GEMENGD NIEUWS
LAATSTE BERICHTEN
2joed en nuttig, want
lolitiek heeft nog een
als vroeger de ver-
t Europeesche vaste-
Iemeen. Hoe zwakker
k en Duitschland in
len, des te meer hoopt
el, industrie en kolo-
og de baas te kunnen
|noet de oorlog voort-
t ware beletsel om tot
iken is noch het Prui-
e, noch het Fransche
is in het huidige sta-
log niet eens het Rus-
,me. Het is doodeen-
id's mededingers-af-
se onwil om anderen
de wereldmarkt de
nen, die het zelf bezit
leeg om Engeland's
en in den handel in
f>CHT VAN HET
SCHE LEGER.
^respondent in het
fdkwartier seinde dd.
'epen der geallieerden
iggetrokken naar hun
[ledigingslinie aan de
e afgeloopen weken
is.
muniqué's der Duit-
hdruk wekten, dat zij
net Predeal-leger ge-
genomen, welke be-
Idag jl. het Roemeen-
"er bereiken, zegt de
lijk getuige van den
!t geheele leger onder
i, die thans het bevel
:he legers voert. Zoo- j
Boekarest te redden,
erd de terugtocht uit
ast. De troepen trok-
ug steeds in contact I
ijvend, terwijl de ar-
|and bleef vuren, tot- i
in geslaagd was zich i
•tellen. De kanonnen
|ernield en achterge-
wijl de achterhoede,
ook moest worden
er voegde zich toen
en deel van de divi-
t en bood te zamen
en geregelden tegen- j
van Buzeu. Divisies j
beproefde Roemeen-
nten nog steeds aan
pNSCHE LEGER.
moeten achter het
n 300.000 man be-
|i, volgens den oor
der „Köln. Ztg.",
Ihalf geoefend en toe-
Ie vorming is er ge-
i en onderofficieren,
aar dus voor zorgen,
Japenen en kleeding
er troepen zijn zeker
20.000 onderofficie-
el had Roemenië' er
rlog niet.
?r maakt de corres-
fnog lang zal duren,
are 300.000 man een
is gemaakt.
D MET DEN
VAN ROEMENIE.
van de „Germania"
dit blad het verslag
dat een Amerikaan-
Jiondent van de ,,Tri-
irk met den koning
ft gehad. Deze, die
;s, ontwikkelde daar-
itting van den staat
|n van den kant dei
toe werd toegekend j
onde bij dat gesprek
ng, zijn bleeke ge- i
zenuwachtig trillen
lie steeds naar een
verrieden de heftige
iraan hij ten prooi
^schiien nog was. De
geworden, wat zij
de grootste kun-
£n tijd wordt zijn
ging eenzaam door
in het bewustzijn,
et te hebben tegen-
|at offer aan
en strijd, zooals zij
ar kunstenaars licht
hij zijn geluk aan
de hoogste zedelij-
verloochening ligt,
na eene pauze op,
en-blik, waarin zii
|oet toch het moei-
leven zijn.
|klonk een kreet, ge-
Ipgeroep. De vrou-
m van de datka, zei
op den grond wer-
was voor Elisabeth
oogenblik zij liep
|iwaar zij den kreet
het was de juiste
en nog veel angsti-
•p om hulp van de
wam zij zelve haar
ip den arm, Tisza
pordt vervolgd).
koning ontving den berichtgever in ge
zelschap van een kabinetssecretaris en
een Roemeenseh kolonel, die als adju
dant dienst deed. Na eenige vluchtige
woorden ontspon zich spoedig een le
vendig gesprek. De Amenkaansche
dagbladschrijver kreeg daarbij den in
druk, dat koning Ferdinand gretig uit
sprak wat er in hem omging. Hij zei
,.De Amerikanen zullen niet vatten,
waarom ik mij blijkbaar zonder grond
in den oorlog tegen de met mijn oom
verbonden hoofden van de middenrijken
heb gemengd. Het lag volstrekt niet
meer in mijn vermogen, dezen oorlog te
verhinderen. Ik ben maar koning van
Roemenië en het koningschap heeft bij
ons bijna een louter decoratieve waar
de. De Roemeniër regeert zichzelf, het
parlement is de uiting van zijn wil en
daartegen is de koning machteloos. In
Roemenië is het onmogelijk een politiek
tegen den volkswil te voeren. Het is
inderdaad een ernstige dwaling onzer
leidende politici geweest, op een kor
ten duur van den oorlog te rekenen en
ik heb mijn bezwaren tegen dit onge
lukkige optimisme destijds niet ver
heeld. Ik heb den chef van den genera-
len staf er tegen gewaarschuwd, op
grond van onzekere beloften deel te
nemen aan een strijd, welks afloop mij
hoogst twijfelachig toescheen. Mijn
waarschuwing is echter als vrees voor
de Duitschers uitgelegd. Als gij de bla
den van Juli en Augustus 1916 naleest,
zult gij zien, hoe men mij toen verdacht
heeft gemaakt.
Ik zou mijn land gaarne de ellende
van den oorlog hebben bespaard, maar
Roemenië wilde den oorlog en was
daar niet van af te brengen. Bij ons
moet de koning in hooge mate rekening
houden met de volksstemming."
De „Germania" teekent hierbij aan
dat de mededeelingen van den rijkskan
selier in den Rijksdag de houding van
den koning indertijd in een ander licht
hebben gesteld, clat wel een juister
beeld zal geven van hetgeen voor de
oorlogsverklaring in Boekarest is ge
beurd dan dit interview. Intusschen
gelooft het blad wel dat de koning in
hoofdzaak werktuig is geweest van an
deren.
OORLOGSVARIA.
Volgens koninklijk besluit moeten in
Italië 'de mannen, geboren in 1874 en
1875, voor zoover ze gediend hebben,
bij de territoriale militie in het binnen
land worden ingelijfd. Voorts is be
paald, dat alle. opgeroepen militairen
van de lichtingen 1881, 1882, enz. in het
oorlogsgebied worden geplaatst, onver
schillig, of ze al dan niet aan het front
kunnen worden gebruikt.
De beteekenis van het eerste besluit
is, dat de landstormplicht, die tot nu
toe met het 39ste jaar eindigde, tot het
41ste jaar wordt uitgebreid.
De „Voss. Ztg." maakt melding van
een bericht, dat een Fransche sleepboot
een Duitseh stoomschip, dat in Griek-
sche wateren was gevlucht, naar de
haven van Marseille treeft gebracht, om
daar voor handels- of marinedoeleinden
te worden gebruikt. Wordt dit bericht
bevestigd, zoo zegt het blad, dan is dit
een scheepsroqf-, waartegen krachtig,
moet worden geprotesteerd.
De Engelschen veroverden Turksche
loopgraven bij Koet-el-Amara.
Volgens de „Frankf. Ztg." zal Argen
tinië den graanuitvoer niet verbieden,
doch een uitvoerrecht heffen.
Tengevolge van de schaarschte aan
bier zullen Duitsche bierkaarten wor
den ingevoerd. De schaarschte is hier
door ontstaan dat aan de bepaling voor
de brouwerijen om nog slechts 35 pet.
van de normale hoeveelheid bier te mo
gen produceeren, terugwerkende kracht
is verleend. Daardoor zal het in de
laatste 4 maanden te veel gebruikebier
moeten worden ingehaald.
Geweldig zijn de sommen, welke de
groote steden in Duitschland voor den
steun van arme inwoners moeten uit
geven. Deze kunnen dat niet doen na
tuurlijk zonder regeeringshulp. In het
Pruisische Huis van Afgevaardigden zal
dan ook dezer dagen voor dit doel een
nieuw crediet van 200 millioen Mark
worden aangevraagd. In 1915 werden
110, in 1916 200 millioen toegestaan.
Met de thans aan te vragen som Wordt
dit 510 millioen Mark
Luitenant Murat (Paul Michel Joa
chim Napoleon), van het 29e regiment
dragonders, aanvoerder van het escorte
van den bevelhebber van het Fransche
Balkan-leger, is eervol vermeld. Murat
is een afstammeling van den grooten
keizer Napoleon.
De ltaliaansche minister van land
bouw heeft geldprijzen uitgeloofd voor
het omzetten van weiland in bouwland
voor graan, en wel 5 lire voor eiken ge-
oogsten centenaar koren en 3 lire voor
eiken geoogsten centenaar rnais, haver
•en andere graansoorten.
Te Zutfen vertoefde een Duitseh de
serteur, die van het begin van den oor
log gediend had in het Duitsche leger.
Hij was over de grens gekomen en nu
op weg naar zijn vrouw, die hier te
lande woont. Hij was voorzien van het
ijzeren kruis en klaagde zeer over de
voeding in Duitschland.
Te Winterswijk zijn vijf Poolsche bur
gerkrijgsgevangenen over de grens ge
komen. Drie hunner waren zeer ruim
van geldmiddelen voorzien.
In de nabijheid van Beek arriveerden
twee Duitsche deserteurs. Een hunner
was afkomstig uit Emmerik.
Te Herwen kwam een uit Duitschland
ontsnapte Rus over de grens.
Omtrent den brand, die op 28 De
cember 1916 uitbrak in het magazijn van
J. D. te Delft wordt nog het volgende
gemeld
in 't laatst van November kwatn D.
in aanraking met de heeren K. en S. te
's-Gravenhage, die hem voorstelden een
pand te huren om een zaak te beginnen,
daarin eenige goederen te brengen en
daarna den rooden haan te.laten kraaien
als de inboedel natuurlijk ver boven
de waarde verzekerd was.
Afgesproken werd, dat D. in den avond
van Vrijdag den 29en December, des
nam. ten 5 uur afwezig zou zijn om zijn
alibi te kunnen bewijzen.
In dien tijd kwamen de anderen
die ook een sleutel van het huis hadden
en staken den boel in brand.
De verzekeringsagent B. en de expert
J. J. de C. uit Leiden, die ook in het
complot betrokken waren, zouden gelijk
deelen in de opbrengst. Na aftrek van
de kosten zou elk van hen 1 gedee'te
ontvangen.
Juist Maandag was door den expert
de C. en den agent B. een accoord ge
troffen met den vertegenwoordiger der
Algemeene Brandwaarborg Maatschappij
te Rotterdam, waarbij de inboedel voor
t' 15.000 was verzekerd, doch doordat D.
niet tegenwoordig was deze bevond
zich juist in arrest zou opnieuw ge
confereerd worden de Maatschappij zou
dan f8000 uitbetalen.
Het mooiste van de historie is, dat de
expert de C. en diens handlanger B. de
anderen hadden wijsgemaakt, dat de
Brandwaarborg Maatschappij slechts 33
pet. van de waarde der goederen, die
verbrand waren, zou uitkeeren, terwijl
inderdaad 66 pet. zou worden uitgekeerd.
Aan het stokerspersoneel van het
stoomschip „Noordain" der Holland—
Amerika-lijn was aangezegd dat zij
wegens het gevaar op zee niet van hun
gewone rogies konden gebruik maken
en hun logies zou worden aangewezan
in het sparre- of tusschendek. Aange
zien dat logies niet aan de eischen vol
deed, verzochten zij van 't bedienden-
logies gebruik te mogen maken, hetwelk
geweigerd werd. Zij vergaderden daarop
met het bestuur der Vereeniging Vol
harding, met het gevolg dat een depu
tatie naar de directie werd gezonden
om hun wenschen nader toe te lichten,
waarop het verzoek werd toestaan.
Door de recherche te Rotterdam
is bijeen koopman aan de Ged. Binnen
rotte in beslag genomen een aantal zil
veren lepels en vorken en anteeke voor
werpen, afkomstig van een diefstal,
eenigen tijd geleden gepleegd tijdens
de afwezigheid der bewoners in een
huis aan de Van Pallanptsraat te Arn-
Arnhem.
Gouden bruiloft. Men
meldt uit Rijpwetering, dat Hubertus
Rooyakker en Clasina van Veizen aldaar,
heden 50 jaren zijn getrouwd. Zij had
den altijd samen in hun levensonderhoud
voorzien met dè pottcnschipperij en kun
nen ook nu nog niet rusten, want voor
ouderdomsrente komen zij niet in aan
merking. Dus gaan zij nog steeds den
boer op met een roeibootje, hij, de 85-
jarige Bert aan de lijn, of roeiende
zij, de 89-jarige Kiaasje aan het roer,
ofschoon beiden slecht ter been, en slecht
van gezicht zijn. Wanneer zal voor hen
dat bootje hebben afgedaan en zullen
zij bij hun leven een welverdiende rust
vinden
Gisteravond zijn een 27jarige sol
daat en 'zijn 18jarig meisje op Zeeburg
te Amsterdam te water gesprongen, om
zoodoende een eind aan hun leven te
maken. Ze werden beiden gered. De
soldaat is in het hospitaal opgenomen
en het meisje in het Onze Lieve Vrou
wegasthuis.
Een noodlottig ongeval had giste
renavond te Noordbroek plaats. Een
jongeling kreeg een slag van een der
molenwieken en overleed kort daarna.
-- Gistermorgen is een 26jarige werk
man te Zwijndrecht vaneen stelling ge
vallen op de in aanbouw zijndewerken
van Jurgens Oliefabrieken en na eenige
uren aan de gevolgen overleden. Uit
de Spoorweghaven te Winschoten is
opgehaald 't lijk van een arbeider aldaar.
Hij was gemobiliseerd en heeft twee
kleine kinderen.
Het Nederlandsche stoomschip „Le-
da" van de Kon. Ned. Stoomvaart Mij.,
dat inde Golf van Biscaje door een on
derzeeër beschoten werd, is te Amster
dam aangekomen. Het „Hbl." vernam de
volgende bijzonderheden, doch kon niet
een volledig verslag der gebeurtenissen
krijgen, daar het de bemanning verbo
den was iets omtrent de beschieting,
buiten de militaire autoriteiten om, mede
te deelen.
Het stoomschip „Leda", kapitein Van
Wijk, met een lading pyriet van pl.m.
1400 ton, was op reis van Huelva naar
Rotterdam, toen het op de hoogte van
Kaap Finisterre was en niets anders op
de oppervlakte der zee zag dan, zooals
men eerst meende, een zeilvisschers-
vaartuig. Toen de „Leda" het vaartuig
dichter genaderd was, loste het eens
klaps een scherp schot in de richting
van het stoomschip, dat na onderzoek
bleek goed raak geweest te zijn. De
granaat had nl. aan bakboordzijde door
de brug haar weg gevonden en ver
splinterde een gedeelte van den voet
van het kompas, ging verder door de
kaartenkamer, waar de kapitein zich op
dat oogenblik bevond, om weer aan
stuurboordzijde te verdwijnen. De gra
naat had een gat in den vloer van de
brug geslagen en in den wand van dit
scheepsgedeelte ontdekte men minstens
een dertigtal gaatjes van verschillende
grootte.
Niemand van de bemanning werd ge
kwetst, zoodat alleen materieele schade
geleden werd. Het had echter anders
kunnen zijn en de matroos, die aan het
roer stond, had gedood kunnen worden.
Toen het zeilvaartuig na het gebeurde
eensklaps onderdook om niet weer bo
ven te komen (blijkbaar had de com
mandant zijn vergissing ingezien), ont
dekte men eerst, dat men met een duik
boot te doen had. Door het spoedig ver
dwijnen heeft men de nationaliteit niet
kunnen vaststellen.
Men vervolgde onmiddellijk de reis en
kwam 14 December in de Downs aan,
waar men drie weken werd opgehouden.
Te zamen met de stoomschepen „Zeus",
„Mars" en „Anders", alle eveneens met
erts geleden, stoomde de „Leda" naar
Rotterdam, waar deze schepen den 8sten
Januari aankwamen.
Mondpennehouders.
Zoo langzamerhand worden, een voor
een, de instrumenten en instrumentjes
ontworpen en vervolmaakt, die dienen
moeten om de ooriogs-verminkten hun
gemis aan armen of beenen zoo min
mogelijk te doen gevoelen.
Over de kunst-armen, -beenen en
handen is nog wei niet het laatste
woord gesproken, maar men is er toch
niet ver van af.
Een van de laatste nieuwigheden is
een kunstig geconstrueerde mondpen-
houder, die den verminkten schrijver,
kantoormensch of journalist, in staat
stelt zijn beroep weer op te nemen.
De pennehouder bestaat uit drie deelen:
een mondstuk, dat door den tandarts
passend wordt gemaakt op het gebit, de
eigenlijke houder en een stuk waarin
de pen is gestoken. Het mondstuk wordt
vastgeklemd aan de tanden van de
onderkaak. De tanden van de boven
kaak rusten er slechts tegen aan, zoodat
de mond geopend en gesloten kan wor
den, zonder dat men het instrument
verliest. De schrijver kan dus praten
met den penhouder in den mondeen
noodzakelijkheid voor iemand, die niet
zelf den penhouder in en uit den mond
kan nemen.
Natuurlijk wordt het te beschrijven
papier vastgezet. Na geduldige oefening
kan de mondschrijver zijn werk even
vlug leeren verrichten, ais zijn collega,
die geen handen mist.
Een stuk land van ruim 10 roeden
groot, gelegen op den St. Pietersberg
bij Maastricht, is plotseling onder don
derend geweld naar beneden gezakt,
terwijl in het omliggende land vele
barsten en scheuren ontstonden. Geluk
kig zijn er, zoover men tot nu toe weet,
geen persoonlijke ongelukken bij te be
treuren. Voor den landeigenaar is het
een groote schade. Ter plaatse is nu
een groote trechter ontstaan, alsof er
een mijn is ontploft. Men weet dat de
St. Pietersberg door tallooze in den
mergelsteen uitgegraven gangen isonder-
mijnd. Als die gangen te breed zijn,
storten ze wel eens in. Dit zal ook nu
wel het geval zijn geweest.
De oorlogsleveringen aan de En
tente hebben de reeks der Amerikaan-
sche industrie-koningen met een nieu
wen koning vermeerderd, wiens naam
tot dusver weinig bekend was. Het is
de kruit-koning Pierre Samuel Dupont.
Zijn rijkdom, die thans ontzaglijk is,
heeft zich echter in tegenstelling met
dien van andere groote industrieelen
in de V. S. op soliede grondslagen ont
wikkeld. Te Wilmington, in den Staat
Delaware, bevindt zich heden ten dage
nog een kleine kruitmolen, welke in
1802 door een Pierre Samuel Dupont
uit Nemours (Frankrijk) opgericht werd.
Deze Dupont was een leidende royalist
en Staatsman geweest, dien de groote
revolutie van 1770 over den Oceaan
dreef, terwijl zijn groote vermogen in
Frankrijk door de Republiek in beslag
werd genomen. In Amerika was hij de
eerste, die op groote schaal kruitmolens
liet bouwen. Gedurende de vorige eeuw-
bleven zijn molens in 't bezit van zijn
familie en ontwikkelden zich van lie
verlede tot een groote industrie, welke
thans door den wereldoorlog een ge
weldige vlucht heeft genomen.
in 1915 steeg de zuivere winst der
fabrieken van Dupont reeds van
5.600.000 dollar in 1914 tot 57.800.000
dollar. In hetzelfde jaar steeg het aan
tal werklieden der onderneming van
5300 tot 62.128 man. De inrichtingen
werden in allerijl uitgebouwd en in
minder dan drie maanden waren barak
ken voor 20.000 nieuwe arbeiders ge
reed.
Pierre Samuel Dupont heeft beter dan
eenig ander industrieel, zelfs dan mr.
Schwab van de Bethlehem Steelworks,
den door den oorlog geschapen toestand
weten te benuttigen. Volgens Ameri-
kaansche bladen heeft hij zich steeds
met stipte nauwkeurigheid aan zijn con-
trakten gehouden, terwijl hij altijd liet
beste materiaal leverde. Onder de acht
en zestig fabrieken van de firma zijn er
tenminste twee, die dagelijks meer dan
een half millioen pond springstoffen
produceeren. Dupont verscheept per dag
voor een millioen dollar aan munitie.
De kruit-koning is pas vier en veertig
jaar. Gedurende de eerste oorlogsmaan
den heeft hij stelselmatig alle mededin
ging onderdrukt. Van het oorlogsmate
riaal ter waarde van een milliard dollar
dat de Vereenigde Staten jaarlijks aan
de Entente leveren, komt meer dan de
helft op de springstoffen en daarvan
wordt 't grootste deel door Dupont ge
leverd.
Door het stormachtige en zeer
regenachtige weder van de laatste week
hebben in Noordelijk Lapland groote
overstroomingen plaats gehad. Het land
staat mijlen-ver onder onder water, ge
heele blokken huizen zijn weggespoeld.
De vlakten zijn in de laatste dagen met
een ijskorst bedekt.
Te Petersburg zijn met groote praal
lijkdiensten voor Raspoetin den vermoor
den wonderdoenden monnik, gehouden.
Intusschen doen geruchten de rondte,
dat Raspoetin niet dood is, en dat de
doode, wiens uitvaart met groote plech
tigheid gepaard gaat, niet Raspoetin is.
Intusschen werd kort na den moord op
29 December gepleegd, een ofiicieel be
richt van Raspoetin's overlijden door
het Peterburgsclie telegraaf-agentschap
gepubliceerd. Men kan dus moeiijk on
derstellen, dat Raspoetin ook ditmaal aan
den dood zou ontsnapt zijn. Het lijk
werd op wensch van den monnik naar
Siberie, waar hij geboren is, overge
bracht. Aan de uitvaart namen deel af
gevaardigden van Doema en Rijksraad,
vertegenwoordigers der regeering en tal
rijke leden der hofkringen, die met Ras
poetin in betrekking hadden gestaan.
Volgens de termen van de Duitsch-
Zwitsersche overeenkomst had Duitsch
land zich verbonden iedere maand 253,000
ton steenkoln aan Zwitserland te leveren.
Dit cijfer is nooit bei eikt. Volgens den
correspondent te Bern van de „Neue
Ziiricher Ztg." van 10 dezer, is de in
voer in September 237,600 ton geweest,
ongeveer 230,000 ton in October, onge
veer 215,500 in November en slechts
184,3000 ton in December. Overvallen
door dit in gebreke blijven van Duitsch
land bij liet nakomen zijner verplichtin
gen, is Zwitserland verplicht een beper
king van zijne spoorwegdiensten onder
de oogen te zien.
De oude kerk in Golm bij Potsdam
was bouwvallig geworden en niemand
zal ontkennen, dat ze het recht daartoe
had ze dateerde van 1289. Toen in den
zomer van 1879 te Golm een huwelijk
moest ingezegend worden en gedurende
de plechtigheid een zwaar onweer los
brak, bleek het dak van het kerkje niet
meer opgewassen tegen de eischen, die
er aan gesteld werden en in greote drup
pels stroomde het hemelwater neer op
bruid en bruidegom.
Maar de Golmers wisten zich te be-
behelpen, De bruidsmuidsmeisjes zetten
twee parapluus op, hielden die boven
het bruidspaar en maakten het op die
manier mogelijk, de plechtigheid voort
te zetten. Ér werd veel over liet voor
val gesproken en eindelijk kwam het
ook kroonprins Frederik Wilhelm, die
later als keizer Frederik zoo kort re
geerde, ter oore.
De kroonprins, die een gemoed had
dat zeer ontvankelijk voor liet komische
was, bezat daarenboven een warm hart
en daar men in Golm geen geld had om
een nieuwe kerk te bouwen, stelde hij
uit zijn privaatbezit 39000 mark be
schikbaar en wist ter andere plaatse
nog een even groot bedrag los te ma
ken. Kroonprins Frederik en zijn gema
lin bleven voor liet kerkje te Golm
steeds belangstelling koesteren liet is
vol herinneringen aan den vorst, die zoo
kort geregeerd heeft, zoodat men het
als een klein museum mag beschouwen.
DE WEGVOERING DER BELGEN.
Antwoord van den heer Loudon, Mi
nister van Buitenlandsche Zaken, ten
vervolge op de beantwoording van de
vragen van den lieer Duys betreffende
het wegvoeren van Belgen naar Duitsch
land
In aansluiting op mijn mededeeling
van 4 December j.l. naar aanleiding van
de vragen van het lid der Tweede Ka
mer den lieer Duys, betreffende de weg
voering van Belgen naar Duitschland,
heb ik de eer U hoogedelgestrenge te
doen weten dat ik, door tusschenkomst
van den Nederlandschen gezant te Ber
lijn, in antwoord op de nota der Neder
landsche Regeering van 29 November
jl. een nota van de Duitsche Regeering
ontvangen heb, waarin het volgende
wordt medegedeeld
Naar de meening der Duitsche regee
ring moet de ordonnantie van het Gou
vernement-Generaal te Brussel, van 15
Mei 1916, waarbij gevangenisstraf of
gedwongen arbeid bedreigd wordt tegen
een ieder die openbare ondersteuningen
geniet, terwijl hij zonder voldoende rede
nen weigert te arbeiden naar evenre
digheid zijner krachten, beschouwd wor
den in overeenstemming te zijn met ar
tikel 43 van het reglement, gevoegd bij
de IVde Haagsche Conventie van 1907,
nopens de wetten en gebruiken van den
oorlog te land. Volgens de inzichten
der Duitsche Regeering is het ongetwij
feld in het belang van de openbare orde,
om zooveel mogelijk te voorkomen, dat
personen, tot werken in staat, ten laste
der liefdadigheid komen en om hen te
dwingen tot een loongevend werk.
Zij is van meening, dat de onderstand
door de Anierikaansclie „Relief Com
mission", een instelling die in de be
staande omstandigheden een openbaar
karakter heeft, aan werkloozenen mits
dien behoeftigeii verstrekt, als openbare
ondersteuning te beschouwen is.
■Aangezien de ongunstige toestand der
Belgische nijverheid belet, dat de werk-
ioozen op genoegzame wijze in België
zelf in hun onderhoud kunnen voorzien,
wordt hun, zoo vervolgt de Duitsche
Regeering, loofigevend werk in Duitsch
land verschaft een groot aantal hunner
is er reeds vrijwillig werkzaam tegen
de werkloozen, die dat voorbeeld niet
volgen, is dwang volgens de voorschrif
ten van de ordonnantie van 15 Mei
onvermijdelijk arbeid waartoe een vij
andelijke bevolking volgens de regelen
van het volkenrecht niet gedwongen
kan worden, is natuurlijkerwijs uitge
sloten.
De Duitsche Regeering is mitsdien van
oordeel, dat het overbrengen van werk-
looze Belgen naar Duitschland niet in
strijd is met het volkenrecht, in het bij
zonder niet met art. 52 van bovenge
meld reglement.
Wat ten slotte de verzekeringen be
treft, gegeven door baron von Huene,
gouverneur van Antwerpen, ten gunste
van die Belgen, die naar Nederland
waren uitgeweken, zoo merkt de Duit
sche regeering op, dat genoemde gene
raal zich in verbinding had gesteld met
mr. Franck, voorzitter der Intercommu
nale Commissie te Antwerpen, ten einde
in samenwerking met hem de vrees der
vluchtelingen te verdrijven, dat Belgen
van militairen leeftijd zouden worden
ingelijfd bij het Duitsche leger of ge
dwongen in Duitschland te arbeiden.
Deze twee heeren kwamen overeen, dat
de teruggekeerde Belgische vluchtelin
gen, die zich rustig zouden gedragen
en hun vak zouden uitoefenen zonder
van hun vijandelijke gevoelens te doen
blijken, op geenerlei wijze zouden wor
den lastig gevallen. Het is aan deze
overeenkomst, dat de proclamaties be
antwoorden, welke gepubliceerd wer
den. In dit verband legt de Duitsche re
geering er nadruk op, dat in de bekend
making van mr. Franck van den I3den.
October 1914 uitdrukkelijk gezegd
werd, dat slechts die bewoners van
Antwerpen, Borgerhout en Bergen, die
een vast salaris genoten, door de Duit
sche autoriteiten in liet rayon der ves
ting zouden worden toegelaten, waf
derhalve zeker niet sloeg op de werk
loozen. De verklaring van baron von
Huene, opgenomen in dezelfde procla
matie met en onmiddellijk onder de be
kendmaking van mr. Franck, kan vol
gens de Duitsche regeering slechts uit
gelegd worden in overeenstemming met
deze bekendmaking en kan niet daar
van worden losgemaakt als ware zij
een algemeene verzekering ook ten bate
van hen, die niet wenschen te werken
de verklaringen, door baron von Huene
afgelegd tegenover den consul-generaal
der Nederlanden te Antwerpen en te
genover andere Nederlanders, moeten
in dien zelfden zin worden uitgelegd,
evenals de publicatie van genoemden
consul-generaal van den 17en October
1914, waarin formeel gesproken werd
van ordelievende jongelieden, die naar
'Antwerpen zouden kunnen terogkeeren.
Op grond van het voorgaande meent
de Duitsche regeering, dat de genoemde
verklaring van baron von Huene, als
mede zijn daarop volgende mededee
lingen, niet in tegenspraak zijn met de
maatregelen, genomen tegen Belgische
werkloozen.
Evenwel is de Duitsche regeering,
rekening houdende met de mogelijkheid
van misverstand van de zijde der Ne
derlandsche autoriteiten of der naar
Nederland gevluchte Belgen, bereid om
die Belgische vluchtelingen weder van
Duitschland naar België te doen repa-
trieeren die, tengevolge van de bedoel
de verzekering, uit Nederland naar het
rayon van Antwerpen waren terugge
keerd. Aangezien de Duitsche regeering
echter om bovengenoemde redenen niet
kan gedoogen, dat werkloozen in België
ten laste van de liefdadigheid komen,
verklaart zij deze tegemoetkoming af
hankelijk te moeten maken van de for-
meele voorwaarde, dat de Nederland
sche regeering diegenen onder hen we
der tot zich neme, voor wie in België
geen werk mocht zijn.
Naar aanleiding van deze mededee
ling heb ik aan de Duitsche regeering
te kennen gegeven, dat laatstbedoeld
voorstel door de Nederlandsche regee
ring aanvaard wordt.
Door tusschenkomst van bet Neder
landsche gezantschap te Brussel zijn
verscheidene naamlijsten ontvangen
van indertijd onder de voormelde om
standigheden uit Nederland naar Ant
werpen teruggekeerde en thans naar
Duitschland weggevoerde Belgen. Deze
lijsten worden ter kennis van de Duit
sche regeering gebracht.
WEERBERICHT.
Hoogste Barometerstand 756 te
Stockholm.
Laagste Barometerstand 745 te Hel
der.
Verwachting tot den avond van 13
Januari Matige, tijdelijk wellicht
krachtige Westelijke tot Zuidelijke
wind. Zwaarbewolkt of betrokken,
waarschijnlijk regen- of hagelbuien.
Zelfde temperatuur.
WISSELKOERSEN.
11 Januari.
Londen 11.6834; Berlijn en Ham
burg 40.871/2 Parijs ƒ42.10 Wee-
nen 25.77
I» -
HOOGWATER TE VLISSINGEN.
Jan.
v.m.
n.m.
Zaterdag
13
4.02
4.27
Zondag
14
4.37
5.02
Maandag
15
5.11
5.42
dinsdag
16
5.58
6.29
Woensdag
17
6.46
7.24
Donderdag
18
7.45
8.34