EN
ran
MER
GAS.
WOENSDAG
kameroverzicht.
No. 276
54e Jaargang
1916
S.
!-É3tSCl8|l
N DER EIJK
3 oedlco» >p.
privaafles
ie MEISJE
teisje.
HEF, 200
jjjpeFirma f. VAN OE VELBE Jr.. Kleine Markt 58, Viissiipi. Telefoon Interc. 10
33 NOVEMBER
Verschijnt degelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen
FEUILLETON
BINNENLAND
IK VLISSINGSCHE COURANT
ikbrieven tegen
i' verband tegen
m. f 14.500.000.
tot de fondsen
rorden belegd.
in te verkrijgen
s, Nieuw-
inaamheden ea
De voorzlchtld-
iet verzekeren Uwer
865 opgerichte
ENTI A".
sterdam.
ger voor Vlissingen
e Vlissingen.
EJ in het
"prr
VELDE Jr.
»1 voor ZEVEN
J GAS.
koop.
rijden wanneer
i f 2 per maand
r letter R, bureau
int".
is 16 jaar. R. IC
issingsche Courant."
n een net
[issingsche Gourant."
ABONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.45
per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ1.60. Voor België ƒ2.20
Voor overige landen der Post-Unie 3.35. Afzonderlijke nummers 3 cent
ADVERTENTIEPRIJS Van 14 regels ƒ0.48; voor iedere regel meer 12 cent
Driemaal plaatsen wordt twee maal berekend. Bij abonnement speciale prijs
Reclames 24 ct. per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen j6t£ ct. per regel
peabonné's, in 't bezit eener C5(T||T|fl gulden bij levens-«F*ft gulden bij dood ft ft ft gulden bij verlies A r* ft gulden bij verlies A ft ft gulden bij verlies-ft r* gulden bij verlies
polis, zijn GRATIS vërze- 311§ |Q I lange ongeschikt- ftl g door van een hand, Iftgg van 11111 vaneen 3*\ van eiken
lierd tegen ongelukken voorU U heid tot werken f UU een ongeluk CPUI# voet of oog luU een duim iUv wijsvinger mV anderen vinger
Oeze uitkeeringên worden VERDUBBELD indien de verzekerden, voorzien van geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot ot tram. De ultkeering wordt gewaarborgd door de „Hoil. Alg. Verzek. Bank" te Schiedam
Vergadering van Dinsdag.
Bij dc nadere wijziging van de land-
5lormwet van juli 1916 heeft de Kamer,
niettegenstaande daarop in de pers na
drukkelijk is gewezen, nagelaten van
den Minister een volgorde te vragen,
waarin landstorm en militie zouden
worden opgeroepen. Nu de landstorm-
jaarklasse '1909 vóór de militie 1917
naat, is Holland in last. Nu heet het, dat
de militie niet dient voor de aflossing,
terwijl als dit gebeurt het toevallig ge
schiedt in verband met de inlijving der
militie.
Nu heeft de heer Marchant gevraagd
waarom de Minister hier niet meer te
gemoet komt aan de bezwaren die aan
den oproep van de oudere mannen is
verbonden. In Juli 1916 zijn deze be
zwaren alle geopperd en slechts door
dat de regeering de kabinets-kwestie
stelde is deze wetswijziging aangeno
men. Nu negeert de Minister al die be
zwaren en heet het dat de oproepings
bevelen voor de jaarklasse 1909 reeds
zijn uitgevaardigd en dus niet kunnen
worden ingetrokken.
De Minister was ook nu niet bereid
aan het verzoek te voldoen. Alleen wil
hij na Januari de landstormklasse 1917
vroeg oproepen.
Teneinde de Kamer tot een uitspraak
te dwingen, stelde de lieer Marchant een
motie voor, waarin de Kanier uitspreekt
dat de militielichting 1917 en de land
storm 1917 vóór den landstorm 1909 zal
opkomen.
Zooals men zich herinnert was liet
verzet tegen de uitbreding van de
landstormwet reeds zeer sterk. De be
doeling was dat de oudere mannen
zouden worden vervangen door de jon
gere. Thans is de toestand echter zóó
geworden, dat de jongeren naar huis
gaan en de oudere worden ingelijfd.
Het wórdt echter nog erger nu de Mi
nister ouderen èn jongeren te zijner be
schikking heeft en de eersten eerder in
lijft dan de tweede. Dit moest krachtig
verzet wekken. Zoowel de heeren Duy-
maer van Twist als Ter Laan (den
Haag) laakten deze handelwijze van
den Minister. Men zag daarin een op
zettelijk ingaan tegen de stemming die
in Juli in de Kamer bestond en men
gevoelde zich onaangenaam gestemd
dat de Minister geen rekening houdt
met de bezwaren die vroeger reeds ge
opperd zijn. Het oproepen van de ou
dere .stuurt het maatschappelijk leven
zeer in de war en maakte een even-
tueele demobilisatie weer moeilijker.
Bovendien gaat het niet aan hun oefe
ning op dezelfde wijze te doen geschie
den als die der jongere. Ook daarin
dient verandering te worden gebracht
en het was niemand minder dan de
lieer Eland die twijfelde of het gelijk af
richten van oudere en jongere wel in
liet belang van het leger is. Algemeen
ivenschte men dat de oudere mannen
plaatsetijk zullen worden geoefend, op
dat zij nabij hun zaken blijven kunnen.
De Minister heeft thans iets gezegd
over de volgorde. De jaarklasse 1909
24.)
door
M. C. VAN DEN ENDE.
Als in een droom ging alles aan Netje
'oorbij. Haar geest, was met geheel
andere dingen bezig. Behalve haar
oleek uitzicht viel niets bijzonders aan
naar op te merken. Zij was erg stil en
afgetrokken. Maar op zoó'n dag liep
dat niet in 't oog, nu de lesrooster toch
met trouw gevolgd werd.
Een zucht van verademing ontsnapte
"aar, toen reeds vroegtijdig de school
gesloten werd. Bij 't afscheid nemen
'an t hoofd en collega's doorstond zij
moedig een pijnlijk oogenblikje.
Aangename vacantie, juffrouw
uroet uw ouders en uw beminde. Hij
gaat zeker mee naar Geestland
Neen, mijnheer gaf ze ten ant-
'oord aan 't schoolhoofd, ons enga-
Lhnient is verbroken
Hé was al wat hij zei. Zij merkte
Pi "óe allen elkander eenigszins ver-
g"n aankeken.
dat °erli W-as ze naar '1u's eNgaani k''l'
ze 't in eens wisten.
oavi 'laai !<amer wierp zij zich geheel
s 'leed te bed, 't gelaat in de kussens
en 1908 zal de Minister nog oproepen.
Met die van 1917 en de militie 1917
heeft hij dan zooveel mannen dat in
Augustus 1917 alle mannen die in
Augustus 1914 zijn opgekomen naar
huis zullen zijn. De jaarklassen 1907 en
1906 zal de Minister voorioopig laten
rusten tenzij hij meent die noodig te
hebben voor versterking. De militielich
ting 1918 zal de Minister zeer vroeg
oproepen, de landstormklasse 1917 zal
in Februari worden opgeroepen. Het
eenige wat de Minister wilde tegemoet
komen was dit, dat hij de opkomst der
klasse 1908 wil stellen en laten vooraf
gaan door de geheele militie 1917.
Daarmede waren de heeren niet tevre
den.
De motie werd aangenomen met 59
tegen 4 stemmen. Tegen stemden de
heer van Idsinga, Nierstrasz, Eland en
de Voorzitter.
De „Koningin Regentes".
Vrijdag 10 November is de „Konin
gin-Regentes" door Duitsche oorlogs
schepen aangehouden en opgebracht,
eerst naar Zeebrugge, later naar Oos
tende.
Zooals onze lezers weten is niemand,
ook den reeders niet, eenige wettelijke
grond voor deze inbeslagneming bekend.
Wij hebben reeds medegedeeld, wat de
„Nieuwe Rotterdamsche Courant" ge
zegd heeft over het gerucht als zouden
leege vaten, die niet als lading maar als
veiligheidsinstituut, ais een deel van de
uitrusting van het schip, even noodza
kelijk -als reddingbooten of een dubbele
bodum, als contrabande zijn beschouwd.
Is dit het geval, dan spreekt het wel
van zelf, dat de aanhouding van de
„Koningin-Regentes" niet is een maat
regel tegen de oorlogvoerende partijen
maar een maatregel tegen Nederland.
Een onvriendschappelijke daad, ver
richt niet omdat Duitschland in den
strijd tegen Engeland onrechtmatige
handelingen ter .bereiking van het oor
logsdoel wilde verrichten, maar wijl
Duitschland de onvriendschappelijke
daad zelf wenschte een bewuste on
vriendschappelijke handeling tegen Ne
derland.
Wij hebben aanleiding te gelooven,
dat dit laatste inderdaad het geval is.
En dan vragen wij, mogen wij, mag de
regeering dit over haar kant laten gaan?
Hoe men de regeering ook moge loven,
wijl zij ondanks buitengewone moeilijk
heden ons „buiten den oorlog gehouden
heeft" (heeft één der oorlogvoerenden
er in ernst aan gedacht ons naar de
zijde zijn er vijanden te jagen wij
vreezen wel, dat de regeering er niet
in geslaagd is één der oorlogvoeren
den het besef bij te brengen, dat Ne
derland toch ook een zekere strijdkracht
heeft, dat er gevallen kunnen zijn, waar
in ook het toch allerminst oorlogzuch
tige Nederland zich verweren zal, en
niet elke vernedering, elke krenking van
onze rechten, elke beleediging van onze
vlag verdragen kan worden.
Wij meenen uit de handelingen van
de oorlogvoerenden te kunnen afleiden,
en snikte.
Zicti onbespied wetend, gaf ze zich
over aan haar smartelijke teleurstel
ling.
O, ik bemin hem nog, trots alles.
Zijn beeld zal in mijn hart blijven...
altijd. Dat is mijn grootste geluk in
mijn leven, dat ik hem niet meer kan
vergeten En kon ik 't wel, 'k zou nim
mer een ander van ganseher harte kun
nen liefhebben, omdat het vertrouwen
ontbreken zou
Zij liet haar tranen den vrijen loop
en gaf zich over aan droevige gedach
ten, zonder met den tijd rekening te
houden. De pensionhoudster stond op
den drempel. Zij had meermalen ge
klopt, en waagde het eindelijk juffrouw
Mat te komen herinneren aan den trein.
Verlegen wilde zij zich terugtrekken,
toen zij; bemerkte, dat Netje,niet sliep,
maar weende.
Vergeef me mijn onbescheiden
heid, juffrouw, maar de trein wacht niet
en daarom meende ik verplicht te zijn,
u 'te
Netje sprong op, bracht snel haar
toilet wat in orde, greep haar hand-
taschje en volgde de bezorgde dame.
Onder dit alles had zij ook 't groote
nieuws van haar en Dolf meegedeeld
als oorzaak van haar verdriet, en zij
schaamde zich haar tranen niet, maar
gevoelde eenige verlichting bij wat zij
vernam. Ook die vrouw had een lijdens
kelk te ledigen gehad. Zij was, god
dat wel zeer vastgeworteid is de over
tuiging van onze volkomen lijdelijkheid,
van ons vast besluit om alles te dragen
wat niet een feitelijke overschrijding
van onze grenzen, een feitelijken aanval
op ons land medebrengt.
Toch kan die overtuiging niet op
goede gronden berusten.; Maar is het dan
goed gezien van onze regeering, dat zij
die meening zoo sterk heeft doen post
vatten Is daardoor niet de regeering
in de eerste plaats verantwoordelijk voor
den hoonenden zweepslag, door de
Duitsche regeering thans weer aan ons
land en aan onze marine toegediend
Zou het nu in elk geval geen tijd
worden, dat wij te weten komen, welke
reden de Duitschers meenen te hebben
om ons de „Koningin-Regentes"
eenvoudig af te nemen? Dan kunnen
wij misschien tevens vernemen wat de
regeering gedaan heeft om deze daad,
die ons een daad van eenvoudige wil
lekeur en onrecht schijnt, herstelt te
krijgen. („Hbl.")
Maar wat de gemoederen nog meer
bezig houdt dan het vasthouden van de
mailboot, is het nog steeds niet terug-
keeren van de drie leden der bemanning
van genoemde boot, die verleden week
Woensdag, toen de anderenBrugge moch
ten verlaten, aan het station werden
achtergehouden om nog te worden ver
hoord en van wie men sinds dien niets
meer heeft gehoord. Het staat vrij vast
dat de ondervragingen zullen hebben
betroffen het wegraken van zakken van
een der koeriers, maar of de gevolgen
kunnen zijn, dat de drie Nederlanders
worden geacht, daarbij betrokken te zijn
geweest en in hoever er aanleiding kan
zijn hen gevangen te houden, is natuur
lijk niet uit te maken. Maar intusschen
zitten de familiebetrekkingen in groote
angst en de spanning wordt iederen dag
grooter. Wellicht dat ook hierover de
regeering opheldering zal kunnen krijgen.
Het ware te hopen.
Gebrek aan steenkolen.
Men deelt van bevoegde zijde mede,
dat in den geregelden aanvoer van En-
gelsche kolen tot dusver geen stoornis
plaats vindt.
In verband met den zeer onbevredi-
genden aanvoer van kolen uit Duitsch
land, wordt reeds geruimen tijd het mo
gelijke gedaan om den aanvoer uit
Engeland te versterken. q
Indien het inderdaad mogtflijk zal
blijken, uit Engeland meer kolen aan te
voeren, zal wel voldoende scheeps-
ruimte kunnen worden verkregen om
dien aanvoer te doen plaats hebben.
De Regeering1 blijft bij voortzetting dili
gent.
Van de zijde der spoorwegmaatschap
pijen wordt medegedeeld
De gestadige vermindering van den
steenkolenvoorraad noodzaakt onze
spoorwegen op beperking van het ge
bruik bedacht te zijn. Een sterke inkrim
ping van den dienst is op hooger last
in behandeling en zal vermoedelijk
binnen enkele weken tot uitvoering
komen. Inmiddels zullen reeds met in
gang van 27 November eenige treinen
vervallen, die, zonder groote storing in
dank, weduwe. Haar man was haar
ook ontrouw. Tijdens haar huwelijk had
zij een ellendig leven.
Voor Netje" vond ze 't beter zoo, al
was 't hard. De mannen zijn niet waard,
dat de vrouwen er tranen om storten.
Alle rechten zijn voor hen, alle plichten
voor ons, denken ze. Enfin, één ding
wist Netje nu zij ,stond niet alleen
Medelijden en medegevoel ontbrak niet.
De tram reed met haar weg naar
't station, waardoor zij onttrokken werd
aan de verdere betuigingen van deel
neming der goede vrouw, die tot haar
troost meende te moeten bewijzen, dat
Netje eigenlijk te felieiteeren was, nu ze
niet die verdere ervaringen zou opdoen,
welke 't leven der vrouwen door de
slechtheid der mannen verbitteren.
Toen kwam 's avonds 't vertrouwe-.
I.ijk onderhoud met Barbara. Die luis
terde aandachtig naar 't verhaal van
Netje, zonder haar in de rede te val
len.
Alleen knikte zij af en toe, en pre
senteerde haar vriendin pralines, bon
bons, eau-de-cologne, kortom zij zorg
de voor haar als een bezorgde moeder
voor een ziek kind.
Eindelijk kwanr zij aan de beurt.
Netje verwachtte van haar raad en
troost.
Kijk eens, Net, die aap heeft een
valsch spel met je gespeeld. Haat jij
hem nu niet hartgrondig? vroeg ze.
Ik wil hem niet meer zien, en toch
het verkeer te brengen, kunnen worden-
gemist Hierdoor hoopt men de meer
ingrijpende beperking van den dienst te
knnnen uitstellen tot na de drukte in
het reizigersverkeer, die zich gewooniijk
aan het einde des jaars voordoet. Een
ander middel om dit doel te bereiken,
denkt men te vinden door het verwar
men van de zware reizigerstreinen te
beperken en door ook in de wachtka
mers het opstoken van de kachels bij
niet al te strenge koude, te matigen.
Het publiek zai zieh dus weder, even
als in den begintijd der spoorwegen,
hebben voor te bereiden om zich door
dikkere kieeding en reisdekens tegen de
koude op reis te beschutten.
De regelmatige voorziening van de
bevolking van ons land met levensmid
delen maakt het beperken van den dienst
der goederentreinen slechts in geringe
mate mogelijk.
Engelsche post.
Te Hoek van Holland is gisteren
aangekomen het stoomschip „Staveley",
met ongeveer 9000 zakken post en mail
aan boord.
Een Nederlandsche schoener
getorpedeerd.
Volgens een Lloyds-bericht, is het
Nederlandsche zeilschip „Dolfijn" ver
moedelijk gezonken.
Volgens een te Groningen ontvangen
telegram is het aldaar thuis behoorende
schoenerschip „Dolfijn", kapitein T. Ep-
pinga te Groningen, op reis van Chris-
tiania naar West-Hartlepool, beladen
met mijnstutten, in de Noordzee getor
pedeerd. Kapitein en bemanning zijn te
Northshields geland.
Van ons Prinsesje.
Uit de hofkringen bereiken „de Ned."
de volgende aardige bijzonderheden uit
de jeugd van Prinses Juliana
Zooals men weet is aan Catharina van
Rennes het muziekonderwijs van de Prin
ses opgedragen, dat H. K. H. geniet met
andere kinderen.
Nu had de Koningin aan mevrouw Van
Rennes verzocht ons Prinsesje geheel als
een kind te beschouwen en haar niet van
andere te onderscheiden, haar dus „Ju-
liaantje" te noemen en niet voor de andere
kinderen in de muziekzaal binnen te laten.
Zoo geschiedde. Prinses Juliana was niet
de eerste die bij de eerste les binnen
kwam Cath. van Rennes deed alsof ze
de Prinses niet kende en toen het Prin
sesje op de ieermeesteresse toestapte en
vriendelijk „Dag Mevrouw zei, ant
woordde mevr. Van Rennes„Zoo klein
tje, hoe heet je?"
„Juliana, mevrouw."
„Juliana", en hóe nog meer?"
„Louise Emma Maria Wilhelmina, me
vrouw."
„Ja, maar dat bedoel ik nietik be
doel je achternaam
„O, van Oranje-Nassau, mevrouw".
Of ze ook al zingen kon, vroeg Catha
rina van Rennes verder.
O zeker kan de Prinses zingen... „Wat
dan wel?"
„O dierbaar plekje grond, mevrouw."
„Nu, zing dat dan eens."
gevoel ik, dat mijn liefde voor hem on-
Liitwischbaar is
Met dat Netje dit zei, begon ze weer
onbedaarlijk te schreien.
Nu zie ik pas, zei Barbara, dat
je ziek bent. Kom, Iaat ons met oom
Louw naar den schouwburg gaan of
naar een strijkje, tot je kalmer de zaak
beschouwen kunt. Ik had het al sedert
lang zien aankomen, dat de heele ge
schiedenis zoo zou aftoopen. Wees
maar blij, dat het niet veel erger is.
Gun hem toch niet zooveel voldoening,
dat ieder 2iet, hoe je treurt om zoo'n
individu Heusch, je moet in deze
slechte wereld, om je er met succes
doorheen te slaan, een goede dosis
egoisme hebben
Barbara meende 't goed, wilde trach
ten bij Netje verontwaardiging te wek
ken, ten einde haar denken in normale
banen te leiden.
Maar de wonde was te versch, en de
liefde, welke zij Dolf toedroeg te diep
geworteld.
Netje volgde Barbara naar den
schouwburg. Onderweg zei ze tot haar
vriendin
Ik waardeer je goede bedoelingen.
Dolf, niet van de laatste dagen, maar
de niet berekenende, noch hartstochte
lijke, doch zuiver beminnende Dolf van
vroeger blijft me bij voor altijd. Ik kan
en ik wil me ook niet dwingen dien
Dolf te vergeten.
Met die herinnering aan ons kort-
En Prinses Juliana zong, en mevrouw
Van Rennes knikte goedkeurend.
„Maar ik ken er vier coupletjes van,
mevrouw", zei 't Prinsesje toen, en ze
zong alle vier de coupletjes uit.
„En ken je ook noten?"
„O, ja mevrouw."
Catharina van Rennes hield de Prinses
een muziekboek voor en wees haar een
noot: „Weet je dan hoe die heet?
„O", zeide Juliana toen, „neen, die niet,
ik bedoel van dié" en ze wees naar
haar mond.
Een ander maal bood men het Prin
sesje, bij een der families die ten Hove
komen, op bezoek; een glas limonade aan.
„Hè", zeide ze, „die limonade is veel
lekkerder, dan van Grootmoeder op
Soestdijk die is zoo zuur!"
Het rooken door kinderen.
Naar aanleiding van een verzoek van
den Ned. Vegetariërsbond is in een
vergadering van den Bond ter Beharti
ging van de belangen van het Kind,
welke onder voorzitterschap van den
heer j. D Ros, te 's-Gravenhage ge
houden is, besproken op welke wijze
de reeds bestaande actie tegen de rook
gewoonte van kinderen zou worden
gesteund.
Ter vergadering waren o. a. aanwezig
vertegenwoordigers van de Vereeniging
van Hoofden van Scholen in Nederland,
den Bond van Nederlandsche Onder
wijzers, het Ned. Onderwijzers-Genoot
schap, de Ver. van Onderwijzeressen
in Handwerken, de Ned. Onderwijzers
Propaganda Club voor Drankbestrijding,
den Ned. Vegetariërsbond, de Vereeni
ging voor Vakopleiding, den Nederi.
Kinderbond, de Ned. Ver. „Schoonheid
in Opvoeding en Onderwijs", de Ver.
v. Onderwijzers en Artsen, de Tuchtunie,
de Ver. v. Vrijzinnige Zondagsscholen
in Nederland, het Ned.-Indisch Onder
wijzers-Genootschap efi Pro Juventute.
Na uitvoerige discussie werd op
vooisiel van het dagelijksch bestuur
besloten namens de vereenigingen,
welke bij den Bond ter behartiging van
de Belangen van het Kind aangesloten
zijn, aan alle gemeenten van ons land
een adres te zenden om aan te dringen
op het maken van verordeningen ter
bestrijding van de rookgewoonte van
kinderen.
Dergelijke verordeningen bestaan nog
slechts sedert kort in enkele gemeenten,
zooals Velsen, Leiden, Baarn, Bussum,
Rotterdam, Delft, Utrecht, Naarden,
Dordrecht, Krommenie en Renkum,
terwijl ze in eenige andere plaatsen
aan de orde zijn gesteld. Er mag daarom
verwacht worden, dat een meer alge-
meene actie thans kans van slagen zal
hebben en dat daardoor wellicht de
baan kan worden, geëffend voor een
betere Rijkswet.
Besloten werd aan andere vereenigin
gen, die in 't belang van de jeugd werken,
ondersteuning van deze actie té vragen.
Ook werd aan het dagelijksch bestuur
opgedragen om bijv. door ouderavonden,
verspreiding van lectuur enz. de ouders
en de kinderen te wijzen op de voor
de jeugd zoo verkeerde gewoonte van
het rooken.
stondig zuiver geluk wil ik blijven le
ven. Ook hij zal die dagen nooit kun
nen vergeten. De Dolf van heden be
staat niet meer voor mij
Woorden van gelijke strekking sprak
zij ook, toen zij den volgenden dag
haar ouders, om den haard gezeten, 't
voor haar schokkende stuk geschiede
nis verhaalde.
Moeder Truitje keek over haar bril
van haar breikous op, en zag beurte
lings Netje en haar man aan, terwijl
ze hoofdschuddend zei
Die groote-stadsmenschen zijn
slecht daar heb je geen vat op. Neen,
dan ging je eenvoudige vader Mat met
mij wat eerlijker om, hé
Mat knikte zijn oude vrouw glimla
chend toe.
Op dien man had ik 't van meet
aan niet goed begrepen, Netje. Ik heb
me niet bedrogen. Alleen, hij had 't nog
erger met je kunnen beëindigen. Daarin
zie ik dan ook Gods beschermende
hand. Hij heeft evenwel niet aan je
verdiend, dat je treurt om hem en sla-
pelooze nachten er om doorbrengt.
Deze rustige dagen zul je goed doen
met veel te slapen en te wandelen aan
de zee en flink te eten. je ziet er lijdend
uit. Van alle hinderlijke gedachten, ze
bederven de spijsvertering. Als je vrede
in 't hart wil terugvinden, zoek dien dan
in je werkkring.
Wordt vervolgd.)