ral pen m Jr. iffrouw /ROUW ZATERDAG II JANUARI. Beschouwing Kil El ÉB sesi HÉ leI Mo* 9 57e Jaargang nklijke twsofie Y erverij RD1NG." EKER. india". edingsrt svragen. T80DE Meisje scha ppij van GEMEENTEBESTUUR FEUILLETON BINNENLAND 001 m :en| \WU m lila 'M R PI, s.T i ll lisefee EN. E AORES in richting voor en. Eigen orgi gebruik rffen. beveelt zich n van ASSU- oiis te Rotter- sedcis, Koop :pen. Land-, orten. :n 30. nsion. :rcorom. 225. f 1.50 vanaf f 3. apartemen- uur. Families Idttlng. IOORDZEE- sgd. Courant", om end streau „Vliss. :n winkel te reau VI. Crt. l ig-) d d e I b u r g 1 a m. n Januari. idd. v. Rott. 7.— 7 vin, 7.— 7.— 1 7.— rdt den mor enen Transport en ven G. VOS ENHOORN TERHOUT; •NOUT. VLISS1NGSCHE COURANT UITREIKING BOTERKAARTEN. Burgemeester en Wethouders van Vlissingen brengen ter algemeene kennis dat de Boterkaarten voor het derde tijdvak zullen worden uitgereikt op de navol gende wijze Dinsdag 14, Woensdag 15 en Don derdag 16 Januari 1919 tusscben 9—12 en 2-4 uur (dus op drie achtereen volgende dagen) aan hen, wier domici- iiekaart genummerd is van 1 tot en met 1350 op het Stadhuis. 1351—2700 op het Politiebureau; 2701 4050 in het gymnastieklokaal van school aan de Uroote Markt. 4051—5400 in het Vincentiusgebouw, Prinsenboschje. Dat de boterkaarten aitsluitend op bovengenoemde dagen verkrijbaar zijn, en dus na die dagen geen boterkaarten njeer worden' uitgereikt. Dat in het lokaal gelegenheid bestaat het aantal boterkaarten "te doen con- troleeren, en dat op reclames welke ingebracht worden, nadat men het lokaa! heeft verlaten, geen acht meer kan worden geslagen. Dat men verplicht is de vetkaart mede te brengen. K B. In het vervolg kan de omwis seling van Vet- en Boterkaarten niet meer plaats hebben, zooals thans meer malen werd gedaan. Overschrijving van de kaarten op een anderen winkelier kan voor het vervolg alleen geschieden, s nadar de commissie van het disiribu- tiebedrijf gebleken is, dat daartoe ge gronde redenen bestaan. Vlissingen, 11 Januari 1919. Burg en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, J. P. v. ROSSUM Jr. BEKENDMAKING VERHUIZINGEN. Burgemeester en Wethouders van Vlissingen herinneren den ingezetenen aan de uavolgende bepaling van de Alg. Verordening van Politie van de aangifte van verhuizing binnen de gemeente. Art. 7. Ieder die binnen de gemeente verhuist, is verplicht binnen 8 dagen na de verhuizing, daarvan kennis te geven aan het Gemeentebestur ter Secretarie op het 'bureau van de bevolkingsregis ters. Wanneer het hoofd van het gezin verhuist, is hij bovendien verplicht de in het vorige lid bedoelde kennisgeving te doen voort alle bij hem inwonende personen dienst- en werkboden daar onder begrepen. iHij die binnenshuis een of meer ka mers bewoont, wordt als hoofd van een gezin beschouwd. 'Het hoofd van een gezin doet uiter lijk binnen 8 dagen aan het gemeente bestuur opgave van iederen persoon, die in het gezin wordt opgenomen of daaruit vertrekt,_inwonende dienstbo den hieronder begrepen. Vlissingen, 11 Januari 1919. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, J. P. v. ROSSUM Jr. Het pas begonnen jaar is nauwelijks een luttel aantal dagen oud, of het telt reeds tal van belangrijke gebeur tenissen. Het nimmer rustend rad van den tijd voert thans in zijn omwen telingen in snelle vaart zooveel aller- gewichtigste en voor onze naaste toekomst allerbelangrijkste zaken me de, dat er schier geen oog meer op te houden is. Dag aan dag doen zich zoowel in het binnen- als in het buitenland verschillende feiten voor, die ongetwijfeld de moeite loonen er een oogenblik bij stil te staan. Uit de aanschouwing en overdenking daarbij valt allicht wat te ieeren. Tot dusverre heeft de wereld nog maar weinig stof tot juichen kunnen vinden in den langverbeiden toestand s van oorlogsbeëindiging. Immers daar- mede is allerminst de verwachte ver- mindering van zorgen en kommer j gekomen. Toch bespeuren wij thans i een onmiskenbare verandering inden aigemeenen toestand. Wel woedt de i hartstocht nog in het gemoed van j vele der overwinnaars, we! huist in de borst van ontelbare overwonnenen i de zucht naar vergelding, doch de 1 allerscherpste uitingen van bedoelde j gevoelens behooren gelukkig tot het s verleden en meer wint schier overal 1 een meer bezadigd inzicht veld. Intusschen raast in het Oosten de revolutie-brand, en is het door den j oorlog reeds zoo zwaar bezochte Duitschland thans ten prooi aan ern stige burger-onlusten. In de strateg van de Duitsche hoofdstad ratelen de snelle schoten der machine-geweren, wordt des nachts tot het vroege ochtend-krieken het vuren vernomen, vallen vele slachtoffers gedood of gewond neder en is het geregeld openbaar verkeer tptaal belemmerd. Handel en nijverheid zien daarmede hun laatste levensvoorwaarden ver nietigd worden; voor het doen van zaken -is geen normale gelegenheid meerwinkels, kantoren, openbare gebouwen, alles blijft geheel of ge deeltelijk gesloten en inmiddels maakt de sedert onlangs opgetreden nieuwe regeering zich gereed om gewapen derhand zich te handhaven en om hare tegenstanders voorgoed onscha delijk te maken. Zal de poging der Duitsche uiterste-revolutionnairen om zich van het bewind meester te ma ken, slagen Zal de regeering Ebert- Scheidemann, die naar orde en rust streeft, plaats moeten maken voor een regeering, die er niet voor terugdeinst heel Duitschland in het verderf te storten, zoo maar haar haan koning kraaien mag? We zullen het antwoord spoedig genoeg vernemen, want over en weer bereidt men zich op een definitieve eindworsteling voor. Hoe die worsteling zal afloopen is van het hoogste gewicht niet alleen voor Duitschland zelf, maar voor de ge- heele wereld. Immers het gaat hier om de uit breiding, al dan niet, van het ver foeilijk regeeringsstelsel, als men het een regeeringsstelsel noemen mag, waaraan sedert geruimen tijd gansch Rusland ten prooi is, en hetwelk dit s land tot een woestenij, zijn inwoners tot den hongersnood heeft gevoerd, i Wanneer zoo iets dergelijks met Duitschland gaat plaats grijpen, dan lijdt het geen twijfel of de roerige en in troebel water zich verlustigende elementen onder de bevolking van andere landen, zullen dra het hoofd opsteken. En wat er dan van het nu reeds 32) ROMAN VAN TP r. Xv TD Tï TT Luciaan moest nog mee naar binnen, hoewel hij niet in een stemming daar voor was, doch bij de deur afscheid wilde nemen. Ze voelde zich geblameerd, belache lijk gemaakt voor haar bekenden, te genover wie ze zoo had opgegeven over het tooneelsfuk van haar verloof de. Men zou haar met den vinger na wijzen. Dat alles slingerde ze Luciaan in 't gezicht, zonder er om te denken, hoe hij zich wel voelen moest. Zij, zij alleen kwam hier in beschouwing, zij en haar gekrenkte eigenliefde. Ze dacht er niet aan, dat hem na dit droe vig fiasco een woord van 'troost noo- diggr ware geweest, dan haar dwaze verwijten. Een poosje liet Luciaan dezen stroom van verwijten stil over zich heen gaan. Hij. voelde zich' te moe door alle in spanning en ontgoocheling dan dat hij fust had tot een verklaring zijnerzijds. Toen echter zijn toekomstige schoon ouders ook nog begonnen, „dat hij toch vooruit had moeten weten", greep hij zijn hoed. Ik heb geen lust, je verwijten nog langer aan te hooren, Martha. Ik ga daarom heen en hoop je morgenavond ma 't concert in betere stemming te vinden. Mij gaat deze kwestie toch nog wat nader aan. Goeden nacht. Zonder haar de hand te geven, ging hij heen. Hij ging direct te bed. Hij pro beerde aan niets meer te denken en werkelijk sliep hij, dank zij zijn ver moeienis, spoedig in. Een courant wilde hij ,niet zien, hij wilde zich de critiek besparen, om zich zijn stemming voor den avond niet te laten bederven, waarop hij een moeilijk vioolconcert van Vieuxtemps moest spelen. Hij oefende vlijtig, dacht heelcmaal niet aan Martha en gaf zich over aan den toover, dien de muziek op hem uit oefende. Voor het oogenblik had hij allen tegenslag vergeten en licht te moe ging hij, toen de tiid was gekomen, niet zijn viool naar het concertgebouw. Heden zag hij zich tegenover een veel talrijker nubliek dan gewoonlijk. Men scheen te willen zien, hoe hij zich na gisterenavond we! zou houden'. Hij glimlachte over deze nieuwsgierig heid men staarde hem zoo vreemd aan fixeerend hoe hij het wel te moede zou zijn. Merkwaardig genoeg verscheen Mar tha met haair ouders niet haar gewone zoo zwaar geteisterde Europa zal overblijven, wagen wij niet te voor spellen. Straks komt de groote vredes conferentie bijeen en zal over het staatkundig lot der volkeh worden beraadslaagd en geoordeeld, maar ongeacht welke besluiten aldaar zullen worden genomen, zal, wanneer niet spoedig in midden-Europa orde en rust wederkeeren, de baaiert der revolutie over de hoofden der beraad- slagenden zich wellicht spoedig baan komen breken, om alles wat de con ferentie mocht hebben tot stand ge bracht, ter zijde ,e stellen en onge daan te maken. Indien wij bij deze beschouwing den blik op het eigen land werpen, dan treft ons een tweetal factoren, die hoop geven, dat hoe ook de zaken een keer mogen nemen, voor het allerergste hier vooralsnog niet ge vreesd behoeft te worden. Eerstens toch is onze landaard meer tot kalm ovexleg, dan tot onbesuisd handelen geneigd en bezadigdheid is immer een gelukkige trek in ons volkska rakter geweest, waar het gold in de ure des gevaars over een koel hoofd en een vaste hand te beschikken. Tweedens echter komt een gunstige omstandigheid land en volk te hulpj deze is gelegen in het gaandeweg en, hoewel langzaam, toch onmisken baar verbeteren van onzen aigemee nen toestand. Van lieverlede komen de groote zeewegen weder open, en wij, als zeevarend votk bij uitnemend heid, zullen daarvan de vruchten plukken. Wanneer onze nijverheid niet langer door den, naar men ver wachten mag, slechts tijdelijken ko- lennood, wordt geplaagd, dan komen wij handen te kort. Een treffend voorbeeld van hetgeen te dien op zichte te wachten staat, levert het bericht deze week bekend gemaakt, dat een onzer groote scheepvaart maatschappijen voornemens is tot den bouw van 16 a 18 nieuwe schepen over te gaan, waarvoor Engeland de noodige materialen zoo spoedig mo gelijk beschikbaar stelt. Ook het wel licht reeds binnenkort vrijkomen der gerequireerde vaderlandsche bodems zal niet weinig tot het herstel van zaken kunnen bijdragen. In een ander opzicht deed de afge- loopen week gunstig van zich spreken, doordien onze nieuwe groote Staats- leëning ruim werd overteekend, waar door voorkomen werd, dat de regee ring hare toevlucht tot een gedwongen leening, met al de nadeelige gevolgen daarvan, behoefde te nemen. Ook het allengs eenigszins meer en ruimer beschikbaar komen van allerlei voor raden en levensbehoeften al willen onze huismoeders vooralsnog geen reden tot juichen hebben wijst op een verdere ontspanning van den toestand sedert kort. Dat alles en nog meer zal allicht niet nalaten een kalmeerende uitwerking op mogelijk onrust-grage elementen onder de be volking te doen gevoelen, daar er zonneklaar uit blijkt, dat om zoo spoedig als mogelijk is uit den oor logsdruk te komen, niets zoo goed is als met kalm overleg te werk te gaan en niets zoo kwaad is als met een ongebreidelde heethoofdigheid een gang van zaken te willen tor- plaatsen bleven leeg. Ook goed misschien zelfs zooveel te beiter dan bedierf hun aanblik ook zijn goeden iuim niet. Hij begon, te spelen iedere spier, iedere zenuw werkte, en hij speelde zoo, als nog nooit tevoren. Toen hij ophield, beloonde hem een zoo luid applaus, dat hij moest beslui ten tot een toegift. 'Hij liet zijn schitterende oogen over het publiek gaan tot in den versten hoek alsof hij iets zocht een goudblond meisjeshoofd met donkere oogen daar zette hij den strijkstok opnieuw op de snaren en speelde een adagio, zoo week en klagend, dat nog lang nadat 't ten einde was, een adem- looze stilte heerschte. Een storm van bijval brak dan echter los. Het publiek klapte als dol in de handen, riep bravo en wilde ,niet ophouden vóór hij nog eens begon te spelen. Trotsch stond hij' daar in zijn man nelijke schoonheid. Het applaus wilde maar niet tot be daren komen. Hij lachte zijn vriendelijken, irtne- menden glimlach, die hem zoo onwe- derstaanbaar maakte. Hij knikte ge moedelijk en zeide op zijn impulsieve "manier Ik wilde heden goed maken, wat ik gisteren bedierf. In een oogenblik vlogen deze woor- ceeren en omver te werpen. Hoe jong nog derhalve het jaar is, er is reeds zeer veel gebeurd dat volop onze aandacht verdient en tot beschouwing noopt, willen wij niet op het onverwachtst door gebeurte nissen worden verrast, die kunnen en ook moeten voorkomen worden. Eerste Kamer. De Eerste Kamer heeft gisteren een twaalftal wetsontwerpen (w.o. de wets ontwerpen betreffende de turf- en bruinkolenvoorziening en de overeen komst met de stoomvaart-maatschappij „Zeeland" over den maildienst op En- getand) z. h. st. aangenomen. De vergadering is tot nadere bijeen roeping verdaagd. De Schelde. Op een vergadering van advocaten te Brussel heeft Hennebicq als zijn nteening uitgesproken, dat de Schelde- kwestie voor België een levensbelang is. Z.i. was Nederland er voortdurend op ait de vrijheid van de Scheldevaart te knotten. De wereldoorlog heeft het gevaar daarvan aangetoond. Met den huidigen toestand kunnen de Belgen zich niet vereenigen. Ter wille van hun veiligheid moeten zij op het congres van Versailles daaromtrent onderhan delen. Bolsjewikische propaganda in Nederland De „Haagsehe Post" schrijftin ons land zijn de agenten der Boisjewiki op dit oogenblik, vooral in Den Haag, zeer aetief. Volgens onzen zegsman zijn be gin November f4.000.000 voor propa gandadoeleinden naar Nederland ge zonden, door de Skandinaviska Kredit Aktiebolag. Van hier uit gaat het geld en de propaganda in de eerste plaats naar België, en ons land krioelt op dit oogenblik van Bolsjewiki-agenten, Rus sen, Franschen, Duitschers en Belgen, die aitoos in de weer zijn. Zij hebben hun eigen café's en zelfs hun eigen organisatie, die voor bons en brood kaarten zorgt. Wij wetenfiiet of eenige waarde is te hechten aan duistere ge ruchten, dat tegen 20 Januari een nieuwe opstand voor ens land is beraamd, met diverse S. D. P.-leiders, maar wij we ten wel, dat de Anri-Oranje-campagne hier niet rust en wij hebben de beste redenen om te gelooven, dat de auto riteiten van een en ander niet onkun dig zijn. Staatscommissie voor de grondwets herziening. De Staatscommissie voor de grond wetsherziening werd gisterenmiddag door den minister van binnentandsche zaken beëedigd met een rede, waarin hij, na gewezen te hebben op den drang naar nieuwe herziening, herin nerde aan de door hem bij het alge meen begrootingsdebat in de Tweede Kamer genoemde verschillende onder werpen, waaromtrent een onderzoek noodzakelijk is, te wetentroonopvol ging, recht van oorlogsverklaring, trac- tatenrecht, samenstelling Staten-Gene- eaai en de vraag of instelling van an dere dan thans in de grondwet ge noemde publiekrechtelijke lichamen constitutioneel mogelijk is te maken. Daarnevens komen nog in aanmerking het referendum en meer of minder daarmede verband houdende onder werpen. Eindelijk bestaat geen bezwaar tegen den doo-r de zaal. Jubelend werd hij omringd de bezoekers der eerste rijen kwamen hem de hand drukken, dames wierpen hem bloemen van heur borst toe. Zoo was hij nog nimmer geëerd zijn oogen schitterden vochtig. Hier, diit voelde hij, was hij in zijn element, hier durfde hij het tegen ieder opnemen. iHij zou ,nu niet weer van den weg afwijken, die zoo duidelijk hem aange wezen was. Als Edith dit beleefd had hoe zou ze zich verheugd hebben Tot haar vlogen op dit oogenblik zijn gedachten vol liefde. Toen hij thuis kwam, lag er een brief van Martha, die met de laatste post was gekomen. .Eerst wilde hij dezen in 't geheel niet lezen, om zich zijn goeden luim niet te laten bederven maar de nieuwsgierig heid, te weten, wat zij hem wel te schrijven had, was tenslotte zoo sterk, dat hij den brief opende. iBij het lezen fronste hij zijn voor hoofd en hij beet zich heftig op de lip pen. Wacht inaar als je denkt, dat ik me laat tyratiniseeren, dan vergis je je toch. Je iiebt me nog niet,mompelde hij. In enkele korte koele woorden deelde Martha hem mee, dat zij na de critieken in de verschillende bladen niet den behandeling der bepalingen welker her ziening spoedeischend is en waarom trent zich een min of meer algemeen geldend inzicht heeft gevormd. Verder zou de regeering echter ongaarne wil le» gaan. Ofschoon de principieele bevöegdheid der commissie om de gansche grondwet in onderzoek te ne men, niet kan worden ontkend, leert de ervaring dat een zoo ruimo opvat ting der taak tot teleurstelling zou leiden. Dank der Belgen. Er zijn gelukkig vele Belgen, die in ons land vertoefd hebben en thans naar hun vaderland terugkeeren, die behoef te gevoelen hun dankbaarheid jegens ons land te uiten. Thans weer hebben de Belgische vluchtelingen in het kamp te Nunspeet op eenvoudige, doch ontroerende wijze dank betuigd aan Nederland. In de rui me concertzaal „Tivoli", die smaakvol was versierd werden voor de talrijke aanwezigen drie manifesten afgelezen, nl. een aan Koningin Wilhelmina, een aan de Nederiandsche regeering voor de grooite gastvrijheid, voor al het goe de, hef nuttige door de Belgische vluch telingen tijdens hu,n verblijf in Neder land genoten en een derde manifest aan den regeerings-commissaris, de,n heer Simon, om hem persoonlijk te bedanken voor de uitstekende diensten welke hij aan de vluchtelingen had bewezen te Bergen op Zoom, te Veenhuizen, te Ede en vooral ite -Nunspeet. De heer Simon werd begroet als de vriend, de weldoener -der vluchtelingen. De voorlezing der drie manifesten wekte de geestdrift op der vluchtelin gen, die aan het slot uitbundig toe juichten. Van vele zijden werd de wensch uitgedrukt dat Beigen en Ne derlanders als twee broedervolken zou den leven. De anti-revolutiomiaire partij en het vrou wenkiesrecht. De stellingen, op het a.s. Centrale Convent der anti-revolutionnaire partij, inzake vrouwenkiesrecht, te verdedi gen door prof. dr. *H. Bavinck, luiden aldus Tegen het politieke stemrecht der vrouw bestaan van anti-revolutionnair en ook van algemeen menschkundig standpunt verschillende bezwaren, ont leend zoowel aan de natuur der vrouw, als ook aan hare verhouding tot man en gezin, tot maatschappij en staat. 2. Toch is het noch noodzakelijk, noch wenschelijk, dat de anti-revoiu- tionnaire partij zich in den tegenwoor- digen tijd tegen het verleenen van het stemrecht aan de vrouw verzet, wijl het individualistische stemrecht, als mede het passieve vrouwenstermrechf, bij de laatste Grondwetsherziening met nagenoeg alle stemmen, ook van rechts, in de Stat-en-Generaal werd aanvaard, en dit bij logische consequentie tot het actieve vrouwenkiesrecht leidt. 3. Het innemen van diit standpunt vindt voorts daarin steun, dat de posi tie -der vrouw in de hedendaagsche maatschappij veeizins gewijzigd is, ten gevolge waarvan zij veel meer dan vroeger met de publieke zaak in aanra king -komt. 4. Het wordt ten slotte ook daardoor aanbevolen, dat de moderne staat zijn werkzaamheden in sociale richting zoodanig uitbreidt, dat het oefenen van invloed daarop aan de vrouw niet kan worden ontzegd. De stellingen van dr. Beumer ver dedigen zai, zijn van dezen inhoud 1. Tegen het politiek stemrecht dei- vrouw bestaan van anti-revolutionnair en ook van algemeen menschkundig moed had kunnen, vinden, naar het con cert te gaan, om zich nogmaals aan de kans op een blamage bloot te stellen. Hiï moest zich dus .niet verbazen, dat hij haar niet zag bovendien had de opwinding haar te veel aangegrepen. Hij moest haar daarom verontschuldi gen en haar wegblijven over 't hoofd zien. Zeker, bromde hij boos. Reeds vroeg ging hij den volgenden morgen naar de familie Hildebrandt. Martha, die hem had zien aankomen, triumfeerde. Eerst wilde ze zich niet laten zien, want ze gevoelde zich nog altijd de beleedigde. Maar ze bezon zich e.n in een verleidelijk ochtend- toilet kwam ze de huiskamer binnen. Toen ze hem zag, deed ze, alsof ze schrikte en omkeeren wilde. Ben jij lief Luciaan Zoo vr-oeg verwachtte ik je niet Ik ben nog niet geheel gekleed. Hij maakte echter gee.n aanstalten, haar te omhelzen, zooals ze in stilte had gehoopt. Koel zag hij haar aan. Ik kom je bedanken voor je har- telij.ken brief van gisteravond. Nu weet ik, waarom je niet op het concert was. Neen, ik vertrouwde me niet, zei- de ze wrevelig. Men 'heeft me met den vinger aangewezen. aakt il isingenf hij zl nrichiil JAR1, Mol veelt zl Drthopl Aaatwil 5NIS, S3» tARNfl its-mol eefd al AN, KI h 5 16 fisid I ADI itenl r ing e uit- aail col AL1I 'F i md zend Hotl a, i a a dil (Wordt vervolgd.) 2nl

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1919 | | pagina 1