OERiNG
te 'lassies.
DONDERDAG 13 NOVEMBER.
R£
IER 1917
vriend veer
ke menscheii.
I NOSE
biedingen
aanvragen.
in Huishouding.
EI5JE
jsthode
FEUILLETON
Stads= ea Pr ovincienieuws
_het Concertgebouw
Groofe Markt.
AALTE
der Staten Generaal
lit District,
zal gelegenheid be-
De Contributie voor
op minstens f 0.25
)S, Penningmeester
iAANEN,
Algemeen Secundus
ve vriend vooralle
lijdenden is de
>E. Voor alien die
ilijke of lichame-
ling uitgeput zijn,
rvermoeiden, voor
i uit typhus of
oor allen die niet
ichten kunnen ko-
'de vriend, die hun
erlorene krachten
SANGUiNOSEis
1 middel-; bij lion
iren in binnen-en
unstig bekend, in
ilen waarin een
efte heeft van een
ie Sanguinose het
middel. Want de
s zuiver plantaar
door de zwakste
dragen, versterkt,
uivert het bloed,
ust op, overwint
en zenuwaehlig-
rdert eene alge-
opgewektheid.
)SE kost f 1.50;
f 1.25 de flacon
Tweemalen per
pel is voldoende.
SANGUINOSE
en bij de meeste
goede Drogisten
OOR NAMAAK
AM Co.
2c/4. Den Haag
vorden terugge-
NET PERSOON
'ebruik van vrije
ïuiselijk verkeer.
„Vliss. Courant".
MANTELS.
eveelt zich beleefd
ervaardigen van
mis, enz.
s voor het ver-
ontwerk.
huis ontbieden.
Bureau „VI. Ct."
jaar, zoekt plaat-
s C. Z. Bureau
gt
EREINS, Graven-
or terstond een
iren.
„Vliss. Courant."
'in gezin. Adres:
rt 38 (boven.)
VLISS1NGSCHE COURANT
ABONNEMENTS-PRIJS
Voor Vlissingen en de gemeenten op
Walcheren 1.55 per drie maanden,
granco door het geheele rijk 1.65.
Afzonderlijke nummers 3 cent.
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 14 regels 0.60 voor iedere
re<rel meer 15 centplaatsing 3|2 X
»jf abonnement speciale prijs. Recla
mes 30 cent per regel. Dienstaanbiedin
gen en Dienstaanvragen 7>/2 cent per
regel, bij contante betaling.
De zand- en grindkwestie.
Het Witboek door Engeland gepubli
ceerd in zake de zand- en grindkwes-
lie, omvat, gelijk trouwens reeds uit' de
daarin genoemde data blijkt, slechts
een klein en wel récent gedeelte van de
daaromtrent tusschen onze regeering
en de Britsche regeerin.g gewisselde
stukken. De uitgave van dit Engelsche
Witboek brengt uiteraard geen veran
dering in de verschijning van het Ne-
derlandsche Witboek, waarin de kwes
tie van den aanvang af zal behandeld
worden.
Naar het „N. v. d. D." van welinge
lichte zijde te Amsterdam verneemt,
zijn er nog niet de minste aanwijzingen
dat er verandering is gekomen in het
stopzetten van het telegrafisch handels
verkeer tussohen Engeland en Neder
land of Indië (Engeland's wraakmaat-
regel in verband met den zand- en
grintdoorvoer). Er mag misschien eens
een telegram doorslippen, of doorge
laten worden omdat Engeland er be
lang bij heeft, maar officieel is nog
niets vernomen omtrent een verande
ring in den toestand.
De „Morning Post" maakt eenige op
merkingen bij -het Engelsche Witboek
over de grindkwestie. Zij zegt in een
hoofdartikel Er bestaat niet de minste
twijfel, dat de Nederlandsche regeering
den doorvoer heeft toegestaan van
proote hoeveelheden zand en grint door
Nederiandsch gebied, en dat dit mate
rieel was en wordt gebruikt voor mili
taire doeleinden, als het maken van mi
litaire wegen en het bouwen van ver
dedigingswerken. Even zeker is dat de
Nederlandsche regeering militairen bij
stand aan den vijand verleent en, zoo
doende, wijkt zij af van de verplichtin
gen van de onzijdigheid.
De „Pali Mall Gazette" schrijft Bal
four's memorandum aan de Nederland
sche regeering, waarin de grindkwestie
wordt beha»deld, is een document van
groot gewicht. Wellicht zullen wij eens
vernemen, waarom de drastische maat
regelen niet zijn getroffen ten opzichte
van de Nederlanders, wier zwakke uit
vluchten in deze aangelegenheid, ons
ministerie van buitenlandsche zaken
met zulk een onverklaarbaar geduld
heeft verdragen.
Inkomstenbelasting en oorlogswinst.
Niettegenstaande het departement
van financiën bij herhaling door mid
del van advertenties in de pers de aan
dacht Van het publiek heeft gevestigd
op de strafbepalingen, welke in de wet
ten op de inkomstenbelasting en de
oorlogswinstbelasting ter zake van on
juiste aangiften voor die belastingen
zijn opgenomen en daarbij in >het bij
zonder heeft gewezen op de wijze,
waarop men zich straffeloosheid voor
gedane onjuiste aangiften kon verzeke
ren, blijkt telkenmale dat dienaangaan
de nog niet overal juiste voorstellingen
bestaan en dat menigeen, die zich voor
Een beeld der werkelijkheid.
21) (Muis «Men.)
„Gij hebt gelijk, laten wij er niet ver
der over spreken, ik dacht alleen aan
het lijder, 'hier 'beneden. Vergeef mij
mijne sombere stemming. Allerlei herin
neringen verdringen zich heden voor
mijn geest."
„En dat nog wel den dag van Onno's
wederkeer sprak zij verwijtend.
„Misschien juist daarom," antwoord
de hij zeer zacht.
Zijne beide toehoorders legden zijne
woorden verschillend uit maar beiden
wisten dat hij op zijn overleden zoon
doelde en beklaagden hem uit den
■grond huns harten.
Spoedig daarop rees hij overeind om
zich te verwijderen en toen de jonge
man aan de voordeur afscheid van hem
nam, zeide hij
„Meester, ik wilde u gaarne morgen
spreken wanneer kan ik u tehuis vin
den
„Ja, ik 'begrijp dat gij mij te spreken
hebt," luidde het op doffen toon. „Kom
tegen elf uur, dan ben ik zeker niet ge
stoord tq zullen worden en tot zoo
straf zou kunnen vrijwaren, dit nalaat
en voortgaat op den eenmaal ingesla
gen weg van wetsontduiking.
Het schijnt daarom dienstig nog
maals ter kennis van belanghebbenden
te brengen, dat iedereen, die een on
juiste aangifte voor die belastingen
heeft gedaan en die geheel uit eigen
beweging dit ter kennis van den inspec
teur der directe belastingen brengt, er
op kan rekenen dat ter zake van die
onjuiste aangiften geen strafvervolging
tegen hem zal worden ingesteld. En die
straffeloosheid geldt niet alleen voor
de valsche aangifte zelf, maar ook voor
het ingeleverd hebben van valsche ba
lansen of andere stukken om de val
sche aangiften te staven.
De nadruk zij intusschen gelegd Op
het aanmelden geheel uit eigen bewe
ging er treedt geen straffeloosheid in,
indien men met het mededeelen van de
juiste gegevens wacht totdat er door of
vanwege den inspecteur inlichtingen
zijn gevraagd ofwel stappen zijn ge
daan tot het instellen van een boeken
onderzoek. Het belang van den betrok
kene brengt dus mede, dat hij de waar
heid zoo spoedig mogelijk mededeelt.
Staatscommissies.
Uit den staat van de ingestelde en
nog niet ontbonden Staatscommissiën
blijkt het volgende
De commissie aan welke werd opge
dragen de regeering van advies te die
nen bij de keuze omtrent de schrijfwijze
van de Nederlandsche taal, vleit zich
binnen korten tijd haar verslag te kun
nen uitbrengen. Zij lioudt zich thans
nog bezig met de samenvatting van
hare besprekingen.
Wat betreft de staatscommissie in
zake de ontwikkeling der jeugdige per
sonen, wordt medegedeeld, dat met me
dewerking van de organisatiën op het
gebied van jeugdontwikkeling gege
vens verzameld worden, welke naar de
commissie vertrouwt alle vóór het eind
van 1917 bij haar zullen zijn ingeko
men. Deze gegevens 'zullen voor een
belangrijk gedeelte de stof leveren voor
bet door de commissie uit te brengen
rapport.
De commissie voor ihet ontwerpen
van eene regeling van 't pensioenrecht
der burgerlijke ambtenaren en de an
dere groepen van niet-militaire pen
sioengerechtigden, alsmede van dat
hunner weduwen en weezen, heeft hare
besprekingen van verschillende meer
algemeene punten ter zake van de pen
sioenwetgeving beëindigd, en thans de
samenstelling van een nieuw wetsont
werp ter hand genomen.
De commissie in zake de bezoldiging
der rijksambtenaren heeft zich gewijd
aan een onderzoek en bespreking met
onderscheidene belanghebbenden. Zij
zet hare werkzaamheden geregeld en
zoo spoedig ais mogelijk is voort.
De commissie voor een onderzoek tot
bevestiging der overtuiging omtrent de
noodzakelijkheid van de geldelijke en
persoonlijke lasten voor de verdediging
des lands op het volk gelegd, zette haar
onderzoek met betrekking tot verschil
lende onderwerpen, welke rechtstreeks
verband houden met den mobilisatie
toestand, voort.
Overeenkomstig de adviezen der
commissie voor wettelijke regels ten
aanzien van het waterstaatsbestuur zijn
verschillende maatregelen getroffen.
De commissie is aan het einde van het
vorig jaar gereed gekomen met de be
werking van een ontwerp wegennet,
hetwelk in handen is gesteld van de
Gedeputeerde Staten der provinciën en
van den rijkswaterstaat.
lang. God behoede u mijn jongen
Verdrietig gestemd, alsof hij eene
slechte daad had begaan, keerde de
jongeling naar binnen terug, en. na zijne
moeder nogmaals omhelsd te hebben,
zette hij zicli naast haar neder op de
sofa en zeide
„ik heb u een groot nieuws te ver
tellen, dat ik u niet in bijzijn van derden
wilde mededeelen moeder."
„Een groot nieuws herhaalde zij
verschrikt. „Gij gaat toch niet weder
om op reis
„Neen, stel u gerust. Ik breng dit
maal een aardig sommetje mede,'en ik
wilde een deel daarvan bestemmen om
u een reisje naar Frankrijk te laten ma
ken."
„Ik naar Frankrijk? Waar denkt gij
aan, mijn jongen riep de oude vrouw
verbaasd uit. „Wat zou ik, stille, een
voudige ziel, beginnen in dat woelige
land
„O Ik zou u ook niet vragen er
voorgoed te blijven, maar enkel er ken
nis te maken met de familie Renauci."
„Maar Onno, wilt gij dat ik tot hen
zou gaan, juist nu dat zij in zulke treu
rige omstandigheden verkeeren
„In dagen als deze moeten zij meer
dan ooit bespeuren wie ihunne ware
vrienden zijn. Ik zelf, moeder, die er
niet aan gedacht zou hebben de dochter
van den rijken schilder tot mijne vrouw
te nemen, heb... toen Marcelle daar aan
boord zoo rampzalig en zoo alleen was,
ai mijn liefde voor haar voelen her
Ten slotte bracht de commissie ad
vies uit over in de algemeene onteige
ningswet aan te brengen wijzigingen
na overleg met het departement van
binnenlandsche zaken, is in verband
met dit advies de commissie uitgenoo-
digd een wijziging dier wet te ont
werpen.
De commissie zal thans ter hand ne
men het ontwerpen van eene wettelijke
regeling betreffende het onderhoud en
de verbetering van waterleidingen en
waterlossingen.
Tengevolge van de mobilisatie van
's lands weermacht konden de werk
zaamheden der commissie voor een on
derzoek omtrent het vraagstuk der
droogmaking van de plassen beoosten
de Vecht ook in dit jaar geen voort
gang hebben.
De commissie voor de herziening der
dienstvoorwaarden van het personeel
der posterijen, telegrafie en telefoon
kwam gereed met een voorloopig ont
werp, hetwelk naar de verschillende
vakvereenigingen is gezonden om ad
vies.
De Staatscommissie voor den han-
deldrijvenden en industriëelen midden
stand vergaderde ook dit jaar niet, in
afwachting van het rapport van de
Staatscommissie voor de midden
stands-enquête.
Iri aansluiting aan hetgeen ten vo-
rigen jare omtrent de werkzaamheden
der commissie voor de middenstands
enquête werd medegedeeld, wordt
thans nog gemeld, dat de afwerking en
vaststelling van de tweede (laatste)
afdeelfng van het eindverslag, die ten
gevolge van de ziekte van den vroege-
ren voorzitter dr. D. Bos en na zijn
overlijden door ontstentenis van den
nieuwen voorzitter, uit den aard der
zaak een weinig vertraagd werd, sinds
de benoeming van mr. A. 1. M. J. baron
van Wijnbergen tot voorzitter, terstond
hervat zijn, zoodat de werkzaamheden
thans hare voltooiing naderen en het
verslag in zijn geheel, behoudens on
voorziene omstandigheden einde 1917
mag worden tegemoet gezien.
Duitsche waardeering.
De (otficieuse) „Norddeutscbe Allge-
meine Zeitung" brengt een woord van
dank aan de Nederlandsche bevolking
voor de bereidwilligheid betoond bij de
voorbereidende maatregelen voor-"het
onderbrengen der uit Engeland terug-
keerende Duitsche krijgs- en burger
gevangenen. Het blad schrijft„Dank
zij de tegemoetkomende houding der j
Nederlandsche .regeering en de werk- j
zaamheid van den Nederlandschen ge-
neraal-majoor Onnea, worden mei de j
toebereidselen voor de interneering
krachtige vorderingen gemaakt. De ge
ïnterneerden zullen gedeeltelijk in kam
pen, gedeeltelijk bij de bevolking zelf
ondergebracht worden. De terugkeerende
gevangenen zuilen er het Nederlandsche
volk zeker steeds dankbaar voor zijn
dat dit door eene gastvrije opname in
zijn land hun lot op zoo grootmoedige
wijze wenscht te verlichten."
uit de kust, en dus in het versperde ge
bied kwam.
Plotseling kwam een Duitsche duik
boot boven water, en zonder waarschu
wing werden kanonschoten op het weer-
looze visschersschip afgevuurd. Zooals
reeds gemeld, werd de 14-jarige scheeps
jongen C. Grootveld door een granaat
scherf aan het hoofd gewond, in be--
wusteloozen toestand werd de arme
knaap in de scheepsboot getild, die
daarop naar den onderzeeër roeide Daar
werd hij op het dek gelegd, waar hij
weldra overleed.
Eenige matrozen van den logger moes
ten met de scheepsboot naar hun schip
teruggaan, waar door eenige Duitschers
bommen werden neergelegd Nadat dit
gebeurd was, bleef men nog eenigen
lijd aan boord, otn ten paar manden
haring en een mand aardappelen „buit
te maken".
Met een geweldigen knal ontploften
daarop de helsche machines, die het
schip uiteenrukten. Weldra daarop zonk
de Scheveningsche iogger. Door de op
varenden van het oorlogsvaartuig wer
den de Nederlanders onheusch bejegend
met de meest gestrenge afgemetenheid
werden zij te woord gestaanNadat
men den geheelen - dag in de open
sciteepsbooi had rond gedreven, nu eens
zeilend, dan weer roeiend, bemerkten de
ongelukkige visschers 's avonds de „Mar
ten Bernadus", IJ. M. 203, die hen aan
boord nam en dadelijk naar I|muiden
bracht, waar men Dinsdag arriveer
de, en verder doorieisde naar Scheve-
ningen.
Ongetwijfeld is het aan 't gunstige
weer te danken, geweest, dat niet nog
méér onschuldige Scheveningsche vis
schers bij de uitoefening van hun vooral
thans zoo gevaarlijk beroep zijn gedood
Een fantastisch gerucht.
Het „Vad." meldtGisterenochtend
seinde men ons uit Bern „De Zwitser-
sche pers zal uittreksels uit het „Nieuws
van den Dag" en de „Nieuwe Rotter-
damsche Courant" gevtn oyer een inval
van de Engelschen in Zeeland. Er wordt
druk over gesproken. Het Nederlandsche
gezantschap weet van niets."
Wij hier ook niet.
Het tot zinken brengen van «ie
„Sch. 242".
Omtrent het tot zinken brengen van i
den houten Scheveningschen haringiog- j
ger „Huiberlje", SCH. 242, van de ree-
derij N.'*V. voorheen Frank Vrolijk ie
Sclreveningen, wordt nog het volgende
gemeld j
Maandagmorgen in de vroegte, lag de
logger voor de haringvleet en geraakte
onwillekeurig een weinig zeewaarts,
waardoor het schip meer dan 20 mijl j
leven, en..."
Geertruide Holdius was zeer bleek
geworden en viel hem ademloos in de
rede
„Ik begrijp dat, maar gij hebt nog
niet gesproken, is het wel Onno, gij
zult u nog bedenken, en inzien dat al
leen -een eenvoudig huismoedertje, een
Hollandsch meisje dat nooit aan rijk
dom gewend was, u gelukkig kan ma
ken
„Daaromtrent vergist gij u, moeder
om gelukkig te zijn, moet ik wel dege
lijk eene levensgezellin vinden, die in
staat is mijne kunst te begrijpen en met
mij mede te genieten van al hetgeen er
om ons heen te bewonderen valt. Doch
ook al bezat Marcelle deze gave niet,
ik zou haar liefhebben. Weet men wel
ooit te zeggen waarom men deze of
gene -persoon boven een ander verkiest;
wat liet is dat ons onweerstaanbaar
tot ihaar trekt Mijne gehechtheid voor
haar, gij zult het u herinneren, dagtee-
kent niet van gisteren. Marcelle was
hef ideaal mijner eerste jongelingsdroo-
men, en gij hebt nooit kunnen vermoe
den hoezeer ik geworsteld heb met mij
zeiven, om haar beeld op den achter
grond van mijn leven te dringen. Nog
toen ik haar weerzag hield ik den strijd
tegen mijzelven vol de aanblik harer
smart en hulpeloosheid heeft mij over
wonnen."
„Ja, ik begrijp u, mijn kind", sprak
de oude vrouw, wier sprekend gelaat
niettemin eene bedroefde uitdrukking
De noodtoestand der onderwijzers.
Tegemoetkomend noemt „de Stan
daard" het wetsontwerp tot verbetering
der onderwijzerssalarissen. De regee
ring is dan nu toch overgekomen wat
ze biedt is althans iets.
Terecht maakt zij, dunkt het blad,
onderscheid tusschen den ongehuwden
-onderwijzer en Item die op ouder leef
tijd met een gezin zit. Toch werd het
steeds meer de vraag of ook de minst
belaste onderwijzer geen toeslag, al
ware het slechts een tijdelijke toeslag,
van noode had.
De vraag zal nu maar zijn, of de bei
de Kamers der Staten-Generaal in het
ontwerp dat nu werd ingediend, slechts
het uitgangspunt zullen zien, om door
amendementen te bereiken wat stellig
noodig is, dan wel of de minister den
pas forceeren zal, door te verklaren
Dit of niets.
Zulk een dilemma zou tooh volstrekt
onverdedigbaar zijn.
De financieeie positie is thans van
dien aard, dat er met de millioenen en
nogmaals millioenen letterlijk op alle
terrein gegoocheld wordt. Het is een
opstapeling van de millioenen waaraan
geen eind komt. En bij zulk een stand
van zaken dwingt 't geen eerbied af,
zoo de regeering voor den stand, dien
behield, „en ik kan of mag u niet ver-
oordeelen, want uwe keuze is belange
loos en edel maar toch vrees ik dat zij
uw levensgeluk zal vernietigen.
Helaas het lot heeft het aldus ge
wild indien gij niet toevallig op het
zelfde schip waart gekomen, zoudt gij
dat jonge meisje waarschijnlijk nooit
wedergezien hebben, en eenmaal eene
andere vrouw hebben genomen die be
ter bij u voegde. Misschien ook vergis
ik mij en heelt het ongeluk haar gerijpt
en doen inzien hoe ernstig zelfs het be
staan van een kunstenaar moet zijn,
wil het niet in ellende eindigen. Hoe het
ook zij, ik behoef u nauwelijks te ver
zekeren dat ik altijd een goede moeder
voor haar zal zijn."
„O hoezeer dank ik u voor deze be
lofte riep de jongeling uit. „Gij zult
zien weik een zonneschijn mijn huwelijk
voor uw leven za] verspreiden. Denk
eens, moedertje, wij vestigen ons hier,
in een huisje vlak -bij u. Eiken morgen
kan ik hooren hoe gij geslapen hebt en
gij brengt uwe avonden in ons gezin
door. Later, als wij het geluk hebben
kinderen te krijgen, zult gii hen op
voeden, hen op uw schoot houden en
steeds meer wezens bezitten die u lief
hebben en ii zegenen. Beken toch dat
dit geen somber vooruitzicht is."
„Moge uwe voorspelling in alle op
zichten bewaarheid worden," was al
wat Geertruida mompelde, terwijl zij
hem in de armen sloot.
„Het blijft dus afgesproken dat gij
het hier betreft, op reductie tot een mi
nimum bedacht zou zijn.
En zulks met name met het oog op
de bijzondere onderwijzers, waar de
gemeentebesturen de openbare onder
wijzers, mee ten koste van de minnaars
der bijzondere school, met goudbons
als overladen.
Uitwisseling krijgsgevangenen.
De Engelsche haven Boston is aan
gewezen voor het inschepen van Duit
sche krijgsgevangenen die met de maii-
booten der maatschappij „Zeeland" en
het stoomschip „Sindoro" der Rotter-
damsche Lioyd, naar Rotterdam zuilen
worden overgebracht.
De monopoiiseering van het brand
en levensverzekeringbêdrijf.
Naar van betrouwbare zijde vernomen
wordt, is de Staatscommissie voor de
monopoiiseering van her brandassuran-
tiebedrijf, waarvan inr. Tak voorzitter
is, met de vaststelling van haar rapport
inzake de Staatsmolestverzekering ge
komen, en za! dit waarschijnlijk in de
eerste dagen van December aan den
mmister van financiën worden aange
boden. Een der leden dier commissie
zal wellicht gebruik maken van zijn
recht tot indiening eener afzonderlijke
nota.
De werkzaamheden der Levensverze-
keringscommissio vorderen flink, en niet
onwaarschijnlijk is het dat reeds in de
beginmaand van het volgend jaar haai
advies val verschijnen.
Dat der Commissie der Brandassuran-
tie zal wat meer tijd eischen, aangezien
weinig statistisch materieel voorhanden
is, en dit vooraf moet worden verzameld.
VLISSINGEN, 15 NOVEMBER.
Wij vernemen dat Burg. en Weth.
met de militaire autoriteiten trachten tot
overeenstemming te komen, teineinde
aan den St. Jacobstoren een electrisch
verlicht wordende vlag te bevestigen,
waardoor den vliegeniers ook des nachts
wordt duidelijk gemaakt dat zij zich
boven neutraal gebied bevinden.
De Stem van 't Hart.
Wij vernemen dat het feuilleton uit
ons blad „De Stem van 'f Hart" van A.
Hans, door den schrijver is omgewerkt
tot een tooneelstuk, en 't voornemen be
staat, dit weldra bier op te voeren.
Onze vroegere stadgenoot, de heer
W. de Pierre, is bevorderd van klerk
tot commies 2e klasse bij de Holland-
sche IJzeren Spoorweg-Maatschappij.
Voor het examen van derden stuur
man zijn geslaagd de heeren S. C.
Abrahilmse, S. Auer en B. J. Dijkdrenth,
leerlingen van de De Ruyterschool.
Te Weltevreden is geslaagd voor het
diploma A als machinist de heer E. van
Hoeöen, machinist bij de Java-China-
Japan-lijn.
Op het bureau van het regeerings-
comité voor de belangen der vluchtelin
gen, Groote Markt 22, berusten de vol
gende onbestelbare brieven Mme
Louis Aeles Mme Debious Aug.
DevosPeeters Fegerick Fremers-
dorffJeanne Reynaerts.
Gedurende de eerste helft van No
vember werden ais uitgewekenen 19
personen op dit bureau ingeschreven,
komende 8 uit België, 11 uit 't binnen-
mij naar Frankrijk vergezelt
„Voor uw huwelijk, ja."
„Waarom niet eerder Wegens den
rouw zullen wij pas over zes maanden
kunnen trouwen."
„Welnu, dan ga ik over een half jaar
op reis", antwoordde ze glimlachend,
„en tot dat oogenblik zal ik Fransche
les nemen. O lach mij niet uit ik
weef wei dat oude hersenen niet spoe
dig iets in zich opnemen maar ik zal
i! daarginds toeh geen schande aandoen
en daarom zal ik zorg dragen ten min
ste de landstaal te kunnen verstaan en
ook een weinig te spreken."
„Mag ik uw meester daarin zijn Wij
kunnen liet dan al spoedig samen spre
ken. Zoo oefent men zich het best."
Den volgenden morgen begaf Onno
zich tegen het bepaalde uur naar zijn
ouden vriend. Hij zag tegen dit bezoek
op als tegen eene der pijnlijkste taken
welke liet leven voor lienï kon wegleg
gen, want ofschoon hij zich van geen
schuld bewust achtte, gevoelde hij zich
bijna misdadig in 's grijsaards oog. Hoe
zelden kunnen zelfs onze beste vrien
den reohtvaardig oordeelen over de za
ken van ons hart. De omstandigheden
welke tot eene keuze voerden werden
niet door hqp doorleefd zij zien zich
alleen geplaatst tegenover een feit
waarvan zij niets begrijpen, en zij keu
ren af wat aanleidende oorzaken had,
waarnaar zij niet eens willen hooren.
(Wordt vervolgd.)