2000
DINSDAG
DECEMBER
54e
üitiivsFirms F. VAN Q[ VELDE Ir., Kleine Merkt 58, Vlissingen. Telefoon inters. 10
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen
füM EENTE BESTU U R
BINNENLAND
FEUILLETON
EEN EDEL
YHOUWENLEVEN.
•1^2(5
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 1.45
per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ1.60. Voor België f2.29
Veer «verige landen der Post-Unie 3.35. Afzonderlijke nummers 3 cent
mL
ADVERTENTIEPRIJSVan 14 regels ƒ0.48; voor iedere regel meer 12 cent
•riemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Bij abonnement speciale prijs
Reclames 24 ct, per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen 6% ct. per regel
Be ah»nné's, in 't bezit eener
Mplis, zijn GRATIS verze
kerd
I gulden bij levens- gulden bij dood gulden bij verlies A gulden bij verlies J gulden bij verlies ft I* gulden bij verlies
lange ongeschikt- "^jl door *|BI89 van een hand, I van 8IIII van een van eiken
I tegen ongelukken voor: heid tot werken UU een ongeluk UUU voet of oog J.VV een duim 1UU wijsvinger tA%3 anderen vinger
Rez* uitkeerihgen worden VERDUBBELD indien de .verzekerden, voorzien van geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot of tram. De uitkeering wordt gewaarborgd door de „Holl. Alg. Verzek. Bank" tè Schiedam
Zij dia zich mei
1 Januari 1917 op
de d a g e i ij k s uerschijnende
„VLISSINGSCHE COURANT"
abonneeren, ontvangen de Cou
rant tot dien datum GRATIS.
BEKENDMAKING.
De Burgemeester van Vlissingen
maakt bekend, dat door hem van de
bepaling in de bekendmaking van Bur
gemeester en Wethouders dd. 5 De
cember jl., dat de koffiehuizen, tappe
rijen en andere voor het publiek toe
gankelijke lokalen, benevens sociëtei
ten, zullen moeten gesloten worden des
namiddags ten 11 ure, ONTHEFFING
wordt verleend voor de navolgende
dagen, nl. 23, 24, 25, 26, 30 en 31-
DECEMBER 1916 en 1 JANUARI 1917.
Voor die dagen wordt het sluitingsuur
bepaald op des namiddags 12 UUR.
Vlissingen, 18 December 1916.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
ONVEILIGHEID VAARWATER.
Schietoefeningen.
De Burgemeester van Vlissingen
maakt aan zeevarenden bekend
dat op 21 December en zoo noodig
ook op 22 December a.s., van het fort
aan den Hoek van Holland schietoefe
ningen zullen wordengehouden.
De voor de veiligheid te nemen voor-
zoigsmaatregelen liggen voor belang
hebbenden ter Secretarie dezer ge
meente ter inzage.
Vlissingen, 19 December 1916.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
Buitenlandsche Zaken.
Gisteravond is verschenen de Memorie
van Antwoord van minister Loudon op
het voorlpopig verslag der Tweede Ka
mer over de begrooting van Buitenland
sche Zaken.
Een nieuw Oranjeboek is ter perse.
Het vorige Oranjeboek is in een Fran-
sche vertaling verschenen, terwijl een
Engelsche in bewerking is.
De Engelsche regeering is na een des
betreffend protest van minister Loudon
bezig een regeling te ontwerpen om de
verzending van Duitsche boeken en
tijdschriften uit Nederland naar elders
toe te staan.
De in de pers verbreide bewering,
dat de Engelsche regeering de Indische
bladen, die voor ons departement van
Koloniën bestemd zijn, aanhoudt,-is on
juist.
De Duitsche regeering is niet bereid
het geval van de „Palembang" te on
derwerpen aan een internationale com
missie van onderzoek.
De regeering is ten alle tijde bereid
om, mochten oorlogvoerende landen
11.) terliotteB.)
Toen zij eindigde bleef het minuten
lang stil, alsof niemand het waagde de
.betoovering te breken, waarin allen
gevangen waren. Nadat echter het eer
ste woord gesproken was, brutete een
ware storm van bijval. De heeren om
ringden haar met een luid geroep El-
jen Eljen, en ook de dames naderden
en dankten haar voor het zeldzaam
heerlijke genot, dat zij haar had bereid.
Gravin Helene zei haar, dat ze veel
van vioolspel hield, en daar Elisabeth
zoo'n volmaaktheid in het spel had be
reikt, zou het instrument van nu af aan
meer te voorschijn komen dan tot nu
toe, waar zij het bijna als een geheim
had bewaard.
Endre Palsy was geheel ontroerd, hij
was een echt kind van zijn land en niets
kon hem zoo voeren en in geestdrift
brengen als muziek.
Uw spel juffrouw Werner, zei hij
op zijne aardige rondborstige wijze,
zou wilde dieren temmen en evenals dat
van Orpheus de furiën van de onder
wereld bedwingen.
Alles danjrte haar, overlaadde haar
zulks wenschen, kunstschatten op Ne-
derlattdsch gebied voorloopig in bewa
ring te nemen.
Er zijn maatregelen genomen om onze
eigen verplaatsbare kunstschatten in vei
ligheid te brengen, voor geval wij in
oorlog komen.
De Duitsche regeering weigert posi
tief den heer Van Gelder uit Nijmegen,
die in Duitschland gevangen zit, in vrij
heid te stellen, omdat hij van spionnage
wordt verdacht.
Er zijn klachten ingekomen in zake
onzen gezant te St. Petersburg en op.de
klachten, in het voorloopig verslag ge
uit kan de minister pas een beslissing
nemen, wanneer hij met dien gezant een
mondeling onderhoud heeft gehad. De
gezant zal daartoe naar Nederland komen.
In sommige gevallen, waarin vermoe
dens van tekortkomingen bestonden,
zijn onze vertegenwoordigers in den
vreemde door de ministers ernstig op
hun plichten gewezen. De bezwaren
bleken echter gewoonlijk 'schromelijk
overdreven.
Ook na den oorlog zullen de pas aan
gestelde militaire attache's in Parijs en
Berlijn gehandhaafd blijven.
Een comité-generaal
De Haagsche redacteur van „de Tijd"
schrijft, dat bij leden van verschillende
partijen in de Tweede Kamer een s'teeds
krachtiger wordend verlangen bestaat,
om, blijft de vredeswind eenigszins gun
stig waaien, 'de mogelijkheid te bespre
ken van geheele of .gedeeltelijke demo
bilisatie. Dit streven gaat gepaard met
een toenemende ontevredenheid over
het beieid van den heer Bosboom, mi
nister van oorlog, zegt gemelde redacteur.
Verwacht wordt, dat het initiatief tot
een comité-generaal genomen zal wor
den van antirevolutionnaire, zijde.
Kamerleden-pensioen.
Nu de vrijzinnigen den heer IJzerman
hebben gecandideerd in het tweede
Haagsche kiesdistrict in de vacature-
Dolk en het zeker is' dat zijn verkiezing
niet zal worden betwist, op voorwaarde,
dat hij na de Grondwetsherziening zich
niet meer beschikbaar stelt, zai zich hier
het geval voordoen, aldus het „Hbl.",
waarop de heer Van Houten in zijn
jongsten Staatkundigen Brief heeft ge
wezen. De heer IJzerman nl. is oud-lid
van de Kamer (hij zat van 1905 tot
1Ö09 voor Amsterdam IV) en nu zullen
zijn vroegere „dienstjaren", bij zijn af
treden na dit nieuwe kortstondige lid
maatschap, meetellen voor zijn Kamer
pensioen.
Voor den heer D. de Klerk, die in
hetzelfde geval zou hebben verkeerd en
die als candidaat naast den heer IJzer
man is afgevallen, is het een hard gelag.
België en Nederland.
Over de verklaring der Belg'sche re
geering ten opzichte van haar stand
punt tegenover de Belgische annexio-
nisten schrijft de „N. Ct.".:
De verklaring met het beroep op ver
trouwen en vriendschap tusschen Bel
gië en Nederland ingeleid is zeer be
vredigend.
mei lof, alleen de zoon des huizes bleef
ver van haar, zij zag hem zelfs den hee-
len avond niet irieer. Kort daarna nam
men afscheid. Het grootste deel der
gasten, reed naar huis; die te veraf
woonden, bleven in het kasteel en be
trokken de logeerkamers.
Het was laat, toen Elisabeth opjiare
kamer kwam, maar zij voelde deson
danks geen behoefte aan slaap. Het
lang ontbeerde genot van het spel had
haar te zeer opgewonden. En het was
bovendien een heerlijk schoone nacht.
De maan. stond groot en vol aan den
hemel en wierp bleeke schemering in
haar kamer, elk voorwerp met magi-
schen schijn overstralendL Zij ging naar
het venster en keek naar buiten en
vouwde in zwijgende aanbidding de
handen. Hoe mild en toch in welke hui
veringwekkende verhevenheid scheen
hier de geweldige natuur in het zachte,
tooverachtige maanlicht.
Deze sneeuwbergen, nu scherp ge
takt, dan kegelvormig, een op den an
der rustend, een reusachtige wal .aan
het grijze firmament, gehuld in den zil
veren sluier van de maan de boomen
van het park gedoopt in magisch licht,
in plaats van bladeren en bloemen mil-
tioenen van schitterende sterretjes op
de beijsde takken en twijgen... zelfs
het grauwzwarte slot scheen toover-
achtig verjongd.
Elisabeth wist niet, hoe lang zij ge-
De Belgische regeering verloochent
op dubbelzinnig de actie van de „XXe
Siècle", van Eugène Baie van Pierre
Nothomb, van het geheimzinnige boek
,,La Belgique au tournant de son his
torie", van verscheidene schrijvers in
aanzienlijke buitenlandsche tijdschrif
ten voor zoover daarin van aantas
ting van de intregiteritvan het Neder-
landsch grondgebied sprake was.
Zij heeft dit openlijk gedaan en op
een wijze, waarop men zich later zoo
het noodig mocht zijn, D.v. in een Euro-,
peesch congres, zal kunnen beroepen.
Zij heeft daarmee een nieuw bewijs ge
geven van den prijs dien zij stelt op
het behoud van de beste betrekkingen
met ons land en van een vriendschap
pelijke openbare meening ten onzent.
Wij verheugen ons daarin ten zeerste.
Men blijve er zich echter rekenschap
van geven, dat de internationale moei
lijkheden waarin ons land bij of na het
einde van den Europeeschen oorlog ge
raken kan door deze verblijdende
vriendschappelijke verzekering niet
verminderen. Het drijven der Belgische
annexionisten blijft voor Nederiand een
gevaar, omdat het beantwoordt aan
machtige stroomingen in de tegen
Duitschland oorlogvoerende landen be
treffende de waarborgen die tot ver
zekering van een duurzamen vrede noo
dig zouden zijn. En ook de verwikke
lingen die buitenlandsche pogingen tot
„regeling" van het Scheldevraagstuk
ons kunnen (niet moeten) berokkenen,
blijven in het uitzicht, al zijn wij er
thans zeker van, dat liet drijven'om
zuik een regeling met afstand van Ne-
derlandsch territoir gepaard te doen,
bij de regeering te Havre slechts af
keuring vindt.
De steenkolenvuorziening.
Naar het persbureau Vaz Dias uit al
leszins betrouwbare bron zegt te ver
nemen, zijn door de militaire overheid-
autoriteiten 200 wagons beschikbaar
gesteld om kolen vit Duitschland te
halen. De Duitsche overheid heeft
daartegen geen bezwaar en zou ook
wel meer kolen naar ons land verzen
den, als zij slechts over voldoende
laadruimte beschikte. Die zal waar
schijnlijk geleidelijk worden geboden,
zoodat zich een niet al te ver verwij
derd perspectief opent, dat de maat
regelen voor de verschillende gemeen
ten zoo niet worden beperkt, dan toch
zeker niet behoeven te worden uitge
breid.
Salarisactie Post- en Tel.-
personeel.
Gisterenavond hielden de samenwer
kende Bonden van hooger-, middelbaar-
en lager personeel bij het Staatsbedrijf
der posterijen, telegrafie en telefonie te
'sGravenhage een openbare vergadering,
waarbij de volgende motie werd aange
nomen
„De openbare vergadering, enz., over
wegende
dat de ontzettende stijging van den
levensstandaard, welke zich in 't bijzon
der het laatste aantal jaren heeft voor
gedaan, waardoor het Ned. Post-, Teleg.-
staan had, toen de toon van eene viool
de sprookjesachtige stilte verbrak. Ei-
rijde zich toon aan toon en de melodie
van een lied klonk helder en duidelijk
tot haar omhoog.' Dat kon slechts uit
de kamers van Graaf Geza komen. Zij
lagen in de benedenverdieping van het
nieuwe gebouyy. En van graaf Palsy
wist zij immers, dat graaf Geza soms
niet, en bij tijden hartstochtelijk gaarne
speelde. Had haar spel van dezen
avond den ouden lust bij hem gewekt
Elisabeth luisterde, het waren merk
waardige melodieën, die in de stilte
van den nacht omhoog .klonken. Een
vreemde geest waaide er haar uit tegen,
die haar zeldzaam ontroerde. Waren
deze schoone overgangen van hoogste
vreugde en diepst leed zonder eenige
verzoenende bemiddeling het nationale
in de liederen of waren het fantasiën
van den jongen man, die even wild en
ongeregeld als geheel zijn wezen was,
zijne ziel ontstroomden En toch, welk
een diepte .van gemoed en volheid van
ziel lag in de weeke gedeelten. Kon zóó
de man met de ruwe zeden denken
Zij luisterde lang, toen brak plotse
ling het spel met een schrilien disso
nant af, en de diepste stilte omgaf haar
opnieuw.
Toen Elisabeth den volgenden mor
gen na een korten slaap ontwaakte,
herinnerde zij zich, dat zij haar medail
lon niet had afgelegd. Zij tastte naai
en Telefoonpersoneel aan gebrek en
verarming ten prooi is
dat terwijl in vorenbedoeld tijdvak de
welvaart in Nederland ontzaglijk is
toegenomen, de maatschappelijke posi
tie van het personeel, de dienaar van de
gemeenschap, voortdurend is verslech
terd
dat de herhaalde beloften van de
Ned. Regeering tot opheffing ,van dezen
achterstand laatstelijk nog bij het ont
werp der regeling van de tarieven
dat niettegenstaande de regeering in
1913 het foutieve van het klassensteisei
van het lagere personeel als grondslag
voor de salarisregeling heeft erkend;
deze grondslag toch wordt gehandhaafd
kennis genomen hebbende van de
mededeeling van den minister van wa
terstaat, dat in de ontwerp-begrooting
voor 1917 opgenomen zijn de salaris
regelingen, waarbij de wanverhoudin
gen der tegenwoordige tractementen
zijn opgeheven en een goede regeling
tusschen de salarissen onderling is ge
schapen
van oordeel zijndedat ook in deze
ontwerp-regelingen de salarissen onvol
doende zijn om in de behoeften van het
personeel te voorzien, en met het be
ginsel der regeering in de Memorie van
Antwoord op de Staatsbegrooting voor
1917, als zou afdoende verbetering der
salarissen met het oog op de tegen
woordige tijdsomstandigheden, thans
niet kunnen worden overwogen, niet
aan de noodzakelijke behoeften der
rijksambtenaren wordt tegemoet geko
men, terwij! met den toegezegden
duurtetoesiag slechts een deel dier amb
tenaren op onvoldoende wijze wordt
geholpen
dat alleen door het instellen van een
Permanente Commissie die in hoofdzaak
zal moeten zijn samengesteld uit de
vertrouwens-manneh van het personeel
wiens bevoegdheid zich mede uitstrekt
tot de ioonsbepalingen, berSikt kan wor
den, dat aan de hopelooze strijd, een
voor beide partijen afdoende uitkomst
worde verkregen
dringt er bij den Minister van Water
staat en volksvertegenwoordiging met
allen ernst op aan, in de ontworpen
regeling de verbeteringen aan te brengen
zooals door het comité van samenwer
kende vereenigingen is verzocht en deze
verbeteringen in te doen gaan voor allen
op 1 Januari 1917."
Deze motie zal ter, kennis van de
regeering worden gebracht.
Vrouwenkiesrecht.
Na afloop van het openbaar gedeelte
van de jaarvergadering der Vereeniging
voor Vrouwenkiesrecht, vereenigden af
gevaardigden en leden zich aan een
gemeenschappelijken maaltijd van on
geveer 120 couverts, in het hotel „de
Witte Brug" te 's Gravenhage.
Bij het verder gezellig samenzijn,
waarbij talrijke Haagsche leden zich
aansloten, werden de aanwezigen ver
rast door de vertooning van een revue
in woord en beeld, waarin de geschie
denis van het vrouwenkiesrecht werd
ten tooneele gevoerd. Een tweetal leden
had een vermakelijke revue op rijm in
den hals, het was er niet. Zij zocht door
de kamer, maar vond het niet. Zij moest
het in de zaal hebben verloren. Het sie
raad was haar buitengewoon dierbaar,
het bevatte de portretten van hare
ouders. Vlug kleedde zij zich aan en
ging naar beneden in de zaal.
Toen zij binnentrad stond de rit
meester bij een open venster en bekeek
iets in zijne hand. Toen hij haar zag,
trad hij op haar toe.
U droeg gisteren een medaillon,
dat op dit geleek.
Het is het mijne, ik heb het giste
ren verloren, zei ze en stak met blijde
beweging de hand uit.
Het ontbrak aan uw hals, toen u
gisteren de zaal verliet, zei hij, zonder
haar aan te zien.
Zij dacht na, waar hij haar had kun
nen zien, daar zij hem niet opmerkte.
Maai- bij het groote aantal gasten, dat
afscheid nam, was het heel goed mo
gelijk, dat-zij Item niet opgemerkt had.
Ik ging nog gisterenavond in de
zaal terug en vond het bij deji vleugel
liggen, vervolgde hij. Gisteren kon ik
het u niet teruggeven, en verwachtte u
heden hier, zooals u ziet, omdat ik wist,
dat uw eerste gang naar hier zou zijn
en ik niet wilde dat u zich zonder reden
ongerust zou maken.
Zij werd toch getroffen door deze op
lettendheid. En hoe kalm en bescheiden
was zijn spreken.
elkaar gezet, terwijl een derde zeer ver
dienstelijk lid der Haagsche propaganda-
córiimissie, de talrijke geestige teeke-
ningen vervaardigde, die met de por
tretten van de Kamerleden, die deelge
nomen hebben aan de debatten over
het vrouwenkiesrecht ais lantaarnpalen
werden geprojecteerd.
De aanwezigen amuseerden zich kos
telijk met deze vertooning, die waar
schijnlijk nog in ruimer kring gegeven
zal worden.
Spoor- en tramwegpersoneel.
Zondag is te Utrecht vanwege de
Nederl. Vereeniging van Spoor- en
Tramwegpersoneel en den Bond van
Nederl. Locomotiefpersoneel oen zeer
druk bezochte demonstratie voor lots
verbetering gehouden, onder voorzit
terschap van den heer W. van Delft, uit
Amsterdam.
De heer H. B. Dijkinans, van den
Bond van Locomotiefpersoneel, zeide,
dat er thans evenals vóór de staking
van 1903, groote drang naar eenheid
onder het personeel heerscht, waardoor
thans, evenals toen, samenwerkin^itus-
schen beide organisaties verkregen is.
Hij hoopte, dat er nu gestreefd zal wor
den naar een- groote algemeene ver
eeniging.
De heer P. Moltmaker, voorzitter der
Nederl. Vereeniging, wees er op, dat
het ledental in dit jaar gestegen is van
5000 tot 10.000, dat er samenwerking
gekomen is tusschen de organisaties en
de directie der Staatsspoor, met als ge
volg, dat de nieuwe loonregeling is uit
gesteld en de duuitebijslag tot einde
1917 gehandhaafd blijft. Nadere onder
handeling over de loonregeling zou nu
moeten leiden tot verbetering ervan.
Maar ook de dienst- en rusttijden dien
den verbetering,, want bij de Ned. Cen-
traalspoor had men thans nog onafge
broken nachtdiensten van 17J-), 18J4,
19 en 191/2 uur voor hef locomotief- en
treinpersoneel, zonder dat daarvoor
vergoeding wordt gegeven. Spreker
spoorde de aanwezigen aan zich te or-
ganiseeren, opdat er aan die roestan
den een einde korne.
Het Tweede Kamerlid, de heer A. B.
Kleerekooper, wees op de verandering,
die in den bedrijfsvorm op spoorweg
gebied is ontstaan door de fusie van de
maatschappijen en betoogde, dat de fi-
nancieele verhouding tusschen den
staat en de maatschappijen beteri gere
geld diende te zijn. Verder, dat er thans
een flinke actie voor lotsverbetering
diende gevoerd te worden, en dat een
staatscommissie den minister zou moe
ten adviseeren omtrent de loonregeling,
daar het landsbelang eischt, dót het
spoorwegpersoneel behoorlijk bezol
digd wordt.
Zuinigheid met brood.
De opperbevelhebber van land- en
zeemacht heeft de volgende order aan
de autoriteiten der landmacht gezonden
Den laatsten tijd bereiken mij be
richten omtrent de kwistigheid, waar
mede bij verschillende onderdeelen van
het leger en door geïnterneerden over
levensmiddelen wordt beschikt. Vooral
geldt dit voor het artikel brood. Groote
Ik dank u graaf, zei ze na eene
poos.
Hij keek haar aan.
Dat woord vait u wel moeilijk.
Als ik de waarheid moet zeggen,
ja.
Een oogenblik was het stil. Hij had
zich afgewend en beet in heeten toorn
op zijne onderlip. Zijn oude, wiide na
tuur kampte machtig tegen iets nieuws,
onverklaarbaars, dal geweldig op hem
inwerkte.
Uw vertrouwen in mijn beter ik
moet toch niet heel groot zijn, zei hij
toen, zich langzaam naar haar keerend.
Ik ben de zoon, de heer van dit huis, ik
kan u uwe betrekking zeer moeilijk ma
ken, tot in het ondragelijke, voegde hij
in grooten toorn er aan toe.
En ik kan eiken dag vertrekken,
heer graaf, mij binden in dat opzicht
geene overeenkomsten.
Hij schrikte zichtbaar, daarna werd
hij bleek.
Neen, neen. U hebt niets te vree
zenHet was niet zoo gemeend. Ik
ben een wild, driftig man, als ik geprik-
kend word-Juffrouw Werner, ver
volgde hij en zijn toon werd bijna
smeekend, hoe zal ik u overtuigen, dat
ik niet een zoo in den grond verdorven
mensch ben, als waarvoor u mij houdt
(Wordt vervolgd.)