2000
De Witte Vrouw
MAANDAG
gemeentebestuur
feuilleton
1%0. 207
55e «Ja£trg£saisg|1
1917
jjjjmfirn F. VHH DE ÏEL1E k, Kleine Markt 58, ïlissinp. ïe!ef«m Intere. 10
Vsrschiint Mijks, aitgizonilntl op Zondig on algemeen erkende Christelijke feestdagen
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.45
per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ1.60. Voor België ƒ2.20
Voor overige landen der Post-Unie 3.35. Afzonderlijke nummers 3 cent
ADVERTENTIEPRIJSVan 14 regels ƒ0.48 i voor iedere regel meer 12 cent
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Bij abonnement speciale prijs
Reclames 24 ct. per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen 6% ct. per regel
I gulden bij levens- n Pf f| gulden bfl dood AAA gulden bij verlies ij r* gulden bij verlies JAA gulden bij verlies Q p gulden bij verlies
lange ongeschikt- 11 door 1111 van een hand, 11 van 11111 van een B van eiken
kerdtegen ongelukken voor: UUUU heid tot werken B een ongeluk (JU U voet of oog luU een duim 1UU wijsvinger bv anderen vinger
poia sRtteerlngsn worden VERDUBBELD Indien de verzekerden, voorzien van geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot of tram. De ollkeerlng wordt gewaarborgd door de „Heil. Alg. Verzek. Bank" tê Schiedam
ne abonné's, in 't bezit eener
polls, zijn QRATIS verze-
ROGGE.
Burg. en "Weth. van Vlissingen
brengen ter algemeene kennis
de navolgende -door den Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel vast
gestelde beschikking
De Minister van Landbouw, Nijver
heid en Handel
heeft goedgevonden
in te trekken zijne beschikking dd. 15
Mei 1917, no. 39067, afdeeling Handel,
houdende verbod van alle handelingen,
.die er toe leiden, dat de te velde staan
de rogge voor een ander doel wordt
vebruikt dan voor menschelijk voed
sel, m.n. hert maaien van de onrijpe
rogge en .het gebruiken van deze als
veevoeder.
De Minister van Landbouw, Nij
verheid en Handel,
Voor den Minister,
De Secretaris-Generaal,
(get.) VERSTEEG.
Vlissingen, 3 September 1917.
Burg. en Weth. van Vlissingen,
VAN DOORN VAN KOUDBKERKE.
De Secretaris,
J. P. v. ROSSUM Jr.
HINDERWET.
Burg. en Weth. van Vlissingen
Gelet op artikel 8 der Hinderwet
brengen ter openbare kennis, dat bij
besluit van 31 Augustus jl. aan J. VIS
SER alhier vergunning is verleend tot
het uitbreiden van zijne melkinrichting
en stoomzuivelfabriek van de bestaande
stoomketels en den electro-motor, in
het perceel kadastraal bekend gemeen
te te Vlissingen, Sectie B nos. 956 1231
plaatselijk gemerkt Gladsstraat no. 163.
Vlissingen, 3 September 1917.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
J. P. v. ROSSUM Jr.
VERORDENING.
De Commandant der Stelling van de
Monden der Maas en der Schelde (Com
mando Zeeland)
Gezien de Koninklijke Besluiten van
29 Augustus 1914 (Staatsblad no. 435),
van 8 September 1914 (Staatsblad no.
448), van 25 September 1914 (Staats
blad no. 463) en van 11 Februari 1915
(Staatsblad no. 81), waarbij de ge
meenten in de Provincie Zeeland zijn
verklaard „in Staat van Beleg"
overwegende, dat het wenschelijk is,
bepalingen in het leven te roepen be
treffende het vervoer en de nederlage
van goederen in zijn gezagsgebied
gelet op de Wet van 23 Mei 1899
(Staatsblad no. 128), in heft bijzonder
artikel 23 en 35 dier Wet
heeft goedgevonden voor bovenbe
doeld gebied, nochtans met uitzonde
ring van de Gemeente Rilland-Bafh, de
navolgende Verordening vast te stellen:
DOOR
Jk.. HANS.
64) (1HM Tertedea.)
Het viertal was al buiten.
Wel, die zinnelooze zou je ver
inoorden, sprak Donkers nog onder den
indruk van het gebeurde.
Die Mele heeft een wonderlijken
invloed op hem, zei de burgemeester,
t Is een zonderlinge familie. Wij komen
"an een kale reis thuis
Ja... bekende Danink.
En hoe is het met ie hoofd vroeg
Delaat. 6
Wei, ik voel een paar builen, maar
ze zullen wei weer inkrimpen. Ze krij
gen mijn hersenpan nog niet gauw aan
stukken. De slag kwam anders goed
Als we nu naar den „Wildeman"
gingen, stelde Donkers voor. Daar zal
Loncke wel rondzwerven
Ik zal gendarmen ontbieden, her
nam de dorpsoverste.. We moeten dat
volkje eens ruw aanpakken.
De vier mannen kwamen op 't-dorp
heit.
Daar is de "burgemeester klonk
Moet je mij hebben vroeg de ge
noemde.
.pj-", Ja. burgemeester... ze hebben
narles Meulemah uit 't kot 'gehaald.
Artikel 1.
De invoer van .paarden en vee is ver
boden, tenzij de invoer gedekt wordt
door geldige documenten tot uit- of
doorvoer, door een geleibiljet, afgege
ven volgens dezelfde regelen, als in art.
2 der Resolutie van den minister van
financiën van 28 Februari 1916 no. 78
is bepaald, voor het ingevolge de Wet
van 31 December 1915 (Staatsblad no.
533) aangewezen grondgebied, of door
een bewijs van vergunning, afgegeven
door den betrokken Inspecteur der di
recte belastingen, invoerrechten en ac
cijnzen.
Onder vee wordt in deze Verordening
verstaan rundvee, varkens en schapen.
Artikel 2.
Het vervoer in andere dan binnen-
waartsche richting, alsmede de in- en
uitslag in en uit panden en erven, is
verboden van
lo. paarden en vee
2o. alle ten uitvoer verboden genot
middelen en voedingsmiddelen voor
mensch en dier, uitgezonderd hooi en
stroo
3o. margarine, benzine, .petroleum,
niet eetbare vetten, oliën, zaden, meta
len, .zeep, zeemleder, leder, wollen ga
rens, sajet, elastiek, rubber en gutta
percha, alsmede van de uit of met een
der laatstgenoemde zeven stoffen ver
vaardigde artikelen.
Dit verbod geldt niet voor
a. goederen, gedekt door geldige do
cumenten tot uit- of doorvoer
b. goederen, gedekt door binnen
landsche paspoorten, afgegeven vol
gens de regelen der Wet van 31 De
cember 1915 (Staatsblad no. 533), met
dien verstande, dat de Inspecteurs der
Directe Belastingen, Invoerrechten en
Accijnzen bevoegd zijn voor te schrij
ven, dat in door hen te noemen geval
len binnen hun ambtsgebied paspoor
ten kunnen worden afgegeven, zonder
dait eene vergunning tot inslag wordt
overgelegd
c. goederen, gedekt door een alge
meene vergunning, afgegeven door, of
een bijzondere vergunning, afgegeven
door of namens, den Inspecteur der Di
recte Belastingen, Invoerrechten en Ac
cijnzen, binnen wiens gebied wordt ver
voerd
d. paarden en andere als trekkracht
gebezigde dieren, indien de vervoerder,
bestuurder, of geleider bij zich heeft
een geleibiljet, als bovenbedoeld in ar
tikel 1
e. goederen, die worden vervoerd
tu'sschen zons op-, en zonsondergang,
en gedekt zijn door een verzendings-
Iijst, zakboek of geleibiljet, afgegeven
door, of namens den Directeur der Di
recte Belastingen, Invoerrechten en Ac
cijnzen, binnen wiens gebied wordt ver
voerd, overeenkomstig de bepalingen
der artikelen 5 en 6 der Resolutie van
den Minister van Financiën van 28 Fe
bruari 1916 no. 78
f. kleine partijen goederen voor hui
selijk gebruik en normale dagelijksche
Wat, Charles Meuleman uit 't kot
gehaald Wie
Twee mannen. Niemand kent ze.
't Was een dorpeling, die dit vertel
de, en hij ging voort
Een van de twee, al een oude,
heeft den veldwachter meegenomen in
een herberg en hem getracteerd. En on
derwijl .moet de ander het kot openge
broken hebben. Men heeft hem met
Meuleman over het plein zien gaan en
de derde is dan rap gevolgd.
Waar is de veldwachter
Hier .ben ik klonk het. Wie moet
er mij hebben
.De politieman naderde.
Wie heeft den arm der wet noo-
dig vroeg hij.
Wees wat kalmer, ze) de burge
meester.
Ha, zijt gij het, mijn chef Wat is
er van uw orders, burgemeester
Waar is Charles Meuleman
Gevlucht.
En gij zegt dat zoo kalm Met
wien heb je in de herberg gezeten
Met een respectabel man... een
goed man... een geleerd man... En ie
heeft inij eens fijn de zaak uitgelegd. Ik
weet hoe de zaak Meuleman contra De-
laat in elkaar zit. Ik zal 't parket eens
inlichten.
Maar wie was die man hernam
de 'burgemeester ongeduldig.
Een fijn man... een fideel man...
■een beschaafd man En hij had van
mij hooren spreken 1 Hij wist, dat ik
verstand van de justitie heb 1
Gij izijt bij drank
Wat belieft er u burgemeester
Ja, ge zijt gewoon hee.l brutaal tegen
behoefte, die worden vervoerd tusschen
zons op-, en zonsondergang, mits het
vervoer plaats heeft door dengene, voor
wien6 persoon, huishouden of dieren
de goederen zijn bestemd, door leden
van zijn gezin of door personen 'in zijn
dienst, en wel langs de gewone route
tusschen de plaats, waar zij worden be
trokken en de plaats van bestemming,
en mits het vervoer niet op heimelijke
wijize plaats heeft
g. vee, waarvan de vervoerder of ge
leider kan aantoonen, dat het van de
stallen naar de weiden, of omgekeerd,
wordt vervoerd, mits de stallen en de
weiden in dezelfde gemeente of i.n
elkanders nabijheid in aangrenzende
gemeenten zijn gelegen en het vervoer
plaats vindt tusschen zonsop- en zons
ondergang
'h. voortbrengselen van landbouw,
alsmede zuivelproducten en eieren, die
van de landerijen naar de schuren, ter
molen, ter markt of ter verwerking naar
eene fabriek worden gebracht, of van
daar worden teruggevoerd, -zoomede
zaaigraan en zaaizaad, dat van de schu
ren naar de landerijen, en afvalproduc
ten, die van de fabrieken naar de lan
derijen worden vervoerd, mits het ver
voer plaats vindt tusschen zonsop-, en-
zonsondergang
i. militaire transporten, zoomede goe
deren, die worden vervoerd voor den
dienst van het Rijk of van andere pu
bliekrechtelijke lichamen, met uitzonde
ring van postpakketten
j. goederen, die als bestel-, ijl-, of
vrachtgoed, of als ingeschreven bagage
door spoor- en tramwegmaatschappijen
of door scheepvaarfondernemïngen in
geregelden dienst worden vervoerd,
mits de goederen in de betrokken
vrachtbrieven of andere ladingpapie
ren onder hunne ware of eigen bena
ming zijn aangegeven.
In ieder geval is het vervoer in an
dere dan binnenlandsche richting, als
mede de in- en uitslag in, en uit panden
en erven verboden van automobiel-,
motorrijwiel-, en rijwielbanden, wan
neer deze voorwerpen niet zijn voorzien
van fabrieksmerk en nummer.
Met vervoer van goederen in an
dere dan binnenwaaiitsdhe richting
wordt gelijkgesteld het bij zich hebben
van goederen in stations of halten of
op de daarbij behoorende perrons -en
emplacementen,'of op aanlegplaatsen
van scheepvaartondernemingen, tenzij
op redelijke gronden kan worden aan
genomen, dat geen vervoer, dan wel
vervoer in binnenwaartsche richting
zal plaats hebben.
Onder goederen worden in deze ver
ordening steeds paarden en vee begre
pen.
Artikel 3.
Iedere houder van paarden of vee is
verplicht daarvan binnen 14 dagen na
het in werking treden dezer Verorde
ning schriftelijk aangifte te doen bij den
dienstgeleider van den kommiezenpost,
binnen wiens kring de paarden of het
mij op te treden. Maar dat zal voortaan
uit zijn Ze hebben in de stad respect
voor mij en gij zult het mij ook be-
toonen 1
Wil je nu zwijgen
Zwijgen Ik voor u We zullen
zien wie de zaak Meuleman contra De-
laat uitspint, gij of ik Ik zwijgen
Gij kent niets van de justitie en juridic-
tie... niets van detectiven en geheime
agenten... niets van vingerafdrukken en
gelaatskunde... Gij zijt burgemeester,
administratieman... maar ik ben politie!
Ze zullen te Brussel weten, wien ze hier
politiehoofd moeten maken
Die kerel is dronken riep Gust
Danink lachend.
Wat zegt ge daar hernam de
veldwachter. In naam der wet houd ik
je aan. Beleediging van het gerecht
Ja, beleediging van een ambtenaar in
de uitoefening' van zijn dienst. Ik leid
je mee...
Ze zoün beter jou wegleiden
spotte Gust.
Veldwachter, waar is Charles
Meuleman vroeg de burgemeester
weer.
Weg 1 Maar dat is niets Zoo be
wijst hij schuld. En ik zal die schuld
aantoonen... ik, gij niet, ik.
Hoe
Dat ga ik niet aan j'n neus han
gen Dikwijls genoeg heb ik het werk
gedaan en ging gij niet de eer strijken.
Nu Iaat ik me niet uitvragen Saluut.
Roep me morgen, als 't parket er is
De veldwachter verwijderde zich
wankelend.
Laat hem gaan zei Donkers. Hij
weet niert, wat hij doet.
vee worden gehouden, onder opgaaf
van het aantal stuks van elke soort,
van den ouderdom en de bijzondere
kenteekenen van elk stuk, alsmede van
den stal en de weide, waarin zij wor
den gehouden.
Hij, die na het in werking treden van
deze Verordening houder wordt van
paarden of vee, is verplicht binnen 24
uren na de verkrijging daarvan, gelijke
aangifte te doen.
Het is behoudens in gevallen van
onverwachte noodzaak, den houder
van paarden en vee verboden eenig
paard of eenig stuk vee af te geven, af
te leveren, of zich op welke wijze ook
daarvan te ontdoen, dan wel dezelve
naar een anderen stal of eene andere
weide over te brengen, tenzij hij daar
van minstens 24 uren te voren aangifte
heeft gedaan bij vorenbedoelden dienst
geleider.
Binnen 24 uren, nadat het aantal
stuks paarden of vee is vermeerderd,
of wegens sterven, of eene onvoorziene
oorzaak is verminderd, dan wel we
gens onverwachte noodzaak naar een
anderen stal of eene andere weide is
overgebracht, is de houder verplicht
daarvan aangifte te doen bij den dienst
geleider van den kommiezenpost, bin
nen wiens kring het dier wordt of werd
gehouden.
De in dit artikel bedoelde aangiften
moeten geschieden in tweevoud op
daartoe bestemde formulieren, welke
kosteloos verkrijgbaar zijn bij de dienst-
geleiders der kommiezenposten één-
exemplaar blijft berusten bij den dienst
geleider, het andere wordt, door den
dienstgeleider geviseerd, aan den aan
gever teruggegeven.
In geval van sterven van een der in
dit artikel bedoelde dieren mag het ca
daver nieit worden weggevoerd, vernie
tigd of begraven, dan na bekomen
schriftelijke machtiging van meerge-
noemden dienstgeleider.
'Dit artikel is niet van toepassing op
paarden, gehouden door militairen en
publiekrechtelijke lichamen, en op paar
den en vee, gehouden door beroepssla
gers voorzien van eëne bijzondere of
doorloopende vergunning, bedoeld in
artikel 4.
Artikel 4.
Het is verboden paarden of vee te
slachten, of ite doen slachten, tenzij het
slachten gedekt wordt door een bijzon
dere of doorloopende vergunning, afge
geven door of namens een Inspecteur
der Directe Belastingen, Invoerrechten
of Accijnzen.
Artikel 5.
Het is verboden op markten en open
bare wegen koffie, cacao, chocolade,
spek, vet, margarine, zeep, zeemleder,
leder, wollen garens, sajet, elastiek,
rubber, gufta-percha, benevens uit of
met een der laatstgenoemde zeven stof-
jen vervaardigde artikelen uit te stal
len, ten verkoop voorhanden te hebben,
ten verkoop aan te bieden of te ver-
koopen.
Ik zal hem morgen aan de deur
zetten, verzekerde de burgemeester. We
moeten Meuleman achterna... Ik ga te-
lef oneeren...
Kunnen we van dienst zijn vroeg
Donkers.
Neen, dank je. Ik ga de gendarmen
ontbieden.
En ik zal 't onderzoek op mijn
manier doen, sprak Danink.
Met Delaat en Donkers ging hij naar
de woning van den laatste.
Wel? vroeg Marie nieuwsgierig.
Haar vader lachte.
Ja, 'k moeit me nog vroolijk ma
ken, zei hij. Hier staan we nu. We zou
den eens justitie-zaken doen. En Mele
heeft ons vast. Ko Loncke heeft ons
vast... en Leonard Meuleman heeft ons
vast 1
En Charles Meuleman ook, her
nam Danink. Leonard Meuleman is een
sluwe -vos. Die is van den Uilentoren
naar 't dorp gekomen, waar hij al een
man gezonden had. En die man heeft
Meuleman uit 't kot gehaald, binst dat
Leonard met al z'n onnoozelheid heel
slim den veldwachter bezig hield.
Maar wat is er dan gebeurd
vroeg Marie.
Men vertelde het haar.
Ja, ja, 't vrouwvolk konden ze niet
gébruiken, schertste ze.
Maar mijn werk is nog niet ge
daan, hernam Gust. Menschen, 'k ga
'weer op reis
jongen, je zult je overspannen,
waarschuwde Donkers.
Wel neen Die builen op m'n
hoofd voel ik niet meer en vermoeid
heid is me onbekend. Leonard met a!
Dit verbod is niet van toepassing op
personen, die voorzien zijn van een
zakboek, afgegeven door den betrokken
Inspecteur der Directe Belastingen, In
voerrechten en Accijnzen.
Artikel 6.
Het is aan ieder verboden, goederen
onder eene andere, dan hunne ware of
eigen benaming voor vervoer per spoor,
fram of scheepvaartonderneming aan te
bieden of te laten aanbieden.
Het is aan personen, in -dienst van
spoor- of tramwegmaatschappijen, van
scheepvaart-ondernemingen, alsmede
aan schippers en het bij hen in dienst
zijnde personeel verboden, goederen,
waarvan de soort of de hoeveelheid niet
in de vrachtbrieven of andere ladings
papieren is uitgedrukt of waarvan zij
weten of redelijker wijze kunnen ver
moeden, dat zij onder eene andere, dan
'hunne ware of eigen benaming ten ver
voer zijn aangeboden, ten vervoer aan
te nemen of deze goederen af te leve
ren.
De in het voorgaande lid bedoelde
personen zijn verplicht, wanneer door
hen wordt geconstateerd, dat goederen
in strijd met de bepalingen van dit ar
tikel ten vervoer zijn of worden aange
boden, ingeschreven, vervoerd of afge
leverd, zulks terstond ter kennis te
brengen van een ambtenaar der Directe
Belastingen,Invoerrechten en Accijnzen.
Zij 'zijn tevens verplicht de vracht
brieven en andere ladingspapieren aan
de in artikel 12 genoemde personen op
hun verzoek te vertoonen.
Het is den in het tweede lid bedoel
den personen verboden goederen, met
uitzondering van gebruikte rijwielen, af
te leveren of aan personen in dienst
eener andere onderneming van vervoer
over te geven, tenzij zij kunnen aantoo
nen, dat door een ambtenaar der direc
te belastingen, invoerrechten en accijn
zen is vastgesteld, dat tegen die afgifte
geen bezwaar bestaat.
Art. 7. Het is aan een ieder verboden
in de panden of op de erven, die bij
hem in gebruik 'zijn, eene grooitere hoe
veelheid ten uitvoer verboden goederen
en margarine aanwezig te hebben dan
redelijker wijze geacht kan worden
noodig te zijn voor zijn huiselijk ge
bruik of voor de uitoefening van zijn
bedrijf, in verband met den normalen
omvang van zijn bedrijf en zijn normaal
binnenlandsch debiet.
Indien een der met de opsporing van
■overtredingen dezer verordening belas
te ambtenaren oordeelf, dat eene groo-
fere hoeveelheid goederen voorhanden
is, dan volgens het eerste lid van dit
artikel is toegelaten, kan hij den gebrui
ker van het pand of erf gelasten de door
'hem aan te wijzen goederen, binnen een
een door hem te stellen termijn te ver
voeren naar eene binnenlandsche plaats,
gelegen 'buiten het gezagsgebied van
den Commandant van Zeeland. Wordt
aan dit bevel niet voldaan, dan worden
de aangewezen goederen in beslag ge
nomen.
zijn sluwe streken peinst, dat ie mij te
slim af is. Ik heb nog pijlen op m'n
boog, die hij niét ..kent. Ik ga ze af
schieten
De jongeling vertrok en door den
donkeren avond reed hij heen.
XXVltL-
Dê gendarmen waren dien avond nog
gekomen, en ze zochten de wegen af,
maar vonden noch Ko Loncke, noch
Charles Meuleman, noch diens oom
Leonard of den onbekenden helper.
Ze deden een inval in den „Wilde
man". Daar lagen de baas en zijn gezin
te bed.
Vrieze deed brommend open.
Ko Loncke... Charles Meuleman
riep hij kwaad op een vraag van een
der gendarmen. 'Die zijn hier niet ge
weest en Iaat me gerust, 't is alles wat
ik vraag.
Men doorzocht het 'huis, maar vond
geen spoor van de verdwenenen. 't On
derzoek bleef tof groote teleurstelling
van den burgemeester vruchteloos.
Den volgenden morgen kreeg de
dorpsoverste met de eerste post een
zonderlingen brief. Deze was afkomstig
van Ko Loncke. „Burgemeester",schreef
de schavuit, „om mij te pakken, moet ge
vroeger opstaan. Spaar uw moeite. Ik
ben onschuldig, maar omdat gij op
zoo'n rare manier recht doet, ben ik er
toch van door gegaan. Alles wait ik je
zeggen wil is Iaat Mele gerust. Die
oude vrouw wist niet, dat ik in den kel
der zat. En of ik nu op Zandegem woon
of in den Congo, 't is me gelijk... Dus
ik trek er van door En vinden kun je
me niet 1" (Wordt vervolgd).