INGEZONDEN STUKKEN GEMENGD NIEUWS LAATSTE BERICHTEN rooving van Duitschland afgewend en toch durft hij de meedeel,rigen van den rijkskanselier „formeel logenstraffen Daarnaar kan men afmeten, wat de woorden van een Fransche minister president waard zijn. Ribot komt in zijn rede ook op de on ware beweringen over den kroonraad van 5 Juli (1914) terug. Wij vaagden deze legende gisteren al weg. Er is geen woord van deze geschiedenis, waarmee Ribot de aandacht tevergeefs van het o-eheime roofverdrag tracht af te leiden. de vredesconferentie te stockholm. Camille Huysman heeft den corres pondent van het „Hbld." te Stockholm gemachtigd het volgende mede te dee- len Het succes der conferentie is thans verzekerd. Er waren twee afdeelingen waarvan de toestemming niet gekegeld was. De Engelschen zullen 10 Augustus beslissen of zij naar Stockholm zullen gaan. Mijn vriend iHenderson, de En- aelsche minister, is naar Parijs gegaan met de Russische delegatie, met het doel de laatste hinderpalen voor het be zoek der 'Franschen weg te nemen. Ik had dus reden optimist te zijn en te blij ven. De Internationale heeft reden tot groote dankbaarheid aan Henderson, wiens socialistische en internationalis tische gevoelens schitterend zijn geble ken. Het is dus niet onmogelijk, .dat men op de soc.-dem. conferentie de mi nisters Tseretelli, Thomas,Henderson en Vandervelde zal zien, en door hunne tusschenkomst zal het wellicht moge lijk zijn een brug te leggen tusschen de kabinetten der oorlogvoerende landen. De socialistische elementen waren gedurende den oorlog het meest gema- fig het is dus logisch en mogelijk, dat zij de noodige •toenadering voorberei den en de besprekingen om de groene tafel mogelijk maken; maar om dit doel te bereiken, is noodig, dat in Duitsch land de democraten van alle richtingen den moed .hebben een einde te maken aan de militaire en reactionaire auto cratie, door de echte democratiseering en parlemenfariseering in te voeren. De resolutie van den Rijksdag is slechts een „vodje papier", zoo zij niet wordt vertolkt in daden. De Duitsche regeering poogt de oorlogsstemming aan te wakkeren, door het publiceeren van onthulilngen over beweerde Fran sche annexatie-plannen. Verondersteld dat alle aangehaalde feiten juist zijn, is het toch waar, dat het Fransche parlement, d.w.z. de Fransche democratie, die politiek ge desavoueerd heeft want in Frankrijk is het parlement de eenige bestuurs macht. .Briand is geen minister meer. Paléogoue is geen gezant meer, Ribot is het met Thomas eens om .het imperi alisme te veroordeelen. Bovendien zijn Rusland en Oostenrijk .gereed om zich met elkander te ver staan. Rusland wenscht de tntregiteït van Oostenrijk te eerbiedigen, Oosten rijk eischt niets van het republikeinsche Rusland. De Poolsche kwestie is in waarheid geen Oostenrijksch-iRussische kwestie. Het hangt dus van Duitschland af om te willen. Wil het niet, dan zal het de verantwoordelijkheid dragen voor een nieuwen winterveldtocht. Miohaelis heeft een stap vooruit ge daan, door zijn onderhoud met de jour nalisten. Ongelukkig denkt men, of hij niet beter zou doen door eens precies te zeggen wat hij wenscht, zonder dub belzinnigheid. En vooral moet hij uit scheiden met altoos over overwinningen te spreken. De geheele wereld wacht van de Duitsche arbeidersklasse, en van hen, die den toestand helder inzien onder de burgerij, als Erzberger, een beslis sende daad. Dan zal het mogelijk zijn de preleminairen voor een duurzamen vrede t.e doen ontstaan. de onthullingen van de j,times". De „Times" verspreidt een bericht over een kroonraad, die op 5 Juli 1914 te Potsdam zou gehouden zijn en waar aan de voornaamste politieke en mili taire personen van .Duitschland en Oos- tenrijk-Hongarije hadden deelgenomen en waar het plan was gesmeed tot ont ketening van den wereldoorlog. Wolf is gemachtigd te verklaren, dat de mededeelingen van de „Times" met al haar bijzonderheden zijn verzonnen. Er is noch op genoemden datum, noch op andere dagen in de maand Juli zulk een gezamenlijke vergadering gehou den, nooh met, noch zonder deelneming van den keizer. Het Wolff-bureau constateert nog maals tegenover de beweringen van de „Times", dat de Duitsche regeering zich van iedere inmenging heeft ont houden in de opstelling van het ulti matum van Oostenrijk aan Servië, en dat de inhoud van het ultimatum vóór dat het werd uitgevaardigd aan de Duitsche regeering totaal onbekend is gebleven. De „Times" wil have onware bewe ringen staven met mededeelingen, wel ke de afgevaardigde Cohn in de hoofd commissie van den Rijksdag heeft ge daan. Die mededeelingen van den ge noemden afgevaardigde zij.n in de com missie-vergadering namens de regee- nng als onjuist verworpen. het vierde oorlogsjaar. Naaf aanleiding van den drie-jarigen duur van den oorlog schrijft de „Vor- warts" De oorlog drukt ontzettend zwaar op het Duitsche volk, evenals °P de andere en daarom sparen wij ons de moeite thans alle militaire successen op te noemen, die Duitschland in drie jaren behaald heeft. Zij waren nood zakelijk om de nederlaag te verhinde ren, die zeker gekomen zou zijn, wan neer Duitschland den oorlog op eigen bodem had moeten voeren. Wij sluiten ons aan bij de verstan dige waarschuwing van graaf Czernin bij nieuwe successen niet overn. te worden. Overmoed is gewis niet het juiste woord om de stemming af te beelden, waarin liet Duitsohe volk mor gen het vierde oorlogsjaar zal ingaan. De stemming is veeleer vastberaden heid naar twee zijden. Het Duitsche volk is .besloten den oorlog evenmin door Duitsche veroveringsplannen te laten verlengen als hem te verkorten door ,het toegeven aan den rooflust van anderen. De vrede zal komen, wanneer de annexionisten van alle landen zullen zijn overwonnen, zooals dit reeds .he den met -de Duitschers het geval is. de hulp van amerika. Uit New-York wordt gemeld De verklaringen, door den Franschen premier Ribot, afgelegd tegenover den Parijschen correspondent van de „As sociated Press" ontlokken aan de „New York Press" de volgende commenta ren Het vertrouwen, door Frankrijk in ons te kennen gegeven bij monde van een zijner hoogst geplaatste vertegen woordigers, moet onze energie prikke len en ons er toe brengen, ons te onder werpen aan de tucht, welke noodig is om onze taak trouw en met ijver te ver vullen, om ons zeiven weg te cijferen en slechts te denken aan de gemeen schappelijke zaak. Al wordt onze aanwezigheid op het slagveld als medestrijders door Frank rijk terecht beschouwd als eene mede werking, die tot de gemeenschappelijke overwinning moet leiden, zoo moeten wij niettemin bedenken, dat het even goed onze oorlog is, dat wij niet alleen voor Frankrijk, .Engeland en de andere geallieerden strijden, maar ook voor ons zeiven, om onze vrijheden te hand haven, om de veiligheid van ons volk te verzekeren, om de ontgoocheling en de ontaarding te voorkomen, welke de Duitsche zegepraal voor de geheele wereld zou beteekenen. Buiten verantwoordelijkheid der redactie De copie wordt nimmer teruggegeven VERDACHT. „Voor menschen die zoo zoet praten en tranen huilen over het wee der We reld, met haar .boosheid, moet men op passen", zegt het spreekwoord ze zijn niet zuiver aan de graat al hun doen is laria, zegt de Genestet, om de aan dacht van zich af te leiden. Wanneer zulke menschen ook nog verdacht naar de politie loenschen, gelijk de heer Van Nieuwkuyk doet, kan men er zeker van op aan dat ze wat te verbergen heb ben of goed te maken. Wij wisten trouwens reeds lang dat het bij den heer Van Nieuwkuyk niet pluis was, niet alleen in zijn hoofd maar ook niet in zijn kelder maar het stuitte ons tegen de .borst gebruik te maken van die wetenschap, vooral tegenover iemand die voor zijn daden en woor den niet toerekenbaar geacht kan wor den nu echter het geschrijf en gestook van dien heer reeds tot betreurenswaar dige voorvallen aanleiding heeft gege ven mogen wij niet meer achterwege houden wat ons ter kennis gekomen is. Daarom verklaren wij dus bij dezen dat het juist de heer R. G. van Nieuw kuyk, hoofd der Roomsch-Katholieke school, is, die een groote hoeveelheid kolen in voorraad heeft. Wij zijn zoo vrij én 't publiek, èn de distributie-commissie èn den commis saris van politie hierop te wijzen. Mocht hij ze uit vrees dezer dagen ook ver donkeremanen, het bewijs blijft aan wezig. Misschien zal dit de oogen van enkele verdwaasden openen en leeren inzien dat de kolennood, gelijk iedere ellende van dezen winter, niet door verdacht making en wantrouwen kan verwonnen worden, maar slechts door die gezind heid die op onderling vertrouwen be rust. Samenwerking en geen tegenwer king moet in de moeilijke dagen, die ■ons Nederlanders ook in Vlissingen wachten, de leus zijn, anders komt het niet goed. T. H. S1.EMELINK. (Waar wij de discussie eenmaal ge sloten hebben en op ons besluit niet meer kunnen terugkomen, meenden wij den heer Van Nieuwkuyk in de gelegen heid te moeten stellen waar een zoo krasse 'beschuldiging tegen 'hem wordt uitgesproken tot een kort verweer. Wij hebben ons ten einde over vol doende gegevens te beschikken gewend tot den commissaris van politie, die desgevraagd ons weigerde ter zake in lichtingen te geven, omdat volgens de zen ambtenaar het resultaat van het onderzoek door hem 'behoort te wor den bekend gemaakt aan het college van. B. en W. en niet aan de pers. De commissaris van politie voegde hieraan toe dat binnen enkele dagen de resultaten der onderzoekingen in zake de kolendistributie door hem aan B. en W. zullen worden bericht. In geen geval zullen wij verder over dit onderwerp eenige discussie toela ten. Red.) De heer Van Nieuwkuyk deelde ons' mede dat werkelijk bij hem 8 H.L. ko len in vooraad zijn, waarvan 4 een restant zijn van zijn voorraad van den vorigen winter geheel overeenkom stig zijn opgave aan de brandstoffen- commissie en dat aanwezigheid van dien voorraad van 8 H.L. gisteren bij een onverwaohts gehouden controle door een inspecteur van politie, is ge constateerd geworden. Overstroomingen. De geweldige regenbuien van gisteren heb ben de omstreken van Amersfoort en gedeelten der stad zelf onder water ge zet. Daardoor was ihet verkeer op ver schillende punten gestremd, terwijl ook het spoorwegverkeer moeilijkheden on dervond. Men meldt aan het „Hand.", dat de verbinding Amersfoort-Kesteren geheel was verbroken, doordat de spoorlijn tusschen Amersfoort en Woudenberg is overstroomd de verbinding tusschen Amersfoort en Utrecht kon nog slechts onderhouden worden over enkel spoor, door overstrooming van de spoorbaan bij den kruisingsstraatweg naar Soes- terberg. De militairen, gekampeerd in de ba rakken op de Vlasakkers, hebben het gisterennacht uiterst kwaad gehad dooi den zwaren regenval. Vele barakken waren ondergloopen. Hoewel er eerst over gedacht werd de barakken te ontruimen, zagen de medische autoriteiten den toestand niet zoo zwaar in dat zij aanleiding vonden de barakken op de Vlasakkers te doen ontruimen. Later werd gemeld, dat het baanvak AmersfoortKesteren weer berijdbaar was, terwijl ook ihet verkeer tusschen Amersfoort en Woudenberg was her steld. Aan de ,Tei." werd nog bericht, dat de rivier de Eem buiten haar oevers was getreden, hetgeen de oorzaak was, dat het spoorwegverkeer gestremd was. In verband met de twee kleine kinderen, die aan het Scheveningsche strand te vondeling zijn gelegd, wordt nog gemeld dat hun ouders met weder- zijdsch goedvinden van elkaar waren gegaan, terwijl zij besloten waren, dat ieder één kind te zijnen laste zou heb ben. Een der kinderen heeft gedurende eenige weken bij een familielid van den man te Geertruidenberg vertoefd, totdat de moeder kwam vragen het kind terug te mogen hebben. Na veel praten nam zij het mede naar den Haag en bracht later beide kinderen ten laste der ouders van den vader, waarna ze ver dween, de kleinen hulpeloos zonder kleertjes achterlatende. De oude luidjes konden de kinderen ook niet houden en brachten hen naar de familie der vrouw, die de kleinen op haar beurt op het politiebureau deponeerde. De politie bracht de kinderen na al deze omzwer vingen naar Geertruidenberg, maar hier moest zooveel voor hen worden be taald, dat de vader daartoe niet in staat was, daar hij geen groote inkom sten had. Zoodoende besloot de vader, zijn vrouw op te zoeken en haar voor te stellen, de kinderen tot zich te nemen, dan zou hij in dienst gaan. De vrouw ging hierop echter niet in. Ten einde raad en geen uitweg meer ziende, ging de vader er ten slotte toe over, de kinderen te vondeling te leggen. Na deze daad heeft hij zich bij de politie te Geertruidenberg aangemeld. Een levenslustige hon derdjarige. Men schrijft uit Bar- neveldDe ruim 100-jarige Johannes van den Boom, uit Voorthuizen, bezocht deze week ons dorp, met het doel een kosthuis te zoeken. Op de vraag, waar om hij op zijn stokouden dag nog van woonplaats wilde veranderen, ant woordde hij, dat het hem in zijn tegen woordige kosthuis, waar hij het overi gens uitstekend naar den zin had, te stil was. Slechts wenschte hij wat meer leven en drukte om zich heen te zien. Voorloopig is de oud-strijder nog niet geslaagd. Een te 's Gravenhage wonende dame deed eergisteren aangifte dat haar een wit linnen zakje is ontrold, inhou dende f2800, vermoedelijk gepleegjd bij de halte stoomtram op het Bezuiden- hout of op lijn 5 of 9. Een soldaat-oplichter.— Te Sneek heeft een oplichter zijn slag weten te slaan. Zich voordoende als „boeierheer" of zeiler onder den naam J. Kouw, toerende met een jacht op de Friesche meren, bestelde hij in het ho tel „De Wijnberg" aldaar, gedurende vier dagen vier kamers voor vier per sonen. Bij de firma Bervoets kocht hij zeilerskleeding, witte pantalon, sport hemd, wit vest en boord. Na ontvangst van deze goederen in het hotel is hij onder het voorwendsel zich te gaan verldeeden met de Noorderzon en zon der betaling verdwenen. De marechaussee snapte hem te Leeu warden. Bij het verhoor bleek de op lichter te zijn A. S„ afkomstig uit Leeu warden, milicien-soldaat te Delft en sedert 3 Juli deserteur. Hij is ook schul dig aan de ontvreemding van een rijwiel te Lemmer. De soldaat is ter beschikking gesteld van de militaire autoriteiten te Delft. In een gezin aan de Rijnspoorlaan te 's Gravenhage werden Maandag jl. drie kinderen ongesteld. Er deden zich vergiftigingsverscnijriseln voor bij de patiënten, die o.a. braakten. De andere drie kinderen uit het gezin, alsmede de vader en de moeder, die allen hetzelfde voedsel hadden gebruikt als de ziekge- wordenen, bleven volkomen gezond. Men kan niet uitmaken, wat de oorzaak is geweest van de ongesteldheid bij de drie kinderen, daar er geen etensresten waren overgebleven. Wel hadden de patientjes dienzelfden morgen veel water gedronkenwellicht heeft dit, gepaard met het gebruik van zomersche spijzen, de ongesteldheid veroorzaakt. De kin deren zijn thans weder hersteld. Volgens een bericht uit Stockholm, heeft de kommandant van het paleis te Tsarskoje Selo, waar de tsaar met zijn familie is geïnterneerd, aan den Raad van arbeiders en soldaten te Petersburg gemeld, dat de vroegere tsaritsa Alexan dra, tengevolge eener snel verergerde hartziekte, lijdt aan een sterke verlam ming der onderste ledematen, waardoor haar het gaan geheel onmogelijk is ge- geworden. Op last van het Duitsche depar tement tegen ooriogswoeker zijn te Ber lijn weder eenige restaurants gesloten, alwaar men zich niet had gestoord aan de bepalingen omtrent het vereenvou digen der menu's, waar men voor veel geld kon krijgen wat men wilde. Ver der is een waarschuwing gericht tot de kellnersen bezoekers, zich niet tot me deplichtigen van dergelijke restaurants te maken. In den laatsten tijd werd er veel over geklaagd, dat op de lijn Rheine— Dusseldorp herhaaldelijk pakketten ver dwenen. Dit is thans opgehelderd. Een koopman gaf te Rheine, zoo is thans uitgekomen, groote koffers als vracht goed aan, die met steenen gevuld waren. Postbeambten openden gedurende de reis deze koffers, haalden er de steenen uit en legden pakjes ervoor in de plaats. Te Dusseldorp werden dan de koffers geregeld afgehaald door een ober-kell- ner van één der hotels. De oplichters bende is thans ten huize van dezen ober-kellner gearresteerd. De post heeft een schade geleden van 80.000 Mark. Op de onderneming Pamoedian in het Siantersche (Ned. O.-Indië) is de bliksem geslagen in een op het veld staande loods, waar een 35 tal contract arbeiders, zoowel vrouwen als mannen een schuilplaats tegen het hevige on- weder hadden gezocht. Van hen wer den 21 menschen op slag gedood, 3 hunner bekwamen zware verwondingen, één werd van den schrik krankzinnig, terwijl de overigen lichte verwondingen opliepen. Het huisje werd totaal verwoest. Het ijzeren dak smolt ineen, en als lava droop de gloeiende massa naar omlaag, neerdalend op de hoofden van de on gelukkige wezens, wier lijden ontzettend moet geweest zijn. De dure porseleinen schotel. De antiquiteiten-koopman betaalde voor oudheden altijd de „hoog ste prijzen", althans volgens de adver tenties, welke hij nu en dan in de krant plaatst. Zijn meest geliefkoosd arbeids veld waren de kleine dorpen en ge huchten, waar hij op de boerenhofste den menige oude kan, die de boer „toch niet meer gebruikte", of een kabinet, dat naar zijn besliste meening „maar in den weg stond", voor evenveel guldens kocht als dergelijke voorwerpen hem later tientallen guldens opbrachten. Eens toen hij op een mooien, zomer- schen dag naar een van de weinige dorpen toog, waar, zooals hij het noem de, „de klad nog niet in zat", wat be- teekende, dat de menschen er nog een boel antiek is huis hadden, zonder dat zij er de waarde van beseften, zag hij bij een boer de hoevepoort open staan, wat voor hem als een onweerstaan bare uitnoodiging was om binnen te treden. De boer stond te kijken bij de stallen. In de nabijheid sloop een mooi katje, dat den koopman in oudheden weinig interesseerde. „Wel, baas, hoe staan de zaken?" sprak hij den bot uit zijn oogen turen- den landbouwer aan. ,,'t Mag wel zoo wat, man," meende de boer. En terwijl de twee met elkaar in ge sprek raakten en de koopman al eens gevraagd had, of de boer geen ouwe spullen had van de hand te doen, kwam een boerenmeid een schotel met brokjes brood en melk op den grond plaatsen voor het rondsluipende poesje, dat met grooten eetlust naar zijn maaltje kwam toegeloopen en er lekker van begon te drinken en te knabbelen. De antiquair had zijn oogen niet in den zak. Ternauwernood was de schotel op den grond gezet, of met kennersoog zag hij, dat het diertje zijn eten kreeg opgediend in een stuk waardevol, an tiek porcelein „Baas," zegt hij, „je hebt daar een aardig katje. Mag ik 'tkoopen?" „Waarom niet meent de boer, „wat geef je er voor?" „Twee kwartjes! Goed of niet?" „Nee, man, onder den rijksdaalder is de poes niet te koop. 't Is een zeldzaam mooi diertje, dat zie je ook wel." „Nou, man, omdat jij het bent. Daar heb je een rijksdaalder, geef mij de poes maar." En met een„Kom poes, je gpat met mij mee," nam hij het katje op zijn arm." Maar terwijl de koopman in oudhe den, die de hoogste prijzen betaalt voor antiek, met quasi-zaohtmoedigheid kop en-nekje van 't spinnende poesje streelt, vraagt hij onnoozel, of ihij den schotel met melk en brood voor het poesje ook meemag „Waarachtig niet", lacht de boer gul, „m'n schotel kan ik vooreerst nog niet missen, want daar heb ik al minstens vijftig katten door verkocht." Reeds voor den oorlog werden, wegens de gebrekkige aanvoeren van grondstoffen, proeven genomen, om sur rogaat-weefstoffen te vinden. Tijdens den oorlog werden natuurlijk de proe ven niet alleen voortgezet maar ook zeer uitgebreid. De pogingen, om uit papier garen te maken, lukten prachtig. Kon men tot dusver enkel zakken, touw en zeilartikeien uit papier maken, thans worden ook kleedingstukken van allerlei soort als stof voor damesblouses, tricot voering voor uniformen, enz. vervaar digd. Bijzondere procedé's leveren goede bescherming tegen vocht. De eerste fuchia's in Europa. In een oud werkje vinden wij over de eerste verschijning van de fuchsia in Europa, dat in de laatste ja ren der 18e eeuw een bekend bloemist buiten Londen aan een zijner vrienden zijn bloemenschat liet zien. De vriend, die alles bewonderd had, zeide dat er zeer veel moois onder was maar toch niet een zoo aardig, als hij toevallig dien morgen had opgemerkt een plant met bloemen, zooals hij nog nimmer had opgemerkt. Op de vraag, hoe dat juweel er dan wel uitzag, was het ant woord, dat de plant sierlijk en de bloe men er in trossen bij hingen, helder roode kelken, met donker roode harten. Na geïnformeerd te hebben, waar zijn vriend dan de plant had opgemerkt, ging de man er heen, en vond, dat het werkelijk een geheel nieuwe 'bloem was, ook hem totaal onbekend. Hij trad de woning binnen, waar de plant voor het raam stond en vroeg of deze te koop was. Maar de vrouw des huizes gaf te kennen, dat ze voor geen geld te koop was, want dat haar man die uit de West had meegebracht, en dat ze haar man, nu weer naar zee zijnde, beloofd had er goed voor te zorgen. De bloe mist wierp al het geld, dat .hij in den zak had op tafel en zeide, dat hij de pot mee zou nemen, maar vast beloofde een van de eerste stekken aan haar te brengen, zoodat de man bij de thuis komst niets zou aan te merken hebben. 'De koop werd gesloten en de bloe mist ging met zijne nieuwe plant naar huis. Hij sneed er alle bloemen en knop pen af, nam er zooveel stekken van als maar mogelijk was, 'en zette die in zijn broeikassen. Iedere nieuwe plant werd weder in een aantal andere verdeeld, met dit gevolg, dat hij het volgende jaar drie honderd fuchia's had, die alle bloem beloofden. De eerste twee, die in bloei kwamen, stelde hij ten toon, en het duurde niet lang of zij vielen een bezoekster in 'het oog, die voor de plant een guinje betaalde. Een vriendin be nijdde 'het bezit van deze uiterst mooie bloem 'en toen zij hoorde, dat er een tweede bij den bloemist stond, ging zij er onmiddellijk heen, om ook, voor den- zelfden prijs, zoo'n mooi exemplaar machtig te worden. 'De bloemist, 'blijkbaar een slimmerd, die goed wist hoe geld gemaakt moest worden van zijn uiterst gelukkig koop je, zorgde steeds, dat niet meer dan twee planten onder het oog van be zoeksters en bezoekers kwamen en dat dus niet vermoed werd, dat hij er zooveel bezat. In korten tijd waren al zijn planten voor een guinje aan den inan gebracht en verdiende hij er een flinke som aan. Hij hield evenwel woord tegenover de vrouw van den zeeman, die hij een van zijn stekken gaf en die dus haar man bij zijn terugkomst niet alleen de plant, maar nog een som van honderd gulden als geschenk kon too- nen. Hiermede had de fuchsia haar intrede in Engeland gedaan. Naar aanleiding van het ons gisteren gemelde betreffende de kolen-rantsoe neering en de geplaatste advertentie van de brandstoffen-commissie, alhier, waarbij kennis gegeven werd, dat tot 1 Oct. geen brandstoffen meer geleverd mogen worden, hebben wij ter bevoeg de plaatse een onderzoek ingesteld. Óns werd medegedeeld, dat wegens de bepaling van de rijks-kolendistribu- tie behelzende, dat zij die niet op gas kunnen koken in ,het tijdvak van 1 Mei tot 1 Oct. event, recht hebben op 2 H.L. brandstof en gezien ihet feit, dat de Gasfabriek gedurende de maanden Mei Juni tot ca. 20 Juli jl. wekelijks f2 H.L. cokes verstrekte feitelijk alle tot de bo vengenoemde categorie-verbruikers het hun toekomende rantsoen al ontvan gen hebben, te meer, daar er in de maanden Mei en Juni ook nog bij de detail-handelaren in brandstoffen steen kolen, eibriketten of anthraciet is 'be trokken geworden. 'Naar de letter was de advertentie misschien niet geheel juist, in de prak tijk komt het op het zelfde neer, daar enboven werd de advertentie daardoor beknopter. iMen vertelde ons ten overvloede nog, dat, indien er zich personen op 'het brandstoffen-bureau aanmelden, welke konden bewijzen, geen 2 H.L. brand stoffen ontvangen en geen gasaanleg in huis te hebben, werkelijk nog eene toe wijzing voor het hun toekomende ver kregen. 'Ons werd verder nog verteld dat de brandstoffen-commissie er de Rijks-ko- lendistributie voor eenige dagen op ge wezen heeft, dat er iets onbillijks ligt in de regeling der rantsoenen, vooral wat betreft de 2 H.L. surplus voor de ge zinnen zonder gas.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1917 | | pagina 3