MAANDAG 14 EEKBA1K TE 2IE1IKZIE o brieven. MURK, Mil FEUILLETON RIEVEN in omloop op ec. 1915 f 4.828200 ec. 1916 -5.586358 ec. 1917 - 6.908058 eerdering In 1917 f 1.321.768. irijgbaar 1°/ /a a 98=/, 7o isingen bij de Heeren i EGÈRS ZOOM en tc j urg bij de. Heeren 1 VAN TEVL1N0EN. De Directie IK. H. j. KORLVINKE, lijd is een Wekker en net jevende Plast, aatom uw uurwerke» I ran licht. Prijs vaor lier-1 a f 2,50, voor wekkers I I. Ider lieht gegarandeerd Aanbevelend, J. W1LLLMSE, Zilver en Uurwerken,| SOUBURO. ft B 121. MlflBELBSItB. I ng van gevoelige voeten, sterdam. )lak, rste Kamer, rus, Schoolopziener, rymakers, Oud-Se- •Generaal der Rijks- jringsbank. Vintershoven, Gep. ol. 0.1.L. Amersfoort, r ris. hten, onder wie Joh. r.J Wackle Eijsten, A. J. M. Garjeanne, Dr.J. M. Hoogvliet, i mannen van naam 7 irigenieurs, 6Ac- ir ons georganiseerd o.m. in Staats wetenschappen Journalistiek Kunst Handschrift- verbetering ss, voor ALLE S acten, L. O. iloma's, Staats- Rechten, Ge- ,d, Accountant, richter en -Tee- aedrUfsleider' lergeyordarden nlijk sonfact to ekende correctie liiliike conditife" onze afde&li"9 ©eds resultaten sefing ftduieza» Ing tot Amb- vezen. da Interessant» TTNO- 242^atargang 1918 /USSINGSCHE COURANT ADVERTENTIE-PRIJS Vm 4 regels 0.70 voor Iedere rfEe! meer 17V, cent; plaatsing 3|2 X 1 Lii abonnement speciale prijs. Recla mes 35 ceï,t Per re"el' Dtenstaaable- Sjngen en dienstaanvragen 19 cent «er regel, bij contante betaling. Familieberichten van 1—6 regels j'l.lB, iedere regel meer 17% cent. ABONNEMENTS-PRJJS Voor Vlissingen en gemeenten op Walcheren 1.70 per drie maanden. Franco door het gelreele rijk f 2. Week-abonnementen 13 cent. Afzon derlijke nummers 3 cent. iSiNTS&iïïui" AARDAPPELEN. De Burgemeester van Vi'rissingen maakt beke'rrd dat mei ingang van 14 October 1918 ide 'maximum kleinlian- idelprijs van de te verstrekken klei aard appelen wondt gesteld op 8 cents per K.G., zoodat de prijs van 91/, cents genoemd in de publicatie der regee- rangsgoederen vanaf iheden komt te vervallen. VSissiBgen, 14 October 1918. 'De Burgemeester voornoemd. VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. MELK. De Burgemeester van Vlissingen maakt bekend dat met ingang van 13 ■October 1918 de maximum kleinhan delsprijzen voor consumptiemel'k wor den .gesteld op 17 en 18 cents in plaats van de vroeger voor Vlissingen vast gestelde prijzen van 16 en 17 cents. Voor verdere 'bijzonderheden wordt verwezen naar Staatscourant no. 238, welke ter lezing ligt op Ihet distributie- bureau. Vlissingen, 14 October 1918. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. HUIDEN, LEDER EN LOOISTOFFEN, REPARATIELEDER EN SCHOENEN. De Burgemeester van Vlissingen maakt bekend rfait aan Staatscourant no. 237 een speciaal bijvoegsel is toe gevoegd betreffende distributie van huiden, leder en looistoffen benevens een distrubrtekegetinig voor reparatie leder en schoenen. Zoo ooit dan zullen thans geen oude schoenen magen wor den weggeworpen, voordat men nieu we heeft. Hot lis taak am niet dan in uiterste noodzakelijkheid nieuwe schoe nen te verstrekken of reparatie te doen uitroeren. Hij die op werkdagen op klompen pleegt te kropen, kan geacht worden aan één paar Iheeie schoenen voldoende te hebben vereischen deze herstelling dan kan dat in "den loop van een iweeik geschieden opdat «tot paar weer vóór den Zondag draagbaar is. Wie echter dagelijks op schoenen Joopt zal ten minste twee paar behoeven, al ■ware ihet alleen maar om Ihet ééne paar te kunnen dragen gedurende den tijd dat het andere bij den schoenmaker in reparatie is. •Overbodige luxe is uitgesloten, als mede Ihet stellen van een welstands- grens. Onttrent verklaringen voor werkelijk bestaande beboette zullen formulieren verkrijgbaar wonden gesteld op het distributiebureau, welke nauwkeurig zullen worden gecontroleerd door een speciaal ingestelde commissie. Onbruikbaar geworden schoenen zul len volgens een nader te treffen rege ling beschikbaar komen voor minder draagkradh tijgen. 79.) >.En daardoor hadt -gij alles bedor en", zeide Von Breinen .bedaard. „Gij kunt .niet bewijzen, dat Borg den dief stal bedreven Iheeft gij (kunt er niets ■tegen inbrengen, wanneer 'hij beweert, de papieren van een onbekende te deb ate ontvangen en dat gij aastere, be tere toewijzen van zijn schutd bij hem of 'n zijn woning zult vinden, getoof ik roet. Ik deel uw zienswijze, dat hij zelf de dief is maar iwi.lt gij hem aanj.la- Een, dam moet ige uw beschuldigiiig öMr,deugdelijke bewijzen kunnen sta- "En dit kan siechlts door een huis- r?pP'aa*s vinden. Jk weet werke- |"ik niet, welke stappen ik doen moet, mijn verlegenheid ij izooveel te groo- ,tr. daar die stappen schielijk moeten Waan worden." "Jk vrees dat de huiszoeking nu teas te laat zou komen," viel Von Bre- en hem in de rede. „De papieren zul- ««edsin handen der dame zijn het deSia u!'S®gcven, ihet kistje heeft men suids in itet meer gevoncléP.. en de Het zal vaststaan dat een ieder Slechts in één gemeente bans zal kun nen vertkrijigen. Voor vreemdelingen en voor hen die een zwervend leven lei den lis een schoenen- en ireparatiebewijs in voorbereiding. Sdhoenen- en reparatiebonnen zullen over het ige'heeje land gekligjheid heb bes. Met den meeaten nadruk wordt er opmerkzaam op gemaakt dat het niet mogelijk is voor ontvreemde of op an dere wijze te loor gegane (bonnen nieuwe te verstrekken. Be rantsoeweering voor zoover sdlioenen betrekt strekt zich niet ver der uit dan tot „schoenen met lederen of rubberzolen en waarvan de schach ten geheel of gedeeltelijk uit leder be staan." De rantsoeheening voor zoover re- paratieiedór betreft, strekt zich .niet ver der uit idanntot het voorzien van schoe nen met nieuwe zolen en hakken. Het opzetten van stukjes en andere zijn ideilhalve vrij mits daartoe afvalle- der uit sohoenmakerijen wordt gebe zigd. De bepalingen der idistritbutierege- tinig -voornoemd treden in werking op één nader te bepalen, d'a.g ,raet uitzon dering van de bepalingen aangaande "het in voorschot geven van Ieder aan schoenmakers, welke terstond in wer king treedt. Het standaandgewicht van ieder is vastgesteld voor .manssohoenen vanaf no. 40 0.250 K.G. vrouwenschoenen grooter dan no. 42 0.250 K.G. onder- mansschoenen no. 36)39 0.200 K.G. vrouwenschoenen no. 36]42 0.175 K.G. tenderschoenen no. 31j35 0.150 K.G. kinderschoenen no, 24|30 O.fOO K.G. De maximum-kleinihandelorijs voor leder aan zelfreaairateurs is vastgesteld op 0.56 per H.G. iDe schoenmaker kan voor het voor zien van schoenen met nieuwe zolen en (hakken ten (hoogste berekenen mans- en vrouwenschoenen over no. 42 ƒ3 en 3.75 ondenmans no. 3639 2.70 en 3.35 vrouwenschoenen no. 36A2 f 2.35 en 2.85 kinderschoenen nó. 31- 35 1.85 en 2.30 kinderschoenen no. 24—30 1.50 en 1.85. Schoenwinkel ie-rs en schoenmakers en verdere belanghebbenden worden uitgenoodigd op het distribuitiebuireau inzage te nemen van 'het vorengenoem de bijvoegsel der Staatscourant no. 237. Vlissingen, 12 Oetoiber 19)8. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. VERORDENING. De Commandant der stelling van de monden der Maas en der Schelde (ooiimmandio Zeeland). gezien de arti kelen 22, 23 en 33 der Wet van 23 Mei 1899 (Stbl. no. 128) gelet op de Wet van den 17en Juni 1918 (Stbl. no. 410), houdende .nadere voorzieningen in -de tegenwoordige 'buitengewone omstan digheden betreffende 'het toezicht op hier te lande vertoevende vreemdelin gen alsmede ihet Kon. besluit van den 16en Augustus 1918 (.Stbl. no. 521), houdende nadere voorschriften, betref fende liet toezicht op ihiier te lande ver toevende vreemdelingen; overwegende, dat het wenschelijk is nadere voor schriften vast te stellen, nopens tiet verkeer in 'Jn gezagsgebied, den toe gang tot dn het verlaten van dat ge bied over ide Rijksgrens met betrekking tot vreemdelingen, alsmede nopens den toegang tort en het verkeer in ihet alge meen in de 100 -meter-Rijksgrenssfrook; heeft 'goedgevonden de navolgende verordening vast te stellen Artikel 1. De navolgende verorde ningen zijn ingetrokken ijuweelen zijn zonder eenigen twijfel vernietigd. Welk bewijs hoopt gij on der dergelijke omstandigheden nog te kunnen vinden Het ware een dwaas heid, te willen gelooven, düt Borg vrij willig of 'gedwongen zijn schuld zou (bekennen, en er zijn geen argumenten om onze achtendocht tegen hem in de oogen der politie te doen gelden. Daar om raad ik u thans ten tweeden male onvoorwaardelijk af, zelf stappen te doen, wier inoodlottipe gevolgen op uw eigen Ihoofd kunnen neerkomen. Gij zandt daardoor slechts u zelf ihet wa pen antnemen, waarvan t?e u later mis schien met goed gevolg bedienen kunt. Schenkt ge mij vertrouwen „Zeker zeide het jonge mensoh, bij wiein deze raadgeving geen moedge- venden indruk had teweeg gebracht. „Dan verzoek ik u no°maais mij de behartiging uwer belangen over te la ten. Gij zult u in uw vertrouwen niet bedrogen zien. Geloof mij, ik weet meer dan gij ik heb den tijd niet nutteloos laten voorbijgaan en veel vernomen, maar, hoeveel het ook gijn «odht, niet toereikend om het feit gis onbetwist baar bloot te leggen. Ik izeide u reeds, dat wij ons van den eenen booswicht moeten (bedienen,'om den andier te ont maskeren en ik heb igegronde redenen voor de veronderstelling dat mij dit ge lukken zat. Daarop alleen kunnen en moeten wij pjjze Jjswp vestigen," le. ide verordening van 19 Juni 1915, 'houdende bepalingen betreffende het verblijf (in ide 50 meter-Rijksgrens- stroolt van het in hoofde dezes ge noemde gezamsgebied 2e. de verordening van 7 Januari 1917, 'houdende bepalingen nopens den aan vreemdelingen te verleenen toe gang over de Rijksgrens van Zceuwisch- Vlaanderen 3. De veroideninf van 15 Maart 1917, •houdende bepalingen nopens het ver blijf en de registratie van vreemde de serteurs in Zeeuwsoh-Vlaanderen. Art. 2. Onder vreemde deserteurs in -den zin dezer verordening wonden ver staan alle vreemdelingen, die zich heb ben onttrokken aan hunne verplichtin gen ten aanzien van den krijgsdienst tegenover eene buitenlandsche mo gendheid. Omder doorlaatposten worden ver staan de posten bedoeld in artikel 31, le van 'het IC. B. van 16 Augustus 1918 (Stbl. no. 521) (Vreemdeiinigcnreigle- ment). Onder Rijksgrens wordt verstaan de Rijksgrens te land. Art. 3. De toegang tot, alsmede het verkeer binnen eeniig gedeelte der 100 meter-Rijksgrensstrook is voor ieder verboden, tenzij 'men voorzien is van een daartoe strekkend bewijs, v,an door den 'Commandant in Zeeland vastge steld model, afgegeven door 'het hoofd van eene der navolgende gemeenten Clinge, St. Jansteen, Koewacht, Over slag, Zuiddorpe, Sas van Gent, Philip pine, IJzendijke, St. Kruis, Eede, Sluis, Retranohement. Art. 4. Een ieder, aan w.ien een be wijs .als bedoeld in artikel 3 'is uitge reikt, is verplicht, zoolang hij in de 100 meter-Rijksgrensstrook van het in hoofde dezes genoemde gebied ver keert, dit bewijs steeds ibij zicfh te dra gen en op eerste .aanvraag te vertoo- nen aan een «Ier ambtenaren bedoeld in art. 19. Art. 5. Het is aan een ieder verboden zich met behulp van een alain een ander uitgereikt bewijs als bedoeld .in- artikel 3, voor dien ander uit te geven. Art. 6. Het bepaalde in art. 3, is niet van toepassing op le. openbare ambtenaren in de uit oefening hunner bediening 2e. vreemdelingen, .zoolang de uit voering van eenige bepaling van het K. iB. van 16 Augustus 1918 (Stbl. no. 521), (VneeindeKnige.i.eglement), dan wel van eenige bepaling dezer veror dening hun verkeer an de 100 meter- Rijksgrensstrook noodzakelijk maakt. Art. 7. Met ingang van de inwerking treding dezer verordening zijn alie door of vanwege eenigen militairen on- dercommandant in het in hoofde dezes genoemd giezagsgebied afgegeven of af te geven passen, den houder recht ge vende tot den toegang tot of het ver keer binnen ihet terrein bedoeld bij arti kel 1 der bij deze 'verordening inge trokken verordening van den toermiali- gen Terrltorialen Bevelhebber in Zee land van 19 Juni 1915,dan wel het ter rein bedoeld in art. 3 dezer verordening van onwaarde. Art. 8. De toegang tot en het verla ten van het in hoofde dezes genoemde gezagsgebied over de Rijksgrens wordt aan vreemdelingen uitsluitend verleend langs een der doorlaatposten daartoe door het imilitair gezag ingesteld.. Ant. 9. Voor het verkrijgen van den toegang in het vorige artikel bedoekt is noodig dat de vreemdeling ten ge noegt van het 'hoofd van een der in ar tikel 3 genoemde gemeenten, dan '/el van de gemeente van eerste aankomst, kan aantoonen dat hij in het bezit is van voldoende geoorloofde middelen van bestaan of deze door werkzaam- „En alvorens deze hoop zich verwe zenlijkt, zal Borg de echtgenoot van mevrouw Blöte zijn bracht Rudolf ongeduldig dn het .midden. Een spottende glimlach gleed over de lippen van Von Bremen. „Zoo 'schielijk zal de bruiloft wel niet op de verloving volgen," ging (hij voort, „en wanneer het mocht gebeuren, zou dit voor u nadeel (kunnen opleveren „Mevrouw Blöte zou gecompromit teerd zijn..." „Door onze schuld? Wanneer zij zoo onverstandig is, zich door een avontu rier te laten 'bedriegen. „Is de avonturier (haar man, dan zat zij hem verdedigen en iedere aanklacht tegen hem als laster beschouwen. Wij zijn dan dn een moeilijker positie tegen over hem dan heden, en daarom acht ik het een duren plicht, dat de aanklacht onverwijld worde ingesteld". „Wilt gij het niet anders, dn 's He- mets naam I" zeide Von Bremen, maar van mijn raad en bijstand moet g" .dan afzien want ik beschouw deze han delwijze als een Wijlt van .wantrouwen tegen mij len ben ook niet genegen, tijd en .moeite voor een verloren zaak ten offer te brengen. Wilt gij mij echter uw vertrouwen schenken en u van eiken stap onthouden, dan kunt gij er op re kenen dat gij het doel .bereiken zuft ja, ik beloof u zelfs, dat de bruiloft niet za! plaats vinden." heid kan verkrijgen, en van een buiten- laiiidsch paspoort als. bedoeld in artikel 2 der Wet van 13 Augustus 1849 (Stbl. no. 39) (Vreemdelingenwet), dan wel van andere geleibrieven, mits daaruit blijke wie de houder is en van waar en niet welk doel hij herwaarts komt. 'Diit paspoort (c. ,q. deze geleibrie ven) moet(en) op de eerste vordering van een ider in artikel 19 bedoelde amb tenaren worden vertoond. (Bedoeld art. 2 van geinetde wet luidt De toelating .heeft plaats op een re gelmatig buitenlan'dsch paspoort. Buiteniiaindsche paspoo-nten zijn re gelmatig, wanneer zij zijn a. .afgegeven door of vanwege de re geering van ihet tand. waartoe ide vreemdeling behoort b. geviseerd voior de reis herwaarts door een Nedertanidsdhen dipiomatie- ken of oonsuiairen agent bij die re'gee- ring c. niet verjaard.) Art. 10. Het overschrijden van de Rijksgrens van het in hoofde .dezes ge noemde igezagsgebiied is ook voor de houders van de in artikel 14 bedoelde passen verboden vanaf een half uur na zonsondergang tot aan een half uur voor zonsopkomst. Van diit verbod ikan, op aanvrage en op voorstel van 'het hoofd der gemeen te, waarin het te overschrijden gedeelte der Rijksgrens gelegen is, door den ■Commandant in Zeeland ontheffing worden verleend. Art. 11. Iedere vreemdeling, die over de Rijksgrens het in hoofde dezes ge noemde igezagsgebiied binnen komt, is ver.pliaht door den Commadant van den doorlaatpost, waar hij de grens over schrijdt, .zijn paspoort (c.q. geleibrie ven) .bedoeld bij artikel 9 te doen af stempelen. Art. 12. Het .verlaten over de Rijks grens van (hei in hoofde dezes gcoesn- de gezagsgeoied wordt aar. vreemde lingen niet toegestaan dan nadat zij aan den doorlaatpost, waarlangs zij de Rijksgrens wenschen te overschrijden, hunne voor vertrek afgestempelde identiteitskaart of controlepas, als be doeld' bij het K. B. van 16 Augustus 1918 (Stbl no. 521) (Vreemdelingen- reglement), hebben afgegeven. Art. 13. Aan een vneamdelieg mag de toegang tot het Jn hoofde dezes ge noemde gezagsgebied over de Rijks grens van Zeeuwsdh-Vlaanderen niet worden geweigerd, .indien deze weige ring voor hem lijfsgevaar of vrijheihï- beneming tengevolge zou kunnen heb ben, zulks ter beoordeeling van iet hoofd der gemeente, waar de Rijks grens wordt overschreden. (Met naime mag deze toegang niet worden geweigerd aan vreemde deser teurs en ontvluchte krijgsgevangenen). De artikelen 8, 9, 10 en 11 zijn als dan niet van toepassing. Art. 14. Aan hier le lande niet woon achtige personen, die ter beoordeeling van den Commandant ivan West-, resp. Oost-Zeeuw,sch-Vlaanderen ten be hoeve van hunne beroepsbezigheden of kostwinning veelvuldig de grens moe ten overschrijden en hier verkeer,1! zonder dat daaraan nodbtains naeh; lo gies (hier te lande verbanden is, kunn.in door dezen oomntondaint „passen tot grensoverschrijding" worden uitge reikt. De aanvraag daartoe moet gericht woinden 'aan den bij de piaats van grensoverschrijding .naastbijzijnden brigade-commandant der Koninklijke m,areahau9sêe, die deze aanvrage, voor zien van zijn adtvies, doorzendt aan vorengenoemden commandant, die met de uil re,i king is betast. Het model van deze passen, waarop Rudolf keek vefbaasd op want er lag een Overtuigende zekerheid in den bedaarden, vasten toon, waarop Von Bremen deze woorden gesproten Ihad. „Meent gij dit inderdaad te kunnen beloven vroeg 'hij. „Wanneer lik het u zeg, dan kunt gij mij ook gelooven ik izou de belofte niet doen, wanneer ik niet 'zeker van mij-n zaak -was." „Welnu, ik iwil geduld hebben en den uitslag uwer bemoeiingen (afwachten," antwoordde de sdhilder, terwijl een zucht zijn .borst ontsnapte „gij weet hoeveel voor mij daarvan afhangt." „Voor u en voor de jonge dame, die u vermoedelijk geheel haar leven voor uw ■welwillendheid jegens haar moe- -dier dankbaar zal zijn," zeide Von Bre inen lachend. „En geduld kunt ge im mers ook hebben, igij ihebt in elk geval nog eenige dagen tijd, en deze dagen wil ik mij ten nutte imaken, om mij op den baron ie wreken.Wanneer dat ge schied is, dan Iaat ik u 'den ander over, dien ik tot izoolang ais werktuig moet gebruiken." Rudolf had zijn nortefeuille uit den zak gehaald hij nam er een stuk pa pier uit, hetwelk hij den edelfnan ter hand stelde. „Het is de ongeteekende dreigbrief, dien mevrouw Blöte ontvangen heeft," zei ihij „de jongejuffrouw heeft hem mij gegeven en nu zult gij hem hebben op overeenkomstige wijze de artikelen 4 en 5 wan toepassing zijn, wordt door den Commandant in Zeeland vastge steld. Deze pas geeft, .In afwijking van het bepaalde bij artikel 3, den vreemde'ing in zooverre het reatvt van toegang tot en verkeer binnen de 100 meter-Rijks grensstrook, ais in dien pas nader is vermeld. Art. 15. De artikelen 8, 9, 11 en 12 zijn niet van toepassing op den recht- matlgen houder van een pas als be doeld in .artikel 14. Ant. 16. Het is aan vreemde deser teurs, die na .de inwerkingtreding dezer verordening Nederland zijn binnenge komen, verboden in het in hoofde de zes genoemde giezagsgebied te vertee ren, voorzofoverre niet de uitvoering van eenige bepaling van liet K. B. van 16 Augustus 1918 (Stbl. no. 521) (Vreemdelingen-reglement), dan wel van eenige bepaling dezer'verordening dit verkeer voor hen noodzakelijk maakt. Art. 17. Het is een ieder vetiboden aan iemand, van wien men weet ol re delijkenwijs kan venmoeden, dal hij, vreemde deserteur zijnde, zich in strijd met ihet in artikel 16 bepaalde in het i.n hoofde dezes genoemde gezagsgebied ophoudt, (huisvesting, Weeding of werk tc verschaffen. Art. 18. Overtreding dezer verorde ning iworldt gestraft overeenkomstig de bepalingen voorkomende in hoofdstuk IV der 'Wet van 23 Mei 1899 (Stbl. no. 128). Art. 19. Met het opsporen van over tredingen dezer verordening zijn belast de ambtenaren, bedoeld in artikel 8 Wetboek van Strafverordening, de ambtenaren der Koninklijke mare chaussee, de ambtenaren der invoer rechten- en aocijnzen, Ihet personeel van doorlaatposten, alle als onbezoldigd rijksveldwachter, dan. we! krachtens artikel 50 de.r Wet van 23 Mei 1899 (Stbl no. 128) aangestelde en be- eediigde personen, alsmede alle verdere ambtenaren van Rijk-s- en gemeente politie. Ant. 20. Deze verordening treedt in werking op 17 October 1918. Uitgevaardigd te Middelburg, den 6en October 1918. De Commandant voornoemd. De Vice-Admiraal, W. C. J. SMIT. Afgekondigd' te Vlissingen, ais ter plaatse gebruikelijk, den 14 October 1918. De Burgemeester, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. BINNENLAND Geen vluchtelingen naar Nederland Aan het sfation te Roosendaal is be richt ontvangen van de Duitscbe be zetting te Essen, dat telegrafisch be richt is ontvangen van den generaal- commandant te Brussel, volgens het welk geen vluchtelingen naar Nederland gaan. 150.000 vluchtelingen zijn in de voorsteden van Brussel ondergebracht- De Belgische gezant te 's Gravenhage heeft verklaard dat de Franrche en Belgische Regeeringen de Nederland- sche niet h- bben verzocht de quaestie der Belgische en Fransche geevacunet- dee te behandelen met de leiders van het Belgisch Nationaal Comi'é en de Belgische Reüefcommissie. De Fransche vluchtelingen, die in Henegouwen, Na men en Brabant zijn, worden verzetgd door bemiddeling van het Nat Comité en de Belgische autorireiten. Te Brugse! wordt huisvesting in gereedheid ge bracht voor 150.000 geëvacueerdsn. voo.r het geval hij tot b&wijsmkMel moet strekken." Von Bremen las den brief aandach tig -daarna knikte hii (goedkeurend. „Borg zeif zal ihem piet geschreven hebben," iz^ide hij, „maar de stijl komt ook niet overeen inet ihet sdhrift wij zullen zien. Is u de inhoud dier ge vaarlijke papieren wetlidht bekend „Neen, ik -weet alleen, dat zij familie geheimen bevatten, wier openbaarma king voor mevrouw Blöte ivër wan ge- wensoht kan zijn." „Dat is voldoende nauwkeuriger behoef ik niet ingel'ia'ht -te wonden de geheimen van andere personen met welke iik niets te maken heb, boezemen mij geen belang in. En thans verzoek ik u nogmaals: wees geduldig en wacht in stilte af, tot ik u nadere mededeelin- gen verstrek en u tot handelen uitnoo- dig. Gij zult dan de bewijzen van -mij ontvangen, dSe oodig zijn om den avon turier te ontmaskeren. Wanneer begint gij uw arbeid op Fallersleben „Morgen." antwoordde Rudolf, die reeds aan de deur stond. „Goed, ik zal u -dus weldra op Fal lersleben terugzien." Het jonge mensch verwijderde zich. Von Bremen begaf zich onverwijld in zijn slaapkamer, om toilet te make.n en verliet na weinige oogenblikken even eens het huis. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1918 | | pagina 1