Heidom eo Mé.
IBöo «JoorgUswé
ZATERDAG 30 NOVEMBER.
Sij ton tant Ëtart m Bijvoegsel.
De hand aan den ploeg
peumueTON
lïNNENtANl*
Wo. 282
VLISS1NGSCHE COURANT
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 14 regels ƒ0.70 voor iedere
regel meer 17>/2 cent plaatsing 3|2 X
bij abonnement speciale prijs. Recla
mes 35 cent per regel. Dienstaanbie
dingen en dienstaanvragen 10 cent
per regel, bij contante betaling.
Familieberichten van 16 regels
1.15, iedere regel meer 17'/2 cent.
ABONNEMENTS-PRIJS
Voor Vlissingen en gemeenten op
Walcheren 1.70 per drie maanden.
Franco door het geheele rijk: ƒ2.
Week-abonnementen 13 cent. Afzon
derlijke nummers 3 cent.
Hoe weerspiegelt zich de diepe ernst
dezer tijden in den nationaten Biddag,
welke deze week alom in, den lande
werd gehouden 1 Een biddag, ,die onge
twijfeld in de allereerste plaats een
dankzegging As geworden, een ure
waarin ons gemoed al zijn ontroerende
gewaarwordingen, al zijn gedragen
zorg gedurende deze oorlogsjaren Iheeft
herdacht en dankbaar het einde van
zuJlk een kom,niervollen tijd beeft uit
gesproken. Deze dag is er een van on
gekende nationale wijding geweest,
een, dag waarin igeloovigen en zij die
niet tot de geloovigen willen gerekend
worden, (kortom alles een wijle h,et
beeld van dezen wereldoorlog aan hun
geest hebben dioen voorbijgaan en tot
zichzelf hebben gezegd bet einde is
nabij
Nabij is gelukkig het einde eener
periode van menschelijk lijden als nim
mer is aanschouwd nabij is ihet einde
ook van een tijdperk voor ons land,
waarin elke dag, ja sdlnier eik uur zijn
meest onverwachte, zijn soms onover
komelijk schijnende bezongdiheid voor
de naaste toekomst medebracht nabij
is Ihet einde van eindeloos (knagend
verdriet en an'gst van vrees en kom
mer, van weedom en medelijden, is dat
■liilea 'geen dankbare, geen gewijde,
geen stille bede, opstijgend uit het lang
geprangde hart, waard En daarom
zal deze dag, die 'ee,n dag van innige
erkentelijkheid is geweest om ,het vele,
waarvoor wij in deze rampspoedsjaren
bewaard gebleven zijn, iin ons aller ge
moed een onvergetelijke blijven.
Met dezen dag echter lis niet alle zorg
ons van het ih-airt genomen. Geenszins,
helaas. Want zooiwei de tijd, waarin wij
thans verkennen, als de tijd, die komen
de .is, baart eik weldenkende .hoogelij-
ke zorg. Immers, wij bevinden ons nog
geheel en al temidden van de rookende
puiin'hooipen eener verwoeste wereld
ziet, ginds stijigt ,notg grauwe walm ten
hemel, tot teeken dat de wereldbrand
wel is iwaar getoluscht, maar de smeu
lende lasch mog niet geheel en al ge
doofd is hoort, daar gromt nog een
dof en dreigend getuid, komend van
verre, maar .wellicht .naderend iritet ras-
sche schreden Het zijn de nauwelijks
meer 'gesmoorde kreten van mlllioenen,
die om vergelding roepen voor al het
nameloos leed over hen en de hunnen
gebracht het is de onheilspellende
stem van (hen, die eens en voorgoed
met de oude wereMmachthebbers wil
len afrekenen en meenen, dat geen
117).
Doodsbleek en met van woede vlam
mende aowen stond Borg tegenover den
jongen man, terwiil mevrouw Blöte als
verpletterd haar blik over de regels liet
zweven, die de aandacht bevestigden.
„Wist iik imiet, ,hoe gloeiend de haat
is, waarmede ge mij vervolgt, dan zou
ik gelooven, dat gij «it een gekkenhuis
waart gevlucht", antwoordde hij, naar
adem hijgend. „Mevrouw Blöte kent
mij te inauwkeuir' - dan dot zij aan deze
aanklacht geloof ikan schenkenen ik
vraag u waardoor wiilt gij ze bewij
zen? Ik heb er geen vermoeden van,
wie den brief geschreven kan hebben
maar ik -meen ite mogen beweren, dat
hij verwalscht «s in het tegenoverge
steld geval kan d,e schrijver slechts een
vuige lasteraar zijai."
,^De schrijver is mijnheer Von Bre
men", zeide Bella, hem vast en kalm
aanziende .gelooft dien van laster
te kunnen betichten Uit zijn brief
blijkt duidelijk, dat gij tegenover hem
uw schuld- beleden en stilzwijgendheid
vam hem re&ischt hebt. Hij heeft u geen
belofte gedaan, en had hij het gedaan,
nieuwe wereldorde blijvend gevestigd
kan worden, dan imet uitroeiing van
stam en wortel. De overijlden I Alsof
ook mog dan een oogst zou verwacht
kunnen wonden alsof ooit bloesem tot
ooft kon gedijen in een verwoesten, met
wortel en tak uitgeroeiden boomgaard 1
Wie vermag te voorspellen, waarheen
het ongelukkig Duitschland wordt ge
voerd
Dat alles tempert de vreuigde over
den komenden vrede An ons gemoed,
maar geeft tegelijkertijd ons reden om
onze volle aandacht aan (hetgeen om
ons (heen geschiedt, te schenken. Het
ma-g onze feestelijke stemming ver
gallen, maar geeft ons niettemin nieu
we kracht kracht tot arbeiden, tot
aanpakken, tot volvoeren eener zware
taak. De taak om, met behoud van het
goede, maar het betere te trachten. Die
taak zij er eene, ons allen opgelegd, in
welke maatschappelijke positie of rang
wij ook geplaatst mogen zijn. Onze
vorstin, zij gaf opnieuw deze week het
voorbeeld, door onze aandacht er op
te vestigen, dat „niets haar grooter
voldoening en blijdschap kan schenken
dan getuige te zijn van en mede te wer
ken aan al hetgeen de spoedige herle
ving der An de oorlogsjaren zoo zwaar
beproefde volkskracht lean bevorde
ren." Voorwaar, opnieuw klinkt tot ons
allen een Ikoroiniklijk woord, een woord
van ide afstammelinge eener dynastie,
waaromheen Nederland, wanneer het
in moeilijke tijden werd gebracht, zich
immer schaarde en immer ook zijn
kracht en behoud uit putten mocht I
Zoo. (ging het .in vroegere tijden, zoo zal
het ook nu gaan, naar wij hopen mo
gen. Daar is thans voor ons allen werk
te over, zoo wij willen mede arbeiden
aan Ihet herstel der wereldorde, aan de
(herleving van ons, in de mensohiheid
geschokt vertrouwen, aan den weder
opbouw van onze, ja voorwaar zwaar
beproefde volkskracht
De tijidi idle komen, gaat, zal een tijd
zijn waarin sociale .hervormingen op
breede schaal en in ruimen zin opgevat
tot stand inoeten komen. een tijd
waarin op het gebied van ons intcllec-
tueele leven nieu.we gezichtspunten zui
len .geopend worden, op staatkundig
gebied nieuwe banen zullen worden be
treden, op economisch terrein nieuwe
bronnen voor de volkswelvaart moeten
worden aangeboord in kortom elk
deel van het maatschappelijk, nationaal
leven, nieuw bloed moet komen, dat in
stuwkracht het oude overtreft en van
het in vele opzichten zieke maatschap
pelijk lichaam, een bloeiend1 en gezond
gelheel imoet maken.
Voor overijling, ihet dient nadrukke
lijk gezegd., imoeit echter ten strengste
worden gewaakt. De droevige voor
beelden, dat een gansche samenleving
aan een veel te ver en te snel grijpen
de macht van onervarenen ikan te gron
de iga'an, liggen, zoo wij de oo.gen naar
Oost-Europa wenden, voor het grijpen.
Moge West-Europa voor zulke rampen
gespaand blijven, en imoge vooral bin
nen onze landspalen niet ihet zaad wor
tel schieten der denkbeelden van hen,
die eensklaps, als bij tooverslag het
alles willen veranderd- hebben, en die
meenen dat de wereld nog geen rouw
genoeg geleden, nog geen tranen ge
noeg geschreid .heeft. Als alle zaken,
willen zij beklijven, kan de nieuwe we-
dan ware zij voor hem niet verbindend
cv/eest. En wanneer gij bewijzen vor
dert, dam zal ik u er onmiddellijk mede
dJienen langs -dien weg kan en zal u
de verdediging niet gelukken."
iHij had ijlings aan het schelkoord
getrokken mevrouw Blöte zag ont
steld van den brief op.
„Wat doet rrij vroeg zij.
„Ik wit de getuigenis van den koet
sier..."
„Waartoe Mijnheer, deze brief be
vat een zware aanklacht tegen u wan
neer uw geweten u niet daarvan vrij
pleit, dan raad ik u, onverwijld mijn
huis te verlaten..."
„Twijfelt gij ook aan mij, .Vlarie
viel Borg haar vertwijfelend in d-e re
de. „Wie is die man, die het waagt, mij
aan te tasten? Een man, diie .wegens
diefstal onder verzwarende omstandig
heden is gevanren genomen."
„Niet hij klaagt u aan, doch mijnheer
Von Bremen antwoordde mevrouw
blöte.
„I® de echtheid van dezen brief be
wezen zeide Borg. „Waarom zou
mijnheer Von Bremen tot heden daar
mede gewacht hebben
„Omdat hij niet eer handelend tegen
u mocht optreden, voor -hij een anderen,
met iu be vrienden schurk ontmaskerd
had. Gij zult dat zelf weten want gij
hebt hem immers de bewijzen gele
verd, welke (hij tot bereiking van dit
reldorde slechts langs geleidelijke ba
nen ontstaan. Geleidelijke, .maar daar
om nog niet traag-ibegane wegen be
hoeven dit te zijn imd-ts wij allen ons
aan de taak wijden, mits elk onzer naar
de mate zijner krachten en in verhou
ding tot de omstandigheden waaron
der wij (hetzij in een ihooger, hetzij in
een bescheiden openbaren rang, ge
plaatst zijn daartoe .medewerke mits
dus niemand onzer zich aan de groote
zedelijke en .maatsoha.ppetij.ke verplich
ting onttrekke, mede de ihand
aan den ploeg te slaan.
Door het Kanaal.
Officieel. Het ministerie van bui-
tenlandische zaken deelt mede
Van onzen gezant te Londen is be-
j richt ontvangen dat de scheepvaart
j door het Kanaal vrij is, onder voor-
waarde, dat de aanwijzingen gevolgd
i worden die op dit punt door het Brit-
l sche consulaat te Rotterdam worden
i verstrekt.
Hulde aan de Koningin.
Het comité uit de katholieke en chris
telijke organisaties tot huldiging van
H. M. de Koningin en de regeering is
samengesteld uit den heer J. van Rij—
ze-wijk, voorzitter; mevrouw Bh. Warn-
dorlfVan Dijok, en de heeren prof.
mr. P. A. Diepenhorst, J. B. van Dijk,
K. Kruithof, Na-hiuijsen, A. van Rijen, G.
J. G. Struycken, W. Swagennan, J. Th.
Venheggen en P. van V.liiet, leden.
De groote hiulditgimgsvergadering,
waarop H. M. de Koningin, H. M. de
Koningin-Moeder, Z. K. H. Prins Hen
drik, en H. K. H. Prinses Juliana en alle
ministers aanwezig zullen zijn, zal
plaats hebben op Maandag 2 December
des namiddags te 2/2 uur, in het Ge
bouw voor Kunsten en Wetenschappen
te 's-Gravenhage.
Ais woordvoerders der organisaties
zullen optreden prof. mr. P. A. Diepen
horst en Dater fr. Bo.rromaeus de Gree-
ve O. F. M („De Tijd")
ring hadd-en gehecht aan de vergun
ning, omdat de Nederlandsehe regee
ring snel moest handelen en hiun van
de feiten en de redenen, die daartoe
'hebben geleid, eerst mededeel-ing had
kunnen doen nadat het besluit geno
men was.
Een interview met minister van
Karnebeek.
De Parijsche correspondent van het
„Hbldi" seint dd. kil November De
Matin" bevat een onderhoud met mi
nister Van Karnebeek, waarin deze op
komt tegen de onvriendschappelijke
geruchten, betreffende Nederland, wel
ke den laatsten tijd opnieuw in de Pa-
.riische pers ziin opgedoken.
Hetgeen het Fransche publiek het
onaangenaamst had getroffen was de
door de bladen gegeven verzekering,
dat Nederland hef protest der Duit-
schers bij de geallieerden tegen de har
de wapenstilstandsvoorwaarden zou
(hebben gesteund.
Minister Van Karnebeek zegt buiten
gewoon verbaasd te zijn over dit ge
rucht en verklaart nadrukkelijk, dat het
bericht van allen "rond is ontbloot.
De minister zet vervolgens de rede
nen uiteen, die de Nederlandsehe regee
ring er toe hebben geleid, aan de Duiit-
sohe troepen, den doortocht over Ne-
derlandsch gebied toe te staan en zegt,
dat het in het belang der Belgen was,
dat deze groote massa's vergunning
kregen om, na te zijn ontwapend, door
Limburg te trekken indien zij nt. naar
België waren teruggezonden, zouden
deze opgewonden en ordelooze troepen
stellig ongeregeldheden veroorzaakt
en geplunderd hebben.
Het is waar, dat de vertegenwoordi
gers der geallieerden niet hun goedJkeu-
doel noodig had. Ik vraag u nog
maals..."
„Maak het u niet moeilijk, .mama",
viel Bella haar in de rede, die onder-
tusschen den bediende een bevel had
gegeven ,jop een vrijwillige bekente
nis mogen wij niet honen wij moeten
hem overtuigend en verpletterend
bewijzen geven. Onze koetsier kent im
mers het vertedien van dien heer..."
„Is de getuigenis van zulk een man
vcot u beslissend, dan geef ik er de
voorkeur aan, deze .plaats te verlaten I"
zeide Borg. „Maar neem u voor mij in
aiaht, jongmensch, ik zal u niet meer
sparen."
Hij spoedde zich naar de deiur op
hetzelfde oogentalik w.erd zij geopend
en F.ranz Schmalfuss stond tegenover
hem.
„Ha.lt riep Rudolf. „Wanneer gij
gelooft, de aanklacht het hoofd te kun
nen bieden, luister dan naar het ant
woord, dat deze man op mijn vraag
neven zal. Schmaffuiss, zeg de waar
heid was deze heer vroeger kamer
dienaar Heeüt hij zijn dienst bij graaf
K. heimelijk verlaten en zich aan dief
stal schuldig gemaald Bn ihebt gij
dezen brief reschrevem
De koetsier was aanvankelijk ont
steld teruggetreden, maar bemerkte
weldra, dat de voormalige kameraad
het spel verloren had, en achtte het in
zijn eigen belang raadzaam, zich aan
De ex-keizer iu ons land.
De Londensche correspondent van de
„Manchester Guardian" verneemt, dat
procureur-generaal Smith er zeer
krachtig bij het kabinet op aandringt
J om van Nederland uitlevering van den
gewezen keizer te vragen. Men ver
wacht, dot de premier .heden in een
rede te Newcastle een verklaring ten
aanzien van dit onderwerp zal doen
De „Daily Telegraph" meent te we
ten, dat de Lord kanselier en de rechts
geleerde ambtenaren, die het Briische
kabinet belast heeft met het onderzoek
van de posiiie van den gewezen Kei-
i zer, var. meening zijn, dat zijn uitleve-
ring doorgezet kan worden. De gealli
eerden zullen uitmaken, of zij gezamen
lijk dan wel elk voor zich de uitleve
ring aan Holland zullen vragen. De
Franschen zijn voorstanders van de uit
levering.
De „Daily Mail" zegt, dat volgens
berichten, die te Londen van een hoog
geplaatst neutraal ontvangen zijn, de
Keizer van plan is, raar Duitschland
terug te keeren, om zijn troon op te
eischen. Hij heeft nog een grooten in
vloedrijken aanhang in Duitschland De
revolutie wordt door hooggeplaatste
officieren bestuurd, om haar tenslotte
tot mislukking te brengen en den Kei
zer in triomf naar Berlijn terug te bren
gen. Enkele van die officieren zijn in
de straten van Berlijn herkend, waar
zij politiek droegen. Velen waren als
werklui gekleed en spraken de menigte
ais kameraden toe. Zij doen alles om
de revolutionaire beweging aan te moe
digen. Als de gelegenheid komt, zullen
deze officieren hun vermomming af
werpen en verklaren dat de revolutie
hopeloos mislukt is en de tegen-revo
lutie beginnen. Dat kan hun gelukken
ais de geallieerden er niet op staan,
dat de gewezen keizer aan hen over
geleverd wordt. Ter bevordering van
deze samenspanning voeren de Duit-
schers een uitgebreide anti-Lrgelsche
propaganda in Holland, ten einde de
Heliandsche regeering en het volk te
verbitteren tegen de geallieerden en het
standpunt te versterken dat sommige
Hollanders al innemen, ten gunste van
de opvatting dat de keizer in zijn vei
lige wppiaats moet blijven. Als tijde
lijke maatregel zou men er toe over
kunnen gaan, den gewezen keizer en
den gewezen kroonprins naar geallieerd
gebied te zenden, in afwachting van de
definitieve beslissing over hun lot.
Instelling van een Onderwijsraad.
Bij de Tweede Kamer is een wets
ontwerp ingekomen tot instelling van
een onderwijsraad.
De minister van onderwijs, kunsten
en wetenschappen deelt i.n de memorie
van toetóch-iing omtrent dezen onder
wijsraad mede H gewenscht te achten,
dat de regeering den steun krijge van 'n
arivAseerend college, samengesteld uit
hoogstaande, deskundige personen uit
de kringen van hooiger, middelbaar, la
ger en vakonderwijs, welke raad zich
uitsluitend zat. bezig hebben te houden
met de voorbereiding van de maatre
gelen van algemeene strekking, noodig
om het onderwijs paedagogisch op peil
te brengen en bij voortduring te hou
den.
Voorgesteld wondt dat de onderwijs-
de zijde der tegemoartij te soharen.
„DÖ altes is waar", antwoordde hij
,jmaar ik had gedacht, dat .mijnheer
dit wist."
Mevrouw Blöte gaf hem een wenk
zidh te verwijderen.
„Dat was voWoemde", zeide zij, de
fonkelende oogen op Borg vestigende.
„Verdere bewijzen zult gij inu waar
schijnlijk zelf niet noodig hebben. Luis
ter nu ook naar betreen Ak u te zeggen
heb. Wanneer gij niet binnen drie da
gen de stad veriaten hebt, of het w aagt
do feiten te verdraaien, en mij te belas
teren, dam zal ik over alle bezwaren
heemstapmen en bij de justitie een aan
klacht togen u indienen. Welke gevol
gen daaruit voor u zouden ontstaan,
behoet ik u vermoedelijk niet te zeg
gen. En n.u, wanneer gij een goeden
raad wilt aannemen, verlaat dan mog
heden de stad heit kon morren mijn
vrienden of bloedverwanten kwallen,
dat het beter ware, den wormalagen
lakei terstond achter slot en grendel te
brengen."
(Beng (hoonde de laatste woonden niet
meer met een lach bad hij zich ver
wijderd.
.Het spel /was verloren, en wanneer
bij rechtvaardig wilde zijn, dan m-oest
hij toegeven, dat bij het door zijn eigen
domheid verloren .had. Het spel was
■verforen, en thans bleef .hem niets an
ders over, don (hef fooneel te verlaten,
raad zal bestaan uit vijftien leden, den
voorzitter inbegrepen.
De raad wordt verdeeld in vier af-
deelingen en bij Kon. besluit worden de
leden aangewezen, die in elke afdeeling
zitting zullen hebben.
De a-fdeelingen behandelen de vraag
stukken betreffende a. het hooger on
derwijs b. het algemeen vormend
voorbereidend hooger- en het alge
meen vormend middelbaar onderwijs
c. het algemeen vormend lager en het
voorbereidend lager onderwijs d. het
vakonderwijs.
De voorzitter en de overige leden
van den raad worden bij Kon. besluit
benoemd en ontslagen. Zij mogen niet
zijn lid van eemig schooltoezicht. Om de
vijf jaren treedt een derde gedeelte
hunner af de aftredenden zijn aan
stonds weder benoembaar. Zij ontvan
gen vergoeding voor reis- en verblijf
kosten. Bovendien wordt hun voor
iedere vergadering, die zij bijwonen,
een zitpenning toegekend.
De raad wordt bij,gestaan door een
bezoldigden secretaris, die bij Kon. be
sluit wordt benoemd en ontslagen. Om
de vijf jaren treedt hij af, doch is aan
stonds weder benoembaar. Voor bu
reaukosten wordt hem een jaarlijksch
abonnement toegestaan. Hij ontvangt
vergoeding voor reis- en verblijfkosten.
De raad geeft aan den minister des
gevraagd of eigener beweging advies
omtrent vraagstukken van algemeene
strekking op het gebied van het aan de
zorg van diens departement toever
trouwd onderwijs.
De inrichting en de werkzaamheden
van den raad. worden bij aigemeenen
maatregel van bestuur geregeld.
Burgerwachten.
De circulaire, welke de minister van
binnenlar.dsche zaken met betrekking
iot het votmen van burgerwachten ge
richt heeft tot de Commissarissen der
Koningin, luidt als volgt:
Met bet oog op de mogelijkheid, dat,
mocht eens oorlogsgevaar ons bedrei
gen, het leger niet zal kunnen mee
werken tot handhaving van de orde en
rust, is het dringend noodzakelijk, dat
de politie zich kan doen bijslaan door
vrijwillige burgerwachten Trouwens
ook bij binnenlandtche onlusten kun
nen zoodanige wachten onschatbare
diensten bewijzen.
Het zij mij daarom vergund een drin
gend beroep ie doen op uw bemidde
ling, teneinde de burgemeesters der
grootere gemeenten in uw gewest aan
te sporen, voor zooveei zulks nog niet
is geschied, het initiatief te nemen tot
oprichting van burgerwachten in hun
gemeenten. Dit zou kunnen geschie
den door enkele vooraanstaande per
sonen in elke gemeente te belasten en
voorts daaraan, zooveel doenlijk, van
overheidswege leiding en steun te geven.
Een uittreksel uit een nota, waarin
nader het karakter der burgerwachten
ontwikkeld wordt, gaat hiernevens.
Waar tot oprichting van een burger
wacht is of wordt overgegaan, verdient
het aanbeveling zich in verbinding te
stelien met een compagnie, welke zich
heeft gevormd en van welke jhr. mr.
G. C. van Weiier, administrateur aan
het departement van financien te
's Gravenhage, voorzitter is.
Sluiting der sigarenfabrieken.
Op de Woensdag jik gehouden ver
gadering der besturen van de verschil
lende sigarenfabrikantenvereenigingen
iis besloten,, Vrijdag 6 December alle
sigarenfabrieken stop te zetten wegens
bezwaire nde uiitvoerbe.p alioge n.
en wel 'hoe spoediger hoe toeter.
Hij :gin.g im zijn woning, om rijpelijk
ite overleggen, wat hetn nu te doen
stond'. Van het 'geld, hetwelk hij im het
kistje gevonden had, was niet veel
meer voorhanden imaar als verloofde
der rijike dome ikon hij nog dezen avond
van 'menigeen belangrijke sommen ont
vangen, wanneer ihet hem gelukte, een
voorwendsel te verzinnen. Reeds stond
hij op het punt, zijn woning weder te
verlaten, toen plotseling onstuimig de
deur werd geopend en Von Felsen bin
nentrad.
Ontsteld deinsde Borg achteruitde
gloeiende blik en de vertrokken ge
laatstrekken van zijn vriend lieten hem
niets goeds vermoeden, en zijn angst
steeg ten -top, toen hij bemerkte, dat
de baron de deur stoot en den sleutel in
zijn zak stak.
„Wat moet dat beiteakenen vroeg
hij. „Ik -waande u nag m Italië."
„Werkelijk viel de baron hem ho
nend in de rede. „Meendet igij dat Ge
(hebt zeker -gedacht, dat Von Bremen
en diens handlangers daarvoor zouden
zorgen, dat ik Italië niet zoo spoedig
weer verlaten, -kon Dit ware u natuur
lijk zeer aangenaam geweest, ik had
dan geen rekenschap van u -kunnen
vorderen gij zoudt de rijke weduwe
gehuwd -hebben, en
„Maar Ik begrijp <u niet...'
(Slot volgt.)