afstsensn. t> :e f NSTBODE NO. S6e JtasurgAfilE WOENSDAG I© DECEMBER. IPPIIIUJBTON iiiiÈTiiEÏEiÊ kaüër'ö"vêFzTchl BINNiBNLAlV»* ienj elef. 71. SagmsÉsje ^ieuwprswsnschen Nieuwjaarsgroeten. _fl EMEENTEBESTUU R 14) O E S. ijke afwerking. ;e verstrekt, adres Postbus It Y, Directeur. tie. ll de morgenuren werken. Vrijdags Sur. .VI. Crt/ iETTE iW gevraagd. GLERUM, Wal ls). or de morgenuren relden des avonds Beursplein 3. sin zonder kinde- ïltuis. Hoog Icon. Jtuigen onnoodig Ier; Te bevragen.' lourant". aagd. u Vliss. Cour.' flinke lende werken en tuigen voorzien. „Vliss. Courant". beneden de 16 :j. DE WOLFF, (boven). f m w w m ADVERTENTIE-PRIJS Van 1i regels f 0.70 voor iedere regei meer 17'/2 centplaatsing 3|2 X bij abonnement speciale prijs. Recla mes 35 cent per regel. Dienstaanbie dingen en dienstaanvrageu 10 cent per regel, bij contante betaling. Familieberichten van 16 regels f 1.15, iedere regel meer 17'/4 cent. ABQNNÈMENTS-PRIjS Voor Vlissingen en gemeenten op Walcheren 1.70 per drie maanden. Franco door het geheels rijk: ƒ2. Week-abon nemen ten 13 cent. Afzon derlijke nummers 3 cent. 'pfggfö**» Evenals vorige jaren Sr®6®* za! in het nummer der Vlisslngsche Courant dat verschijnen zal en bij de Abonne's bezorgd wordt op Dinsdag 31 Decem ber 1918, de gelegenheid worden opengesteld tot het plaatsen van Deze advertentiën worden opge nomen tegen verminderd tarief en wel van 1 tot 4 regels f 0.50 iedere regel meer 15 cent. In de NaamlijstPer naam en per regel 15 cent. Alles bij'vooruitbetaling. Opgaven worden ingewacht vóór ef op 30 December a.s. KAARSEN. De Burgemeester van Vlissingen maakt bekend, dat voor Januari en Februari 1919 hetzelfde kwantum kaar sen wordt toegewezen als voor Novem ber en December 1918. Voor januari en Februari 1919 zullen een weinig meer schemerlichten be schikbaar .komen, ter verstrekking in gevallen va.n ziekte en dergelijke kun nen reeds thans één doos per 50 inwo ners bekomen worden. Voor verdere inlichtingen wende men zich tot de Brandstoffen-commissie. Vlissingen, 18 December 1918. De Burgemeester van Vlissingen. VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. SOEPTABLETTEN. De Burgemeester van Vlissingen nood-igt in verband met Staatscou rant .no. 293 winkeliers uit aan het dis tributiebureau opgave te verstrekken van de door hen verlangde hoeveelhe den Soeptabletten voor de bereiding van gewone-, meel-, groenten- en Ju- lienuesoep pikante soepen jus- en bouillon-blokjes van het merk „Primu la". De prijzen welke winkeliers aan de verbruikers in, rekening zuilen mo gen brengen zijn resp. 0.10, 0.15 en 0.05. Vlissingen, 18 December 1918. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. ZWAVEL. De Burgemeester van Vlissingen maakt bekend, dat het verbod van aflevering en vervoer van toepassing is op hoeveelheden van niet meer dan 9000 K.G. Voor pyriet, zwavelhoudende ijzeraarde en zwavelhoudende ijzerert sen worden in iedere hoeveelheid en ROMAN VAN ÏT- r. LEEN 2£. Zachtjes drukte Edith Th ank mar s hand. Deze begreep. Ook de familie Arburg kwam spoe dig opdagen en men ging aan tafel. Thankmar liet zich trots zijn rebel- lische 'gedachten, al de lekkernijen goed smaken, en at men den gezonden eetlust zijner achttien jaren, terwijl Edith zich geweld aan moest doen, om iets te nuttigen. De keel was haar als tóegeschrciefd, als ze naar Martha zag, die natuurlijk Luciaan als tafelheer had uitgekozen en. geheel voor zich in be slag nam. juffrouw Bürkner was zeer verlegen en durfde nauwelijks iets van de spijzen nemen, zoodat haar schoonzuster haar telkens n-oodigen moest. -Harr imponeerde deze zo-o openlijk getoonde rijkdom buitengewoon en een •bitter gevoel bekroop haar als zij dacht dat zij in zoo kommervolle omstandig heden zicli door 't leven heen moest staan. Als haar man ook maar wat meer practische.r was. De hoeren onderhielden zich zeer le van zwavelzuur boven 9000 K.G. verder geen administratiekosten geheven. iD:e verbodsbepalingen op de afleve ring en het vèrvoer van zwave! gesteld, zijn opgeheven. Vlissingen, 18 December 1918. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. EERSTE KAMER. De hear Michiets van KesSinich wenschte als Limbufger van geboorte i een woord van ernstig protest te doen j booren tegen de ophitsing en beörei- ging in zekere kringen en in de bui- j tenlandsche pers iot annexatie van Lim burg. Niemand die geboren is in Lim- burg wenscht die annexatie. De aan- j hankelijkheid aan het vorstenhuis en vaderland is zóó hecht, dat slechts met geweld een gedeelte van het grondge bied kan wordtin afgescheuro van het moederland. Wij hopen, dat de Ne- j deriandsche regeering ons zal bescher- men tegen het onwaardig streven, waardoor wij worden bedreigd (luid j applaus). Dc heer Fokker sloot zich ais Zeeuw volkomen bij deze woorden aan, mede 1 om te protesteeren tegen de bedreiging van Zeeuwsch-Vlaanderen. Ook hier zijn alle Zeeuwen tevens Nederlanders er, zii wenschen dat te blijven (instem- I tning) TWEEDE KAMER. Vergadering van Dinsdag. De Kamer houdt er een rommelige J werkwijze op na. Vrijdagmiddag was •de minister van buitenlandsche zaken aan het woord vandaan staat zijn 'hoofdstuk niet op de agenda, omdat vandaag kleinere ontwerpen en binnen- j landsche zaken aan de orde zijn ge steld, aangezien minister Ruijs morgen j verhinderd zal zijn. Er 'kwam tegen die rommelige werk- j wijze verzet uit de Kamer. De heer Van Doom, gesteund door de heeren Scha per en Van Ravesteijn wenschten in verband met het geschil met België in het officieels bericht van gisteren vermeld onmiddellijk minister Van i Karnebeek aan het woord te laten. Men wilde die kwestie geen dag laten wach- i ten. ■Bij monde van den heer Nolens ver- j zette de geheele rechterzijde zich tegen j deze verhaastin-g(?) van één dag en t ten slotte hield de Kamer zich aan haar sukkeldrafje. Van links stemden de vrijzinnig-democraten tegen de over- haasting. Dus ging de Kamer nu aan ee,n paar j kleine ontwerpen, waarvan het eenige belangrijke was dat betreffende de brandstoffencvoorziening. De strekking j daarvan is om tot onteigening tc kun- nen komen van veengronden indien de eigenaars daarvan niet zelf tot veendei- j ving overgaan. Het wetsontwerp komt eigenlijk vier jaar te laat. Er is in Ne derland turf genoeg om de geheele in dustrie te voorzien, maar het voortdu rende getalm bij de prijsbepaling heeft alles iegengehou-den.Thans moet eigen lijk nog begonnen worden met de turf- outtrekkiug aan den bodem. Had men betere prijzen uitgeloofd, dan zou de particuliere productie zeer zijn aange- wakkerd. En zonder die particuliere medewerking komen wij er toch niet. Een -on-teigeni-ngs-procedure zal zeer lang duren en voor de onmiddellijke voorziening zullen wij daaraan niets hebben. Dit was de aigemeene opvatting, die door de heeren Van Beresteijn, Van Doorn en de Jong nader werden toege licht en verdedigd. Uit de mededeeiingen van den mi nister bleek, dat er nog 879 Hectare in Nederland liggen, waar turf tc graven valt. In Drente liggen nog 600 H.A., in Zuid-Holland 97, in Overiisel 100, in Noord-Brabant 59 en in N. Holland 50 H.A. Van één hectare graaft men 60 miilioen turven er is dus nog 40 mili- ard-, hetgeen tienmaal de huidige pro ductie is. Na eenige discussie van weinig be- teekenis werd het wetsontwerp goed gekeurd. Vervolgens was -n,u aan de órde de begrooting van bi-nnenland'sche zaken. Het eerste dat te vermelden valt is de opmerking van den heer Beumer, dat de stemplicht mislukt is. Het getal ongeldige stemmen is zeer groot ge weest. Dat is z.i. het gevolg hiervan dat vele menschen nu eenmaal niet wil len stemmen. Hij wilde dus maar den stemplicht afschaffen.Verder werd door dezen afgevaardigde en nog eenige an dere leden gepleit voor een technische herziening van regeling der evenredige vertegenwoordiging. De inrichting van het stembiljet heeft volgens den heer Beumer geleid tot vergissingen, waar van zelfs de uitslag der verkiezingen heeft afgehangen. Vaak is het hokje achter den naam in plaats van dat daarvóór zwart gemaakt, hetgeen er toe leidt, dat een geheei andere can- didaat werd gestemd. De positie van de burgemeesters werd besproken. De heeren Ravesteijn, en Duijs pleitten voor een apd-ere rege ling, zoodat de burgemeester meer on afhankelijk wordt van den minister. In dat verband besprak de heer Duijs de kwestie van de roode vlag in Zaandam. Naar zijn meening had de minister daarover niets te zeggen, wanneer het een besluit is van den raad cf van B. en W. Hij wees er op, dat in Maastricht wel de pauselijke vlag mocht worden ontplooid. Wat de katholieken voor zichzelf wenschen, weigeren zij dus aan anderen. Zij roepen sollicitanten op, die echter alleen katholieken mogen zijn. Zelfs verhuren zij alleen gemeente grond aan katholieken en zoo al meer. Zoo had de heer Duijs diverse adver tentiën, waarin alleen katholieken in aanmerking werden gebracht en voorts een gemeenteblaadje te Spaarnewoude, waarin een felle 'ppositie wordt ge voerd tegen de S. 'D. A. P. Het blaadje wordt betaald door de gemeente. Dat is 'nog wat anders dan een rood vlag getje op het stadhuis te Zaandam. Dok de heer Ter Hall deed^een boek je open over de censuur v'an burge meesters op tooueelstukken en films. Hij had er ervaring van. Een overge schreven stuk met eenige variaties werd goedgekeurd/nadat het oorspronkelijke was geweigerd. De huizen van ontucht worden- in de wet in één adem genoemd met concertgebouwen-. Hij vroeg wijzi ging der gemeentewet om daaraan eens een einde te maken. Het debat wordt morgenavond voort gezet. jsa»Btb«iiwm«MWUMimBiiju -PM«3n8«BBtE»i nu iiT»aa.»: Trouw aan. Koningin en Vaderland. H. M. de Koning-n heeft nog een lange leeks telegrammen van gemeen teraden, vereenigingen en com.té's uit Limburg en Zeeuwsch-l'laanderen ont vangen, waarin aanhankelijkheid en trouw aa:. Koningin en Vadt;land wordt betuigd. A! deze uitingen versterken de over tuiging dat do bewoners dier gewesten zich volkomen één gevoelen met Ne derland. Nederland en België. -De Parijsche correspondent van „de TeL" seint De Fransche bladen pubiceeren een officieuse -Brusselsche nota, waarin ge zegd wordt, dat de Nederlandsche Ka- m-er-debatcen, betreffende de beweerde nnnexionistisdhe oogmerken van België bewijzen, dat er in -Nederland -nog lie den zijn, wien. de -oorlog niets geleerd heeft en die bovendien -niets wilier, loe ien. Het is zeker betreurenswaardig te lezen, dat de rechische partijen over de mogelijkheid van oorlog spreken op het oogenblik, dat de geheele wereld zich gereed maakt, van den eindelijk her bonden vrede te genieten, -en 'het is nog betreurenswaardiger dat de Nederland sche regeering niets weet mede te dee- ien, om de gemoederen te kalmeeren en de zaken tot hun ware gedaante terug te brengen. Tegenover deze ongelukkige houding moet men de volkomen waardigheid plaatsen- van de Belvische regeering, die de regeling der internationale vraagstukken overlaat aan een vredes conferentie. Er is reden om te gelooven, dat de Belgische regeering bovendien weldra in het parlement een verklaring ever deze onderwerpen zal afleggen, maar thans is het duidelijk, dat heel België eenparig zal eischen een gron dige herziening van de tractaten van 1815 en 1839.' Op het -congres van Weenen werd tusschen Europa en Frankrijk een uit gestrekte barrière-linie gesticht door de vereeniging van Belgic met Neder land. Toen reeds moest men aan Prui sen, dat zijn gewoonte om twist te stooken, voio-o reeds deed kennen, con cessies doen. Daarom nam men van België een reeks districten af, waarvan de bevolking uit Belgen bestond, wier taal, aard en zeden met dat grondge bied overeen -kwam en die aan Pruisen gegeven werden in ruil voor gedeelten, die door Pruisen aan Saksen waren af gestaan en die Pruisen sedert dien al weer hernomen heeft. In 1830 werd de barrière, geschapen door „het -EuropeesCh concert", ver dubbeld en- aan België de neutraliteit opgelegd. !n het oog der mogendheden moest België beschermd worden door die neutraliteit, die vijf mogendheden op zich genomen hadden, te waarbor gen, toen in 1839 Nederland aannam dezen toestand te bekrachtigen. Toen ontving -Nederland van die mogendhe den vermeerdering van gebied het oostelijk gedeelte van Luxemburg, los gescheurd .vah België, ging over aan het Huis van Oranje-Nassau. Europa achtte Nederland, dank zij de gebieden, die van Bettfni waren vrijge maakt, sterk genoeg om eveneens de neutraliteit van België te kunnen be schermen. Maar juist het tegenovergestelde heeft zich voorgedaan. Het is juist de houding, die België in 1914 heeft aan genomen, welke Nederland gered heeft. De Nederian-dsche pers spreekt dik wijls van de dankbaarheid, die Beigië aan Nederland verschuldigd is, maar de dienst, door Beigië in 1914 aan Neder land bewezen, weegt ruimschoots op tegen alle diensten, die Nederland den vluchtelingen heeft kunnen bewijzen. Het vraagstuk, geschapen door de oude tractaten, blijft dus onopgelost. De doortocht over Limburg. Havas en- Reuter seinen Uit Brussel d.d. 17 dezer Met betrekking tot de opmerking van het Nederlandsche departement van buitenlandsche zaken over de Belgische nota van 15 December dient het vol gende opgemerkt te worden Het is juist,'dat de brief van den mi nister van buitenlandsche zaken aan baron Failon, gedateerd 12 November een antwoord was op de Belgische nota van October. Daarin vroeg de Beigi- sche regeering vrijlating van de in Ne derland geïnterneerde Belgen of ten minste van bepaalde categorieën, ba- seerende dit verzoek op het feit, dat Nederian-d niet in staat was voldoende voedsel ie verschaffen en dat van den anderen kant de oorlogvoerenden zelf besloten- 'hadden, van weerskanten krijgsgevangenen, die meer dan acht tien maanden in gevangen-schap had den doorgebracht, de vrijheid te herge ven, omdat men bij het vaststellen van de bepalingen, waarbij deze aangele genheid werd geregeld, geen oorlog van zoo langen duur had voorzien. Op deze -nota antwoordde de Neder landsche regeering den dertienden-No vember, dat zij er zich eerst bij de Duitsebe regeering van moest verge wissen, of deze geen bezwaren had te gen het vrijlaten van Belgische militai ren, die in Nederland geinterneerd wa ren en dat land wenschten te verlaten. Op denzelfden dag nu heeft de Ne derlandsche regeering, zonder dat zij de geallieerde regeeringen te voren had geraadpleegd -of van hen- eenige autori satie 'had -ontvangen, de terugtrekkende Duitsch-e troepen dan. doortocht door Limburg toegestaan. Het is dit verschil in houding, die door het Beigisdhe communiqué in het licht wordt gesteld. In liet antwoord van Nederland wordt die geenszins ge rechtvaardigd. Bovendien ka-n de wa penstilstand niet als verontschuldiging aanvaard worden voor den doortocht aan het terugtrekkende -Duitsche leger toegestaan-. Uit de wapenstilstands voorwaarden blijkt duidelijk, dat de oorlogvoerende mogendheden tot over eenstemming geraakt waren over het vrijlaten -der krijgsgevangenen. Gesti puleerd was, dat de krijgsgevangenen ■der geallieerden- uit Duitschland en- Oostenrijk-Hongarije zouden worden teruggezonden, doch geenszins weder- keerigbeid inhielden en In art. 2 for meel wondt bepnald, dat dc Duiteche troepen, die het bezette gebied niet hadden verlaten binnen het vastgestel de tijdstip als krijgsgevangenen- zouden worden beschouwd. Er valt dus niet aan te twijfelen, dat de Nederian-dsche regeering de Duit- schers inzake de ontruiming geen fa ciliteiten mocht verleenen. Elke gelijk stelling van den doortocht door Lim burg -en het vrijlaten der geïnterneer den dient reeds bij voorbaat, als zijnde niet-ontvankelijk, van de hand te wor den gewezen. De huldiging van den Nederlandschen gezant te Brussel. De redacteur te Brussel van „de Maasbode" seint aan zijn blad- De huldiging door Kamer -en Senaat van den heer Van Vollenhoven en de andere beschermende gezanten heeft een schitterend verloop gehad, i Onder de talrijke aanwezigen was ook kardinaal Merciér. j Bij hun intrede werden de gezanten j luide toegejuicht. Het eerst brengt de j voorzitter van den Senaat hulde aan de drie diplomaten. vendig over politiek en wat dies meer zij. Thankmar amuseerde zich kostelijk over de inzichten van zijn oom en diens vriend. Wanneer zijn vader er eens een -opmerking tusschen -door maakte, die het tegendeel inhield van wat de beide anderen voorstonden, zag meneer Hii- debrandt hem medelijdend aan. Wat had zoo'n boekenworm voor verstand van het werkelijke leven hoe kon die meepraten Zijn moeder was een door en door goede vrouw, zonder geestelijke ont wikkeling echter, en bovendien door haar behoeftige omstandigheden waf terneergedrukt en- vooral tegenover haar familie bijna als om verontschul diging vragend, dat zij daar dorst te komen-, bij de Hildebrandt's werd alles immers naar den rijk-dom beoordeeld. Thankmar -ergerde zich inwendig daarover hij bezat ook trots en deze verliet hem nooit. Na tafel sprak men den perzikbowl fiin'k aan en de stemming werd vroo- 1 ijker. Men-eer Hiidebrandt hield zijn neef den gevulden sigaren-koker voor. Ook eens opsteken Hier, deze, die heb je zeker nog nooit gerookt, die is bijzonder fijn, .noodigde hij. Bescheiden, maar beslist dankte Thankmar. Ik rook in 'f geheel niet, en wil me .niet aan -het genot wennen, dan merkt men deze ontzegging ook niet. zeid-e hij. je hebt gelijk, je hebt gelijk, je 1 bent een goede philisoof, lachte meneer I Arburg op zijn luidruchtige wijze. Je bent een nu hoe heet die kerel ook al weer in zijn ton het komt -er cigen- i lijk ook niet op aan vertel maar lie ver eens, wat je worden wilt. Je doet immers met Paschen examen Bij de^e vraag sprang meneer Hiide brandt op en loerend fo-nke'.den zijn oogen achter de briilegiazen. Wat zijn neef antwoorden zou Deze aarzelde echter niet met zijn antwoord. Ik zou graag dokter willen wor den. Ei, ei, jonge vriend, -groote plan nen. Dat kost een heele "boel geld. Dat w-eet ik en toch hoop ik liet zoover te brengen. En hoe dat, beste Thankmar? vroeg zijn oom. In 't kort zeide de jongeling nu het zelfde, wat hij- reeds aan Martha had gezegd. Hij had geen reden, zijn plan nen te verbergen, hoe we! zijn- moeder hem gevraagd had, liever te zwijgen om zijn oom niEt van te voren tegen het pian in ie nemen. Hoofdschuddend luisterde meneer Hiidebrandt toe. -Daar ziet men nu het jeugdig on verstand en lichtzinnigheid, die niet re- la:nt behalve met zijn zoogenaamde idealen, zeide hij. Ér. zich dan tot Thankmar's vader wendend, vroeg hij En hoe d-enk jij er -over, zwager Jij hebt -toch ook een Woordje mee te t spreken Ik heb hem gezegd, dat mijn mid- delen hem geen enkele studie, welke da-n ook, mogelijk maken. Hij weet dus, dat hij van mij. op niets te rekenen heeft. Ik heb Thankmar van alles voor gesteld, doch wil hem tot geen enkel beroep dwingen, waarvoor hij geen roeping voelt. Kan hij niet bereiken, wat hij zich heeft voorgesteld, zij.n ver worven kennis is nooit verloren en stelt hem tot wat anders in staat. jij maakt -het je ai -heel gemakke lijk, zwager, -dat moet ik zeggen, merkr te meneer Hiidebrandt op, en de toon, waarop hij dit zei, was hoonend. Je moet het echter zelf weten. Volgens mijn ideeën was het beter, dat je zoon een practisch beroep leerde, waarin hij ook vlug wat verdient. Dat is verstan diger, dan zich met dergelijke onzekere dingen in- te laten. Geld verdienen en i het dan weten te bewaren en te ver meerderen, dat is d-e hoofdzaak. Wat baat ie.-nand alle geleerdheid, als men niets te eten beeft Niemendal Wan neer het hier mankeert, nu Hi; wees daarbij op z'n zak en toe stemmend knikte zijn vriend Arburg, die blijkbaar dezelfde meening was toegedaan. Thankmar zag, dat deze woorden zijn vader pijn- deden,, in tegenwoordig heid van een vreemde gesproken, en voor gene tijd vond, iets te antwoor den, bracht hij het gesprek op -een an- der thema. Waartoe zou hij zich hier opwinden f en beweren, dat er nog hoogere idealen i in een ïnenschenleven zijn dan- geld ver- j dienen Het liefst had hij al zijn ver- j achting getoond maar ziin verstand i deed hem hier zwijgen-, -om zijn ouders wil. Handig betrok hij Luciaan in het ge sprek, die zich toinutoe geheel aan de dames had gewijd. De jonge kunstenaar was zeer opge ruimd en bracht met zijn grappige in vallen allen aan 't lachen-hij was hee- lèthaal in zijn element en de rijkelijk genoten perzikbowl deed het overige. Ik ben zoo goed -geluimd- van-d-aag, dat ik de geheele wer-eld wel omarmen kon, riep hij uit. Nu, begin dan ma-ar met mij, meneer -de kapelmeester, lachte Arburg niet zijn- dreunenden lach. Niet Öf misschien met mijn oudje Ook niet De jonge dames zeker liever, ja, op uw keus kan ik zeker niets aanmerken ik zou het precies zoo doen. Proost. Hij hield Waldow het gevulde glas toe. Is er een bijzondere reden voor uw goed temeu-r vroeg Martha, met eer, koketten glimlach tot Waldow opziend. Zeker. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1918 | | pagina 1