VL1SSINGSCHE COURANT 2000 MAANDAG 9 OCTOBER 34e Jaargang 1916 Firma F. VAH DE VELDE Ir., Kleine Markt 58, Vlissingen. Telefoon Interc. 16 Verschijnt dagilijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen BINNENLAND FEÜILLETOI - jfVO* 23® ABONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.45 per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ1.60. Voor België ƒ2.20 Voor overige landen der Post-Unie ƒ3.35. Afzonderlijke nummers 3 cent ADVERTENTIEPRIJSVan 1—4 regels 0.48; voor iedere regel meer 12 cent Driemaal plaatsen wordt twee maal berekend. Bij abonnement speciale prijs Reclames 24 ct. per regel.Dienstaanbiedingen en -aanvragen 6% ct. per regel I gulden bij levens- gulden bij dood Qf) ft gulden bij verlies A gulden bij verlies J f| A gulden bij verlies Ap gulden bij verlies lange ongeschikt- /*tl| door 41 III van een hand, l*>|| van II III van een van eiken kerdtegen ongelukken voor :/U WV heid werken jf OvJ een ongeluk UUU voet of oog 1UU een duim JLUU wijsvinger anderen vinger [(je uitkeeringen worden VERDUBBELD indien de verzekerden, voorzien van geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot ot tram. De uitkeering wordt gewaarborgd door de „Holl. Alg. Verzek. Bank" tè Schiedam De abonné's, in 't bezit eener polis, zijn GRATIS verze- Vrijzinnig-Democratische Bond. Te Utrecht is een buitengewone alge- meene vergadering van den Vrijzinnig- Democratischen Bond gehouden onder leiding van professor dr. Pli. Kohnstamm te Amsterdam. In zijn openingsrede herinnerde spr. er aan, dat wij voor een grondwetsher ziening staan, die naar wij hopen, een finale oplossing zal brengen van den kiesrechtstrijd, of althans naast een ge deeltelijke oplossing het wegnemen van dt grondwettelijke belemmeringen tegen ten definitieve regeling. Spr. wees er op dat de Bond van de oprichting af heeft eestreden voor algemeen kiesrecht voor Jannen en vrouwen. De concentratie is door ons aanvaard, aldus ging spr. voort, omdat zij ons de eenige mogelijkheid schijnt om te komen tot de vervulling van den eersten eisch van ons werk program. Toch is, evenals 4 jaar geleden, de concentratie nog een politieke nood zakelijkheid. Echter de herziening der Grondwet betreft 2 hoofdstukken en spr. erkent gaarne dat er voor hem nauwe samenhang bestaat tusschen de twee hierin behandelde onderwerpen. De vrij zinnig-democraten hebben altijd gevraagd voor een ieder vrije ontplooiing zijner krachten en onder die vrijheid verstaan zij niet het recht zich te ontwikkeien naar onze (der vrijzinnig-democraten) doch naar eigen aard. Het bevelend woord van Bos vooral heeft ons, zoo ging spr. voort, opgevoerd tot de erken tenis, dat de strijd voor financieele ge lijkstelling is een rechtsstrijd een strijd voor gewetensvrijheid. Thans staan wij voor de beoordeeling van zijn laatste groote levenswerkzijn politiek testa ment. Want spr. meent geen der leden van de bevredigingscommissie tekort te doen, wanneer hij zegt dat het werk 1 dier commissie allermeest den stempel draagt van den geest van dr. Bos. Het heden brengt ons echter nog an dere dan onderwijsvragen. De nijpendste is zeker deze, of nog altijd het woord gestand wordt gedaan dat in Nederland gedurende dezen oorlog niemand be hoeft honger te lijden. Ook dreigt het gevaar van een ernstige inzinking van volkskracht, physieke en moreele inzin king, door de verrijking van weinigen ten koste van het geheel. En ten slotte wees spr. er op, dat ook de aandacht moest gegeven worden aan de Indische commissie. Daarna opende spr. de ver gadering. De Bond verklaarde zich voor de financieele gelijkstelling van bijzonder met openbaar onderwijs, en in beginsel voor het voorgestelde Grondwetsartikel. Oud-minister Talma. De overleden oud-minister A. S. Talma behoorde met het lid der Tweede Ka mer dr. W. H. Nolens tot de mede-op richters van de Internationale Vereeni- ging voor wettelijke bescherming der arbeiders. Van het jaar der oprichting (1901) tot aan zijn ministerschap heeft (je heer Talma als bestuurslid der Ne- (lerlandsche Vereeniging en als regee- "•l —o— (Nadruk verboden) ',aatte hem, en zocht naar een y™rukking voor haar gevoelens en toch bleef zij zwijgen. Dikwijls was het "Mr, als zou ze stikken. Ze snakte naar iets, wat uitdrukking zou kunnen geven aan de gevoelens, die haar nacht en "ag bezig hielden. 1.gebouw van de meisjesschool „lis 'ina voltooid. Dora moest nu be- sen, hoe de indeeling zou zijn voor yerschillende onderafdeelingen. De 7n,i drong er °P aan, dat Dora zelf hp«iJ,!en kijken en op een middag lp ?ez9. e'ndelijk, er met haar tan- trnf e" 'ijden. Ze bleef er een uur en ui,^schillende beschikkingen. Het ppn„n, eenigszins van haar onaan- repH -n Sedachtengang af. Daarna burg Z'l van Dorotheenhof naar Das- waar^ z.j. dichtbij de villa kwamen, teupTirnP S woonde, zag ze van den i biel kn„er*>est^lc,en kant een automo- daar stii'hnjjdie^naar de vi,la reed en voorbiiriia'f Duidelijk zag ze in het I Klintpr lu. mevrouw Glover en kingen a',ten en het huis binnen ringsgedelegeerde de tweejaarlijksche vergaderingen bijgewoond en daaraan daadwerkelijk deelgenomen. Dr. Nolens deelt thans in de „N. Venl. Ct." een schrijven mede, door hem ont vangen van het bureau der Internatio nale Vereeniging te Bazel, waarin naar aanleiding van het overlijden van den heer Talma hulde wordt gebracht aan diens scherp verstand, rijke ervaring en opgewekte persoonlijkheid. Uit de Staatscourant. Bij Kon. besluit is aan den kapt.- iuitenant ter zee J. L. von Leschen we gens langdurigen dienst eervol ontslag uit den zeedienst verleend onder toe kenning van pensioen en het bedrag van het pensioen bepaald op f 3425 's jaars. Verder zijn bevorderdtot kapt. ter zee, de kapt.-luitenant ter zee J. W. F. J. de Waltot kapt.-luitenant ter zee, de luitenants ter zee le kl. W. R. H. van Leersum en A. Quispeltot luitenant ter zee le kl. de luitenantster zee 2e kl. F. A. Gastman en R. J. Brakema. De „Egberdina" op een mijn geloopen. De Nederlandsche stalen tweemast schoener „Egberdina", kapitein v. d. Maden, 20 September van Amsterdam in ballast naar Sundsvali vertrokken, is, volgens een telegram uit Malmö, terwijl het zonder loods voer, bij Falsterbö in het oude Duitsche mijnenveld op een mijn geloopen. De opvarenden zijn te Falsterbö geland. Het ongeval had plaats bij Skanör. De vijf opvarenden zijn ongedeerd ge land. Het schip was verzekerd op beurs- polis tegen molest. Uitwisseling van krijgsgevangenen. Prompt op den aangegeven tijd, 6 uur 22 minnten Zaterdagmorgen, stoomde de Duitsche ambulancetrein, met de uitgewisselde Duitsche krijgsgevangene nen, die door het Roode Kruisschip St. Denis te Hoek van Holland aangebracht zijn, het station D. P. te Rotterdam binnen en vertrok te 6 uur 50 minuten naar Aken. Onder deze krijgsgevangenen waren 63 zwaar gewonden, onder wie twee officieren, zijnde de eerste uitgewisselden van den Sommeslag. Er waren vier blinden en een paar geesteskranken onder. Bovendien waren bij dit transport gevoegd 19 niet gewonde officieren en andere leden van den geneeskundigen dienst, die te Donington Hall en te Holiport geïnterneerd zijn geweest. Som migen zijn in Zuidwest-Afrika gevan gen genomen. Ontvreemding militaire kleeding. Voortdurend bereiken den inspec teur der infanterie klachten over ont vreemding van kleeding en uitrusting stukken in de soldatenkamers, zonder dat de daders ontdekt konden worden. Wegens de daaraan verbonden kosten is het niet doenlijk overal afsluitbare ruimten ter beschikking te stellen, daar om wordt er nogmaals de aandacht op gevestigd, dat de kamerwacht dienst doet als wacht, d.i. als bewaker van al wat zich in de kamer bevindt. „Heb je het gezien zei haar tante, toen ze verder gingen. „Mevrouw Glo ver bezoekt haar ridder Nu, het wordt tijd, dat ze zich om hem bekommert. Als ik er toch maar wijs uit kon wor den, welke rol graaf Klinter in deze zaak speelt. Ik dacht vroeger altijd, dat hij zelf moeite voor Mevrouw Glover deed." Dora antwoordde niet en dit prik kelde haar tante tot nieuwe opmerkin gen en wat boosaardiger dan de vorige. De gevaarlijke episode met Spalding was overwönnen maar de intrigante vrouw wilde toch nog eens haar erger nis aan Dora koelen. Daarom ging ze onbevangen voort „De bruiloft zal nu wel niet langer meer op zich laten wachten. Ze zal waarschijnlijk op een schitterende wijze gevierd worden en ook wij beiden zullen er niet van af kunnen, daar te verschijnen. Ik denk niet dat de bergraad in je dienst zal blijven. Mevrouw Glover zal geen on dergeschikte van jou huwen. Maar in elk geval is hij toch in je dienst geweest en daarom ben je verplicht op het trouwfeest te verschijnen. Misschien ook stoort hij zich nergens aan en blijft hij directeur-generaal. Dan moet je ze ker aan de feestelijkheden deelnemen. Je kunt je er niet aan onttrekken de menschen zouden denken dat je ja- loersch was. Mij is nu reeds de gedach te pijnlijk, dat wij de beminnelijke gas ten moeten spelen op de bruiloft van Het behoeft geen betoog, dat de vei ligheid der goederen in de kamers af doende verzekerd moet zijn en dat in dien één kamerwacht niet genoeg is, er meer moeten worden aangewezen. De kamerwacht mag dan ook niet zitten lezen, poetsen e.d. maar moet nauw keurig opletten, vooral als er personeel op de kamers is, opdat 'n anders eigen dom niet wordt weggenomen. Postpaketten voor krijgsgevangenen. De postpaketten uit Engeland voor krijgsgevangenen in Duitschiand zullen weder via Hoek van Holland worden verzonden. De postpaketten uit Duitsch iand voor krijgsgevangenen in Engeland, en die van Nederland naar Engeland en terug, zullen via Vlissingen vervoerd woiden. HET OPBRENGEN VAN DE „PRINS HENDRIK." Het blijkt in deze benarde tijden van druk en verschrikking wel bijna onmo gelijk om over allerlei onderwerpen juiste betrouwbare inlichtingen te krij gen, en velen wie men inlichtingen vraagt, zeggen maar wat in hun kraam te pas komt, waf met hun belangen strookt, óf wat hun ingegeven wordt door hun vrees om zich, zooals 't heet, te branden aan koud water. Zoo met de verhalen over de „Prins Hendrik", welke op 23 September door een Duitsche torpedoboot is aangehou den en naar Zeebrugge gebracht. Men, en waarlijk toch wel een „men", die het weten kon had aan 'n verslag gever van het „Hbld." verzekerd, dat er geen burgers waren bij de Duit- schers die het eerst aan boord van de „Prins Hendrik" kwamen. Nu blijkt evenwel uit een relaas over het aanhou den en opbrengen van het schip in „De Amsterdammer" van deze week, dat er wel degelijk burgers -r.fce aan boord kwamen. De redacteur van „De Amster dammer", de heer mr. E. S. Oribio de Castro, die de bewuste reis medemaak- te, vertelt, o.a. het volgende over die beide „civieles" Bij de beschrijving van het onder zoek der papieren, enz. „De geheele gestie is in handen niet van officieren, maar van twee mannen in civiel. Wat zijn het voor individuen Een, groot en breed en met dunne bloedlooze satans lippen deelt de lakens uit. „Wij, weinige neutralen, worden na een vluchtig inkijken van onze pasen en na enkele vragen weer naar den sa lon weggevoerd, waar wij later nauw keuriger zullen worden onderzocht. „Een Hollander wordt het eerst on der het mes genomen. Het schijnt dat simpele brieven van aanbeveling van consulaten te Londen hem verdacht ma ken. Hij wordt in al zijne hoeken en gaten tot in de schoenen scherpzinnig onder microscoop genomen. Elk papier tje wordt fel bestudeerd en de koffers geheel doorsnuffeld. Nu en dan gaat de hatelijke commies met een stuk pa pier naar boven om raad vragen. Het duurt lang en de brave Hollander wordt meermalen ruw afgesnauwd." En verder „Even nog komt de bree- Spalding. Het is altijd heel vervelend, als de meesteres ongetrouwd is en men huwt een ander. Het gaat den menschen wel niet aan, maar toch spreken zij er over en onwillekeurig vragen zij zich af Waarom heeft hij toch de meeste res met haar veie geld niet genomen „Nu ja", zeggen dan de menschen, „het is de liefde de andere beviel hem be ter". Maar er zijn ook boosaardige menschen, die zeggen „Die heeft hij niet genomen, trots haar vele geld die neemt iemand niet licht". Zoo zullen de menschen praten". „Dat geloof ik niet," zei Dora plotse ling zeer scherp. „Zoo boosaardig zijn de menschen niet." „Mijn God, ik en boosaardig ant woordde Mevrouw Schottelius, met haar oogen naar boven, hetgeen aan moest geven, hoezeer zij hierdoor ge krenkt was. „Ik en boosaardig Ik zeg alleen maar, hoe de menschen zullen redeneeren en men kan hen den mond toch niet sluiten In Dasburg hadden de dames eenige boodschappen. Daarna reden ze weer naar Saarkirchen terug. Na het middag maal trok Dora zich in haar kamer terug en ging hier opgewonden heen en weer. Zoo boosaardig ais haar tante was, toch had ze gelijk. Mevrouw Glover be zocht Spalding weliswaar in gezelschap van Klinter, doch dit bezoek gaf toch in elk geval te kennen, dat ze zich als de speurhond in zijn gele regenjas op mij af en vordert mijn pas op. Hij heeft een vrij dik boek bij zich met gedrukte alphabetische lijsten. Een voor een slaat hij mijn namen op, die vele zijn, maar schijnt niets bedenkelijks te vinden. Daaop snelt hij weg en wij, drie Hol landers, de heer Rolin, enkele Ameri kanen waaronder een piep jong ventje van de Amerikaansche ambassade, de eenige dien ik met eene zekere onder danigheid heb zien behandelen, mogen ons nu vrij bewegen." Over het verloop van liet geval, nadat de „Prins Hendrik" in Zeebrugge was geweest, vertelt de schrijver „Officieren, matrozen en de beide twijfelachtige individuen klauteren ein delijk het dek af. Wij stoomen weg ach ter een der torpedobooten, die ons door het mijnenveld zal voorgaan. Er is da delijk genoeg afleiding. Wij wisselen van indrukken en een hydroplane strijkt vlak over het water dicht bij ons. Erin een officier die met een revolver op meeuwen schiet, heel sportief. „Maar ineens schiet ons een torpedo boot op zij en van de commando-brug wordt door een roeper een kort bevel naar ons uitgestooten „Zurück nach Seebrugge". „Het is een slag. In eens zitten wij weer in den put. Er is ook op de tor pedobooten eenige onrust gaande. Er schijnt onraad in de lucht. „Ik sluip naar beneden en in een der lavatories, door de patrijspoort loeren de of ik van buiten af ook gezien kan worden verscheur ik alle brieven die ik missen kan zonder met mijn pas in tegenspraak te komen. Zoo enghartig wordt degene die niet dapper is. „Nauwelijks ben ik op dek terug of een donderende slag slaat ons den schrik om het hart. Ik zie een zwarte rookkolom uit het water bij ons schip opslaan. De veelgeplaagde Hollander komt op mij toeioopen, met bloedende neus. Er wordt geroepen dat wij op een mijn geloopen zijn. Een ieder grijpt naar een lijfgordel en snelt naar de booten. Maar het schip doet niets onge woons. Het moet iets anders geweest zijn. Er is een stip aan den blauwen hemel, heel hoog. Wij vernemen dat de slag komt van een bom uit een aero plane, een Fransehe. „De oude eerwaardige mevrouw Ro lin gaat met een doosje Haagsche hop jes rond. 't Werkt als olie op de gol ven. 't Is een van de kteine mooie be wegingen, die de ontstelde massa tot bezinning roepen. „De veel-geplaagde Hollander is een echte. Zijn neus is danig verwond en ook een van zijn broekspijpen is op ver schillende plaatsen doorschoten. Maar hij is niet zoo geschrokken of hij heeft gauw van de stukjes ijzer die hem heb ben gekwetst, eenige in zijn ouderwet- sche portemonnaie gestopt. „De beide genieperd's komen weer aan boord. Wij liggen zoowat op ons oud plekje tegenover de verlaten pier. Eenigszins opgewonden willen zij pre cies weten wat er is gebeurd. Zij vra gen naar de stukjes metaal. Maar de gepeste Hollander vertoont weinig nei ging ze af te geven. „Wir werden es Spaldings bruid beschouwde. De verloving en de bruiloft zouden wel niet lang meer op zich laten wach ten en Dora"zou er moeten verschijnen, ze zou er misschien nog wel moeten dansen Dora lachte zoo schel, zoo snijdend, dat ze van zichzelf schrok. Ze haatte Spalding, maar meer nog Barbara Glo ver. Een vrouw haat den man, die haar ontrouw is, nooit zoo hevig, als ze het de bewerkster van dien ontrouw doet. Met gebalde vuisten, de onderlip tus schen haar tanden, ging Dora in haar kamer op en neer. "Haar boosaardige tante had toch wel gelijk. De menschen waren slecht, heel slecht en heel boos aardig in hun gevolgtrekkingen en ze ker zouden ze zeggen „Wat moet die Dora Buchwald een vogelverschrikker zijn, dat Spalding haar, trots haar vele geld, niet genomen heeft en een ander verkoos 1" Men zou haar bespotten, uitlachen en Mevrouw Glover triomfeerde. Dora zonk terug in haar fauteuil en weende tranen van onmachtigen toom. Ze zag er nog steeds verstoord uit, toen ze 's middags in haar kamer in het directie-kantoor binnen trad. Ze vond op haar plaats een met potlood ge schreven briefje van den ouden ge heimraad, dat luidde „Mijn zoon is tot bewustzijn geko men, de artsen hopen het beste, de cri sis schijnt overwonnen. Typhus is het gleich zurück geben." Zij bezien de brokjes ijzer. Ja, het is een Fransehe aeroplane. Wie zijn die wezens, die al- spy", zooals die groote met zijn gele les te zeggen hebben „Fat German regenjas later in Londen met diepe ver achting gesignaleerd werd of Politie hond De situatie is nog angstig, maar houdt ons bezig. Wij neuzen aan een stukje oorlog. Er kunnen elk oogenblik nieuwe bommen vallen. Bang raad pleegt men den blauwen hemel. De officieren van de „Prins Hendrik" ma nen de passagiers aan onder het boven dek schuil te gaan. Een oude vrouw met huilende kleinkinderen vlucht naar benee. Waren die torpedobooten maar weg en liet men ons maar aan ons lot over Maar dr. Van Dijk zegt tot de menschen wat wij nu meemaken, on dergaan de soldaten in de loopgraven veel erger dagen aaneen. En de zusters vinden afleiding in het verbinden van het drietal gewonden. In onnuttige overdenk ik hang gaarne den onver- beterlijken wijsgeer uit, dat wij thans eigenlijk niets anders lijden dan een spanning van den geest die zich fel toespitst op uitkomst uit gevaar en be ken dat ik aldus geen steek wijzer word. „De beide verdachte sujetten zijn aan boord teruggekeerd met den Belgischen koerier en een jong snuiter, die bij hen hoort. Het heet, dat uit een kruisver hoor is gebleken, dat de koerier twee waardevolle zakken heeft kunnen ver bergen. Met deze zakken gaan de beide Duitsche speurders weer van boord af. Ik hoor de vrij bejaarde Belgische koe rier nog zacht en weemoedig zeggen Sie haben jetzt alles, lassen Sie mich nun gehnen. Het mag niet baten. En het tiep met de hatelijke gele jas zegt nog tot ons op de zusters wijzend Ge hebt die tenminste om voor u te zorgen. Gute Reise. „Weer stoomen wij weg achter de torpedoboot aan. Maar zoolang deze niet verdwijnt blijven wij ons onbeha gelijk voelen. Even nog een schrik als zij weer op zij komt en weer een kort bevel wordt uitgestooten. Maar het klinkt nu Ost Nord Nord Ost en daar mee kunne we nu verder zelf ons heil zoeken En zoo verheugd is men op de „Prins Hendrik", dat men een vaarwel toewuift, hetwelk van de torpedoboot vriendelijk wordt beantwoord. Ik kan met deze geestdrift niet instemmen ook al om hen die aan boord met smart geslagen zijn. Doch er zijn er onder ons, die over de ondervonden behandeling heel goed te spreken zijn." VLISSINGEN, 9 OCTOBER. De mailboot „Prins Hendrik," die Zaterdag niet binnenkwam, meerde Zondag te half zes aan de ponton, zij had 29 passagiers en 2300 zakken post aan boord. Hedenmorgen vertrok de „Prins Hen drik" naar Rotterdam om te dolfken. De „Koningin Regentes" vertrok naar Engeland met o.a. een deel der Vrijdag aangekomen Fransehe vrouwen en kin- niet geweest, het is dus niet besmette lijk en morgen kom ik weer bij je. Ik hoop in godsnaam nu maar, dat Lothar er boven op is en dat hij spoedig ge neest." Dora nam den kalender in haar hand en rekende na. Einde Maart was Spal ding in haar dienst gekomen en nu was het begin November. Acht maanden waren sinds dien verloopen en de vol gende maand zou besloten worden, of hij bleef of wegging, of Dora hem zou houden of niet. Ze schelde en liet door den binnen- tredenden kantoorknecht den juridi- schen adviseur roepen. „Wilt ii even het contract met berg raad Spalding nazien vroeg ze. „Ik weet de bepalingen wel uit mijn hoofd," zei de jurist, een oude grijze man. „Tot den laatsfen December hebben beide partijen het recht, te zeggen, dat ze het contract met één April willen laten afloopen of het dan willen ver nieuwen. Zal ik dus een contract ont werpen voor de aanstelling van den bergraad tot directeur-generaal „Neen," zei Dora scherp. „Kan men ook vóór dien datum reeds verklaren, dat men de overeenkomst wil beëin digen „Natuurlijk. Deze verklaring kan al tijd vroeger gegeven worden, echter niet later. Dus niet na den 31 sten De cember." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1916 | | pagina 1