HET PLEEGKIND No. 46 -.--BgS"7& Jaargang -1919— MAAND4G 34 FEBRUARI. FEUILLETON BINNENLAND VLISSINGSCHE COURANT ADVERTENTIE-PRIJS Van 14 regels ƒ0.70 voor iedere regel meer \ll/2 cent plaatsing 3|2 X bij abonnement speciale prijs. Recla mes 35 cent per regel. Dienstaanbie dingen en dienstaanvragen 10 cent oer regel, bij contante betaling. Familieberichten van 16 regels 1.15, iedere regel meer 17'/2 cent. ABONNEMENTS-PRIJS Voor Vlissingen e,n gemeenten op Walcheren 1.70 per drie maanden. Franoo door het geheele rijk 2. Week-abonnementen 13 cent. Afzon derlijke nummers 3 cent. VERSLAG VAN DE GEZONDHEIDS COMMISSIE. Aan het verslag van de gezondheids commissie alhier over het jaar 1918 is he,t volgende ontleend Tengevolge van de Spaansche griep was de algemeene gezondheidstoestand in het afgeloopen jaar niet zoo gunstig als in de vorige jaren. .Behalve de slui ting der openbare en bijzondere scho len werden geen andere maatregelen tot bestrijding dezer ziekte genomen. Hoewel de ziekte een minder kwaad aardig karakter -droeg dan in tal van andere plaatsen, eischte zij, vooral in de maand November, veel slachtoffers, zoodat het sterftecijfer dit jaar niet zoo gunstig is als de voorgaande jaren. Er overleden in 1918 337 personen, behoorende tot de werkelijke bevolking der gemeente of 15 op 1Ó00 inwoners. In 1917 bedroeg de sterfte 10.2 per 1000 inwoners, in 1916 slechts 9.36. Over de laatste 10 jaren bedroeg het gemiddelde sterftecijfer 10.78 per 1000 inwoners. Klachten omtrent gebrekkige woning toestanden. zijn door de commissie, in overleg met de iresp. eigenaren op be vredigende wijze opgelost. Hoewel door het vertrek van een groot gedeelte der .Belgen wel eenige verbetering in de volkshuisvesting is waar t,e nemen, laat deze toch nog veel te wenschen over. Door de abnormaal hóoge prijzen der bouwmaterialen schijnt de woning bouw voor particulieren nog geen Ioo- nemd wer.k te zijn. -Ook dit jaar is al thans geen enkele waning bijgebouwd, integendeel zijn er, door slooping of verandering van bestemming, een 20- tal aan, de volkshuisvesting onttrokken; bovendien is het aantal inwoners met ruim 500 toegenomeni Met het oog op de verplaatsing der marine van Hellevoetsluis naar Vlissin gen heeft het gemeentebestuur besloten tot aanbouw van. een. twintigtal wonin gen, voornamelijk bestemd voor huis vesting van officieren. Omtrent het onderzoek .naar den in vloed, dien d,e aanbouw van 200 wo ningen door de „Vereenigingtot Verbe tering der Volkshuisvesting voor Vlis singen ien. Omstreken" en de 76 wonin gen door de vereeniging „'Gemeen schappelijk Belang" .gebouwd, op de volkshuisvesting heeft uitgeoefend, kan het volgende worden medegedeeld Het onderzoek is aangevangen toen plm. tweederde der woningen verhuurd waren, ml. Januari 1918 en is geëindigd in Juli. d.a.v. IDooir dezen aanbouw hebben 68 ge zinnen uit andere gemeenten afkomstig direct in de nieuwe woningen intrek genomen en wel 30 gezinnen uit Zee land, 68 gezinnen buiten Zeeland 4 gezinnen .gevormd door huwelijk, 16 -rT-'^-^TifrT-iliillMii"wwwi l 'Uil i i ni.il .Ml li ii en.' 21) Het was inderdaad de neef van ma joor Warfield, en de twee broeders want hunne vriendschap was te innig, dan dat men hun. dezen naam niet zou kunnen geven omhelsden elkaar we- derkeerig. „O, Herbert, wat ben ik gelukkig je weer te zienSedert wanneer ben je terug Waarom heb je al dien tijd niets van je laten hooren Wij spraken juist van je. Wat ziet hij er kostelijk uit Hij straalt van gezondheid zoo rie pen Traverse en zijn moeder tegelijk, terwijl beiden, hem, tegen Amerikaan- sche gewoonte in, telkenmale opnieuw om den hals vielen, en kusten. „Lieve, goede moederj... .Beste Tra verse stamelde Herbert op zijn beurt de blijde opgewondenheid was te groot, dan. dat hij kalm en bedaard vermocht te spreken „eindelijk kom ik terug om u gelukkig te maken en het wel verdiende loon voor al het goede te brengen., waf gij mij bewezen hebt Eerst nadat op deze uitbarsting van vreugde een, zekere mate van rust ge volgd was en de drie gelukkige men- schen zich om het haardvuur hadden geschaard, elkanders handen vasthou dend, als vreesden zij opnieuw geschei den te worden, begon, het onderhoud een kalmer verloop te nemen. Eerst gezinnen die tot dusverre bij anderen in de gemeente inwoonden. Al deze woningen vallen buiten het onderzoek naar de afschuiving, waar voor dus 188 in aanmerking komen. De bouw van deze 188 woningen heeft aanleiding .gegeven tot 393 ver huizingen binnen de .gemeente Vlissin gen, afwisselend van 1 tot 7 verhuizin- ge per nieuw gebouwde woning. 'Na één of meermulige verhuizing heeft de houw van dez.e woningen in direct aanleiding gegeven dat 76 ge zinnen uit andere gemeenten afkomstig zich te Vlissingen hebben, gevestigd, en wel 37 gezinnen uit Zeeland en 33 ge zinnen buiten Zeeland, 6 gezinnen uit België (vluchtelingen) met de voren genoemde .directe vestigingen is dit te samen. 144 vestigingen, waarvan 68 uit Zeeland .en 76 buiten Zeeland. Voorts hebben door het vrijkomen van woningen. 7 jonggehuwde paren 'n woning kunnen vinden, wat met de 4 vorengenoemde gevallen totaal i nieuwe gezinnen een eigen woning deed verkrijgen en. hebben 56 gezinnen die tevoren bij anderen inwoonden een eigen woning verkregen, totaal dus met de anderen, 72 inwonende gezinnen. iBij het einde van het onderzoek werd bevonden, dat van de te eeniger tijd verlaten woningen 6 werden ver bouwd, 20 nog niet betrokken waren, docii wel verhuurd, 4 woningen, die vroeger gedeeltelijk thans geheel wor den verhuurd, 2 woningen gemeubi leerd werden verhuurd, 2 woningen werden betrokken door gezinnen uit de barakken bestemd voor Belgische vluchtelingen, 3 woningen voor militai re doeleinden door het .rijk in beslag werden genomen en 12 woningen een andere bestemming .kregen. Bij de 382 verhuizingen hebhen 282 of 74 der gezinnen duurdere wonin gen gehuurd en is in totaal 12270 meer aan huur betaald. 32 of 8 der gezinnen gelijke huur betaald, 68 of 18 der gezinnen goed- koopere woning gehuurd en. is in totaal 2414 minder betaald. Hieruit blijkt dus dat bij de verwis seling de meerder betaalde huur de mindere met 9856 overtreft. Van de 30? woningen die achtereen volgens vrij. kwamen 'bleken er 47 min der huur te doen tot ee,n totaal bedrag van 665 158 op de bestaande huur te zijn gebleven, 74 meer huutr te doen, totaal 985.52 en 29 onbekend. Voor de meer juiste waardeering van deze cijfers dient te worden opge merkt, dat door vernieuwing of uitbrei ding van woningen eeji hoogere huur prijs ko.n worden bedongen, en dat in de huur van 252 woningen het gebruik van plm. 200 M2. .tuingrond voor iedere woning begrepen .is. De cijfers zijn dus, wat de meer of mindere huur betreft, van geen beleeke- nis, maar met vrij groote zekerheid .kan hieruit geconcludeerd worden dat door dezen aanbouw van woningen, geen verlaging van den huurprijs heeft plaats gehad. Indien de huurcommissiewet niet in 't leven was geroepen, is het niet te ge waagd te veronderstellen, dat de huur prijzen door den heerschenden woning nood en d.e abnormale hooge onder houdskosten, aanmerkelijk zouden ver hoogd zijn geworden. Nemen wij aan, .d.at een ledigstaan van gedurende ten hoogste één maand een spoedige wederverhuring is te noe men, dan blijkt dat van de 248 wonin gen 225 of iruim 90 spoedig weder waren verhuurd en 23 of bijna 10 was het nog een. over- en weer vragen, zooals tusschen vrienden na een onver hoopt wederzien na lange scheiding steeds plaats heeft toen moest Her- bert zijn lotgevallen en avonturen me- dedeelen, waarbij hij zich geheel en al van de verdenking zuiverde, zijn ge liefden te hebben vergeten, doordien hij verzekerde, dat hij zoo dikwijls als mogelijk was had geschreven. „Maar nu," voegde hij er aan het einde zijner mededeeiingen bij, die meer dan een uur in ffeslag genomen hadden, „nu, nadat gij weet, hoe het mij gegaan is en hoe ik deze d'rie jaren heb doorge bracht, laat mij nu ook iets vertellen, wat u beiden betreft, goede vrienden en wat u ongetwijfeld veel pleizier zal doen." „Wat ons betreft En een pleizier antwoordde Traverse. „Het grootste genoegen heb je ons met je terugkomst verschaft." „Zeker, wat zou ons .nog gelukkiger kunnen maken bevestigde mistress Rocke. „Alvorens ik het u zeg", hernam Herbert Greyson lachend, „moet gij mij eerst vertellen, hoe gij liet hebt ge maakt in die drie jaren. Tot nu toe is er niet anders dan over mij alleen ge sproken, also! gij mij ongetwijfeld niet veel zoudt hébben mede te deelen. Hoe hebt gij al dien tijd doorgewurmd „O, net als anders", verzekerde mi- stress Rocke, die haren pleegzoon niet uit zijn opgeruimd humeur wilde bren gen. „Niet slechter en niet beter dan vroeger. Traverse heeft echter zijn lie- gedurende langeren tijd ledig stonden. 'Uit liet vorenstaande blijkt od. .dui delijk dat de aangenomen grens van 3 voor ledigstaande woningen, thans voor deze gemeente aanmerkelijk lager kan worden gesteld. Dit blijkt ook trouwens uit het ver slag de.r huuropzeggingswet, die we gens schaarschte aan woningen in de meeste gevallen den opzeggingstermijn meermalen moest verlengen, niettegen staande daardoor in. vele gevallen de belangen van, den verhuurder werden geschaad. Het aantal, besmettelijke ziekten, waarvan de commissie in kennis werd gesteld bedroeg 54 gevallen van rood vonk, 17 diphteritis. in het gasthuis zijn. gedurende 1918 verpleegd .geworden 221 personen met 12211 verpleegdagen of gemiddeld 60 verpleegdagen per patient. in het verslag wordt nog medege deeld dat d.oor de gezondheids-com missie in beginsel is besloten tot het houden van een woningtelling. Door Üe abnormale tijdsomstandigheden zal daarmed'e echter gewacht wouden tot meer normale toestanden zijn ingetre den. Een brief van de Koningin aan Clemenceau. Naar de Panische correspondent van het „iBbld," seint, heeft de .Nederland sche gezant aan Clemenceau een eigenhandigen brief van .de Koningin ter hand gesteld. De BelgGehe eischen. Naar de Brusrelsche correspondent van de „Telverneemt, heeft de Bel gische regetring nog niet geantwoord op het Nedeilandsch verzoek sm inlich tingen. Minister Hymans, die heden te Brussel werd verwacht, heeft zijn te, ug- keer eenige dagen verschoven. Het is dus megelljk, dat het actwoord nog korten tijd uitblijft. Intusschen bestaat er geen twijfel over de algemeefte lij nen, waarin het antwoord zal vervat zijn en waarin nadere besprekingen zuilen worden voorgesteld. Inderdaad ooideelcn bevoegde kringen hier, dat de besprekingen over de her ziening van hetve.drag van 1839,waarin de Belgische eischen kunnen worden caamgevat niet mogel^k zijn zonder dat Nederland daaraan deelneemt. Staeds heeft kier de opvatling voorgezeten dat Nederland daartoe moest worden uit- genoodigd, deen men kan zich moeilijk tet Nederland wendes, alvorens de bondgenooten als mede-onderteekenaars van het verdrag op de hoogte van de Belgische wenschen waren gesteld. Waar dit au is geschied, is men hier van meening dat de besprekingen met Nederland kunnen worden geopend. Uit Parijs heeft de „Independanct beige" hei volgende bericht ontvangen De verklaring van de Nederlandsche regeering In de Tweede Kamer over de Belgisehe eischen gaat gepaard met eea hernieuwde aclie der Nederlandsche officieuse agenten te Parijs en te Lon den, dis met alle mogelijke middelen den indruk va* de Belgische uiteenzet ting trachten te niet te doea Deze manoeuvre zal echter niet lukkende groote mogendheden welen sinds lang wat zij over Nederland te denkan heb ben. Ze'.fs het voeiuitzicht dat dit land zich bij de Entente zal aansluiten, velingsdenkbeeld, naar de hoogeschool te gaan, nog altijd niet kunnen verwe zenlijken." „Desniettemin heb ik eenigen voort gang in mijn studiën gemaakt", voegde deze er bij. „ik bezoek thans de hoogste klasse der kostelooze school van dokter Day, dien braven man, die mij voortdurend zijn geheel bijzondere tevredenheid be tuigt. Hij heeft mij ook zijn bibliotheek ter beschikking gesteld, diat wil zeggen, ik mag buiten d.e lesuren, welke hij mij wekelijks geeft, naar zijn huis gaan en daar zijn boeken gebruiken. Bij die ge legenheden geeft hij mij dikwijls een les in dc meetkunde en .in het Latijn, zoodat ik wel van, mijn medescholieren de knapste ben." „De waarheid is", vulde mistress Rocke het gezegde van, haar zoon aan, „dat master Day, een, zooals gij weet, zeer geleerd man en examinator aan het college te Willow-Heights, mij ver zekerde, dat hij onder de honderden van scholieren, waarmede hij in aanra king kwam, geen enkelen kende, die, met alle hulpmiddelen/welke deze zo nen van welgestelde families ten dien ste staan, zulke vorderingen maakt als Traverse. Hij zeide onlangs, dat mijn zoon..." „Loop heen onderbrak Traverse glimlachend en blozend zijn trotsche moeder, „herhaal deze ai te toegevende en welwillende woorden, van den goe den dokter toch niet. Hij beoogt niet anders dan mij wat aan te sporen; om dat 'hij weet met welke moeilijkheden een der „argumenten" dier Nederland- sohe agenten zou de mogendheden er niet kunnen toebrengen om de Bel gische belangen op te offeren. „De Loods" geeft een goedgeslaagde teekening van P. v. d. Hem Koning Albert als standbeeld de hand uitstrek kende naar Zeeuwsch Vlaanderen. Een Zeeuwtch boertje roept hem van daar toe: „Als je er naar grijpt, dan val je van je voetstuk Onze nota aan België. De Antwerpsche oorrespondent van „de Tel." meldt aan zijn blad Het ziet er niet naar uit, alsof de nota der Nederlamdsche regeering hier bij zonder veel emotie heeft verwekt. Men is er in ieder geval ver van af haar als een. soort ultimatum te beschouwen. De pers onthoudt zich over liet alge meen van alle commentaar. 'Een. dar weinige bladen, die er een artikel aan wijden, is d,e annexion,isti- sche „Inldépendance Beige", maar dit artikel 'is verrassend kalm. De „Indé- pendance" meent, 'dat de .Belgische re geering met haar antwoord niet verle gen zal zijn. De heer Hymans, aldus het blad, heeft geen enkelen eiscli gefor muleerd. Hij heeft er zich bij bepaald den toestand voor te stellen, die door het tractaat van 1839 geschapen, is. Hij heeft doen uitkomen, dat de oorlog ai de nadeeten heeft aan het licht ge bracht, die voor België aan dit tractaat verbonden zijn ien hij heeft gevraagd, dat, met het oog op de .herziening van dit tractaat onder de verschillende mo gendheden, .die het onderteekenden, nieuwe onderhandelingen zouden ge opend worden,, waaraan Nederland zou deelnemen. En verder hieeft hij niets anders ge zegd op de conferentie te Parijs. Hij heeft geen enkelen eisch betreffende af stand van grondgebied geformuleerd. Hij heeft een staat van zaken bloot ge legd, die in ons belang en in dat van Europa nieuwe oplossingen eischt en hij heeft zich gehaast te vragen, dat Nederland aan de onderhandelingen zou deelnemen. Men zal moeten toegeven, ,dat voo,r een onzer voornaamste annexionisti- sche bladen de toon dezer beschouwing al verbazend gematigd" klinkt. De ande re spreektrompetten van het annexio- nis'me zijn nog gematigder. Die zeggen heelemaal .niéts. Censuur op de druk pers bestaat er feitelijk niet meer, maar toch hebben de autoriteiten, zich het recht voorbehouden om als 't past stille wenken te geven, en nu zou men wel zeggen, dat ze in dit geval van dat recht gebruik hebben gemaakt, even- ais tegenover sommige verwoede anti- Viaamsche bladen .als de Gentsche „Flandre Liberale", (die bevel ontvan gen heeft om haar campagne tegen al les wat Vlaamsch is «ogenblikkelijk te staken. De kolenvoorziening. 'Hoewel de positie aanmerkelijk ver beterd is, mag de kolenvoorziening van ons land op dit «ogenblik toch nog niet bevredigend heeten. schrijft het „Hbl.". De vorst heeft langen tijd het vervoer van, turf geheel, dat van bruinkool in zeer hooge mate belemmerd ,en het ge- Volg is geweest, dat voor de industrie niet meer dan 3049 pet. van het nor maal gebruik is beschikbaar gesteld over Februari. De turf woedt nl. uitslui tend over waterwegen, getransporteerd, terwijl men thans een beperkte hoeveel- ik 'heb te kampen,." „Bah waarom zou Herbert het niet mogen vernemen, die toch ongetwijfeld zich er over verheugt hernam miss Rocke. „Hij beweerde dan, zooals ik zeide, dat Traverse eenmaal zijn 'naam eer zou aandoen." „Zulke loftuigingen zullen mij o.p 't laatst nog ijdel maken", zeide Traverse lachend. „Maar", voegde hij er ernstig bij,, „wat zeg je wel van de edelmoe digheid des professors, die, zonder ee nige andere schadevergoeding dan een arme .drommel op het doornig pad der wetenschap voort te helpen, zoo menig uur van zijn kostbaren tijd aan mij be steedt „Dat vind ik heel mooi van hem", antwoordde .Herbert, „maa.r hij, is niet de eenige grootmoedige ziel, die ik ken", voegde hij met een dankbaren blik op miss Rocke er bij, „noch de laatste, die gij zult ontmoeten. En nu", riep hij, „Iaat mij u nu de goede lijding mededeelen, d e ik te brengen heb." „Wij zijn geheel oor, Herbert. Spreek maar gauw... Je hebt waarschijnlijk je eigen schip „Neen, er is geen sprake van mij, goede moeder, maar van u beiden. Misschien hebt ge reeds vernomen, dat ik een rijken oom heb. Ik had hem vroeger noo.it gezien, want sedert het huwelijk tot aan, den dood mijner lieve moeder waren die twee niet bij elkaar gekomen, daar zij juist wegens dat hu welijk op zeer gespannen voet, ja, om het bij den, rechten naam te noemen, in vijandschap leefden." held bruinkool in convooi per trein heeft afgevoerd. Inmiddels geeft de ontwikkeling van den aanvoer uit het buitenland wel re den tot hopen-. Was in Januari de 'Limburgsche pro ductie pl.m. 270.000 ton, (aanzienlijk geringer dus dan de bereikte maxi mum-productie), bij een aanvoer van omstreeks 25.000 torn uit Amerika, van 10.000 ton uit Engeland en van 30.000 ton uit Duitschland, deze maand zal bij een eigen voortbrenging van 250.000 ton (Februari heeft immers slechts 28 dagen) een aanzienlijk 'hooger import- cijfer geven. Men mag aannemen dat de aanvoer uit Amerika en Engeland te zamen niet beneden 80.000 ton blijven zal, terwijl de import uit Duitschland dezelfde hoogte bereiken zal. Naast het verVoer per trein warden thans ook te water kolen uit Duitschland geïmpor teerd. Voor Maart m,ag men, zoo er geen stagnatie komt in den. [Duitschen aan voer, optimistisch zijn. Ook omdat dan van storingen in 'het vervoer door na tuurlijke oorzaken geen. sprake meer zal zijn. Het Bureau voor Mededeeiingen inzake de Voedselvoorziening. Naar 'wij vernemen, zal in verband met de voortschrijdende verbetering in de voorziening van, ons land met le vensmiddelen enz. en de daarmede ge paard gaande geleidelijke beëindiging der distributie, ook het „Bureau voor Mededeeiingen .inzake de voedselvoor ziening" met 1 April worden opgehe ven. Oud-minister Treub over Staats socialisme. Voor de vereeniging vootr Aula- voordrachten te Amsterdam heeft oud- minister Treub een voordracht gehou den over staatssocialisme. Hij -wees er op, dat het nog garuimen, tijd zal duren voor men weer volledige vrijheid ter zee en vrijheid van verkeer zal .krijgen; in verband daarmede is het n,og niet te voorzien, wanneer er weder volledige bedirijfsornanisatie zat komen. De heer Treub behandelde daarna het staats socialisme en onderwierp dit aan criti- sche beschouwingen. Hij wees er voor al op, dat er .bij het staatssocialisme, zooals 'de sociaal-democraten in Ne derland zich dat voorstellen, niet vol doende rekening is gehouden met de maatschappelijke ontwikkeling en mo gelijkheden in ons land. De Nederland sche socialistische philosophic speelt te veel leentjebuur bij. hare zuster èn Duitschland, waar de toestanden echter geheel anders zijn, en, waar de industrie veel meer geconcentreerd e.n gekartel- leerd is en 'n reusachtig bitrn.enlan.dsch afzetgebied heeft. iDe heer Treub kwam tot de conclusie, dat nóch de economi sche, nóch de phsychische voorwaar den in .ons land gunstig zijn voor het staatssocialisme. Het leek hem dan. ook anw.aarschijn.lijk, dat het in ons land zal kunnen worden doorgevoerd. Staatscommissie salarieering gemeente- personeel. Het ligt in. de .bedoeling dezer staats commissie haar voorstellen te doen steunen op de volledige kennis der op 1 Januari 1919 geldende salarissen, van burgemeesters en ambtenaren (in den ruimsten zin.) en 'werklieden der ge meenten. De formulieren, waarop de inlichtin gen aan de gemeenten zullen worden gevraagd, zijn besproken en grooten- „Ja", antwoordde miss iRocke met zachte, nauwelijks hoorbare stem, ter wijl zij maar de vloer staarde, „ik heb daarvan, gehoond, maar je moeder en ik roerden dat feit hoogst zelden aan." „Het is waar, moeder zaliger sprak er .n.iet .gaarne over. Begrijp nu eens, bij mijn komst aan wal in New-York, drie dagen, geleden, stap ik af aan mijn. ge woon hotel en w.ien denkt ge, .dia.t ik daar ontmoet Niemand anders dan juist, dien, oom, wiens naam ik alleen maar kende. Hij was daar gekomen om een jong meisje, eigenlijk nog een .kind, dat hij geadopteerd had en dat ik van vroeger toevallig kende, af te 'halen. De kleine verneemt mijn aankomst, sleept mij naar boven, stelt mij voor, en hij, toen hij mijn naam hoorde en door de gelijkenis met zij.n zuster over tuigd was, dat ik zijn, neef ben, ont vangt mij met de grootste hartelijkheid en do,et zich mij als mijn, oom kennen, Doch wei verre zich tevreden te stellen met onze bloedverwantschap te erken nen, bood hij mij zij.n (gastvrijheid aait en beloofde mij een plaats aan de mili taire academie te West Point voor mij te bezorgen., nadat ik hem bekend had, het meeste zin te hebben in den krijgs dienst. Welnu, zijf ge niet blij, moe derlief en ook jij, Traverse, dat ik zoo gelukkig was een zoo edelen oom te vinden zeide Herbert, terwij,1 hij zijn vriend op den schouder klopte. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1919 | | pagina 1