DONDERDAG 24 JANUARI.
"gemeentebestuur"
KAMEROVERZICHT.
feuilleton
binnenland
ftio 20 "7fir Jaargang 191&
VLISSINGSCHE COURANT
abonnements-prijs
Voor Vlissingen en de gemeenten op
Walcheren: ƒ1.55 per ^maanden.
Franco door het geheele rijk L65.
Afzonderlijke nummers 3 cent.
advertentie-prijs
Van 1-^ regels 0.60 voor iedere
regel meer 15 cent plaatsing 3g X
bij abonnement speciale prijs.
mes 30 cent per regel. Dienstaanbiedin
gen en dienstaanvragen 7Vi cen' Per
regel, bij contante betaling.
Familieberichten v.ain 16 regels
i..f iedere regel meer 15 cent.
maximumprijzen van tarwe-
waterbroüd.
De Burgemeester van Vlissitrgen
.maakt bekend dat sfle Minister van
.Landbouw, Nijverheid en Handel Ih-eett
goedgevonden te bepalen, dat de ,maxi-
iin.umprijis voor tarwewaterbrood (ge
bakken van regieeringsbloem) .is vast-
gesteld op 35 cents per K.G. ffif 9 cent
per 250 gram, en voor tarwewater-
Ibrood (gebakken van regeeriirgslbloem
.onder rabbinaal toezicht) op 37 cents
per K.G. .of 9j/2 cent per 250 gram.
Vlissingen, 23 Januari 191.8.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
varkensvleesch.
De Burgemeester van Vlissingen
maakt bekend, dat de .Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel heeft
goedgevonden te .bepalen, dat met in
gang van Ihad-en zal zijn verboden
worst te bereiden van of met vankens-
vleesoh anders dan van of met afval
len, zooats .hart, lever en longen.
Door de Rijkscommissie van Tcie-
zidht o.p de V1eesdhvereeni,gi.ng, Hooge-
wal 16a te 's-Gra-venihage, ka:n onthef
fing worden verleend.
Vlissingen, 24 Januari 1918.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
manufacturen.
.De Burgemeester van Vlissingen
maakt bekend, dat zij, die manufac
turen in voorraad hebben, anders dan
voor gebruik door hem zelf of zijn ge
zin, 'zioh, uiterlijk 25 Januari 1918
schriftelijk moeten ridhten tot .het Rijks
bureau voor manufacturen, W.illem-
staat 54 te '.s-Gravenihage met vermel
ding van de kwaliteit (fabrikant, con-
fectione.u.r, grossier, winkelier, enz.) in
welke hij eigenaar of houder dier ma
nufacturen is.
Vlissingen, 24 Januari 1918.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
verbod voor aflevering en
vervoer van wol.
De Burgermeester van Vlissingen
■maakt bekend, idiat ide Minister van
Landbouw, .Nijverheid en .Handel Iheeft
goedgevonden te bepalen, dat Ihet ver
voer van alle .omgesponnen wol (ihetzij
ruw of gewassdhert) uit .eenig .deel
eener gemeente maar alle overige dee-
len des .Rijks, (hetzij (in of b.uiten die ge
meente gelegen, en de aflevering van
•wol .zijn verboden. Het verbod is niet
van toepassing op partijen «dineer- en
folootwol v.an fnilandisdhe sdhapen, ge-
idökit door 'een vervoerbewijs, afgege
ven idoor .den Hoofd-intenidant van (het
Leger, belast met de wolvordering, of
door .de verpdegings-oomimissie van .de
stellino. Amsterdam.
Ontheffing van (het verbod v,an ver
voer en (aflevering kunnen door den
minister, bovengenoemd, (worden ver
leend.
Vlissingen, 23 Januari 1918.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
vëkvoerverbod van uien en
kool.
De Burge.mee.ster .van Vlissingen
m/aakt bekend, dat d.e Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel heeft
goedgevonden te bepalen, .dat (het ver
voer van luien 'en kool uit eenig deel
van ide .provincies Zeeland, Noord-Bra
bant .en Zuid^Holland 'naar alle andere
deelen van (bet (Rijk; ihetzij in of buiten
die provincies gelegen, is verboden. Het
weibod (is niet van toepassing op het
venvoer vain uien en kool, gedekt door
een vervoerbewijs, afgegeven door de
Rijkscommissie van Toezicht o,p de
Vereeniging Groente-Centrale.
Vlissingen, 23 Januari 1918.
De Burgemeester voornoemd.
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
lupinenzaad.
>De 'Burgemeester van Vlissingen
.maakt bekend dat de Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel heeft
goedgevonden te bepalen, dat het be
houdens zijne bijzondere toestemming
verboden is Lu.pineniz.aad te verwer
ken of te doen verwerken of als grond
stof voor de bereiding van levensmid
delen of voeidenmiiddelen vo.o.r dieren
te gebruiken of te dioen .gebruiken.
Lupinerazaaid mag voor geen ander
doel ,da.n den zaai gebruikt of doen
gebruikt worden.
Vlissingen, 24 januari 1918.
(De Burgemeester voornoemd,
VAiN .DOORN VAN KOUDEKERKE.
prijsverhoog1ng van zwavel
zuren ammoniak.
De (Burgemeester v.an Vlissingen
miaakt bekend, dat de Minister .van
Landbouw, Nijverheid en .Handel iheeft
goedgevonden 'te bepalen, .dat de bij
zijne beschikking van 28 December
1916 vastgestelde prijs van ƒ35 voor
den groothandel, thans is verhoogd
voor zwavelzuren ammoniak, te .produ-
■ceeren of geproduceerd tassohen 1 Ja
nuari 'en 31 Maart 1918, o.p 55 per
100 K.G.
Voor het eerste kwartaal van 1918
wordt id.e maximumprijs van zwavel
zuur van 60° Bé voor •levering -aan fa
brieken voor verwerking tof zwavel
zuren ammoniak vastgesteld .o.p 11.54
per 100 K.G., .franco voor de fabriek
van 'den zwavelzuren amnion,iak-fabri-
kant.
Vlissingen, 23 Januari 19T8.
D.e Burgemeester voornoemd,
VAN (DOORN VAN KOUDEKERKE.
Vergadering van Woensdag.
O.ver het algemeen is de kritiek op
het (Onidenwijsbeleid van den Minister
niet gunstig. Integendeel. Van véle zij
den wend geklaagd over gemis aan
(kradht lb.ij de uitvoering van hetgeen
noodig .is. Men adht de instelling van
een afzonderlijk departement .ge-
iwensidht. Ben beetjebuimofistiscth
adhten 'wij echter ide -verzuchting van
den Iheer Limburg, diat d-an aan het
Ihoofd van dat departement een onder
wijsman zal komen. Leert de ervaring
dat een minister een vak-man is Be
halve aan justitie heeft aan iedeT de
partement wel eens het bewind gevoerd
een 'man, die het tegendeel van een
vakman was.
Een beeld der werkelijkheid.
76) (Nadni Temden.)
„Ook de.ze hulp was spoedig ver
dwenen, en toch zweer ik u, mijnheer,
dat ."ik nimmer een penning aan eigen
genoegen helb besteed. Ik "leefde voor
niets andens als voor mijne uitvinding.
Na dien tijd hoorde i.k niets meer van
mijne bloedverwanten ik was dood
voor hen. lik beproefde verscheidene
mannen tot imijne denkbeelden over te
'halen, en voor hunne kosten de zaak te
beginnen maar .de wereld is vol dom-
ooren niemand geloofde aan de mo
gelijkheid der zaak ik kon zelfs nie
mand bewegen in mijne weideplaats te
tarnen zien. Van daar, mijnheer, dat ik
het eindelijk gewaagd heb mij tot u te
wenden. Ilk heb u altijd hooren roemen
ais een man van kennis en van een
ondernemen de n geest. Wilt gij .mij ten
minste iverlheugen met de belofte tot
mij te zullen komen Zaodra gij gezien
z.uit hebben, zijt gij overtuigd, dat weet
ik va.n te voren."
Eimanuel de Jiosaoh had hem gedu
rende de laatste minuten geen seconde
uit het oog verloren. Het was alsof hij
tot in de meest verborgen schuilhoeken
van het hart van dien .man wilde door
dringen, en hij antwoordde langzaam
„Zalfk een bezoek bindt mij nog tot
niets en gij k.unt er dus op rekenen.
Maar mijn tafel staat gedekt, ik ben
alleen, en zoo gij mijn maal wilt dee
len, verlies ik zelf geen tijd en kunnen
wii verder samen praten."
De ongelukkige vond (geen woorden
genoeg óm zijn dank uit te spreken en
een oo.genlbtik later zaten beiden aan
den .welvoorzit-nen disch.
De bankier scheen er genoegen in te
vinden zijn gast de fijnste wijnen te
schenken en dwong hem telkens zoo
veel mogelijk van de versterkende spij
zen .te nuttigen.
Toen zijn honger ten laatste gestild
was, er 4. heer des huizes de bedien
den had weggezonden, vroeg hij
„.Gij zeidet mij daareven, met zulke
zware .vergiften te moeten werken.
Hebt gij. daarmede nog nooit een onge
luk gehad
iLussac schudde glimlachend het
hoofd.
„Nooit", antwoordde ihij. „Ik ga er
mede om, zooals de slangenbezweerder
met de gevaarlijkste adders. lik ken al
hunne streken van buiten."
Josaeh bekeek aandachtig zijn sigaar
en hernam .na een ©ogenblik stilte
„Uiwe uitvinding boezemt mij de
grootste .belangstelling in. Maar, ik
Maar .men wil .een afzonderlijk de
partement. De heeren Lobman, Van
Leeuwen, Gerhard, Limburg en Otto,
.ze hebben het alle imet nadruk betoogd.
Het felst tegên den Minister was de
Iheer Otto, die zijn rede scherp samen
vatte het (beleid van den Minister is
onvoldoende. De Minister houdt ter
nauwernood ide idiingen gaande eenig
kradhtig initiatief ga-at niet van hem
uit. Waar ide Minister nog imet eeniger-
lei maatregel- tornt, daar gebeurt dit
alleen hetzij gebonden 'door .een fatalen
termijn, hetzij als terugslag o.p (het ini
tiatief van ide Kamer. De (herziening van
art. 192 der Grondwet was slechts een
.politieke (daad en igeen .onderwijskun
dige maatregel. 'De herhaalde betuigin
gen .van den Minister kunnen ihet gemis
aan initiatief niet vergoeden, terwijl de
.bijzondere tijdsomstandigheden niet
langer ter verontschuldiging van de
werkelijkheid .kunnen strekken. De hou
ding van (den Minister achtte hij een
gevaar voor de voorstanders van het
openbaar onderwijs.
Hij 'had alle verslagen over (het on
derwijs nagegaan en 'daarin niets ge
vonden, dat iwees op een initiatief van
dezen Minister. Natuurlijk lokte -deze
iphilippioa .protesten uit. Uit de redhter-
zijidie 'waren het de heeren De V.isser en
Nolens die er tegen opkwamen uit de
linkerzijde kwam ide Iheer Ter Laan
(Den Haag) verklaren 'dat hij -niet aan
de „Hetze" tegen den Minister mee
deed. Deze bewindsman (had de gele
genheid voor onderwijs ruimer ge
maakt en imeer kan Ihij in verband met
de tijdsomstandigheden niet doen. Dat
■was ook de opvatting van den Minister
izelf. Deze zeilde ook meer te willen
habiben doen. Het voorzitterschap van
'den Ministerraad heeft Ihem echter zeer
in beslag genomen en daardoor bleef
zeer veel liggen, 'dat Ihij 'graag (had af
gedaan. Toch noemde hij de herziening
van art. 192 'een belangrijk feit, niet
alleen om ide politieke ibeteekenls doch
ook om de groote .ondemvijsbelangen,
die er aan verbonden zijn. Juist in ver
band daarmede erkende hij .de wen-
sdheüjitóheid van een afzonderlijk .depar
tement van onderwijs. Daarnaast iware
een centrale raad van advies niet ver
werpelijk. Deze raad 'blijft adviseerend
werkzaam en (kan dus vee.1 goeds
■doen.
Voor salarisverbeteringen van de
boiogleeraren en beambten aan de Uni
versiteiten wacht de Minister op het
rapport der'staatscommissie.
Bij ide artikelen bepleitte de !heer
Beumer salarisvenbetering voor de
leeraren aan de Rijlks H.B.S.'en, terwijl
de 'heer Ter Laan de samenstelling van
de examen-oomimissie Duitscfh M. O.
ibecritïseerde, die niet objectief is. De
Groningsdhe oandidaten worden door
hun eigen leenaar geëxamineerd en
juist in het (moeilijkste vak.
Het crisisministerie.
Naar verluidt, wordt het in ambte
lijke kringen niet voor onmogelijk ge
houden, dat een ambtenaar van het de-
parlement van landbouw zal worden
belast niet de leiding van het nieuwe
departement van crisiszaken. Als zoo
danig wordt de naam genoemd van een
referendaris aan het ministerie van land
bouw, die uitstekend met de crisis-aan
gelegenheden op de hoogte moet zijn
en die ook de samensteller is van de
memorie van antwoord betreffende het
ontwerp aangaande de beschikbaarstel
ling van levensmiddelen.
vrees dat gij, öf wel nooit zult slagen,
óf wel haar op een flinke schaal zult
moeten op touw zetten. Hoeveel bere
kent gij, dat er noodig zou wezen to.t
het huren en inrichten van een atelier,
op een der drukste standen der stad,
en dat gelijkvloers, of wel gij zult 'nooit
'iemand bij u krijgen en uw succes
zal vooral van het bezoek van nieuws
gierigen afhangen.
Maar daartoe i.s een zekere weelde
van omgeving noodig. Armoede schrikt
altijd af."
„Ik begrijp dat volkomen, mijnheer,
maar ilk .geloiof, dat i.k met twintigdui
zend francs al een heel eind zou ko
men."
„Hm i.k zie wel, dat gij u geen
denkbeeld maakt van de Parijsche
huurprijzen maar misschien met wat
goeden wil, zou ihet voor die som te
doen zijn. N.u blijft ons echter de vraag
over, hoeveel .gij behoeven izoudt tot
volmaking uwer materialen."
'Lussac, die .reeds vreesde, dat de
bankier zioh door zooveel onkosten zou
laten afschrikken, antwoordde niet dan
aarzelend
„Ook nog wel vijftienduizend francs."
„Laat ons liever eveneens twintig
mille nemen, want op het laatste oo-
gentolik valt alles altijd tegen welnu,
mijn waande mijnheer, dat vertegen
woordigt een hee-I kapitaal, en ik vrees
dat niemand iu dat zal afstaan."
„Niémand inderdaad", mompelde de
De „Nieuw* Amsterdam".
Van betrouwbare zijde wordt gemeld
dat het vast staat, dat de „Nieuw Am
sterdam" na aankomst in Amerika naar
ons land zal terugkeesen. De Ameri-
kaansche autoriteiten hadden daartegen,
in verhand met de nieuwe voorloopige
regeling inzake onze scheepvaart, geen
bezwaar.
De vertraging in het uitvaren zou
hieraan zijn toe te schrijven, dat de
directie der Holiand-Amerika-lijn nog
wachtende is op een schriftelijk bewijs,
dat het schip, ongemoeid door de duik-
booten, de reis naar Amerika zal kunnen
ondernemen.
Onze overeenkomst met Amerika.
De „Koln. Ztg." schrijft over het ver
huren van Nederlandsche schepen aan
Amerika: De neutraliteitsbreuk is be
dekt met de bepaling, dat deze schepen
niet in het spergebied zullen worden
gebruikt, alsof zij daardoor minder de
oorlogsbehoeften van onze vijanden
zouden dienen. Ieder schip, dat ergens
voor onze tegenstanders vaart, versterkt
de positie van den vijand. De neutrali
teitsbreuk blijft onmiskenbaar. Door het
verdrag met den vijand zijn de geleverde
schepen volgens het volkenrecht voor
ons vijandelijke schepen geworden,
daaraan zullen wij Nederland herinneren
als in verband met hetgeen moet komen
beproefd zal worden Duitsche misdaden
te construeeren.
De Rijksmiddelen.
Ai bleven in December de middelen
niet zoo stenk stijgen ais in de meeste
'voior.gflan.de maanden, met een accres
van 2.300.000 boven haar naamge
noot van 1916 maakt de maand toch
nog een zieer goed figuur. Echter wordt
tot dat eindresultaat bij lange na niet
zoo door de meeste middelen bijgedra
gen als in de voorgaande maanden
integendeel geeft het meerendeel
een meer of minder belangrijke daling
te .zien. Zonderen wij de 218.000 uit,
die het gevolg zijn van de iheffing dit
maal van 10 opcenten op de Inkom
sten- en Vermogensbelasting, dan komt
nagenoeg het geheele (accres voor re
kening van de registratierechten, die
waarischijlijik door reusachtige omzet
ten in onroerend goed en groote emis
sies van aandeelen 3.276.000, dat is
18% ton meer dan verleden jaar en 24
ton boven de raming voor één maand
opbrachten,alsmede van ,den geslachts-
aocijms, .die met ruim 1.5 millioen een
recordcijfer te zien gaf als gevolg van
het afslachten van veel vee. Grond-,
Personeele en Vermogensbelastingen
deden haar best met een stijging van
resp. 120.000, 80.000 en 84.000
de Inkomstenbelasting daarentegen gaf
voor het eerst weer eens een dalend
cijfer, t.iw. 390.000 de Zegelrechten
bleven 5>/2 ton achter de Invoerrech
ten weer eens 315.000 en .de Succes-
sieredhten hoewel de verfiaoging n.u
ten voile .werkt gingein bij het trou
wens zeer imooie, cijfer v.an 1916,
250.000 terug.
Over het geheele jaar is er nu een
aacres te constateeren van 36.406.000.
Accres is wellicht een minder juist
woord, want het doet denlken aan een
blijvende veifrooging, terwijl er alle re
den is om niet te durven hopen, dat
ook 1918 235 millioen aan belastin
gen zal zien binnenkomen. De hoofd
oorzaak toch' van het buitengewone
cijfer ligt bij de Inkomstenbelasting,
welke 15.230.000 meer opbracht,
(totaal voor 1917 47.863.000 tegen
32.691.000 vorig jaar) en een raming
van nagenoeg gelijk bedrag. Zeker
heeft de titanenarbeid van inspecteurs
ongelukkige, „mijn laatste hoop was
dan ook op u gevestigd."
„Zoo gij wist, hoeveel dergelijke be
zoeken ik ontving, zoudt gij inzien, dat
:ik binnen een jaar doodarm zou we
zen, indien ik ai .die ondernemingen
steunde, en hoe lief de wetenschap mij
ook zij., ik heb kinderen, en mag mij
dus niet berooven. van hetgeen hun
eenmaal rechtmatig zal toekomen. Is
het u echter allies waard, geholpen te
wiorden
En zijn doorborende blik rustte on
afgebroken op den uitvinder, wiens
zwak gelaat thans door een koortsach-
figen blos gekleurd werd.
„Alles, o, alles 1" riep hij uit.
IDe ongelukkige wijfelide een oogen-
Wilk. maar stotterde daarop
„lik zou niet kunnen stelen maar
voor de rest geloof ik, dat ik tot alles
in .staat zou .zijn o.m het doel van mijn
gansche leven te bereiken."
„Luister dan", en de bankier schoof
zijn stoel tot vlak naast hem, opdat
geen sterveling anders zijn woorden
zou kunnen Ihooren. „Ik besdhouw het
leven gelheel anders dan het meerenijieel
der menschen. Van het oogenblik af,
waarop een denkend wezen tot een ge
vaar wordt voor de (maatschappij, dat
hii op het punt staat duizenden ramp
zalig te maken, wordt hij in mijne
oogen nog slechts als een dolle hond,
dien het een plicht is af te maken."
Lussac antwoordde niet zijn voor
en accountants, die gewapend met
strenge straffen, tot betere aangiften
dreven, een belangrijk aandeel aan die
sterke stijging, maar grooter invloed
zal nog hebben gehad de in 1915 en
1916 gemaakte oorlogswinst en een
groote tenug.gang van het cijfer is dus
uit dien hoofde te iwachten. Tiot op ze
kere hoogte zal zulks ook wel gelden
van sommige andere middelen, welke
tot .het kolossale eindcijfer bijdroegen.
Of de Registratierechten (inclusief de
afgeschafte hypotheekrechten) een cij
fer van 19 millioen zulten blijven aan
wijzen, d.i. 7 millioen meer dan vorig
jaar en bijna 10 millioen m-eer dan
de, trouwens op de oude wet geba
seerde, raming, mag ernstig betwijfeld
worden de overdrachten van onroe
rend go-ad en de kapitaalsuitlbreidinigen
van vennootschappen .zullen wel niet
altijd zoo omvan-grijik -blijven. Ook de
Gesladhtsaccijns zal in meer normale
tijden een opbrengst va-n 12.500.000,
d.i. 5.8 millioen boven een normale ra
ming niet kunnen handhaven. Daaren
tegen zal de hooge oipbrenigst der Ze
gelrechten 13.4 millioen, zijnde 6.4
millioen boven de oude raming) zioh
allicht kunnen handhaven en mogen
wij hopen, dat de Successierechten,
door h.un veihooging het in 1918 bij
een opbrengst van 22(4 millioen bij
lange na niet laten zullen, terwijl oo,k
het bier, als gewone tijden terugkee-
ren, wel een paar millioen m-eer zal ge
ven. In het accres, dat dit middel aan
wees ad 653.000 zit bij lange na niet
wat de accijnsveiihooiging mocht doen
verwachten. Over (de toekomst van de
suikeropbrengst is moeilijk een oordeel
te geven. Dat zij in 1917, hoewel te
genwoordig in hpiofd.siom nog maar
22.5 per 100 K.G., 31.3 millioen op
bracht, dus weer 3.650.000 meer dan
in het reeds rijke jaar 1916 (is niet ge
makkelijk te verklaren, tenzij dan dat
er een ibreed-e zoom van lieden tot (wel
vaart kwam, die vnoeige-r weinig suiker
gebruikten. Hoofdsom en opcenten
(voor het leenin-gfomds) ivan dit middel,
te zam-en, welke evenveel bedragen als
vroeger de hoofdsom alleen, brachten
in 1917 bijna 38 millioen op tegen
22 millioen een jaar of zes geleden.
Bij den Gedistilleerdaccijms mogen wij
hopen iop een daling, wanneer niet
meer lerikelen exorbitant v-eel en ande
ren te weinig verdienen. De bijna 2
millioen, welkie h'et middel m'eer op
bracht, zijn zeker ook voor een deel
besteed door lieden, die wilden toonen
dat Po-sthuima's imillioenenregen voor
hen on-noiodig was.
Vermelden wij nog, dat d'e Grondbe
lasting, die meestal een paar ton stijgt,
in 1917 323.000 vooruitging, de Per-
someeile belasting niet alleen door
welvaart, doch ook door stijgen van
de huren 525.000 meer opbracht en
de wijnaccijms zeker wijl bier zoo
slecht te krijgen is 190.000 meer.
Van belang is o.ok die adhteruitgang
van de Vermogensbelasting, zij het met
slechts 242.000. (Lenin's optreden za!
in 1918 vermoedelijk wel een veel
sterkeren adhteruitgang van dit middel
tengevolge hebben.
Ten slotte de zwarte schapen van
den middelenstaat de Invoerrechten,
die 5.536.000 bij vorig jaar ten ach
terbleven met in hun gevolg het Sta-
fistiekreeht, dat voor het eerst geheven
slechts twee (derden van de lage ra
ming opbnaciht en de Loodsgelden, die
in 1917 tot een tiende van de normale
raming daalden en nog slechts een
kleine 4 ton gaven.
iDat 1917 met een tekort op den ge
wonen dienst zal eindigen, zelfs ai
werd ide afloop van dien dienst eens
juist bereikend d.i. ee;n millioen of
hoofd was met groote zweetdroppels
bedekt.
„(Er leeft een dergelijke mén", her
nam de financier, „een man, die de wa
pens in handen heeft, om ten eigen bate
eene der grootste, der roemrijkste on
dernemingen van ons land te verarmen
en ten gronde te doen g.aa,n. De aan
deelhouders zijnbijna zonder uitzonde
ring, kleine inidustrieelen of iwel lieden
die spaarpenningen van een leven van
arbeid in die .zaak steken. Zij zou bloei
en, indien de ellendeling hun lot niet
opofferde aan zijn brandenden dorst
steeds schatten te verzamelen. Welnu,
zift gij het met ,mij eens of niet, dat een
dergelijk schepsel van de aarde moet
verdwijnen
D'e uitvinder wierp zijn gastheer een
angstigen blik toe en vroeg aarzelend
„Maar zou de rechtbank zich daar
mede niet kunnen belasten
„Onmogelijk. 'De sclhiunk is vee! te
slim om ooit anidens als in het verbor
gene te handelen. Wilt gij waarlijk tot
eiken prijs uw onderneming o(p touw
zetten, d'an kan ik zorg dragen, dat
gij het daartoe benoodigde geld ont
vangt, ik bezorg u veertig im.il.ie, waar
op ik li heden reeds d.uiiziend franken
uitkeer. Het overige zult gij ontvangen
den dag waarop gij idie daad hebt vol
bracht."
(Wondt vervolgd.)