en i"
SSEDINGEN
WOEIMSOAO
jjjjflï'fn F. Ml DE VELOE K Kleine Markt SS, ïfeisp. ïeiéan itilerc. 16
farsclijni Épiijh, uiiyozsnderd sp Zgiép §1 possess eMe
FEUILLETON
De Witte Vrouw
leid
uizen.
'"en.
JTBODE.
13 SEPTEMBER
gemeentebestuur
ja-
BINNENLAND
Ï^O. 31®
35e Jaar^an^1
1917
;pei.
:RM. SMITS.
iKOOPINO van
partij afkomstig
NT, heeft plaats
lot en met
fSEPTEMBER
ir
an de door de taxa-
ijzen,- in het pand
naast Café „DE
van den Heer
:n.
ige prijzen volgen,
OSTUUMS
•open en ook met
lur:
f 18.f 20
50
f 9.-
f
-
f30.—
f
75
f 15.50
f
-
f50.—
j_30-
f 15.50
f45.-
f23.-
INTERJAS
- f 22.50
50 f 14.
- f40.—
- f 21.
attent op onzen
OTORJEKKERS,
ssen en beige en
Rubber en Water-
gepast worden; de
luitend a Contant,
erkoopDinsdag v.
ig Donderdag van
beslist niet langer,
met den verkoop
J. GERRITZEN.
rtij Prima Dames-
Regenmantels.
ÏOP.
AT 2 bij den Spui-
ZONEN, Bloe-
vragen voor de
j. KOLE (Slagerij)
?ECHTS, Groene-
ddeibaren leeftijd,
bij zich aan huis
UHflJIZEN.
;s. Courant".
•uw, P. G., beveelt
aakster
lette werkzaamhe-
almestraat 12.
avonds na 8 uur.
5S. Courant".
ileisje
en de 14 jaar.
3oekh. v. D. PE1JL
agt beleefd eenige
>s. Courant".
Msje.
s. Courant".
VL1SSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.45
per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ1.60. Voor België ƒ2.20
y0or overige landen der Post-Unie 3.35. Afzonderlijke nummers 3 cent
ADVERTENTIEPRIJSVan 14 regels 0.48voor iedere regel meer 12 cent
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Bij abonnement speciale prijs
Reclames 24 ct. per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen 6% cl. per regel
feesidaggn
nTabonné's, in 't bezit eenerfliffc «f| gulden bij levens- m f* fk gulden bij dood 4% ffe gulden bij verlies 4 f* f| gulden bij verlies A gulden bij verlies «j gulden bij verlies
zijn GRATIS verze- /i gl Big lange ongeschikt- door «C B111 van een hand, van IggBfl vaneen /Hj van eiken
f«d'tegen ongelukken voorheid tot werken UU een ongeluk voet of oog 1.VV een duim 1UU wijsvinger ÏU%$ anderen vinger
/«ie uil><terIr.^ir. «orden VERDUBBELD Indien de verzekerden, voorzien van geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot oi tram. De ultkeerlng wordt gewaarborgd door de „Holl. Alg. Verzek, Bank" të Schiedam
"paraffine en wassoorten.
De Burgemeester van Vlissingen
bren»t ter algemeene kennis
de navolgende door den Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel den
7en September 1917 vastgestelde be
schikking
De Minister van Landbouw, Nijver
heid en Handel
Gezien artikel 8 der Distributiewet
Heeft goedgevonden
met wijziging, voor zoover betreft
het bepaalde sub 1 in zijne beschikking
van 21 Mei j.L, no. 42253, afdeeling
Handel
a. te verbieden den verkoop, de af
levering en het daarmede verband hou
dende vervoer van paraffine, ceresine,
candallilawas, carnaubawasafval, fi-
berwas, Japanwas, zuivere gele bijen
was, bijenwasafval, montaanwas, ozo-
kcrit, en in het algemeen alle stoffen,
waarin zich paraffine of was bevindt,
in welken vorm ook. In geval van twij
fel, of eenig artikel onder dit verbod
valt, beslist de Toewijzingscommissie
voor kaarsen, schemerlichten en derge
lijke
b. te bepalen, dat het verbod sub a
niet geldt voor zoover de aflevering
het vervoer sof de verkoop plaats vindt
voor den dienst van leger en vloot, of
wel daartoe schriftelijke vergunning is
verleend door de Toewijzingscommis
sie voornoemd.
De Minister van Landbouw, Nij
verheid en Handel,
(get.) POSTHUMA.
Vlissingen, 1! September 1917.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
bekendmaking.
De Burgemeester van Vlissingen
brengt 'ter algemeene kennis
de door den Minister van Landbouw,
Nijverheid en Handel vastgestelde be
schikking
De Minister van Landbouw, Nijver
heid en Handel
Gezien artikel 8 der Distributiewet
1916 en artikel 3 der Distributieregeling
voor thee en koffie dd. 29 Augustus
1917
Heeft goedgevonden
vast te stellen de volgende maxi
mumprijzen, tegen welke in den klein
handel thee en koffie ten hoogste
2 zullen mogen worden verkocht
thee 1.40 per y2 K.G.
koffie 1.per >/2 K.G.
De Minister van Landbouw, Nij
verheid en Handel,
Voor den Minister,
De Secretaris-Generaal,
(get.) VERSTEEG.
Vlissingen, 12 September 1917.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
DOOR
JL. HAHS.
'2) (Mirt TBrtodra).
O, je zijt er tegen, den weg links
volgen... en aan den Uilentoren het
Pad inslaan.
is er geen andere weg dan langs
den Uilentoren
Ook al schouw van dat oude kot
Wei ja...
De witte vrouw is dood en begra
ven en Meuleman, zeggen ze. ligt op
2n uiterste... Maar kom, een mensch
Juet barmhartig zijn, ik zal een ein-
"eke meestappen
O, dal is braaf
Och, we zijn hier van de slecht
ten „iet
^e boer kwam door het bek en zijn
„aarn wierp een breede strook licht
°P den zandweg.
Zou je geen wapen meedoen
roeg Zoë.
Waarom
Loncke zwerft rond.
Die nietweerd Hij zal mij niet
"randen. Wees maar gerust Zoo,
)e ke« h'm ook.
Waar moet je zijn op Zandegem
'"'j Donkers.
Tiens, dan versta ik, dat je Ko
Opening Kamers Staten-Generaal
Thans is vastgesteld dat de opening
van de nieuwe zitting der Staten-Ge
neraal op a.s. Dinsdag door een com
missie van Ministers (dat wil zeggen
alle leden van het KabineJ) met geheel
hetzelfde ceremoniëel zal plaats hebben
als op Dinsdag 19 September 1911, toen
het Kabinet-Heemskerk in naam der
Koningin de zitting opende. De Ministers
zullen zich dan in een stoet van vier
galarijtuigen, geopend en gesloten door
afaeelingen cavalerie, naar het gebouw
der Tweede Kamer begeven, langs een
korteren weg dan de Koninklijke stoet
anders volgt.
Nieuwe staatsleening.
Naar men van de meest betrouwbare
zijde mededeelt, is in den loop van dit
najaar te verwachten een wetsontwerp
tot het aangaan eener nieuwe staats
leening, met conversie van het nog niet
afgeloste gedeelte der 5 u/a staatsleening
van 1914 in eene 4
Is men wel ingelicht, dan zou de
nieuwe leening, met inbegrip van de 250
millioen van de conversie, waarschijn
lijk een 400 a 500 millioen bedragen.
Het moet echter in de bedoeling der
regeering liggen de uitgifte der nieuwe
leening niet voor einde December e.k.
te doen geschieden.
Engelsche kolen.
Naar de „Tel." verneemt heeft de En
gelsche regeering zich bereid verklaard
maandelijks 180.000 ton kolen beschik
baar te stellen, indien onze regeering
bereid zou zijn de 150.000 ton beschik
baar gestelde scheepsruimte ten behoeve
van het Belgische RelieLComité te ver-
hoogen tot 180.000. Er zijn generlei
beperkende bepalingen aan verbonden
ten aanzien van den uitvoer naar
Duitschland.
Wij hadden ons tot dusverre reeds be
reid verklaard zonder kolenleverantie
130 000 ton scheepsruimte voor de Re-
liefcommissie af te zonderen.
indien de Nederlandsche regeering
dit cijfer verhoogt tot 180.000 ton, een
cijfer, dat volgens de Engelsche en de
Amerikaansche regeeringen, de Relief
absoluut noodig heeft, om in de be
hoefte te voorzien, is Engeland bereid
ons 180.000 ton kolen per maand te
leveren.
Alle vroegere door Engeland gestelde
eischen voor een eventueele kolenleve
rantie, zullen dan vervallen, met name
ook de voorwaarde, dat onze kolen
schepen reizen naar Frankrijk zullen
doen.
De Engelsche regeering heeft goed
gevonden, dat onze schepen, die in En
geland kolen zullen gaan halen, geen
levensmiddelen of geen andere lading
zullen meevoeren, maar in ballast zullen
varen, om zoodoende het gevaar van
Loncke kent. Een .rare affaire, hé En
vanwaar kom je nu
Van Knokke.
Dan zij je leelijk misgeloopen...
Maar 't is donker. Vanwaar zijt ge?
Van Brugge...
Zoë had geen zin aan den onbekende
haar gansche levensgeschiedenis te ver
tellen.
Ja, te Brugge zijt ge met ai die
lantaarns meer verzoend dan wij.
De boer babbelde nog wat door en
dan op een gebouw wijzend, vervolg
de hij
Daar staat de Uilentoren. .En waar
dat lichtje brandt, ligt de oude Meu
leman te sterven. Waar de jonge uit
hangt, weet niemand, maar ie 'zal z'n
vader de oogen niet komen toedrukken.
Hier is 't pad. Moet ik nog verder mee
gaan
O, nu zal ik 't wel vinden.
Ja kan njet missen... 't'Is rechte
door. In tien minuten zijt ge aan de
kerk.
Wel bedankt voor je goedheid...
Niet noodig, juffer. Goên avond.
En weer stond Zoë in de duisternis.
Snel stapte ze voort. Plots greep
iemand haar vast.
Ha, nu heb ik de bespiedster
siste een stem. Je komt zoo gaarne in
't bosch... ehwel, je gaat er weer mee
naar toe... en we zuilen er eens klap
pen
Help schreeuwde het meisje,
eensklaps begrijpend, dat ze in de
macht van Loncke was.
En haar stem klonk als een nood
kreet over 't land.
torpedeering door Duitsche duikbooten
zooveel mogelijk te verminderen.
Over dit Engelsche voorstel wordt op
dit oogenbiik van gedachten gewisseld
Uitwisseling van krijgsgevangen.
Het ministerie van buitenlandsche
zaken deelt het volgende mede
De Nederlandsche regeering is er in
geslaagd overeenstemming toi stand te
brengen tusschen de Britsche en Duit
sche regeeringen nopens de vraag, welke
Engelsche haven zou kunnen v/orden
aangewezen voor de verscheping van
de gevangenen, die voor repatrtieering
in aanmerking kunnen komen dan wel
uit Engeland naar Nederland ter inter-
neering zullen worden overgebracht op
grond van de bepalingen, vervat in de
op 2 Juli 1917 te 'sGravenhage geslo
ten overeenkomst betreffende weder-
zijdsche krijgsgevangenen.
Thans is nl. vastgesteld, dat voor dat
doel de haven van Boston aan de Wash
zal worden gebezigd.
Naar wij vernemen bestaat het voor
nemen voor het aihalen van Duitsche
krijgsgevangenen uit Engeland, behalve
de booten der „Zeeland", ook de „Sin-
doro" van den Rotterdamsche Lloyd te
gebruiken.
R.-K. Vredespetooging.
De gisteren te 's Gravenhage gehou
den vredesbetooging, uitgeschieven door
het Centraal Bureau voor de Katholieke
Sociale Actie in Nederland, naar aan
leiding van de vredesvoorstellen van den
Paus, was druk bezocht. De groote zaal
van den Dierentuin, waarvan het podium
was gesierd met in palmgroepen ge-
geplaatstc vaandels van katholieke orga
nisaties, was geheel bezet. Vrijwel alle
in Nederland bestaande R.-K. vereeni-
gingen hadden haar vertegenwoordigers
gezonden, terwijl mede aanwezig waren
o.a. het Eerste Kamerlid Van Lams-
weerde, de Tweede-Kamerleden Loeff,
Bongaerts en Fruytier en de deken van
Den Haag, mgr. P. C. Wijtenburg.
Tegen 11 uur werd de bijeenkomst
met den christelijker; groet: „Geloofd zij
Christus" geopend door den heer J. j.
A. Houben, voorzitter van den Centra-
len Raad voor Katholieke Sociale Actie
in Nederland.
Nadat hierop door 't dameskoor „Kunst
en Godsdienst" het „Ave Maria" van
Mendelssohn was gezongen, was het
woord aan mr. D. A. P. N. Kooien, lid
van de Tweede Kamer, die tot onder
werp zijner rede had gekozen De oor
log en het Katholicisme.
Spreker ving aan met een herinnering
aan het feit, dat in den aanvang van
den wereldoorlog ook van Katholieke
zijde de oorlog als iets goeds werd be
schouwd. Sommigen verheugden zich
over de ineenstorting van het interna
tionale socialisme, anderen verwachtten
een opleving van het geloof, terwijl
wéér anderen den krijg bevorderlijk
achtten aan de beoefening van allerlei
Zul je zwijgen, of ik nijp je hief
de keel toe dreigde haar aanrander.
Hij wilde haar de hand op den mond
drukken, maar Zoë sloeg en krabde
hem in 't wezen, en weer gilde ze om
hulp...
Wat is dat hier riep iemand.
O, oom, gij...
Het meisje herkende Donker's stem.
Zoë, gij
En Ko Loncke... hier, pak hem,
ik heb hem vast
De koopman zag iets glinsteren...
Hij sloeg den kerel op de hand en een
mes viel ten gronde.
'Loncke vloekte van woede. Hij rukte
zich los en snelde heen.
Kom nu rap mee... misschien
heeft hij handlangers sprak Donkers,
het meisje voor zich uitduwend.
Ze liepen voort en waar het ,pad den
straatweg ontmoette schepten ze adem.
Zie je 't nu, hoe onvoorzichtig je
geweest zijt bromde de handelaar,
'k ,Had geen rust en ik peinsde wel, dat
je rond den Uilentoren zou zwerven...
Ik ging er heen en 'k kwam juist bij
tijds
Ja, maar ik weet, waar Meuleman
en Loncke verborgen zitten.
Waar heb je dan toch geweest
Ge hadt rrje van den „Wildeman"
verteld en 'k heb die .herberg afgespied
en gezien, dat een der dochters dik
wijls met een mand vertrok. Die doch
ter moest ik nagaan en dezen avond
lukte het. Ze ging- naar Loncke en
Meuleman in 't bosch. Die zitten daar
in een.hol.
Wat we nu nog zullen hooren
deugden. Hoezeer echter heeft de uit
komst deze verwachtingen beschaamd
De partijen der ontevredenheid groeien,
slechts hier en daar is een opbloei van
geloof waar te nemen, en de deugden
bloeien niet bij voorkeur in het rumoer
van den krijg.
Wat men verwachtte was dan ook
in strijd met de ervaring en met de
eeuwenoude bede der Katholieke kerk:
van pest, hongersnood en oorlog, ver
los ons Heer.
Meer uitvoerig teekende spreker ver
volgens de nadeelen, door den oorlog
veroorzaakt op geestelijk en stoffelijk
gebied. Alleen als strijd noodig is voor
het behoud der onafhankelijkheid is de
oorlog geoorloofd, echter alleen dan in
dien alle vreedzame middelen zijn uit
geput. Als middel tot verovering is de
oorlog niet geoorloofd, als verdedigings
middel kan hij het wèl zijn. In verband
hiermede kunnen de Katholieken niet
mede gaan met de twee uitersten, waar
van het eene der, oorlog aangrijpt als
middel tot machtsuitbreiding, het andere
den oorlog absoluut ongeoorloofd acht.
Dat de oorlog voor goed zou kunnen
verdwijnen, kur.nen zij niet aannemen.
Dit belet hun evenwel niet er toe mede
te werken zulk een tijd van ellende zoo
weinig mogelijk te doen voorkomen, en
den zoo duurzaam mogelijken vrede te
propageeren. Bovendien rust op de
katholieken de plicht al het mogelijke
te doen om mede te werken tot weder
opbouw van het Christelijk oorlogsrecht.
Spreker eindigde met den wensch, dat
de vredespogingen van paus Benedictus
zullen slagen.
„De oorlog en Gods-voorzienigheid"
was het onderwerp der rede van den
tweeden spreker, prof.J. D. J. Aengenent,
algemeen adviseur van de Katholieke
Sociale Actie in Nederland.
Spreker betoogde dat God lichamelijk
leed kan willen, mits dat leed dienstbaar
kan zijn aan een hoogerdoel. En lettende
den toestand van het mensch dom
vóór het uitbreken van den oorlog, toen
genieten het voornaamste levensdoel
scheen, dient aangenomen dat terughou
den van zonde en brengen tot deugd
ook het doel van God met den huidigen
oorlog is. Dat velen daardoor wordt
ontnomen, wat zij als hun eigendom be
schouwen, behoeft voor God geen be
letsel- te zijn om ter bereiking van het
beoogde doel leed aan te doen. God
toch is de eigenaar van alles en beschikt
over alles als over zijn eigendom. Dat
God met zachter middelen de mensch-
heid tot verbetering zou kunnen brengen
mag twijfelachtig heeten.
Uit het feit, dat lichamelijke rampen
ten doel kunnen hebben de deugdzamen
op te voeren tot hooger deugd, volgt
dat in den oorlog niet altijd de recht
vaardige zaak behoeft te zegevieren.
God heeft bovendien de eeuwigheid voor
zich om het goede te beloonen.
De oorlog is een geesel God's in dien
zin, dat God heeft toegelaten dat de
menschen dien geesel grepen om elkan-
Ongelukkiglijk heb ik wat leven
gemaakt. Ik moest vluchten, 'k Kwam
aan -een hoeve en de boer ging een ein-
deke mee. Dat moet Loncke gezien
hebben... en hij is ons gevolgd en de
lafaard viel me aan, toen ik weer al
leen was.
God zij geloofd, dat ik -nog juist
op tijd kwam'Peins toch eens, die
loeder zou je vermoord 'heben
Och, oom, 't is niet gebeurd en
laat ons niet dubben over wat er had
kunnen gebeuren We moeten naar
den burgemeester gaan.
Beef je niet over al j'n leden
Niet meer...
't Is om een ziekte van 't verschot
op te doen.
Wees gerust, 'k zal dezen nacht
goed slapen, 't Is waar, als de deugniet
me daar vast pakte, was ik benauwd,
maar dat is voorbij. We moeten naar
dén burgemeester gaan.
Ja, ja, maar de deugnieten zullen
in hun hol niet blijven.
Ze kunnen toch niet ver Ioopen.
Toen ze het dorp bereikten begaven
ze zich naar den burgemeester. Deze
luisterde verbaasd naar het zonderling
verhaal en riep dadelijk de gendarmen
op.
Zoë vergezelde de gerechtsdienaren
naar 't bosch, maar hoe men ook zocht
en speurde, Loncke en Meuleman wa
ren verdwenen.
Dan trok men naar dén „Wildeman".
De herberg was donker en diepe rust
heerschte er. De burgemeester klopte.
Na eenigen tijd stak Vrieze zijn hoofd
door een dakraam.
der te tuchtigen, echter niet in dien zin,
dat God zelf het tuchtmiddel greep. God
kan de zonde van hen, die den oorlog
ontketenden, niet willen, $och slechts
toelaten.
Ten slotte betoogde ook spreker dat
de Katholieken kunnen mededoen aan
de vredesbeweging onzer dagen. De
oorlog is een ramp, en om de afwending
van rampen mogen wij bidden. Daarom
mogen wij bidden en werken voor den
vrede, onder voorbehoud dat deze ligt
in de plannen van Gods voorzienigheid.
Na deze rede werd het „Vredes-
Smeeklied" van j. A. van Opijnen door
het dameskoor ten gehoore gebracht.
De Schelde-quaestie.
De „Köln. Volksztg." wijst in een
hoofdartikel op een opmerking van de
„Berner Tagwacht", die van zooge
naamd welingelichte zijde beweert te
hebben vernomen, dat het bekende Rus-
sische-Fransche geheime tractaat ook
een passage bevat over het afstaan van
Hollandsch gebied aan België, en wel
op den Zuidelijken Schelde-oever. Naar
aanleiding hiervan merkt de „Köln.
Volksztg." op De inhoud van dit be
richt is niet geheel nieuw, want dit on
derwerp heeft reeds herhaaldelijk de
pers in de beide belanghebbende lan
den België en Holland beziggehouden.
Een van de meest doorslaande bewij
zen is te vinden in het boek, dat ver
leden jaar het licht zag, getitelt „La
Belgique au Tournant de son higtoïre".
In dit boek wordt geëischt dat België
na den oorlog wederom zijn „natuur
lijke grenzen" zal verkrijgen. De schrij
ver rekent echter bijzonder veel tot de
ze natuurlijke grenzen en eischt o.a.
het geheele groothertogdom Luxem
burg, van Duitschland een groot stuk
van de Rijnprovincie en zelfs een stuk
van Frankrijk, dat met een dergelijk
offer den Belgischen tegenstand waar
door in 1914 de Franschen Parijs kon
den behouden, schijnt te moeten beta
len. Bovendien, zoo schijnen de Groot-
Belgische politieke fantasten te mee-
nen, zou Frankrijk zich met Duitsch ge
bied schadeloos kunnen stellen, waar
voor natuurlijk in de eerste plaats
noodzakelijk zou zijn, dat het Duitsche
Westelijk front zou moeten worden
doorbroken. Tenslotte is de schrijver
ook nog van meening, dat Holland het
moet goedkeuren, dat de mond van de
Schelde met aangrenzend gebied aan
België komt. Hier heeft men blijkbaar
te doen met de oorzaak van de bepalin
gen in het verdrag, die den inhoud van
het bericht van de „Berner Tagwacht"
vormen. Het is volstrekt niet duidelijk
om welke redenen Holland dit gebied,
dat economisch en strategisch het even
wicht handhaaft, zou moeten afstaan
aan het Groot-België van de toekomst.
De „Köln. Volksztg." schrijft verder,
dat wij in de laatste 10-tallen van ja
ren de ervaring hebben opgedaan, dat
de Entente met 't verdeelen van rijken
en van gebied zeer vrijgevig is als dit
Wat is er? vroeg hij.
Ik ben de'burgemeester, sta sef
fens op en open de deur
De man gehoorzaamde dadelijk.
Wat is er van je dienst burge
meester? vroeg hij onderdanig.
Roep j'n dochter Flora
Maar 't kind slaapt
't Geeft niet Roep ze
Heeft ze wat misdaan
Roep ze zeg ik
Alloh, als 't dan moet. Maar als
treffelijk meisje zal ze zich eerst moe
ten kleeden.
Wat rap toch
Ja, burgemeester, maar als dames
hun toilet maken... ge weet, mannen
kunnen dat rapper
En werkelijk liet Flora lang op zich
wachten.
Eindelijk verscheen ze en vrijmoedig
keek ze den burgemeester aan.
Js 't om mij te doen vroeg ze.
Ja Gij gaat mee naar 't dorp
Waarom
Voor een ondervraging.
Kan dat hier niet gebeuren, bur
gemeester vroeg Vrieze.
Neen
Maar wat is er dan toch Mogen
we dat ook niet weten
Ge zult het wel hooren
O, vader, ik zal wel meegaan, her
nam het meisje.
Op dat oogenbiik kwam vrouw Vrie
ze in de gelagkamer. Ze had een doek
over haar nachtkleed geslagen het
haar hing haar los over den schouder.
Ze zag er droevig en haveloos uit.
(Wordt vervolgd).