MAANDAG 14
EEKBA1K TE 2IE1IKZIE
o brieven.
MURK,
Mil
FEUILLETON
RIEVEN in omloop op
ec. 1915 f 4.828200
ec. 1916 -5.586358
ec. 1917 - 6.908058
eerdering In 1917
f 1.321.768.
irijgbaar
1°/
/a
a 98=/, 7o
isingen bij de Heeren i
EGÈRS ZOOM en tc j
urg bij de. Heeren 1
VAN TEVL1N0EN.
De Directie
IK. H. j. KORLVINKE,
lijd is een Wekker en
net
jevende Plast,
aatom uw uurwerke» I
ran licht. Prijs vaor lier-1
a f 2,50, voor wekkers I
I.
Ider lieht gegarandeerd
Aanbevelend,
J. W1LLLMSE,
Zilver en Uurwerken,|
SOUBURO.
ft B 121. MlflBELBSItB. I
ng van gevoelige voeten,
sterdam.
)lak,
rste Kamer,
rus, Schoolopziener,
rymakers, Oud-Se-
•Generaal der Rijks-
jringsbank.
Vintershoven, Gep.
ol. 0.1.L. Amersfoort,
r ris.
hten, onder wie Joh.
r.J Wackle Eijsten,
A. J. M. Garjeanne,
Dr.J. M. Hoogvliet,
i mannen van naam
7 irigenieurs, 6Ac-
ir ons georganiseerd
o.m. in
Staats
wetenschappen
Journalistiek
Kunst
Handschrift-
verbetering
ss, voor ALLE
S acten, L. O.
iloma's, Staats-
Rechten, Ge-
,d, Accountant,
richter en -Tee-
aedrUfsleider'
lergeyordarden
nlijk sonfact to
ekende correctie
liiliike conditife"
onze afde&li"9
©eds resultaten
sefing ftduieza»
Ing tot Amb-
vezen.
da Interessant»
TTNO- 242^atargang 1918
/USSINGSCHE COURANT
ADVERTENTIE-PRIJS
Vm 4 regels 0.70 voor Iedere
rfEe! meer 17V, cent; plaatsing 3|2 X 1
Lii abonnement speciale prijs. Recla
mes 35 ceï,t Per re"el' Dtenstaaable-
Sjngen en dienstaanvragen 19 cent
«er regel, bij contante betaling.
Familieberichten van 1—6 regels
j'l.lB, iedere regel meer 17% cent.
ABONNEMENTS-PRJJS
Voor Vlissingen en gemeenten op
Walcheren 1.70 per drie maanden.
Franco door het gelreele rijk f 2.
Week-abonnementen 13 cent. Afzon
derlijke nummers 3 cent.
iSiNTS&iïïui"
AARDAPPELEN.
De Burgemeester van Vi'rissingen
maakt beke'rrd dat mei ingang van 14
October 1918 ide 'maximum kleinlian-
idelprijs van de te verstrekken klei
aard appelen wondt gesteld op 8 cents
per K.G., zoodat de prijs van 91/, cents
genoemd in de publicatie der regee-
rangsgoederen vanaf iheden komt te
vervallen.
VSissiBgen, 14 October 1918.
'De Burgemeester voornoemd.
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
MELK.
De Burgemeester van Vlissingen
maakt bekend dat met ingang van 13
■October 1918 de maximum kleinhan
delsprijzen voor consumptiemel'k wor
den .gesteld op 17 en 18 cents in plaats
van de vroeger voor Vlissingen vast
gestelde prijzen van 16 en 17 cents.
Voor verdere 'bijzonderheden wordt
verwezen naar Staatscourant no. 238,
welke ter lezing ligt op Ihet distributie-
bureau.
Vlissingen, 14 October 1918.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
HUIDEN, LEDER EN LOOISTOFFEN,
REPARATIELEDER EN SCHOENEN.
De Burgemeester van Vlissingen
maakt bekend rfait aan Staatscourant
no. 237 een speciaal bijvoegsel is toe
gevoegd betreffende distributie van
huiden, leder en looistoffen benevens
een distrubrtekegetinig voor reparatie
leder en schoenen. Zoo ooit dan zullen
thans geen oude schoenen magen wor
den weggeworpen, voordat men nieu
we heeft. Hot lis taak am niet dan in
uiterste noodzakelijkheid nieuwe schoe
nen te verstrekken of reparatie te doen
uitroeren. Hij die op werkdagen op
klompen pleegt te kropen, kan geacht
worden aan één paar Iheeie schoenen
voldoende te hebben vereischen deze
herstelling dan kan dat in "den loop van
een iweeik geschieden opdat «tot paar
weer vóór den Zondag draagbaar is.
Wie echter dagelijks op schoenen Joopt
zal ten minste twee paar behoeven, al
■ware ihet alleen maar om Ihet ééne paar
te kunnen dragen gedurende den tijd
dat het andere bij den schoenmaker in
reparatie is.
•Overbodige luxe is uitgesloten, als
mede Ihet stellen van een welstands-
grens.
Onttrent verklaringen voor werkelijk
bestaande beboette zullen formulieren
verkrijgbaar wonden gesteld op het
distributiebureau, welke nauwkeurig
zullen worden gecontroleerd door een
speciaal ingestelde commissie.
Onbruikbaar geworden schoenen zul
len volgens een nader te treffen rege
ling beschikbaar komen voor minder
draagkradh tijgen.
79.)
>.En daardoor hadt -gij alles bedor
en", zeide Von Breinen .bedaard. „Gij
kunt .niet bewijzen, dat Borg den dief
stal bedreven Iheeft gij (kunt er niets
■tegen inbrengen, wanneer 'hij beweert,
de papieren van een onbekende te deb
ate ontvangen en dat gij aastere, be
tere toewijzen van zijn schutd bij hem of
'n zijn woning zult vinden, getoof ik
roet. Ik deel uw zienswijze, dat hij zelf
de dief is maar iwi.lt gij hem aanj.la-
Een, dam moet ige uw beschuldigiiig
öMr,deugdelijke bewijzen kunnen sta-
"En dit kan siechlts door een huis-
r?pP'aa*s vinden. Jk weet werke-
|"ik niet, welke stappen ik doen moet,
mijn verlegenheid ij izooveel te groo-
,tr. daar die stappen schielijk moeten
Waan worden."
"Jk vrees dat de huiszoeking nu
teas te laat zou komen," viel Von Bre-
en hem in de rede. „De papieren zul-
««edsin handen der dame zijn het
deSia u!'S®gcven, ihet kistje heeft men
suids in itet meer gevoncléP.. en de
Het zal vaststaan dat een ieder
Slechts in één gemeente bans zal kun
nen vertkrijigen. Voor vreemdelingen en
voor hen die een zwervend leven lei
den lis een schoenen- en ireparatiebewijs
in voorbereiding.
Sdhoenen- en reparatiebonnen zullen
over het ige'heeje land gekligjheid heb
bes.
Met den meeaten nadruk wordt er
opmerkzaam op gemaakt dat het niet
mogelijk is voor ontvreemde of op an
dere wijze te loor gegane (bonnen
nieuwe te verstrekken.
Be rantsoeweering voor zoover
sdlioenen betrekt strekt zich niet ver
der uit dan tot „schoenen met lederen
of rubberzolen en waarvan de schach
ten geheel of gedeeltelijk uit leder be
staan."
De rantsoeheening voor zoover re-
paratieiedór betreft, strekt zich .niet ver
der uit idanntot het voorzien van schoe
nen met nieuwe zolen en hakken.
Het opzetten van stukjes en andere
zijn ideilhalve vrij mits daartoe afvalle-
der uit sohoenmakerijen wordt gebe
zigd.
De bepalingen der idistritbutierege-
tinig -voornoemd treden in werking op
één nader te bepalen, d'a.g ,raet uitzon
dering van de bepalingen aangaande
"het in voorschot geven van Ieder aan
schoenmakers, welke terstond in wer
king treedt.
Het standaandgewicht van ieder is
vastgesteld voor .manssohoenen vanaf
no. 40 0.250 K.G. vrouwenschoenen
grooter dan no. 42 0.250 K.G. onder-
mansschoenen no. 36)39 0.200 K.G.
vrouwenschoenen no. 36]42 0.175 K.G.
tenderschoenen no. 31j35 0.150 K.G.
kinderschoenen no, 24|30 O.fOO K.G.
De maximum-kleinihandelorijs voor
leder aan zelfreaairateurs is vastgesteld
op 0.56 per H.G.
iDe schoenmaker kan voor het voor
zien van schoenen met nieuwe zolen en
(hakken ten (hoogste berekenen mans-
en vrouwenschoenen over no. 42 ƒ3 en
3.75 ondenmans no. 3639 2.70 en
3.35 vrouwenschoenen no. 36A2
f 2.35 en 2.85 kinderschoenen nó. 31-
35 1.85 en 2.30 kinderschoenen no.
24—30 1.50 en 1.85.
Schoenwinkel ie-rs en schoenmakers
en verdere belanghebbenden worden
uitgenoodigd op het distribuitiebuireau
inzage te nemen van 'het vorengenoem
de bijvoegsel der Staatscourant no. 237.
Vlissingen, 12 Oetoiber 19)8.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
VERORDENING.
De Commandant der stelling van de
monden der Maas en der Schelde
(ooiimmandio Zeeland). gezien de arti
kelen 22, 23 en 33 der Wet van 23 Mei
1899 (Stbl. no. 128) gelet op de Wet
van den 17en Juni 1918 (Stbl. no. 410),
houdende .nadere voorzieningen in -de
tegenwoordige 'buitengewone omstan
digheden betreffende 'het toezicht op
hier te lande vertoevende vreemdelin
gen alsmede ihet Kon. besluit van den
16en Augustus 1918 (.Stbl. no. 521),
houdende nadere voorschriften, betref
fende liet toezicht op ihiier te lande ver
toevende vreemdelingen; overwegende,
dat het wenschelijk is nadere voor
schriften vast te stellen, nopens tiet
verkeer in 'Jn gezagsgebied, den toe
gang tot dn het verlaten van dat ge
bied over ide Rijksgrens met betrekking
tot vreemdelingen, alsmede nopens den
toegang tort en het verkeer in ihet alge
meen in de 100 -meter-Rijksgrenssfrook;
heeft 'goedgevonden de navolgende
verordening vast te stellen
Artikel 1. De navolgende verorde
ningen zijn ingetrokken
ijuweelen zijn zonder eenigen twijfel
vernietigd. Welk bewijs hoopt gij on
der dergelijke omstandigheden nog te
kunnen vinden Het ware een dwaas
heid, te willen gelooven, düt Borg vrij
willig of 'gedwongen zijn schuld zou
(bekennen, en er zijn geen argumenten
om onze achtendocht tegen hem in de
oogen der politie te doen gelden. Daar
om raad ik u thans ten tweeden male
onvoorwaardelijk af, zelf stappen te
doen, wier inoodlottipe gevolgen op uw
eigen Ihoofd kunnen neerkomen. Gij
zandt daardoor slechts u zelf ihet wa
pen antnemen, waarvan t?e u later mis
schien met goed gevolg bedienen kunt.
Schenkt ge mij vertrouwen
„Zeker zeide het jonge mensoh, bij
wiein deze raadgeving geen moedge-
venden indruk had teweeg gebracht.
„Dan verzoek ik u no°maais mij de
behartiging uwer belangen over te la
ten. Gij zult u in uw vertrouwen niet
bedrogen zien. Geloof mij, ik weet meer
dan gij ik heb den tijd niet nutteloos
laten voorbijgaan en veel vernomen,
maar, hoeveel het ook gijn «odht, niet
toereikend om het feit gis onbetwist
baar bloot te leggen. Ik izeide u reeds,
dat wij ons van den eenen booswicht
moeten (bedienen,'om den andier te ont
maskeren en ik heb igegronde redenen
voor de veronderstelling dat mij dit ge
lukken zat. Daarop alleen kunnen en
moeten wij pjjze Jjswp vestigen,"
le. ide verordening van 19 Juni 1915,
'houdende bepalingen betreffende het
verblijf (in ide 50 meter-Rijksgrens-
stroolt van het in hoofde dezes ge
noemde gezamsgebied
2e. de verordening van 7 Januari
1917, 'houdende bepalingen nopens den
aan vreemdelingen te verleenen toe
gang over de Rijksgrens van Zceuwisch-
Vlaanderen
3. De veroideninf van 15 Maart 1917,
•houdende bepalingen nopens het ver
blijf en de registratie van vreemde de
serteurs in Zeeuwsoh-Vlaanderen.
Art. 2. Onder vreemde deserteurs in
-den zin dezer verordening wonden ver
staan alle vreemdelingen, die zich heb
ben onttrokken aan hunne verplichtin
gen ten aanzien van den krijgsdienst
tegenover eene buitenlandsche mo
gendheid.
Omder doorlaatposten worden ver
staan de posten bedoeld in artikel 31,
le van 'het IC. B. van 16 Augustus 1918
(Stbl. no. 521) (Vreemdeiinigcnreigle-
ment).
Onder Rijksgrens wordt verstaan de
Rijksgrens te land.
Art. 3. De toegang tot, alsmede het
verkeer binnen eeniig gedeelte der 100
meter-Rijksgrensstrook is voor ieder
verboden, tenzij 'men voorzien is van
een daartoe strekkend bewijs, v,an door
den 'Commandant in Zeeland vastge
steld model, afgegeven door 'het hoofd
van eene der navolgende gemeenten
Clinge, St. Jansteen, Koewacht, Over
slag, Zuiddorpe, Sas van Gent, Philip
pine, IJzendijke, St. Kruis, Eede, Sluis,
Retranohement.
Art. 4. Een ieder, aan w.ien een be
wijs .als bedoeld in artikel 3 'is uitge
reikt, is verplicht, zoolang hij in de
100 meter-Rijksgrensstrook van het in
hoofde dezes genoemde gebied ver
keert, dit bewijs steeds ibij zicfh te dra
gen en op eerste .aanvraag te vertoo-
nen aan een «Ier ambtenaren bedoeld
in art. 19.
Art. 5. Het is aan een ieder verboden
zich met behulp van een alain een ander
uitgereikt bewijs als bedoeld .in- artikel
3, voor dien ander uit te geven.
Art. 6. Het bepaalde in art. 3, is niet
van toepassing op
le. openbare ambtenaren in de uit
oefening hunner bediening
2e. vreemdelingen, .zoolang de uit
voering van eenige bepaling van het
K. iB. van 16 Augustus 1918 (Stbl. no.
521), (VneeindeKnige.i.eglement), dan
wel van eenige bepaling dezer veror
dening hun verkeer an de 100 meter-
Rijksgrensstrook noodzakelijk maakt.
Art. 7. Met ingang van de inwerking
treding dezer verordening zijn alie
door of vanwege eenigen militairen on-
dercommandant in het in hoofde dezes
genoemd giezagsgebied afgegeven of af
te geven passen, den houder recht ge
vende tot den toegang tot of het ver
keer binnen ihet terrein bedoeld bij arti
kel 1 der bij deze 'verordening inge
trokken verordening van den toermiali-
gen Terrltorialen Bevelhebber in Zee
land van 19 Juni 1915,dan wel het ter
rein bedoeld in art. 3 dezer verordening
van onwaarde.
Art. 8. De toegang tot en het verla
ten van het in hoofde dezes genoemde
gezagsgebied over de Rijksgrens wordt
aan vreemdelingen uitsluitend verleend
langs een der doorlaatposten daartoe
door het imilitair gezag ingesteld..
Ant. 9. Voor het verkrijgen van den
toegang in het vorige artikel bedoekt
is noodig dat de vreemdeling ten ge
noegt van het 'hoofd van een der in ar
tikel 3 genoemde gemeenten, dan '/el
van de gemeente van eerste aankomst,
kan aantoonen dat hij in het bezit is
van voldoende geoorloofde middelen
van bestaan of deze door werkzaam-
„En alvorens deze hoop zich verwe
zenlijkt, zal Borg de echtgenoot van
mevrouw Blöte zijn bracht Rudolf
ongeduldig dn het .midden.
Een spottende glimlach gleed over
de lippen van Von Bremen.
„Zoo 'schielijk zal de bruiloft wel niet
op de verloving volgen," ging (hij voort,
„en wanneer het mocht gebeuren, zou
dit voor u nadeel (kunnen opleveren
„Mevrouw Blöte zou gecompromit
teerd zijn..."
„Door onze schuld? Wanneer zij zoo
onverstandig is, zich door een avontu
rier te laten 'bedriegen.
„Is de avonturier (haar man, dan zat
zij hem verdedigen en iedere aanklacht
tegen hem als laster beschouwen. Wij
zijn dan dn een moeilijker positie tegen
over hem dan heden, en daarom acht ik
het een duren plicht, dat de aanklacht
onverwijld worde ingesteld".
„Wilt gij het niet anders, dn 's He-
mets naam I" zeide Von Bremen, maar
van mijn raad en bijstand moet g" .dan
afzien want ik beschouw deze han
delwijze als een Wijlt van .wantrouwen
tegen mij len ben ook niet genegen, tijd
en .moeite voor een verloren zaak ten
offer te brengen. Wilt gij mij echter uw
vertrouwen schenken en u van eiken
stap onthouden, dan kunt gij er op re
kenen dat gij het doel .bereiken zuft
ja, ik beloof u zelfs, dat de bruiloft niet
za! plaats vinden."
heid kan verkrijgen, en van een buiten-
laiiidsch paspoort als. bedoeld in artikel
2 der Wet van 13 Augustus 1849 (Stbl.
no. 39) (Vreemdelingenwet), dan wel
van andere geleibrieven, mits daaruit
blijke wie de houder is en van waar en
niet welk doel hij herwaarts komt.
'Diit paspoort (c. ,q. deze geleibrie
ven) moet(en) op de eerste vordering
van een ider in artikel 19 bedoelde amb
tenaren worden vertoond.
(Bedoeld art. 2 van geinetde wet
luidt
De toelating .heeft plaats op een re
gelmatig buitenlan'dsch paspoort.
Buiteniiaindsche paspoo-nten zijn re
gelmatig, wanneer zij zijn
a. .afgegeven door of vanwege de re
geering van ihet tand. waartoe ide
vreemdeling behoort
b. geviseerd voior de reis herwaarts
door een Nedertanidsdhen dipiomatie-
ken of oonsuiairen agent bij die re'gee-
ring
c. niet verjaard.)
Art. 10. Het overschrijden van de
Rijksgrens van het in hoofde .dezes ge
noemde igezagsgebiied is ook voor de
houders van de in artikel 14 bedoelde
passen verboden vanaf een half uur na
zonsondergang tot aan een half uur
voor zonsopkomst.
Van diit verbod ikan, op aanvrage en
op voorstel van 'het hoofd der gemeen
te, waarin het te overschrijden gedeelte
der Rijksgrens gelegen is, door den
■Commandant in Zeeland ontheffing
worden verleend.
Art. 11. Iedere vreemdeling, die over
de Rijksgrens het in hoofde dezes ge
noemde igezagsgebiied binnen komt, is
ver.pliaht door den Commadant van den
doorlaatpost, waar hij de grens over
schrijdt, .zijn paspoort (c.q. geleibrie
ven) .bedoeld bij artikel 9 te doen af
stempelen.
Art. 12. Het .verlaten over de Rijks
grens van (hei in hoofde dezes gcoesn-
de gezagsgeoied wordt aar. vreemde
lingen niet toegestaan dan nadat zij
aan den doorlaatpost, waarlangs zij de
Rijksgrens wenschen te overschrijden,
hunne voor vertrek afgestempelde
identiteitskaart of controlepas, als be
doeld' bij het K. B. van 16 Augustus
1918 (Stbl no. 521) (Vreemdelingen-
reglement), hebben afgegeven.
Art. 13. Aan een vneamdelieg mag de
toegang tot het Jn hoofde dezes ge
noemde gezagsgebied over de Rijks
grens van Zeeuwsdh-Vlaanderen niet
worden geweigerd, .indien deze weige
ring voor hem lijfsgevaar of vrijheihï-
beneming tengevolge zou kunnen heb
ben, zulks ter beoordeeling van iet
hoofd der gemeente, waar de Rijks
grens wordt overschreden.
(Met naime mag deze toegang niet
worden geweigerd aan vreemde deser
teurs en ontvluchte krijgsgevangenen).
De artikelen 8, 9, 10 en 11 zijn als
dan niet van toepassing.
Art. 14. Aan hier le lande niet woon
achtige personen, die ter beoordeeling
van den Commandant ivan West-, resp.
Oost-Zeeuw,sch-Vlaanderen ten be
hoeve van hunne beroepsbezigheden of
kostwinning veelvuldig de grens moe
ten overschrijden en hier verkeer,1!
zonder dat daaraan nodbtains naeh; lo
gies (hier te lande verbanden is, kunn.in
door dezen oomntondaint „passen tot
grensoverschrijding" worden uitge
reikt.
De aanvraag daartoe moet gericht
woinden 'aan den bij de piaats van
grensoverschrijding .naastbijzijnden
brigade-commandant der Koninklijke
m,areahau9sêe, die deze aanvrage, voor
zien van zijn adtvies, doorzendt aan
vorengenoemden commandant, die met
de uil re,i king is betast.
Het model van deze passen, waarop
Rudolf keek vefbaasd op want er
lag een Overtuigende zekerheid in den
bedaarden, vasten toon, waarop Von
Bremen deze woorden gesproten Ihad.
„Meent gij dit inderdaad te kunnen
beloven vroeg 'hij.
„Wanneer lik het u zeg, dan kunt gij
mij ook gelooven ik izou de belofte
niet doen, wanneer ik niet 'zeker van
mij-n zaak -was."
„Welnu, ik iwil geduld hebben en den
uitslag uwer bemoeiingen (afwachten,"
antwoordde de sdhilder, terwijl een
zucht zijn .borst ontsnapte „gij weet
hoeveel voor mij daarvan afhangt."
„Voor u en voor de jonge dame, die
u vermoedelijk geheel haar leven voor
uw ■welwillendheid jegens haar moe-
-dier dankbaar zal zijn," zeide Von Bre
inen lachend. „En geduld kunt ge im
mers ook hebben, igij ihebt in elk geval
nog eenige dagen tijd, en deze dagen
wil ik mij ten nutte imaken, om mij op
den baron ie wreken.Wanneer dat ge
schied is, dan Iaat ik u 'den ander over,
dien ik tot izoolang ais werktuig moet
gebruiken."
Rudolf had zijn nortefeuille uit den
zak gehaald hij nam er een stuk pa
pier uit, hetwelk hij den edelfnan ter
hand stelde.
„Het is de ongeteekende dreigbrief,
dien mevrouw Blöte ontvangen heeft,"
zei ihij „de jongejuffrouw heeft hem
mij gegeven en nu zult gij hem hebben
op overeenkomstige wijze de artikelen
4 en 5 wan toepassing zijn, wordt door
den Commandant in Zeeland vastge
steld.
Deze pas geeft, .In afwijking van het
bepaalde bij artikel 3, den vreemde'ing
in zooverre het reatvt van toegang tot
en verkeer binnen de 100 meter-Rijks
grensstrook, ais in dien pas nader is
vermeld.
Art. 15. De artikelen 8, 9, 11 en 12
zijn niet van toepassing op den recht-
matlgen houder van een pas als be
doeld in .artikel 14.
Ant. 16. Het is aan vreemde deser
teurs, die na .de inwerkingtreding dezer
verordening Nederland zijn binnenge
komen, verboden in het in hoofde de
zes genoemde giezagsgebied te vertee
ren, voorzofoverre niet de uitvoering
van eenige bepaling van liet K. B. van
16 Augustus 1918 (Stbl. no. 521)
(Vreemdelingen-reglement), dan wel
van eenige bepaling dezer'verordening
dit verkeer voor hen noodzakelijk
maakt.
Art. 17. Het is een ieder vetiboden
aan iemand, van wien men weet ol re
delijkenwijs kan venmoeden, dal hij,
vreemde deserteur zijnde, zich in strijd
met ihet in artikel 16 bepaalde in het i.n
hoofde dezes genoemde gezagsgebied
ophoudt, (huisvesting, Weeding of werk
tc verschaffen.
Art. 18. Overtreding dezer verorde
ning iworldt gestraft overeenkomstig de
bepalingen voorkomende in hoofdstuk
IV der 'Wet van 23 Mei 1899 (Stbl. no.
128).
Art. 19. Met het opsporen van over
tredingen dezer verordening zijn belast
de ambtenaren, bedoeld in artikel 8
Wetboek van Strafverordening, de
ambtenaren der Koninklijke mare
chaussee, de ambtenaren der invoer
rechten- en aocijnzen, Ihet personeel van
doorlaatposten, alle als onbezoldigd
rijksveldwachter, dan. we! krachtens
artikel 50 de.r Wet van 23 Mei 1899
(Stbl no. 128) aangestelde en be-
eediigde personen, alsmede alle verdere
ambtenaren van Rijk-s- en gemeente
politie.
Ant. 20. Deze verordening treedt in
werking op 17 October 1918.
Uitgevaardigd te Middelburg, den
6en October 1918.
De Commandant voornoemd.
De Vice-Admiraal,
W. C. J. SMIT.
Afgekondigd' te Vlissingen, ais ter
plaatse gebruikelijk, den 14 October
1918.
De Burgemeester,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
BINNENLAND
Geen vluchtelingen naar Nederland
Aan het sfation te Roosendaal is be
richt ontvangen van de Duitscbe be
zetting te Essen, dat telegrafisch be
richt is ontvangen van den generaal-
commandant te Brussel, volgens het
welk geen vluchtelingen naar Nederland
gaan. 150.000 vluchtelingen zijn in de
voorsteden van Brussel ondergebracht-
De Belgische gezant te 's Gravenhage
heeft verklaard dat de Franrche en
Belgische Regeeringen de Nederland-
sche niet h- bben verzocht de quaestie
der Belgische en Fransche geevacunet-
dee te behandelen met de leiders van
het Belgisch Nationaal Comi'é en de
Belgische Reüefcommissie. De Fransche
vluchtelingen, die in Henegouwen, Na
men en Brabant zijn, worden verzetgd
door bemiddeling van het Nat Comité
en de Belgische autorireiten. Te Brugse!
wordt huisvesting in gereedheid ge
bracht voor 150.000 geëvacueerdsn.
voo.r het geval hij tot b&wijsmkMel
moet strekken."
Von Bremen las den brief aandach
tig -daarna knikte hii (goedkeurend.
„Borg zeif zal ihem piet geschreven
hebben," iz^ide hij, „maar de stijl komt
ook niet overeen inet ihet sdhrift wij
zullen zien. Is u de inhoud dier ge
vaarlijke papieren wetlidht bekend
„Neen, ik -weet alleen, dat zij familie
geheimen bevatten, wier openbaarma
king voor mevrouw Blöte ivër wan ge-
wensoht kan zijn."
„Dat is voldoende nauwkeuriger
behoef ik niet ingel'ia'ht -te wonden de
geheimen van andere personen met
welke iik niets te maken heb, boezemen
mij geen belang in. En thans verzoek
ik u nogmaals: wees geduldig en wacht
in stilte af, tot ik u nadere mededeelin-
gen verstrek en u tot handelen uitnoo-
dig. Gij zult dan de bewijzen van -mij
ontvangen, dSe oodig zijn om den avon
turier te ontmaskeren. Wanneer begint
gij uw arbeid op Fallersleben
„Morgen." antwoordde Rudolf, die
reeds aan de deur stond.
„Goed, ik zal u -dus weldra op Fal
lersleben terugzien."
Het jonge mensch verwijderde zich.
Von Bremen begaf zich onverwijld in
zijn slaapkamer, om toilet te make.n en
verliet na weinige oogenblikken even
eens het huis.
(Wordt vervolgd.)