■JW.' Imm De Witte Vrouw OnoÉssiiijke Voorwaarde. JJÏb": Firma VA! DE VELOE ir.. KIéb Mirfct S3, ?!»p. ïiiéfis Intirc. ïersshijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag on algemeo® erkende Christelijke lekten Ij deze Courant behoort een Bijvoegsel. ^MEEMTEBESTUUR_ FEUILLETON VUSSINGSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS: Voor Viissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.45 per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ1.60. Voor België ƒ2.20 Voor overige landen der Post-Unie ƒ3.35. Afzonderlijke nummers 3 cent ADVERTENTIEPRIJSVan 14 regels ƒ0.48; voor iedere regel meer 12 cent Driemaal plaatsen wordt /weemaal berekend. Bij abonnement speciale prijs Reclames 24 ct. per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen 6 ct. per regel I gulden bij levens- 8=*' #4 gulden bij dood gulden bij verlies AS gulden bij verlies iAA gulden bij verlies p gulden bij verlies lange ongeschikt- g door <€§I1H van een hand, InjlS van BISI van een van eiken ■jtd'tegen ongelukken voor iLUÜFU heid tot werken I CJU een ongeluk y|JU voet of oog J.WW een duim 1UU wijsvinger UÜ anderen vinger 't'd uiskesrlngén «orden VERDUBBELD indien de ««zekerden, voorzien van geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot ol tram. De ultkeerlng wordt gewaarborgd door de „Holl. Alg. Verzek. Bank" tê Schiedam n, abonné's, in 't bezit eener Q 1 BEKENDMAKING. De Burgemeester van Viissingen brengt ter openbare kennis dat bij de wet van 13 April 1917, jtbl. no. 286, van 16 April 1917 af tot 17 September 1917 de wettelijke tijd raet één uur werd vervroegd dat de overgang van den zooge- naamden zomertijd'tot den wettelijken tijd in dezer voege geschiedt, dat, wan neer het volgens de aangehaalde wet zoude zijn drie uur voormiddag op 17 September 1917, de tijdregeling naar den middelbaren zonneijd van Amster dam wederom wordt ingesteld. Mitsdien moeten de klokken op 17 September 1917, des voormiddags om 3 uur (of wanneer men zich op 16 Sep tember des avonds ter ruste begeeft) één uur ACHTERUIT gezet worden. Viissingen, 15 September 1917. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. REGEERINGSGOEDEREN. Burg. en Weth. van Viissingen brengen ter algemeene kennis dat ingevolge hunne kennisgeving van 28 Februari 1917, behoorende bij de voor hunne gemeente geldende dis'ributieregeling van regeeringsgoe- deren dd. 12 en 19 Februari 1917, A no. 213, gedurende de week van 17 Sep- lembèr tot en met 24 September 1917 op bon no. 26 Rijst verkrijgbaar is 1 H.G. (1 ons) regeeringsrijst prijs per K.G. 0.28 of 1 H.G. 1 ons) Java- of Siamrijst prijs per K.G. 0.56 op bon no. 8 Gort verkrijgbaar is 1 H.G. (1 ons) Gort, prijs p. K.G. ƒ0.26 op bon no. 14 Zeep verkrijgbaar is i/4 K.G. (21/2 ons), prijs p. K.G. ƒ0.28 op bon no. 9 Bak- en Braadvet ver krijgbaar is 1 H.G. (1 ons), prijs pér K.G. 0.80. Viissingen, 15 September 1917. Burg. en Wetli. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, J. P. v. ROSSUM Jr. THEE-EXTRACT EN KOFFIE- EXTRACT. Burgemeester en Wethouders van I Viissingen brengen ter algemeene kennis de navolgende door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel den 13en September 1917 vastgestelde be schikking De Minister van Landbouw, Nijver heid én Handel Gezien de artikelen 6 en 8 der Distri- hutiewet 1916 Gezien zijne beschikking van 4 Sep tember 1917 no. 66496, afdeeling Han del DOOR -A.. ET A. n 3. 75) (twu£ rasota). —Ik en m'n knecht Richard zullen meneere Meuleman kisten. Neen Gij komt alleen binnen... 'k zal je helpen de kiste boven dragen en m'n meester er in leggen. De timmerman keek weer vreemd op. Is 't niet naar j'n goesting mis schien vroeg de oude. Zeker, zeker, 't is al lijk je wilt, hernam Hij haastig. Tot morgen dan En zonder nog meer te zeggen, ging Mele heen, Een raar wijf, meende de knecht. Er is zoo geen tweede te Zande- gem. Ehwel, eigenlijk gezeid ben ik content niet te moeten helpen bij 't ■asten, hernam Richard. En waarom Dat Uilenkot staat me niet aan en wat de oude uil zelf altijd tot diep in "en nacht uitstak, weet niemand. In dikke boeken studeeren. Ja, ja, binst dat alle treffelijke nschen sliepen. De doktoor, de pastor, de notaris, de schoolmeesters, i 2l.|n ook geleerd, maar in den nacht apen ze gelijk iedereen I En dan die Heeft goedgevonden te bepalen onder intrekking van zijn vorenge noemde beschikking 1. het is verboden thee en koffie te verwerken tot thee-, resp. koffie-extract anders dan voor eigen huishoudelijk gebruik 2. de aflevering van thee-extract en koffie-extract is verboden .3. de verbodsbepalingen van deze beschikking zijn niet van toepassing op café's, restaurants en dergelijke inrichtingen, voor zoover het maken der genoemde extracten geschiedt in die inrichtingen zelve en de aflevering van thee, resp. koffie als drank niet anders geschiedt dan per kop. De Minister van Landbouw, Nijver heid en Handel, (get.) POSTHUMA. Viissingen, 15 September 1917. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, J. P. v. ROSSUM Jr. BEKENDMAKING. Burgemeester en Wethouders van Viissingen maken bekend idat door hen aan de firma J. HAK KER, alhier, op een desbetreffend ver zoek is toegestaan om ter gelegenheid van eene te houden expositie van ge slacht vleesch in het perceel Kleine Markt no. 62 ter herdenking van het 60-jarig bestaan van genoemde firma en bij de opening van den gerestau- reerden winkel in genoemd pand - op Donderdag 20 September a.s., in af wijking van de ten aanzien van de win kelverlichting thans geldende bepalin gen, des avonds tot 10 uur electrisch licht in den winkel te branden. Viissingen, 15 September 1917. Burg. en Weth. voornoemd. VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, J. P. v. ROSSUM Jr. HINDERWET. Kennisgeving. 'Burg. en Weth. van Viissingen Gezien de artikelen 6 en 7 der Hin derwet Geven bij deze kennis dat bij hen is ingekomen een verzoek van de Koninklijke Maatschappij „DE SCHELDE", Scheepsbouw en Werktui- genfabriek te Viissingen, om vergun ning tot het oprichten van eene scheepstimmerwerf, bestaande uit twee scheepsbouwloodsen, 'drie overdekte hellingen voor aanbouw van onderzee booten, eene helling voor aanbouw van groote schepen en eene electrische kracht- en lichtstoomcenjrale, in per ceel kadastraal bekend gemeente Viis singen, Sectie C no. 1451, op het zoo genaamde Eiland dat dit verzoek met de bijlagen, te beginnen met Maandag den 17 Septem ber 1917 op de Gemeente-Secretarie ter visie zal gelegd worden en dat den historie's van de Witte Vrouw... Enfin ieder heeft z'n gedacht, maar ik help aan dezen doode liever niet of wel. O, gij onnoozelaar Maar we gaan seffens aan 't werk. Dat is m'n dri^honderdveerfigste kiste binst dat ik timmerman ben. Van ver in 't ronde komen ze naar mij, want ieder weet, dat ik de dooden een schoon laatste kleed bezorg. En bewust van zijn kunde ging de baas hef hout kiezen, om voor Meule man een schrijn te vervaardigen. Lotje Tille stak haar spichtig hoofdje om de deur. Moet gulder de kiste voor Meu leman maken vroeg ze, even nieuws gierig als altijd. Ja... Een van goedkoop, Licht sparren hout zeker? meende meneer Vaière, die ook naderbij gekomen was. Van eigen verzekerde Lotje. En met een arm borsteltje vernis erop. Zulke kisten maken wij niet 1 ant woordde Richard, die voor de eer van zijn meester stond. Maar gaat zeere voort, menschen, wij hebben niet zoo veel tijd als gij en op gevaar af, Lotje Tille's hoofdje té kwetsen, wierp hij de deur toe. Mele was intusschen een kleine wo ning binnen gestapt. Is de grafmaker niet thuis vroeg ze aan een meisje, dat aan 't manden •vlechten was. Neen, vader is op ons land. Zeg hem, dat overmorgen de kel der van Meuleman open moet zijn. De mis is ten elven. veertienden dag na dien, zijnde den 1 October 1917, ten Raadhuize, des na middags ten 2 ure, gelegenheid zal ge geven worden om bezwaren tegen het oprichten der inrichting in te brengen, zullende zij die niet overeenkomstig art. 7 der Hinderwet voor het gemeen- bestuur of een of meer zijner leden zijn verschenen, teneinde hunne bezwaren mondeling toe te lichten, niet tot be roep gerechtigd zijn, terwijl gedurende drie dagen vóór dat tijdstip, ter Ge meente-Secretarie van de ter zake in gekomen schrifturen kennis kan wor den genomen. Viissingen, den 15 September 1917. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, J. P. v. ROSSUM Jr. De toestand in ons land wordt er waarlijk niet rooskleuriger op van week tot week breiden zich de sombere vooruitzichten verder uit en men behoeft werkelijk geen pessimist van geboorte te zijn om de toekomst donker in te zien. De hoop op vrede vóórdat de winter invalt, is geheel en al in rook vervlogen en het is juist de wintertijd met zijn naargeestig en grimmig aanzien, die ons met zorg vervult, zorg voor de meest nood zakelijke voorwaarden van ons da- gelijksch leven. Graan en kolen, deze twee onontbeerlijke bestand- deelen voor den goeden gang van zaken, zij zullen ons hopelijk wel niet geheel en al ontbreken, doch zij zullen ons in verre van voldoende, ja in nog mindere mate ter beschik king zijn, o'm het leven in den meest eenvoudigen vorm, ontdaan van alle overtollige luxe, te leiden. Zijn de voorraden reeds aanzienlijk geslon ken, daar is weinig hoop, dat de aanvulling, zoo zij al eenigszins mocht geschieden, te juister tijd zal plaats vinden om nog erger te voorkomen. Niet dat het aan het een of wel aan het ander ontbreekt in de groote productielanden, geenszins, maar het zijn de verkeersmiddelen die rem mend werken op den geregelden noodzakelijken aanvoer. Deze ver, keersmiddelen toch staan geheel in het teeken der oorlogspolitiek, die ten opzichte der centralen allicht niet minder streng en gevaarlijk is, als jegens de oorlogvoerende partijen zeiven. De Amerikaansche havens tellen de Nederiandsche schepen be laden met het kostbare graan, bij tientallen, en in stede van naar de plaats hunner bestemming te mogen 'k Zal het niet vergeten, beloofde het meisje. Eindelijk ging Mele naar huis. Ik moet alles doen, mompelde ze, hij komt niet... hij wil niet komen... en hij weet toch, dat ik hem binnen brengen kan, zonder dat iemand het ziet. En hij zou mij durven buiten smij ten... ja, dat zei hij mij vlak in m'n we zen. Toen Mele de poort van den Uilen toren bereikte, stonden eenige heeren op haar te wachten. Wat gaat 't nu weer zijn, sprak ze kwaadgezind. Zijt gij de huishoudster van dne- neere Meuleman vroeg de deftigste uit de groep. Ja, maar meneere Meuleman is ter ziele. Dat heb ik vernomen, en gij hadt het mij seffens moeten laten weten. Moeten, moeteqj.. Ja, ik ben de "notaris van Vlier- beke en uitvoerder van den laatsten wil van j'n meester. Notaris Borremans Juist. En ik ben gekomen met m'n getuigen en de ambtenaars otn alles te verzegelen. Als m'n meester 't zoo gewild heeft, zal ik mij niet verzetten, hernam de oude onderdanig. Ze opende de poort. Gaat binnen, vervolgde ze. Eensklaps begon Mele te snikken. Voelde ze, hoe al 't oude voorbij was, nu vreemden met het recht der wet haar macht boeiden Had ze wellicht een haar ontroerende gedachte aan den meester stevenen, waar een in zorg en angst verkeerende bevolking reikhalzend naar de eindelijke komst der vader- landsche schepen uitziet, ligt de kostelijke waar te bederven, om ten slotte slechts als veevoeder te kunnen dienen. De Indische havens zijn over belast met allerhande afscheeppro- ducten naar het moederland, dat op zijne beurt tallooze vrachtbooten ge reed heeft liggen om de schatten van Insulinde naar. Nederland te halen. Maar noch uit Amerika, noch uit on zen Oost zullen de bodems, rijk-bela den met hun kostbaren inhoud ver trekken, want de zeewegen zijn onveilig niet alleen, maar ook de po litieke wegen zijn gevaarlijk en vol angels en klemmen. Amerika en En geland zij stellen ons om strijd moei lijk, zoo niet geheel onmogelijk in te willigen eischen voor de toestemming ons van het noodige te voorzien Duitschland blijft niet achter, waar het de levering betreft van kolen- voorraden. Om het even, Entente of Centralen, hun houding tegenover de neutraal gebleven landen, levert al bitter weinig verschil op. De een vraagt scheepsruimte in zulk een mate en onder zulke beperkende bepalingen, dat voor ons eigen land al zeer wei nig voordeel zou resteeren de ander stelt de kolenleverantie afhankelijk van onze bereidwilligheid om voor mil- lioenen guldens Duitsche schatkist biljetten over te nemen, met al de ver-gaande risico aan zulk een pre cair bezit verbonden de eene partij sluit feitelijk het wereld-verkeer voor ons af, door niet toe te laten dat onze schepen ter plaatse waar zulks nood zakelijk is bunkerkolen innemen, de andere partij laat zijn duikboot-kom mandanten de dusgenaamde vrije vaargeul tot een vrijwel even gevaar lijk verkeersgebied maken, als daar buiten, en beide partijen getuigen inmiddels om het luidst, dat zij blij ven opkomen en blijven strijden voor de rechten der vrije zee en der kleine staten Qeloove zulks, wie het nog gelooven kan. Hoe lang nog, mag men met ernsti- gen aandrang vragen, moet deze toe stand voor ons land, een als het ware tusschen hangen en worgen, nog voortduren Moeten de droevige omstandigheden, waaronder wij thans gebukt gaan, dan nog erger worden? Helaas, wij moeten daarop het ant woord schuldig blijven, gering en onvoldoende als de kennis en de macht van ons elk afzonderlijk is, om hierin met klem van redenen, gezag hebbend mede te spreken. Afzonder lijk, voor ons elk, geldt dit inderdaad, Ze volgde gedwee. Een of twee kamers kunnen nog voor u open blijven, zei de notaris vriendelijk. Ja, menschje, de dood brengt groote veranderingen. Voerden ze me overmorgen ook maar naar 't kerkhof, dan was 't al met een keer uit 1 riep Mele op bitteren toon. Kom, kom, je zijt nog kloek... De heeren gingen dadelijk aan 't werk en in den namiddag zat Mele triestig in haar groote, sombere keu ken. 't Overige van den dag bleef zij ge heel alleen. Den volgenden morgen kwam Leo nard Meuleman. Twee gendarmen in burgerkleeren vergezelden hem. Och, meneere, gij daar Ik hoor, dat je in 't kot zit riep Mele treurig uit. Ja, mensch, ja mensch, antwoord de de broeder van den overledene zuch tend, er is veel onrechtvaardigheid op de wereld. Ze ontzien zelf mij niet, zoo'n Christelijk, treffelijk man, die een stil, eenzaam leven leidde en nooit de vermaken en bekoringen van de we reld heeft gezocht. En m'n broer is dood Ja... Gestorven, zonder dat ik bij hem was, om hem voor zijn laatste reize te bemoedigen, zonder dat ik z'n ziele kon voorbereiden op den grooten tocht in de eeuwigheid, zonder dat ik voor hem lezen mocht met zijn hand in de mijne, O, er is zwaar tegen mij misdaan, maar doch geenszins ook ons allen te zamen, als eenheid derhalve. Dan kunnen we en moeten we, als zoo danig ons krachtig doen gelden, waar het er om gaat ons aller welzijn te behartigen en te doen behartigen. Daarom is in deze ernstige tijden vóór alles noodig, eenheid en samen werking onder alle deelen onzer Nederiandsche bevolking. Die een heid en die samenwerking moet de stuwkracht zijn, waardoor onze re geerders zich kunnen geschraagd voelen bij het verzorgen onzer belan gen. Wanneer werkelijk ons volk zich als een vaste, aaneengesloten eenheid uitspreekt en zijn wil doet kenneh, dan kan het niet anders of de regeering zal naar buiten, en met name tegenover de buitenlandsche in menging in tal van zaken op ons volks leven betrekking hebbend, zich krach tig kunnen doen gelden. Het kan niet anders of het woord eener regeering waarachter heel het volk, eensgezind, geschaard staat, móét grooter indruk maken bij allerlei onderhandelingen, de belangen van dat volk rakende, dan wanneer dit laatste zich niet krachtig heeft uitgesproken. Hiermede echter raken wij aan een andere zaak van groot belangnamelijk deze, dat om zich ter zake kundig te doen gelden, men dan toch van de zaken op de hoogte moet zijn. En dan blijkt maar al te zeer, dat onze regeering blijkbaar geen aanleiding genoeg meent te hebben, om het volk metterdaad in te lichten omtrent veel, hetwelk ten nauwste met zijn hoogste belangen in betrekking staat. Wij moeten echter deze houding respectëeren, niet noch tans omdat wij de redenen daarvoor ten volle beamen, doch omdat wij in deze ernstige tijden allerminst het onmisbare vertrouwen mogen ont houden, aan hen, die zonder dat, on mogelijk 't schip van staat naar behoo- ren kunnen blijven sturen. Doch ander zijds zouden wij ook aan de regeering willen toeroepen stelt vertrouwen in het veelal helder inzicht des volks in zijn eigene aangelegenheden, schroomt niet, waar zulks van pas is, zijne meening te vragen, en de adviezen te aanvaarden van hen, die door ambt, bedrijf of roeping in staat zijn als eerlijke, welmeenende vaderlanders met hun oordeel en raad het welzijn der gemeenschap te dienen. En voor alles, sluit u niet op binnen de muren van een enge bureaucratie, maar laat integendeel een frissche stroom van nieuwe denkbeelden, nieuwe inzichten aan ervaring en praktijk getoetst, uw daden beïnvloeden. Dan zult gij door vertrouwen te schenken, ook het God zal oordeelen 1 Waar ligt m'n arme broeder Kom, zei de oude vrouw, 'k Zal je den weg toogen. Ze ging hem voor. De gendarmen volgden. Moeten zij ook mee vroeg de huishoudster. Ja... en weer zuchtte Leonard Meuleman. 'Ik ben gedwongen in 't ge zelschap van twee gerechtsdienaren te blijven lijk een dief of moordenaar. Zoo durven ze mij behandelen, mij de klui zenaar, die z'n geluk zocht in afzonde ring en goede werken O, .Mele, de wereld is zoo boos Eensklaps stond de bezoeker voor het lijk van zijn broer. Hij wreef met zijn zakdoek aan de oogen. Ja, daar ligt hij nu, herna-m hij op zalvenden toon. De mensch is uit stof geboren en zal tot stof wederkee- ren. Er is daar niets aan te veranderen. Arme broeder, .ik leze nog op j'n wezen 't verlangen waarmee gij van hier ver trokken zijt, 't verlangen mij aan j'n zijde te hebben, om je te troosten, want je kende me wei, en wist hoe goed m'n herte is. Bah, hij heeft nooit van je gespro ken, zoo onderbrak Mele 't gefemel van den huichelaar. Och neen, stille zielen spreken niet veel Maar 'k leze 't nog op z'n wezen, dat z'n harte om mij ge schreeuwd heeft lijk een kind om z'n moeder roept. (Wordt vervolgd). I

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1917 | | pagina 1