mm mus,
ZATERDAG IT NOVEMBER.
No. 273 1 Jaargang -—_j_ ™- ÊQ17 -
BINNENLAND
gij kt Ccursnt behoort een Bijvoegsel.
GEMEENTEBESTUUR
FEUILLETON
Oorlogsbeelden.
VLISSINGSCHE COURANT
wille van het vaderland, noodzakelijk
acht, niet mindermaar toch beletten
deze gevoelens ons niet een nog
grooteren afschuw van het moderne
oorlogsbedrijf te koesteren, dan wij
reeds zonder de aanschouwing dezer
oorlogsbeelden haddenmaar toch
zullen deze gevoelens ons niet de
cogen doen sluiten voor dit onom-
stootelijke feit, dat zelfs de partij die
eenmaal als triomfator uit hetwereid-
worstelperk zal te voorschijn treden,
er niet minder rampzalig, er niet
minder deerniswekkend aan toe zal
zijn, dan de overwonnene partij, en
dat de een zoowel als de ander voor
een geheel volgend menschenleven
gebukt moet gaan onder den cente-
naarslast van een verdelgingskrijg,
grooter dan de wereld er ooit een
heeft aanschouwd
Zand- en grind.
Te Lobith zijn ruim veertig schepen
geladen met grint aangehouden, als
zijnde over tijd. Deze schepen zijn gis
teravond weer naar Duitschland terug
gekeerd.
De poging tot samenwerking der
vrijzinnigen.
Aan het verslag van de onderhande
lingen betreffende samenwerking der vrij
zinnigen, ontleenen wij het volgende
Den 12den September heeft het Hoofd
bestuur der Lib. Uuie zich gewend tot
de hoofdbesturen der beide andere
vrijzinnige groepen, hen ieder uitnoo-
digend tot een bespreking over de mo
gelijkheid van samenwerking der vrij
zinnigen.
De conferentie met de gedelegeerden
van den Vrijz.-Dem. Bond had24Sept.
plaats. Zij verklaarden zich r.iet bereid
tot die medewerking, daar zij na in
voering van Evenr. Vertegenwoordiging
een samengaan van alle vrijzinnigen in
den verkiezingsslrijd noch r.oodig noch
gewenscht achtten. Zij deden hunner
zijds een voorstel om te trachten tot
een hergroepeerir.g der vrijzinnigen in
twee groepen te komen, over weik
voorstel eer. nieuwe bespreking plaats
had op 1 October.
Ook deze conferentie leidde niet tot
een overeenstemming. Van de zijde der
Lib. Unie werd betoogd dat de voor
gestelde hergroepeering zou neerkomen
op opheffing van de Liberale Unie en
splitsing daarvan in tweeën, wat in het
nadeel weid geacht der vrijzinnige zaak
daar het grootste deel der leden van
de Liberale" Unie zich niet zou laten in-
deelen. Dc vertegenwoordigers der Li
berale Unie zouden gaarne eventueele
voorstellen der Vrijz.-Dem. tot aanslui
ting bij de Liberale Unie aan hun hoofd
bestuur overbrengen.
Zulk een aansluiting achtten echter
de vertegenwoordigers van den Viijz.-
Dem. Bond reeds daarom niet voor
uitvoering vatbaar, omdat zij principieel
onvereenigbare elementen in één partij
zouden bijeenbrengen.
De conferentie van de Liberale Unie
met de Vrije Liberalen had plaats 24
Sept. gevolgd 27 Oct. door een tweede
conferentie. Naar aanleiding der daar
gehouden besprekingen ontving de com
missie der Liberale Unie 25 Oct. een
bericht van de commissie der Vrije Li
beralen, dat de pogingen van deze „om
Vrijz. Dem. voormannen bereid te vin
den een oproep tot samenwerking te
onderteekenen geen voldoend resultaat
mochten bereiken."
Naar aanleiding daarvan schreef het
hoofdbestuur van de Liberale Unie aan
den Bond van Vrije Liberalen dat zij
het door dezen geopperde denkbeeld
van een samenwerking van de Unie met
de Vrije Liberalen zonder medewerking
der Vrijz Democraten niet kon aan
vaarden, daar dat het karakter van de
Unie zou schaden.
Onze varkensstapel.
De toestand van onzen varkensstapel
brengt de noodzakelijkheid mede, het
aantal slachlingen aanzienlijk te beperken.
Ter bereiking van liet gestelde doel
is verboden, geslachte varkens of ge
deelten daarvan af te leveren of te ver
voeren.
Aan de burgemeesters wordt toever
trouwd, dispensaties van liet gestelde
verbod te veileenen.
Uit het samenstel der bepalingen blijkt,
dat 7ij praktisch neerkomen op een ver
bod van afleveren en vervoeren van an
dere dan Regeeringsvarkens, en dat het
slachten kan geschieden tot ten hoogste
de helft van 't vroegere aantal Regee
ringsvarkens.
Logger in den grond geboord.
Te IJmuiden is bericht ontvangen, dat
de logger „Jacoba" IJ. M. 205, gister
nacht op ongeveer 16 mijl uit de kust
in den grond is geboord. Alle opvaren
den zij'n verdronken.
Te IJmuiden is bericht ontvangen,
dat de logger „Van der Duijn van
Maasdam" K.W. 85, van de reederij N.
Parlêvliet, door een Duitsche duikboot
in den grond geboord is. De opvaren
den, van wie één de 20-jarige ma
troos j. van der Plas uit Katwijk
gedood werd, zijn door de duikboot
meegenomen naar Wilhelmshaven.
De „Nieuw Amsterdam'' keert naar
Nederland terug.
Het departement van buitenlandsche
zaken deelt mede, dat het stoomschip
„Nieuw-Amsterdam" vergunning heeft
gekregen om uit New-Vork naar Neder
land te vertrekken, nadat de reederij
met toestemming der regeering de ga
rantie had gegeven, dat het schip naar
de Vereenigde Staten zou terugkeeren.
Deze regeling werd getroffen om te
voorzien in den moeilijken toestand,
waarin zich talrijke, vooral uit Neder-
landsch lndië afkomstige Nederlanders
bevonden, die in de onmogelijkheid ver
keerden hunne reis naar het vaderland
voort te zetten.
Inkwartiering van militairen.
De minister van landbouw heeft be
paald, dat voor militairen niet voeding
ingekwartierd voor den tijd hunner in
kwartiering mits deze langer duurt
dan twee weken thee- en koffie-
kaarten op denzelfJen voet beschikbaar
kunnen worden gesteld als voor de bur
gerbevolking, en dat aan nut verlof ver
trekkende militairen, indien een verlof
van veertien dagen of langer wordt ver
leend, door het bestuur van de gemeente,
voor welke hun verlofpas werd afgege
ven, een thee- en koffiekaart zal wor
den uitgereikt, nadat daarvan zijn af
genomen èn de bons welke op den dag
van uitgifte hun geldigheid reeds hebben
verloren, èn de bons waarvan de gel
digheid nog niet zal zijn aangebroken
op den datum waarop, blijkens de ge
gevens van den verlofpas, het verlof
weder zal zijn afgeloopen.
Bij een verlof, korter dan 14 dagen,
worden geen bons van thee- en koffie-
kaarten aan militairen verstrekt.
ABONNEMENTS-PRIJS
Voor Vlissingen en de gemeenten op
Walcheren 1.55 per drie maanden.
Franco door het geneele rijk 1.65.
Afzonderlijke nummers 3 cent.
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 14 regels 0.60 voor iedere
rtgei meer 15 centplaatsing 3|2 X 1
Irij abonnement speciale prijs. Recla
mes 30 cent per regel. Dienstaanbiedin
gen en Dienstaanvragen 7>/2 cent per
regel, bij eontante betaling.
REGEERINGSGOEDEREN.
Burg. en Weth. van Vlissingen bren
gen ter algemeene kennis dat ingevolge
hunne kennisgeving van 28 Februari
1917, behoorende bij de voor hunne ge
meente geldende distributieregeling
van .regeeringsgoederen dd. 12 en 19
Februari 1917, A. no. 213, gedurende
de week van 19 November tot en met
25 November 1917 op bon no. 21 4
K.G. Aardappelen verkrijgbaar is, prijs
per K.G. f 0.06y2 op bon no. 21 1
H.G. (1 ons) Zeep, prijs p. K.G. ƒ0.28
op bon no. 15 '/4 K.G. (2'/2 ons) groene
erwten, pr. p. K.G. 0.22 of bruine boo-
nen op bon no. 7 1 H.G. (1 ons) Ha
vermout, pr. p. K.G. 0.32 op bon no.
16 1 H.G. (1 ons) Bak- en Braadvet,
prijs p. K.G. 0.80.
Vlissingen, 17 November 1917.
'Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
J. P. v. ROSSUM Jr.
PETROLEUM.
De Burgemeester van Vlissingen
maakt bekend, dat 15 November 1917
de Minister van Landbouw, Nijverheid
en Handel heeft bepaald dat bon no.
3 der Rijks-petroleum-distributiekaar-
ten geldig zal zijn van 16 November
tot en met 30 November 1917 voor eene
hoeveelheid van twee liter.
Vlissingen, 17 November 1917.
De Burgemeester van Vlissingen,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
KINDERARBEID IN DEN
ST. NICOLAASTIJD.
De Burgemeester van Vlissingen,
brengt ter kennis met hef oog op de a.s.
St. Nicolaasfeesten de navolgende wet
telijke bepalingen
Art. 4 der Arbeidswet 1911
Een kind beneden dertien jaar of nog
leerplichtig, mag geen arbeid verrich
ten ('hieronder is ook begrepen loop
werk, als meik, brood, banket en cou
ranten bezorgen)
Art. ld van het K. B. van 6 Decem
ber 1911 (Stbl. no. 352)
Een jeugdig persoon beneden 17 jaar
mag geen arbeid verrichten, bestaande
in het op den publieken weg of in voor
het publiek toegankelijke gebouwen
verkoopen of te koop aanbieden van
voorwerpen, tusschen 9 uur des namid
dags en 5 uur des voormiddags (hier
onder is ook begrepen het verkoopen in
winkels door meisjes beneden 17 jaar
na 9 uur 's avonds.)
Art. 5, 3e lid van het zelfde K. B.
Een persoon beneden 14 jaar mag
geen arbeid verrichten bestaande in
loopwerk tusschen 9 uur des namid
dags en 7 uur des voormiddags.
Vlisingen, 17 November 1917.
De Burgemeester voornoemd.
VAN DOORN VAN KOUQEKERKE.
Een beeld der werkelijkheid.
23) («Mrn« TBrMflei.)
„O Ja, dien onnoozelen Hoiiand-
schen jongen",spotte de ander, „ik moet
zeggen dat ik je besluit bewonder,
want er hoort moed toe op die wijze
aan de armoede te ontkomen."
„Ik verbied u aldus over Onno Hol-
dius te spreken riep Marcelle driftig
uit. „Hij is een groot kunstenaar, een
goed mensch en hij heeft ons allen on
vergetelijke diensten bewezen.
Enkel en alleen omdat hij daarvoor
beloond hoopte te worden door uwe
liefde, die natuurlijk toch nooit tot zulk
een ongeluk kan gaan."
Aleer nog het jonge meisje had kun
nen antwoorden, hief Julie de Clin-
ehamps het hoofd op en vroeg zij, op
een toon van groofe gestrengheid, dat
hare kinderen elkander verbaasd aan
zagen
„Mag ik ten minste weten waarmede
bij die benaming verdient
„Met alles," klonk het onbeschaamd,
„vooreerst met zijne oudmodische klee-
In het leven der volken heeft zich
de bioscoop in enkele tientallen jaren
eeri groote plaats veroverd terecht,
want weinig voertuigen voor het al
gemeen aanschouwelijk onderwijs zijn
zoo doeltreffend als het, tot zulk een
groote maat van voortreffelijkheid op
gevoerde toestel, waarmede de beel
den als levend te aanschouwen gege
ven worden. 'Veinig uitvindingen van
den grooten Edison hebben zich in
zulk een snel wassende populariteit
kunnen verheugen als diens, in den
loop der jaren, zoo zeer verbeterden
kinematograaf,Inderdaad de bioscoop
techniek staat thans op een hoogen
trap van ontwikkeling, al mag hier
aanstonds aan worden toegevoegd,
dat liet zeer zeker niet tot de onmo
gelijkheden behoort, dat na weder een
aantal jaren.de bioscopische projecties,
gelijk wij die nu.kennen, tot nog ver
dere vervolmaking zullen komen, in
middels, de filmkunst gelijk zij nu is
en ook in onze stad wordt vertoond,
voldoet aan hooge eischen en hare
bewonderaars telt zij bij tienduizen
den èn tienduizenden, in alle steden
en landen der beschaafde wereld.
Want nut en vermaak, leering'en ge
not, onderricht en spel, wel zel
den zult gij al deze zaken zoo har
monieus in een en hetzelfde voertuig
van aanschouwelijk onderwijs ver-
eenigd vinden. Immers voor alles kan
men door Edison's uitvinding leeren,
evenzeer als men uit boeken en dag
bladen leeren kan; de bioscoop toch
omvat het geheele leven, en niets,
wat menschelijke oogen te aanschou
wen vermogen op dit wereldrond,
behoeft haar vreemd te blijven. Ernst
en luim, leed en vreugde, alle aan
doeningen van het menschelijk gemoed
vinden wij keer op keer in de bios
copische projecties aanschouwelijk
afgemaald. Van daar, dat, kind vjn
haren tijd bij uitnemendheid, de bios
coop de meest naar het leven ge
trouwe schildering der menschelijke
samenleving geeft, en van daar dus ook,
dat wij, in dit ernstige tijdsgewricht,
telkenmale op het witte doek de beel
den te aar schouwen krijgen van het
geen thans van alle menschen den
geest aanvuld de wereldoorlog. De
oorlogsfilm is dan ook een, na tus-
schenpoozen, getrouw* terugkeeren d
verschijnsel op de bioscoop-program
ma's over heel de wereld en ver
schillende regeeringen hebben niet ge
aarzeld, van dit allermodernste en
doeltreffendste middel van aanschou
welijk volksonderricht gebruik te
maken, om den oorlogvoerenden vol
keren te leeren, wat deze meer of
minder alle van noode blijken te
hebbeneen terugkeerende opwek
king tot volharden in den krijg, een
herhaalde aansporing om niet te ver
sagen, een ontspanning en een in
spanning' tevens. Deze films gaan ver
der ook naar het neutrale buitenland,
zoodat ook wij in onze vaderland-
sche bioscoopzalen de oorlogsbeel
den te aanschouwen krijgen, die de
duidelijke strekking hebben, onze
bewondering te doen ontsteken, kan
het zijn die nog verder te vergrooten,
voor wat in het oorlogvoerende land
ding die al dadelijk zeggen wil, dat hij,
die geld genoeg heeft om zorg aan zijn
toilet te besteden, een echte vrek moet
zijn en dan met zijne wijze lessen die,
op zijn leeftijd, volkomen ongepast zou
den zijn, als zij niet zoo belachelijk wa
ren. Ten einde ons wel deugdelijk voor
af.te verwittigen dat wij nooit te hopen
hadden op eenigen onderstand van on
zen waarden zwager, heeft hij ons een
voor een onderhanden genomen en de
schoonheden van den arbeid voor
oogen gehouden alsof wij luisteren
zouden naar den zoon van een kruide
nier
„Gij deedt beter dat te doen, dan
hier nog te willen leven van het wei-
nigje dat moeder overhoudt," zeide
Marcelle, bleek van verontwaardiging.
„Waarom? Wij zijn te oud om nog
de eene of andere loopbaan te begin
nen de wet zegt dat de ouders zoo
lang zij leven hunne niets verdienende
kinderen onderhouden moeten, en wij
zullen van deze zeer wijze bepaling ge
bruik maken tot den dag waarop wij
het geluk hebben de eene of andere
rijke erfgename tot vrouw te krijgen."
Ditmaal antwoordde Marcelle niet
meer. Voor 'het eerst maakte zij een
vergelijking tusschen de opvoeding
door George Renaud aan zijne kinderen
geschonken en die welke Onno gekre
gen had. Zonder het zich zelve te dur
ven bekennen, had zij, in al haar vreug-
gepresteerd wordt. Op regelmatige
tijden wordt zulk een groote regee-
ringsfilm naar het neutrale buitenland
afgezonden, en binnenkort zullen wij
ook in ons land wederom, eerst in
de groote steden, na dien in dc pro
vinciën bioscopische projectien, dit
maal weder van de Fransc'ne regee
ring te aanschouwen krijgen.
Wat nu leeren ons deze oorlogs
beelden Wat ondergaan wij wanneer
ons oog de krachtsinspanning aan
schouwt waarmede aan de verschil
lende fronten onder het donderen van
duizenden vuurmonden, het eene volk
zich gereedmaakt het andere te ver
delgen Krijgshaftig zullen deze
oorlogsfilms ongetwijfeld niemand
maken, die het van nature nu eenmaal
niet isen zoo iets dan moet de
afkeer, die men voor het moderne
oorlogsbedrijf koestert, door zulk een
aanschouwing nog toenemen. Want
van welk een vernietiging van levens
geluk spreken deze filmbeelden, van
welk een verdelging der voorwaarden
waarop de weivaart der volkeren
gebouwd is, van welk een verkwis
ting van millioenen, ja van miiliarden
aan dood en verderf brengend oor
logsmateriaal, van welk een verplet
tering kortem, in een luttele
spanne tijds van al hetgeen in tien
tallen jaren door nijvere handen ge
wrocht en opgebouwd is.
Maar ook welk een deernis vervult
ons, hetzij bij het aanschouwen der
trilbeelden op iiet witte doek, hetzij
bij het doorbladeren der groote il
lustratiewerken en der meestal zeer
schoon uitgevoerde platen in oorlogs
boeken, welk een eindelooze deer
nis gevoelen wij met zulk een ramp-
alig verdwaasde menschelijke samen
leving, welk een droefheid komt over
ons, telkenmale als zuik een oorlogs
beeld door ons aanschouwd wordt.
Die vuur en verdelging brakende
kanonnen, die welige landouwen in.
een onvruchtbare woestenij herscha
pen, die schoone steden in puinhoop
doen verkeerendie edelste uitvinding
dezer eeuw, de vliegkunst, aangewend
nu om schrik en dood te verspreiden
onder de vijandelijke legerscharen
niet alleen, maar ook onder de vreed
zame burgerijdie nobele scheep
vaartkunst, heischapen thans in een
bedrijf, dat zoowel aan de opper
vlakte der wateren, als diep-gedoken
in de zilte baren, er slechts op uit is
te vernielen, te verdelgen, te ver
woesten.
Zeer zeker, niemand onzer of hij
zal een gevoel van bewondering niet
kunnen onderdrukken, voor hetgeen
de oorlogvoerende volkeren, alie
zonder uitzondering, in deze krijgs-
jaren hebben-ondernomen met dap
perheid en taaie wilskracht, voor
hetgeen zij hebben voortgezet met
een doorzettingsvermogen als waartoe
wij de meesten, nog maar weinige
jaren geleden, niet in staat geacht
hadden, voor hetgeen zij zich zelf
gezworen hebben te zullen volbren
gen, wat het verder ook kosten moge,
aan bloed, aan goed, aan welvaart
en geluk
Bewondering voor zulk een men
schelijke krachtsinspanning zeker
bewondering voor zulk een zich in
dienst stellen voor hetgeen men, ter
de haar toekomst verzekerd te zien
door-de groote liefde welke zij het ge
luk had gehad op haar pad te ontmoe
ten, meer dan eens een weinig minach
tend gedacht aan de eenvoudige ma
nieren van haar aanstaanden echtge
noot.
Op dat oogenbiik zegende zij den
hemel dat hij zoo weinig op haar broe
ders geleek en deed het haar goed hare
moeder te hooren spreken
„Nog eens en voor het laatst, ik ver
kies niet dat een mijner -huisgenooten
zich in mijn bijzijn de minste aanmer
king tegen dien jongen man zal veroor
loven. Indien gij mijne armoede
wenscht te deelen, dan wil ik u dat niet
weigeren maar van het oogenbiik
waarop uw arme vader niet meer daar
is om hier de eerste plaats te bekleeden,
wensch ik meesteres te zijn aan eigen
haard, en verlang ik dat mijne vrienden
heilig zullen zijn aan mijne huisgenoo
ten. Onder die vrienden is er geen dien
ik hooger, schat dan Onno Holdius".
De beide deugnieten zwegen, maar
aan tafel zeide de jongste tot den an
der
„Mama is onherkenbaar veranderd
sedert dat zij weduwe is. Ik 'had ge
hoopt dat wij hier voortaan alles te
zeggen zouden hebben, maar als zij in
deze stemming blijft dan zal het er niet
naar getijken."
De oudste broeder verfrommelde,
met eene woedende uitdrukking op het
gelaat, een. briefje tusschen de vingers
en antwoordde
„Je ziet nu eens hoe wijs papa han-
j delde met haar in niets haar wil te !a-
I ten volgen. Ongelukkig genoeg zal zij
voortaan waarschijnlijk hare schade in
halen, en ons allen doen boeten voor
het feit dat zij zoolang verdrukt is ge
worden."
De arme vrouw, in wie men nu reeds
een tiran zag, had heel wat moeite ge
had voor een oogenbiik eene waardige
geestkracht aan den dag te leggen zij
was als vernietigd door haar ongeluk
de armoede die haar zeer dragelijk wa
re voorgekomen voor haarzelve alleen,
joeg haar een onbeschrijfelijken angst
aan, ,nu zij haar tegemoet ging met
haar zoons, en hoe lief haar echtgenoot
haar ook geweest was, zij kon niet dan
met bitterheid denken dat hij hen op
had laten groeien tot wezens, in wie
■langzamerhand alle gevoel van eer en
deugd gestorven was. Dergelijke lieden,
zij wist het slechts al te goed, eindigden
wanneer zij aan ontbering onderwor-
pen werden, vroeg of laat met schuldig
te worden.
Maar het was te laat het onkruid bij
hen uit te roeien, en wilde zij zich niet
geheel en al laten ontmoedigen, dan
behoorde zij nog enkel te denken aan
Marcello's toekomst; hare oudste doch
ter scheen de eenige onder al hare kin
deren die bestemd was gelukkig te
worden.
Zij gevoelde zich daarom pijnlijk
verrast, toen het jonge meisje een paar
dagen later bij haar binnentrad met een.
brief dien zij driftig op tafel wierp, on
der den uitroep
„Neen, zooveel als ik van hem houd,
dit is te erg
„Wat is te erg vroeg mevrouw
Renaud verschrikt. „Heeft Onno u ver
driet gedaan
„Ja, zeker, moeder zie rfiij niet zoo
verwonderd aan, want het is zoo. Hij
begint nu reeds met veeleischend te
worden."
„Oordeel zelf 'hij heeft een vaste be
trekking te Amsterdam gezocht en ver
kregen."
„Welnu, kind, is dat zoo erg?"
„Meent gij dan dat ik mij in Holland
zou willen begraven En dat nog wel
in dezelfde stad als zijne moeder
„Ik dacht dat zij zoo goed en lief
was
„Ja, maar even burgerlijk als zij
braaf is. Ik wil gaarne eenige dagen
mef haar doorbrengen, omdat het nu
eenmaal onmogelijk zal zijn anders te
handelen maar altijd te leven in hare
nabijheid haar oordeel te hooren uit
spreken over de wijze waarop ik mijn
huishouden wensch in te richten, waar
op ik haar zoon behandelen zou, neen
dat gaat mijne krachten te boven."
(Wordt vervolgd.)