Is dat i,n. de bu
reaux waar ide broeinesten van de
bureauoratie zijn, een finale opruiming
wordt gehouden.
Leeringen wekken, voorbeelden
trekken. Honderdmaal is op deze ver
eenvoudiging aangedrongen nu er een
rand van de lange wimpers. Nadat zij
eanige ooigenblikken haar gezicht met
beide handen had bedekt, vervolgde
zij
„U heeft mij uit de ellende, mis
schien wel aan een vroegtijdigen dood
ontrukt, gij hebt imij zonder maat met
weldaden en bewijzen uwer goedheid
overladen u heeft imij, grootmoedig
een onderkomen gegeven, wiaar ik vei
lig, geëerd en in de weelde van den
rijkdom leefWanneer ik het voor dat
alles liet ontbreken aan dankbaarheid,
dan zou, ik niet waard izijn, dat de zon
mij beschijnt. Maar oom, er bestaat een
onrecht, gro'oter dam ondankbaarheid,
dat is, wanneer men een ongelukkige
tot dankbaarheid dwingt en dan dat
dankbare schepsel in onverdiende .min
achting met voeten, treedt."
Capitola was diep ontroerd zij kon
niet vender spreken.
„Nu, .nu, mijn lieve, mij® kleine Cap,
mijm kind riep 'de majoor .bedarend.
„Je weet wel, ais ik je bekijf, dan ge
schiedt dit tot je bestwil. Wel verre
van spijt te gevoelen, dat ik je heb op-
genomen;z,oiu ik je voor geen koninkrijk
willen missen. Kom, mijn kind, omhels
je ouden oom ,wees niet meer boos
op ihem... geef mij een kus, Cap, een
kus..."
Capitiofa was ee_ "wtaoran vijandin
van alle sentimentaliteit wanneer zij
zich door innerlijk gevoel liet meeslee-
pen, dan wreekte zij zich daarvoor,
door nog koppiger e,n eigenaMniger te
voorbeeld moge dit tot navolging
uitlokken. De .revolutie in Frankrijk
vaagde indertijd .veel van dergelijke
soesa wqg laten wij toornen dat wij
ook zonder revolutie verstandige din
gen tonnen dioen. EIBER.
Met onbepaald verlof.
(O f f i c i e e 1.) In Ihet tijdvak van
710 April 1919, zulten, voor zoover
ziji zulks wenscben en behoudens de be
paling van het slot va.n deze mededee-
ling, met ombepaald (klein) verlof wor
den gezonden de volgende categorieën
va® dienstplichtigen
1. Van de lichtingen 1918 en 1919 de
dienstplichtigen, zoowei van de onbe
reden als van de toereden 'korpsen, wier
vrijstelling op een nader te bepalen da
tum zou ingaan deze datum is bij Kon.
besluit Vastgesteld op 20 Maart 1919.
2. Van de lichting 1918 de .miiitie-
plichtigen, die werden ingelijfd
,a. Ibij de infanterie (hieronder begre
pen ide hospitaalsoldaten) in de tijd
vakken va® 1620 Juli 1917 en 2226
October 1917
lb. bij .de genie in, het tijdvak van 22
26 October 1917
,c. bij ide wielrijders en bij, den motor-
dienst in 'het tijdvak van 25 Jan. 1918.
Van vorenvermelde categorieën wor
den op den aangewezen tijd met verlof
gezonden de dienstplichtigen, die kun
nen worden gemist, ide overige tot die
ploegen behooren-de dienstplichtigen
zullen volgen, zoodira de dienst het toe
laat.
De Schelde.
Het „Laatste -Nieuws", het Brusse-1-
sche Ihlad, waarvan J. Hoste de 'be
stuurder-eigenaar is, schrijft onder het
opschrift „de loodsen vragen naar
daden", Ihet volgende
Ja, over de Schelde wordt geweldig
gebabbeld. En, melen praten er maar op
los. 't Is toch niet door de venspreiding
van onjuistheden, door het wekten van
misverstond, dat men ide Schelde-
kwestie pplossen zak
Senator „Coppieters heeft aam een
dagbladschrijver e enige zonderlinge
verklaringen afgelegd,, die 'hier en daar
overgenomen izijn. Ze komen hierop
neer, dat Nederland, de Schelde ver
waarloosde en zich door itijdroovende
onderhandelingen tegen alle Belgische
plannen voor verbetering der scheep
vaart verzette. Nederland 'kantte zich
'tegen verbetering in de verlichting, af
bakening, enz. Immers, bevordering der
scheepvaart op Antwerpen, is niadeeldg
voor Rotterdam,
In zeemamSkringen wekt deze verkla
ring opzien. Zooiets verteit Coppieters
in een tijd, dat juist de Beligisohe lood
sen verontwaardigd zijn over de nala
tigheid van Belgische overheden. Niet
door den 'toestand te verbloemen, krijgt
me® verbeteringen.
Als Coppieters beschuldigingen aan
voeren iwil, dat Ihij die eerst en vooral
•tot eigen overheden richte.
Nederland verwaarloosde dus vol
gens hem de Schelde. Weet Coppieters
•dan niet, 'hoe vreemde kapiteins over
den Belgischen loodsdiienst krloagen
Niet over de loodsen, die ze als wak
kere behendige kerels roemen. Maar de
Belgische lloodsriiienst voor den Sche.l-
dediienst staatnu machteloos, omdat hij
over geen stoomlbotters beschikt, wat
reeds sedert 1910 gevraagd werd.
De Nedenlanders hebben reeds tang
stoom.
Niet de Nederlanders werkten plan-
worden, dan te voren.
Zij onttrok zich derhalve ook nu aan
die armen van den majoor en riep
„Dom, Lk izal er mij nimmer toe ver
nederen, aan dien eenen kant schoppen,
aan den anderen kant liefkozingen te
ontvangen. Ik ben geen 'hond, die men
rostlbeaf voeren antegelijkertijd met de
zweep kan slaan. Neen, neen! ook geen
Tiurksche slavin, die zich liefkoozen e®
mishandelen laat, zooale het haren
heer betaagt. Ik (heb nog nooit zoo
booren, schelden ate gij eergisteren
deedt, neen, nooit... zelfs niet in de
Pavelsteeg,"
.,0, mijn lief kind, mijn kleine Cap",
smeekte de getemde leeuw, ,ik bezweer
je, vergeet die steeg toch
„Neen, intecranittee! ik <w,ii aan haar
denken, 'aan, mij® arme Pavel-steeg...
nog eens zullk een tooneel en ik keer
er weer naar terug. Vrede en vrijheid
zij® mij meer waard idan glans en rijk
dom met sliaafsöhe afhankelijkheid I"
„Maar dat zal ik weten te beletten
„En hoe Dan wend ik mij tot het
gerecht," hernam het onverbeterlijke'
meisje cup een toon, waaruit men niet
kon opmaken of het ernst of gekheid
was, dan zult ,gij mij moeten bewijzen^
met welk recht gij mij hier houdt. O,
ik ben niet te vergeefs in New-York en
bovendien in de Pavelsteeg opgevoed."
„Hm en dit alles zegt zij mij, omdat
ik In heujr eigen belang haar een kleine
vermaning gaf," zeide de oude heer,
die zich niu eenimaal sctwe* te hebben
nen tot verbetering tegen, doch dat
de'den Belgische overheden, weUke een
voudig allerlei voorsteilen van, helder
ziende loodsen in de 'scheurmand deden
te recht Ikoimen.
De Nederlanders zorgden vota een
m'od'ernie verlichting en Ihum vuur van
Westlkappeil tis een der beste van Euro
pa.
De Belgische loodsen Magen, dat de
Naderlanidsche collega's veel meer
waardeering van Ihun oversten onder
vinden dan zij va® Ihiun Belgische.
De Nederlanidsche vuurschepen zijn
bij de onze vergeleken salons; zei ons
een Belgische loods.
Toen de West-Hinder in den grond
geloopen werd, gingen Belgische bazen
een Nederiandsch lichtschip bekijken.
Ze vonden ihet veel te schoon en te
weelderig. De Belgen konden het wel
met minder doen
ID at zijn andere stemmen dan die van
senator Coppieters, en we deelen ze
mee, niet alleen ter «wille van de waar
heid, maar vooral ook ter wille van
omzie eigen scheepvaart.
Er kon heel wat minder over de
Schelde gebabbeld ©n heel wat meer
voor gedaan wonden door onze bestu
ren.
Het kanaal van Terneuzen.
De Antiwerpsche oorrespondent van
het „iHlbild." schrijft dd,. 19 Maart
„toe Peuiple" publiceert een interview
met den sociaal-democratischen sena
tor Coppieters van Gent, betreffende
het kanaal van Tenneuzen, waar de
toestanden ten opzichte der Belgische
scheepvaart nog slechter zijn ,dan op
de Schelde. Dit kanaal .meet 32 kilo
meter lengte, waarvan 17 op Belgisch
en, 15 oo Holilandsch grondgebied. In
België is df bneedte 50 meter op de
grondvlakte en 97 meter op d'en water
spiegel, terwijl in Holland die afmetin
gen respectievelijk slechte 24 en 67
meter bedragen. Dit heeft voor gevolg
dat de schepen wei op Belgisch gebied
kunnen knuiisen, doch niet in Holland.
Wel zijn er twee schuilhavens van 50
M. breedte te Terneuizen en te Sluiskil,
maar die zijn voor een drukke scheep
vaart niet voldoende. Daardoor verlie
zen ,de schippers heel veel tiiid, en mis
sen dikwijls het gunstige tij.
Maar dit is niet allies. De brugge® in
België hebben 27 M. bnu'iikfoare breedte;
in Holland hebben sommigen slechts
15 M. De sluis van Terneuizen, de ech
te ingangspoort der haven, van Gent,
heeft slechts 140 M. lengte op 18 M.
breedte, terwijl die van Sas-van-Gent,
zonder nuf voor de scheepvaart, 200
op 26 M. meet.
'De afmetingen der sluizen zijn van
groot belang voor het succes eener ha
ven. De groote sluizen te Antwerpen
hebben 26 M. breedte, die van Zee-
brug,ge 22, die van Ostende 20. Zoodat
de Gentsche haven, de t,wieede van het
land wat betreft de tonnemaat, slechts
o,p den vierden rang komt voor de
breedte der sluizen schepen van, meer
dan 140 op 17 M. kunnen de haven niet
bereiken.
Dezelfde afwijkingen bestaan ten op
zichte van de- verlichting der oevers.
Die is o,p Belgisch grondgebied door-
loopend. In Holland zij® allee® Terneu-
zein, Sluiskil en Sas-van-Gen;t verlicht,
zoodat bii nachit de scheepvaart op het
kanaal onmogelijk is. Het Hioilaudsche
loodswezen weigert aan, het Gentsche
loodswezen telegrafisch bericht te zen
den over den diepigainio- der schepen
welke Terneuzen veriaten. ,H,et is du,s
ommogeilij'k de nioodage maatregelen te
nemen om zoo noiodig het waterpeil te
veitoogerk De maximum snelheid toe-
voorgenomen, niet imeer boos te wor
den.
„Een mooie kleine vermaning was
h,e't," lachte Capitola h,eim vlak in zij®
geizichit uit. „Weet u wet, oom, dat u
een schepseltje met zwakkere zenuwen
dan ide mijne, met uwe kleine verma
ningen. zooals u ze blieft te inoemen,
dood zou doen huilen Maar ik zeg u,
in uw woede gelijkt gij, op een Ru'ssi-
sdhen beer óf een Bengaaiisohen tijger,
als de eene droppel water pp den an
deren. U brult alleen sterker, heviger,
dan alle wilde beesten in het museum
van Barnuim en ilk gevoel grooten lust
aan den directeur te süh,rijven, dat hij
zich van u moet zie® meester te maken,
om u, bij zijn collectie in te lijiven. Het
zou hem veel geld opbrengen, dat ver
zeker ik hem."
„Vooral als hij mij tot oppasser een
kleine nicht gaf, die mij van tijd tot
tijd, zooaüs jij, eein,s recht in 't harnas
joeg", gat de goedaandige majoor tot
beisöheidi die echter desniettemin aan 't
uiterste puntje v,a® zijn geduld scheen
te zijn aangeland.
„Ja, oom," riep de moedwillige Ca
pitola, „i,k zou mij er met genoegen toe
leenen, om u den heelen dag niet tot
bedaren te laten komen."
Daar mistress Oodiment op dit
oogentotik binnentrad, werd het ge
sprek op dezien toon niet verder voort
gezet. De zegepraal Weef onbeslist.
„Nu, mijn lieve Ctp," vroeg majoor
WiuiieU na een kleine pauz», „wat ben
gelaten op Belgiech grondgebied is
350 meter per minuut in Holland
slechts 250 meter. De kapiteins zijn niet
altijd cawiaairisciiMwd en loopen boeten
op.
•Die wantoestanden spruiten voort
uit het fei.t dat het België niet toegela
ten is zionider toestemming van Holand
eenige wijziging te brengen in liet
tracé, noch in de doorsnede,*noch vam
de sluizen of brugge®. Bij iedere vraag
werden de diplomatische onderhande
lingen op de lange baa® geschoven, en
men kon nooit voldoening bekomen.
En toch draagt Holland niet in 't
minste .bij tot de kosten. Al de graaf
werken, het bouwen van sluizen en
bhuggen op HolJanictsch grondgebied,
werden uitgevoerd door Hollamdsche
ondernemers, doch uaSsiSuitend o,p kos
ten van België. De laatste wijzigingen,
uitgevoerd krachtens de conventie van
1902, hebben 40 millioen frank gelkost.
De haveniinjiohitinigen v,an Terneuzen,
dat nochtans aan Geut concurrentie
aandoet, hebben ons 20 millioen franik
gekost. De onderhoudswerken, het per
soneel vaor het bewegen, van brucve®
en sluizen, allies wondt door België be
taald.
Het schijnt ongeloofiitk, zegt Coppie
ters, en toch is het de zuivere waar
heid. E® afeof het nog niet genoeg
ware, tracht de HolJandisciie regeering
ons nufteilooze moeilijkheden, in den
weg te leggen. Ziehier twee voorbeel
den
In !906, vroeg men den Hoöand-
schen minister van financiën, te willen
overgaan tot het .afschaffen der forma
liteiten te Sas-van-Gent, voor de sche
pen gaande in transit van Gent naar
Antwerpen. Die formaliteiten veroor
zaken heel dikwijls vertragingen wetike
beletten de tij voor Terneuzen te be
reiken. Het wend ni'et toegestaan.
Het aftoozen der overstroomiingén
van Vlaanderen langs het kanaal van
Terneuzen is Slechts toegelaten tot op
een, venhoo-ging van 10 centimeter van
den waterspiegel. Wanneer die grens
bereikt is, sluiten de Holliandische auto
riteiten de Sluis van Sas-van-Genit, die
slechte aiis versperring dient, e® de
scheepvaart is onderbroken,.
Binnen de grenzen van het tractaat
van 1839 is er geen oplossing voor
deze kwestie. In het belaag wan beiitte
landen is de herziening van dit trac
taat wenisdieHijlk en noiödiig.
Heit dient te wonden aangemerkt dat
het tegen België gericht was, dat het
een resultaat was van verschillende
zelfs tegenstrijdige belangen d,er con-
tnacteerende mogendheden, namelipk
van Frankrijk en Engeland. België
heeft het steeds aamvaard onder den
druk der macht.
Het is wensdhelijk dat de afhanke
lijkheid die wij dulden moeten ten
spoedigste ophoudt. Moeten we daar
voor tot daden van geweld overgaan
De discussie volstaat. Het is de zaak
der diplomaten.
Tot daar de verklaringen va® sena
tor Coppieters, die geen annexionist is.
De handel in margarine.
Aan het antwoord, dat de .minister
van landbouw, nijverheid en handel
heeft gegeven op 'schriftelijke vragen
van Ihet Kamerlid ,mr. 'De Wilde, ontiee-
nen wij, dat Ihet d'e bedoeling van den
minister is de margarine in de thans
bestaande -samenstelling en o,p voet
van het huidige rantsoen te blijven dis-
trilbiuieeren tot 2 Mei. Dan zal de ver
strekking van melan-ge 'B .worden .be
ëindigd en voortaan maast boter slechte
normaalmangarine en supra-margarine
je besloten ten opzichte van het hor
loge
„Ik smeek w, oom, neem het terug."
.JAaar dat gaat niet, mijn kind! Ik
liet op ihet deksel de beginletters van je
naam graveere®. Kijk hier," zeide de
grijsaard, terwijl hij het uurwerk voor
Capitola',s ooigen hield.
„C. L. N. maar dat zijn mijn let
ters biet, oom riep het meisje.
De majoor keek er ook naaT, maar
een fijn opmerker zou bespeurd heb
ben, dat dit m,aar geschiedde voor de
leus. Zonder twijfel wist hij zeer goed
welke letters op het horloge stonden,
hij deed eohter alsof hii verbaa-sd was.
„Inderdaad," riep hij, „die domkop
pen Zij hebben zich vergist... doch
dat komt er niet op aan, Capitola. Je
moet het horloge behouden."
,.N:u, goed, oom, maar thans niet,"
'hernam Capitola, te eerlijk oim een ge
sel],enk te aanvaarden, wat zij wel ge
voelde niet te hebben verdiend en toc.h
van den eenein kant te trotsoh oim ziulks
te beken®ein.
Met deze beslissing wend ide vrede
gestoten, er heerschte n,u voor langen
tijd een zekere ruist in het „Omweers-
nest", die siedhits pu en dan verstoord
werd als de anme Wool of mistress
Codiment het ongeluk hadden het een
of anidar niet naar den zin te doen van
den opvliegenden, .maar altijd weer
snel bedarenden majoor.
(Wordt vervolgd.)