VRIJDAG 1 DECEMBER gemeentebestuur feuilleton binnenland MO. 284' 54e Jaargang 1916 Uitsavefirma F. M if VELDE Jr., Kleine Markt SS, Vlissingen. Telefoon Inierc. 10 Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen ^BMEROVERZICHT. VLISSINGSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.45 per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ1.60. Voor België.ƒ2.20 Voor overige landen der Post-Unie 3.35. Afzonderlijke nummers 3 cent ADVERTENTIEPRIJS Van 14 régels 0.48; voor iedere regel meer 12 cent Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Bij abonnement speciale prijs Reclames 24 ct. per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen 6 ct. per regel Be abonné's, in 't bezit eener ft ft ft gulden bij levens- TJ P* ft gulden bij dood ft gulden bij verlies A f* J"| gulden bij verlies Jt rfV 4"| gulden bij verlies ft gulden bij verlies polis, zijn GRATIS verze- jrg|||gl lange ongeschikt- 11 door %ggg| van een hand, I*^|I %van glggl van een P'X van eiken kerd tegen ongelukken voorhUUUU heid tot werken %3\3 een ongeluk voet of oog lUU een duim iuU wijsvinger anderen vinger Deze ultkeeringen worden VERDUBBELD Indien de verzekerden, voorzien van geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot of tram. De uitkeering wordt gewaarborgd door de „Hoil. Big. Verzek. Bank" tè Schiedam PERSONEELE BELASTING. Afkondiging van het kohier der Per- soneele belasting no. 8, dienst 1916. De Burgemeester van Vlissingen maakt bekend dat op heden bij hem ontvangen en aan den rijksontvanger is gezonden het executoir verklaarde kohier wegens de Personeele Belasting no. 8, dienstjaar 1916. De daarop voorkomende belas tingschuldigen worden uitgenoodigd om hunne aanslagen op den bepaalden tijd aan te zuiveren, ook ter voorko ming van vervolgingen en herinnert dat de bezwaarschriften binnen 6 weken na heden behooren te worden ingediend, terwijl de aangiften ter be koming van ontheffing, ingeval van verhuizing, moeten worden gedaan bij den Directeur der directe belastingen in wiens directie de aanslag is vastge steld, binnen zes weken na het verlaten van het perceel. En is hiervan afkondiging geschied waar hef behoort, den 1 December 1916. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. DRANKWET. Burg. en Weth. var. Vlissingen gelet op art. 37 der Drankwet doen te weten dat bij hen is ingekomen een verzoek van G. WISSE om verlof tot verkoop van alcohollhoudenden drank anderen dan sterken drank, in perceel Kouden hoek no, 9 dat vanaf heden gedurende veertien dagen schriftelijke bezwaren tegen, het eventueel verleenen "an het gevraagde verlof kunnen wórden ingebracht bij Burgemeester en Wethouders voor noemd. Vlissingen, 30 November 1916. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, J. P. v. ROSSUM Jr. Eerste Kamer. Vergadering van Donderdag. De helden, die gisteren zonder veel vorm van proces, den Minister van fi nanciën deden vallen, hadden vandaag allen moed al verloren. Nu zij de gevol gen van hun daad voor oogen zien, trachtten zij te redden wat er te redden valt. „Gij hadt gisteren moeten beden- den,, wat gij nu zegt", riep de heer van Nierop vandaag uit toen de heer Reekers met de verklaring kwam aan dragen, dat de tegenstemmers aller minst een votum van wantrouwen in de regeering hebben bedoeld, dat zij gaarne met den bekwamen Minister willen samenwerken, en dat zij alleen maar niet kunnen toelaten dat begin selen in een wet worden neergelegd die zij niet goedkeuren kunnen. „Wat doen 31. door M. VAN DEN ENDE. Netje kon haar aandacht dien mid dag onmogelijk naar behooren bij haar taak bepalen. Hoe moest dat hier gaan als Nico haar op deze wijze bleef las tig vallen Nu immers had zij niet meer dat overwicht van vroeger op hem, om hem als een jongen op zijn plaats te zetten. Dreigde niet voor bei den. hier een onhoudbare toestand in te treden Moest hier haar gemoeds rust weer verstoord worden Hoe zou ze hem, zonder ie kwetsen, te kennen gevenj dat zijn vereerend voorstel on aannemelijk voor haar was 's Avonds schreef ze een korf brief je, las 't over en verscheurde het. Pein zend begaf ze zich te bed. Ze kon niet slapen de gedachten marcheerden. Eindelijk sprong ze op. Ze wist nu, lioe ze 't neerschrijven wilde. Ze stak de lamp aan en vlot bracht ze een en ander op papier. Daarna, als van een last ontheven, sliep ze tot iaat op den morgen, 't Was Zaterdag en dus geen school. Haar Zus Jacoba zou te 's Gra- venkerke eenige inkoopen gaan doen. 'n haar plaats was Netje behulpzaam wij anders hier weeklaagde hij. En de heer v. d. Berg kwam dat alles nog aanvullen met de verzelt?ring dat van een politieke daad van wantrouwen te gen den Minister geen sprake was. De afstraffing, die de heer van Nierop uitdeelde, was wel verdiend. Vooral waar hij het afkeurde dat de tegen stemmers niet behoorlijk hun standpunt hadden verdedigd. Dat was een onheb belijkheid tegenover den Minister, wel ke niet te pas kwam. Duidelijk had de Minister aangege ven wat de gevolgen van 'de verwer ping zouden zijn. Zonder daarop in te gaan, zonder een kik te geven, zonder een woord repliek is het vonnis geveld. Dat was la mort sans frase Wat de heeren nu doen, aldus de heer Stork, beteekent niets. Zij zijn bereid met den Minister mee te werken, mits... hij hun zin doet. Stelt men prijs op het aanblij ven van den bij uitstek bekwamen Mi nister, dan mocht precies gezegd wor den, wat men van plan is te doen. Het bleek duidelijk, dat de helden de gevolgen van hun daad niet overzien hebben en dat zij door de aframmeling die zij in de pers hebben ontvangen, geschrokken zijn van hun daad. Resultaat leverde de discussie niet op. Zij was niet zoo -onderdanig als noodig ware om den Minister, die bericht had gezonden de overige wets ontwerpen niet te willen verdedigen, te gen te houden van zijn besluit en zij bevatte geen verklaring die eenige ze kerheid geeft, dat in de toekomst der gelijke verwerpingen achterwege zui len blijven. Het incident is gesloten maar niets is gebleken dat men de gevolgen onge daan wil maken. De slechte indruk blijft onveranderd bestaan. Tweede Kamer. Vergadering van Doriderdag Dë Tweede Kamer had vandaag moeten beginnen met de behandeling van dé additioneele artikelen van de Grondwet. Maar vooraf werd geruime tijd gepraat over een zeer eenvoudig wetsontwerp. De z.g. relletjes die te Soerabaya zijn voorgekomen onder de Nederlandsche matrozen hadden den Minister aanleiding gegeven om de be palingen van het crimineele wetboek voor de militairen zóó aan te vullen, dat dergelijke samenrottingen strafbaar zijn. Wat te land geldt, zou ook ter zee moeten gelden. Volgens den heer Men- deis nu, was de aanleiding tot deze be paling niet zóó zwaarwichtig als de Minister wel vond. Hij vergoelijkte het optreden eenigermate, en was van oor deel dat de militaire autoriteit ai macht genoeg bezit om dergelijke'gebeurte nissen tegen te gaan. Een nieuwe, en zeer elastieke, bepaling om nog meer macht te geven, achtte hij niet ge- wenscht. Enkele leden verdedigden kort het voorstel, dat niet veel om het lijf heeft en dat misschien ook eenigszins dient ter vervanging van massa-ontslag, dat in deze tijden niet wel mogelijk is. Dit laatste werd door den Minister van justitie erkend. De bestaande straf in de huishouding. Zij zag er treurend uit. Om moeder Truitje, die haar met bezorgdheid gadesloeg, niet in die nieuwe onaangename geschiedenis te betrekken, verklaarde zij hoofdpijn te hebben, in 't voorbijgaan had Jacoba den bewusten brief bij Oven afgege ven. 's Middags begaf zij zich met haar vader, die zich met genoegen naar haar wensch schikte, naar de zee. Aan 't strand zetten zij zich neer. Er werd weinig gesproken. Droomerig staarde de oude man met onbestemden blik op de vlakke zee, zonder einden. Hij had begrepen, dat zijn dochter iets op 't hart had, waarmee ze moei lijk voor den dag kon komen. Werke lijk was zij met het doel, haar vader in 't vertrouwen te nemen, in zijn ge zelschap naar hun oud plekje in de duinen gegaan. Daardoor achtte zij zich tevens vei lig voor hinderlijk volgen van Nico, als hij nadere verklaring mocht willen vragen. Niettemin was zij 't nog niet met zichzelf eens wat en hoe ze hem van 't aanzoek zou vertellen. Zij wenschte haar vader zoo gaarne zorgen-vrij te houden. Maar intusschen gevoelde ze behoefte aan zijn wijzen raad. 't Be trof immers de verhouding op school Ongemerkt kwamen zij in gesprek over schoolzaken daar leefden ze in. Zonder moeilijken overgang wist Netje 't nu daarheen te leiden, dat hij op de middelen moesten ten slotte leiden tot een massa-onts/ag of tot de instelling van een tuchtklasse, hetgeen geen van beide gewensrfit is. De Minister van marine verklaarde zich bereid het geheime rapport over de ongeregeldheden te Soerabaya te publiceeren. Het publiek zal de offici- eele rapporten te genieten krijgen. Hij deelde mede dat over het bewuste hos pitaal te Soerabaya niet eer is geklaagd dan toen de ongeregfdlieden voorkwa men. Dadelijk na deze klachten is een onderzoek gelast. Er bleek wel dat de toestand niet schitterend was maar de klachten bleken zeer overdreven. De wandluizen waren er, doch in niet zoo grooten getale. Het ging niet aan dat daarvoor verzet tegen het gezag werd geoefend. Daaruit is gebleken dat het revolutionaire element op de vloot doorwerkt. De Minister kan dit niet toestaan en zendt niet eer vrijwilligers naar Indië vóór hij de macht heeft om hen van deze ongeregeldheden af te houden. Een amendement-Mendels om te be palen dat het in elk geval tot feitelijk heden moest zijn gekomen, werd ver worpen. Het wetsontwerp werd goedgekeurd. De „Koningin Regentes" vrijgelaten. Het volledige Wolff-bericht betref fende het vrijlaten van de mailboot „Koningin Regentes" luidt als volgt Naar wij vernemen, zal het Neder landsche poststoomschip „Koningin Regentes", dat onlangs als prijs opge- bacht is, weer vrijgelaten worden. Dit stoomschip'.ve"f dëh lOen Nov., op weg van VJissingéh naar Londen in de buurt van het vuurschip „Noordhin- der" volgens bet prijsgerecht door een Duitsche duikboot aangehouden. Daar een grondig onderzoek van het stoom schip op de plaats van aanhouding uit gesloten was wegens de mogelijkheid, dat er vijandelijke strijdkrachten op zouden dagen, is het stoomschip naar Zeebrugge en vandaar naar Osténde gebracht. Uit een onderzoek bleek, dat de kapitein en de telegrafist van het stoomschip dradelooze telegrammen afgezonden hadden om Nederlandsche oorlogsschepen op te roepen. Daar deze dradelooze telegrammen onge twijfeld ook door Engelsche strijd krachten ter zee opgevangen hadden kunnen worden, konden zij als een on dersteuning uit nalatigheid van 's vij- aiids oorlogvoering ter zee beschouwd worden. Verder bleek, dat drie leden van de bemanning van het stoomschip hulp verleend hadden aan een Bhgel- schen koerier, door nl. op zijn verzoek zijn koerierszak onder de postzakken, die het stoomschip vervoerde, te ver stoppen. Tegen deze drie Nederlanders is wegens hulpverleening aan den vij and een onderzoek vóór den krijgsraad aanhangig gemaakt. De post van het stoomschip wordt, naar wij vernemen, op contrabande, hoogte raakte van haar moeilijke po sitie. Mat keek zijn dochter onderzoekend aan. En heb je richting nagegaan, of je niets goeds, niets hartelijks voor Ni co gevoelt Zijn stem was zacht dringend. Een huwelijk met hem kwam hem niet ver werpelijk voor. Ik heb medelijden met hem, en ook achting, maar geen liefde. Hij was me een goed vriend, die hoog te gen me opzag vroeger. Wij dienden elkander. Met zijn meerdere kracht be schermde hij me, kreeg ik een gevoel van groote veiligheid op onze avond wandelingen langs den eenzamen weg. Waar zijn kennis tekort schoot, kon ik hem vaak hulp verleenen Vrij ben ik echter niet. De herinneringen laten mij niet los. Ik kan een ander niet meer liefhebben, zooals ik eens Dolf beminde. Ik zou Nico ongelukkig ma ken en zelf niet gelukkig zijn Vader Mat zuchtte. Dan moet ge hem dat schrijven zonder omwegen, opdat hij niet blijft hopen Dat heb ik gedaan Laat ons dan stil afwachten, kind! fHij heeft een ambtswoning. Op zijn leeftijd zal hij gehuwd willen zijn en zich spoedig troosten. Gewis zal 't hem niet moeilijk vallen een keuze te doen. Voor zoover ik hem ken, zal hij 't je niet meer lastig maken, noch papieren geld, handelspapieren, die ge ëndosseerd kunnen worden en verkoop bare effecten onderzocht en van de uit komst van dat onderzoek wordt de ver dere verzending afhankelijk gesteld, terwijl het stoomschip zelf vrijgelaten zal worden Daar uit het optreden van een deel der scheepsbemanning, dat met onzijdigheid in strijd is, een aan klacht tegen het schip zelf afgeleid en dit aan een proces voor het prijsge recht onderworpen kon worden, moet het vrijlaten vdn het schip als een tee- ken van groote tegemoetkoming tegen over de Nederlandsche eigenaars be schouwd worden. Zekere voorvallen, die er na het op brengen van de „Koningin Regentes" tusschen de duikboot en de door de dradelooze telegrafie van het Neder landsche 'stoomschip opgeroepen Ne derlandsche zeestrijdkrachten gebeurd zijn, zullen, 'paar wij vernemen, een di plomatiek naspel hebben. De „Midd. Ct." schrijft naar aanlei ding hiervan het volgende Met verbazing hebben we deze mee- deeling gelezen. Dat Nederlandsche scijepen van „zor geloosheid" worden beschuldigd wan neer ze met draadlooze telegrafie hulp van hun eigen marine inroepen dat schepelingen voor een Duitschen krijgsraad werden gebracht voor daden die ze op een Nederlandsch schip de den, dat alles wordt nog ergerlijker door die bewering van welwillendheid, met een totale negeering van de onwel willendheid waarvan de Duitschers blijk gaven bij de behandeling die ze een neutraal aandeden. Geen enkele bepaling van de Zee rechtconventie geeft aan de Duitschers recht tot hun optreden. Waar dat ver drag in art. 46, 4o, spreekt van het ver beurd verklaren van een neutraal schip wegéns het overbrengen van berichten in 't belang van den vijand, zegt het uitdrukkelijk dat het schip daar „feite lijk en uitsluitend" voor bestemd moet wezen. We hebben hier te doen met een nieuw oorlogsrecht van Duitsche vin ding, dat met des te meer spanning het diplomatieke naspel doet tegemoet zien, waarmee Wolff dreigt. Het „Vaderland" is van een geheel andere opvatting dan de „Midd. Ct.". Dit Haagsche blad maakt de volgende opmerkingen Dit telegram heldert ons op, oni wel ke reden drie leden der bemanning in België werden vastgehouden. Het valt niet te ontkennen, dat zij daartoe aanleiding hebben gegeven Het verbergen van de brievenzak van een Engelschen koerier, die zich aan boord bevond, is geen neutrale hande ling en dat de zak verborgen werd tusschen de postzakken die het schip overbracht, is des te erger. Van de op vatting, dat de post als een bij uitstek neutrale zaak wordt beschouwd, werd daardoor misbruik gemaakt. Daarnaast heeft, indien wjj het tele gram goed begrijpen, ook de houding der overige opvarenden tekort gedaan aan een juiste opvatting van de neu- zich in kleingeestigheid als je chef 't je onaangenaam maken bij je plichtsver vulling 't Was voornamelijk daarvoor dat Netje vrees gevoelde. Er werd verder niet meer over gesproken, tot Jacoba, laat op den dag, met een hoogroode kleur, uit 's Gravenkerke thuiskwam. Zij was opvallend vroolijk. Ze kon niet laten aan tafel over tiaar wandeling naar huis te spreken. Meester Oven was ook in 's Gra venkerke. We zijn samen naar huis gegaan zei ze. Zoo riep Mat verwonderd, en moeder Truitje liet haar blik glijden langs de frissche, flinke gestalte van 't jonge meisje. Netje glimlachte. De stemming werd opgewekt onder den maaltijd. Welke ouders zien hun kinderen voor hun dood niet gaarne welverzorgd Ja, 't zou goed zijn Netje wel-gebrood, en Jacoba, die niet gestudeerd had, gehuwd met zijn plaatsvervanger. Jacoba dacht zoo ver nog niet. Nico was erg leuk. Hij had veel gebabbeld, had haar een zakje bonbons geoffreerd, had haar uit de grap den arm geboden en gekust. Nico was ruim tien jaar ouder dan zij, en al was zij kloek gebouwd en een volwassen, huwbare dochter, toch behandelde hij haar dien middag als een bakvischje, een meisje, waarmee men zonder reserve een pretje mocht hebben. Jacoba, wetende dat hij vroeger het traiiteit waarschijnlijk toen het ver bergen van de koerierszak was ont dekt, en naar de schuldigen gezocht werd. En vervolgens schijnt er een woor denwisseling te hebben plaats gehad tusschen de bemanning van de te hulp geroepen Hollandsche torpedobooten en die van de Duitsche duikboot. Of dit alles van dien aard is geweest, dat het Wolft'-bureau de vrijlating van de „Kóningin Regentes" met recht kon qualificeeren als een groote welwil lendheid van Duitschland, dat zal waarschijnlijk eerst blijken als onze re geering haar eigen lezing mededeelt. Wij wachten die met belangstelling af, maar verheugen ons inmiddels over de teruggave van het schip. De crisis aan Financiën. Gisteren is er een samensprekiqg ge houden tusschen verschillende leden der vier groepen van de linkerzijde uit de Tweede Kamer, ter bespreking van de vraag, welke weg aanbeveling zou ver dienen ter oplossing van de moeilijkhe den, ontstaan door de ministerieele crisis aan het departement van finan ciën. f Vice-admiraal Ellis. Te Amsterdam, waarheen hij zich ter bijwoning van een vergadering had, be geven, is plotseling, op zeventig-jarigen leeftijd overleden de oud-minister van marine, de gepens. vice-admiraal A. G. Ellis, adjudant i. b. d. van H. M. de Koningin. Grondwetsherziening. Met betrekking tot het wetsontwerp tot het in overweging nemen van een voorstel van verandering in de Additio neele 'Artikelen der Grondwet, is dooi de regeering een Nadere Nota van Wij ziging ingezonden. Een reeks veranderingen worden daar bij in verschillende artikelen gebracht en sommige artikelen vervallen. Artikel 5 wordt gelezen als volgt De uitoefening van het kiesrecht van militairen bij de zee- en landmacht in werkelijken dienst wordt geschorst zoo lang de dienstplichtigen krachtens art. 185 der Grondwet geheel of ten deele buitengewoon onder de wapenen worden gehouden. Onder meer wordt nog voorgesteld om in artikel Xli der Additioneele Ar tikelen in de eerste zinsnede, in plaats van de woorden „van het jaar volgende op dat, waarin die afkondiging plaats had, te lezen 1919". Genoemd artikel wordt alsdan gelezen als volgt„De Provinciale Staten en de gemeenteraden blijven zooais zij op het tijdstip der afkondiging van de wetten houdende veranderingen in de Grond wet, zijn samengesteld, bestaan, de Pro vinciale Staten tot den eersten Dins dag van Juli 1919, de gemeenteraden tot den eersten Dinsdag van September van datzelfde jaar. Op genoemde dagen worden zij ontbonden. Zijn voor die da gen verkiezingen noodig ter vervuiling van plaatsen die door ontslag, overlij- oog op haar zuster gericht hield en dat Netje met haar hart en zinnen trouw bleef aan- haar gevallen held, toonde zich, levenslustig als zij was, niét afkeerig van zijn attenties. Een paar weken verliepen. Nico liet de ambtswoning meubileeren. Hij wil de die betrekken. Heb ik dan geen vrouw, dan neem ik een oude huishoudster had hij knipoogend tot Jacoba gezegd. Zoo nu en dan ontmoetten die twee elkaar, heel toevallig telkens. Hij had geen woord meer gerept over den brief. Op school sprak hij met „mej. Mat" uit sluitend over schoolzaken, op vrij koe len toon. Netje vond dat het beste zoo. Vader had gelijk. Hij had zich spoedig ge troost. Jacoba was niet meer confi dentieel. Dat gaf le denken. Vaker dan gewoonlijk ging ze alleen uit, Ieder be greep dit niemand gaf haar daar over verwondering te kennen. Toen Netje in de duinen zat te le zen op zekeren vooravond in Mei, zag ze Nico met zijn stok in gedachten lij nen trekken. Blijkbaar wachtte hij dit- 4tiaal tevergeefs op iemand. Even nadat hij vertrokken was, kwam een jonge dame langs 't strand aanwandelen. Haar oog viel op de krabbellijnen in 't zand. Zij las JJcoba. Met den voet wischte zij „coba" weg lachte bij 't heengaan tevreden. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1916 | | pagina 1