750
100
25
No. 83
VRIJDAG
liJsTta I ÏM DE ÏEIBI if., Ife Mint 58, ïlisÉp. IiMm talm.
7 APRIL,
I 'a jpgen ongelukken voor:
KflÜRÖVERZICHT.
ultkeerlngen worden VERDOBBELD indien de verzekerden, voorzien «se geldig etaaftfeevgs, een ongeluk bekomen op train, boot ol tram, De oltkeering wordt gewnrbergd door do „Hofi. Big, Verzak, Bank" la Ssbtedü
riMEENTEBESTUUR
FEUILLETON
EenWeddenschap
BINNENLAND
i
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.30
re dris maanden. Franco door het geheele rgk f 1.5®. Voor BelgiS 2.20
Vjor overige landen der Post-Unie 3.35 Afzonderlijke nummers 3 cent
a
ADVERTENTIEPRIJSVan 1—4 regels 6.4@ j root ieders reg&S meer I® eer.»
Driemaal plaatsen wordt ftmntaal berekend, SJJ abonneraéel speet ale prfs
Reclames 3® ct. per regel Dienstaanbiedingen es -aanvrage» 8 es, pes tegel
kssip daisiijks, éü^ésfé sp hm b alp»» Hindi SiristiSijks tóltp
^oónés, in 't bezit eener
Sis rijn QRATIS verze" 1113 3 i
J.. tiKRi
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken
gulden bij dood
door
een ongeluk
onn?u!den b? veriie,i üffi
SI III van esn hand, i^aïB
vUU voet o! oog JUJH
gulden bij verlies
van
een duim
gulden bij verlies
van een
wijsvinger
guiten bij verlies
van eiken
anderen vtrsg&r,
mm
ONVEILIGHEID VAARWATER.
Schietoefeningen.
Ds Burgemeester van Vlissingen,
maakt aari zeevarenden bekend
dat op 8 APRIL 1916 oi op een
derdaaiopvolgende dagenter West-
Bust van Walcheren schietoefenin
gen zullen worden gehouden.
De voor de veiligheid ie nemen
voorzorgsmaatregelen iiggen voor be
langhebbenden ter secretarie dezer
oeroeeiitv ter inzage.
Vlistingen, 7 April 1916.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOÜDEKERKE.
ONVEILIGHEID VAARWATER.
Schietoefeningen.
De Burgemeester van Vlissingen
maakt aan zeevarenden bekend dat
op 11 April a.s. of op een der daarop
volgende dagen ter Noordkust Wal-
cheien schietoefeningen zullen Wor
den gehouden.
De voor de veiligheid te nemen
voorzorgsmaatregelen liggen voor be
langhebbenden ter Secretarie dezer
gemeente ter inzage.
Vlissingen, 7 April 1916.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOÜDEKERKE.
Vergadering van Donderdag.
De vergelijking door een der bladen
gemaakt, dat de linkerzijde verkeeit
in diezelfde weinig opwekkende stem
ming van een kok, die bezig is een
laart te bakken, die nimmer gegeten
zal worden, geeft wel zeer juist den
toestand weer. Algemeen wordt aange
nomen, dat de Eerste Kamer het wets
ontwerp tot verleening van ouderdoms
rente aan behoeftigen zal verwerpen.
Niettegenstaande dat, zet de meerder
heid in de Tweede Kamer haar zin
door, enkel en alleen omdat gelijk
de heer Aalberse heden constateerde
- zij uit die verwerping wapenen
wil smeden die bij de aanstaande
Staten-verkiezingen tegen de rechter-
zijde gebruikt zulien worden. Of da!
nu „dienen van het landsbelang" mag
heeten in dezen zoe ernstigen tijd,
betwijfelde hij. De toestand wordt
nog scheever, meent hij, wanneer men
bedenkt, dat minister van Gijn wel
heeft verklaard de pensioenbelasting
5.) -o-
Zulk een onbeduidend man zou hare
nicht zich wel spoedig uit het hoofd
kunnen zetten.
Hoewei lady Schoolcraft door deze
dergelijke redeneeringen haar gemoed
'et kalmte trachtte te brengen, er
gerde zij zich toch nog zoozeer aan
het gedrag van den lord, dat zïj
hoewel de dag nog lang was, bevel
gat haar draagstoel tot vertrek in ge
reedheid te brengen. Toen de beide
dragers weinige ©ogenblikken later
gereed stonden en de lady het ge
vaarte besteeg, ijlde het geheele ge
zelschap naderbij om afscheid van
baar te nemen. Het wekte hare hoog
ste verwondering op, dat lord Ralph
•eden niet eens de moeite nam om
haar deze kleine beleefdheid te be wij
zen hij was nergens te zien en zelfs
°P hare vraag naar hem, wist nie
mand te zeggen, waar hij gebleven
was. De oude lady begreep thans dan
nok maar al te goed dat de zaak voor
"aie nicht verloren was, zoodat zij
e| dan ook niet aan dacht om, zoo
ms gewoonlijk, voorzorgsmaatregelen
'e nemen tegen een magelijke listige
overrompeling. in somber gepeins
verdiept, leunde zij achterover in haar
draagstoel.
Schoolcraft was er op gesteld
31 z'i bij haar tehuiskomst zoo mo
te zullen wijzigen, maar naliet aan ie
geven hoe de wijziging zal zijn, zoodat
deKamer die 'i verband fusschen belde
verwierp, echter niet west of zij die
gewijzigde belasting zal kunnen aan
vaarden. Dus wilde de heer Aalberse
wetrn wat minister van Gijn in het
schild voerf.
Het overige van de rede van dezen
afgevaardigde was gewijd aan een
beioog, dat pensioen armenzorg was
e» nog wel van de slechtste soort.
Dit was o.a. erkend d®or Jaurès, VI-
viani... Ter Spill, Veegens, Kruse-
man, en het rapport der liberale unie.
Uit een oogpunt van armenzorg slecht,
uit een juridisch oogpunt onjuist, uit
een praktisch oogpunt ondeugdelijk,
ardas vatte de heer Aalberse zijn mee-
ntng over het staatspensioen samen,
waaraan hij iator de mededeeling toe-
i oigda dat het z.i. een pestilentie voor
den staat is.
Armenzorg moet voldoen aart deze
eischerr: zooveel mogelijk moet een
tegenprestatie gevraagd wordenzij
moet individualiseeren d.w.z. rekening
houden met persooniyke omstandig
heden de steun moet zooveel mogelijk
in naturaliën gegeven, terwijl een
contiöie op het gebruik noodig is.
Aan geen van deze eischen voldoet
het staatspensioen.
Als invaliden-zorg voldoet het wets
ontwerp al evenmin aan bescheiden
eischen. Het past niet in de ir.vali-
diteits-verzekering en het denkbeeld,
dat alle zeventig-jarigen invalide zijn
is een fictie waaraan niet kan worden
vastgehouden.
Geheel willekeurig achtte hij het
bedrag der rente, dat voor het geheele
latta hetzelfde, ten platteniande heel
iets anders beteekent dan in de groete
steden. Ce oorsprong van dit wets
ontwerp is geiegen in de onbillijkheid
welke art 369 van de Invaliditeitswet
schiep, maar naar het oordeel van
den heer Aalberse had men deze on
billijkheid gemakkelijk kunnen ont
gaan door de wet-Talma tijdig in te
voeren. Het staatspensioen in nu niet
andets dan een product van kiezers -
byzaniisme.
Dat staatspensioen armenzorg is
werd ook nog eens deor den heer
Brummelkamp betoogd die het pen
sioen een parodie op de Christelijke
barmhartigheid noemde.
Was er tot nog toe door de rech
terzijde niets goeds verteld van het
ontwerp, de heer de Wykersiooth
meest toch erkennen dat de bemid-
i deling van de gemeentebesturen in
plaats van cer.traliseering bij de rijks
verzekeringsbank een verbetering
was. Echteromdat het hier armen
zorg gold, die door alle tijden heen
door de gemeentebesturen is uitge
oefend. Het kansje dat de gemeente
besturen daarbij hebben om er geld
op te verdienen, wilde hij echter uit
de regeling wegnemen. Het rijk moet
de kosten precies vergoeden.
Tot zoover bleef de politiek over
het algemeen nog al buiten het debat.
Het was aan den beer Rutgers ge
laten om deze naar den voorgrond te
brengen. Wel verre van bedueht te
zijn dat de behandeling van dit ont
werp der rechterzijde schade zal be
rokkenen bij de verkieziagenApel
doorn wees reeds anders uit, meende
hij had hij toch liever de behan
deling willen uitgesteld zien. Hij
meende dat het kabinet zelf ook meer
malen heeft getwijfeld over de beslis
sing over de vraag of het wetsont
werp aan de orde moest blijven. En
vooral na den val van Minister Treub
is de positie der regesring stellig ge
wijzigd tegenover dit ontwerp. Maar
hoe is die positie nu. De heer Rut-
ger.s wist het niet, hij gaf alleen maar
aan de linkerzijde toe omdat deze het
ontwerp noodig heeft voor den ver
kiezingstijd.
Vervolgens vroeg hij de regeering
wat zij er toch mee bedoelt dat zij
geen verdere wijziging van de inva
liditeitswet wenschelijk acht, geiijk
zij in de Eerste Kamer verklaarde.
Het was den heer Rutgers niet dui
delijk. Evenmin begreep hij hoe dit
ontwerp aanpast bij ce invaliditeits
wet.
Deze onderwerpen spon hij breed
uit. Morgen gaat hij daarmede verder.
gelijk reeds aan het tuinhek door hare
drie nichten opgewacht en begroet
werd, waarom deze heimelijk een bij-
zonderen wachter hadden aangesteld,
die bij het naderen der oude lady
een teeken met een schel moest ge
ven, waarop terstond de jonge dames
kwamen toeioopen, zoodat het scheen
dat zij aan het tuinhek reeds gerui-
men tijd verlangend naar hare tante
hadden uitgezien.
Zoo gebeurde het dan ook heden
dat de looze nichtjes in gezelschap
van de twee minnaars, door het in
allerijl geopende tuinhek haar vrien
delijk verwelkomend tegemoet ijlden.
Deze keer had Arabella inderdaad
reikhalzend naar haar uitgezien, daar
eenigen tijd te voren een tuinmans
jongen haar een brief gebracht had,
die, aan een steen bevestigd, over
den tuinmuur geworpen was, en
waarin geschreven stond
„Zorg dat gij heden bij de terug
komst van lady Schoolcraft tegen
woordig zijt en goed acht geeft; zij
brengt iemand mede, die, naar hij
van ganscher harte hoopt, u niet on
welkom zal zijn. Komt hij niet met
haar, zoo moet hij voor langen tijd
zijn vurigsten wensch opgeven."
Na ontvangst van dit geheimzinnig
bericht, stond zij met een luid klop
pend hart, urenlang aan het tuinhek
uit te zien naar de komst harer tante.
Toen zij den haar welbekenden draag
stoel den hoek van den weg zag om
slaan, gaf zij het teeken met de schel
waarna zij in angstige spanning de
Een gesprek met den Engelschen
gezant.
In een gesprek, dat de „N. Ct."
had met den Engelschen gezant te
's Gravenhage, werd neg eens nadruk
kelijk de verzekering gegeven, dat
Engeland niets zal doen dat de onaf
hankelijkheid van Nederland aantast.
Nu niet en evenmin in de toekomst.
Immers Engeland heeft het grootst
mogelijke belang bij een vrij en on
afhankelijk, krachtig en welvarend
Nederland, erkende Sir Alan Johnstone.
Het beruchte „Avondpost" bulletin,
waartegen de gister openbaar ge
beide paren vooruit ijlde, om zoo
schielijk mogelijk een blik te werpen
door het raam van den draagstoel,
ten einde te ontdekken of haar tante
den aangekondigden geleider mede
bracht. Deerlijk werd zij echter t leur-
gesteldde oude dame was alleen
en strekte haar met een deelnemen-
den blik de belde handen toe. Doo-
deitjk bleek, week de arme Arabella
achteruit en liep met wankelende
schreden de parklaan in, waar zij,
niet ver van het tuinhek, diep ter
neergeslagen tegen een boom leunde
en in tranen uitbarstte.
In hare diepe teleurstelling had zij
niet opgemerkt hoe éen der heeren
met een schaikschen lach zijne be
minde iets in het oor had gefluisterd
en een veel beteekenenden blik had
geworpen op den voorsten drager.
Deze gedroeg zich inderdaad aller
zonderlingst. Toen de lady bevel gaf
haar naar huis te dragen, deed hij
alsof hij was ingesluimerd, keek we
zenloos rond en verzette geen voet.
„Wat beteekent dat riep de oude
dame driftig uit, terwijl zij het hoofd
uit het raampje stak. En ziende, dat
de nun niets scheelde en hij eenvou
dig te lui was om verder te gaan,
ontstak zij in hevigen toorn en riep
gebelgd uit„Wat scheelt dien ezel
daar toch 1 Vooruit, het park inIk
beveel u nog eenmaal, gij schaapskop,
het park in te gaan, opdat ik u daar
binnen de ooren eens goed zal kun
nen wasschenZeg, zult gij eens wat
baast gaan maken, of moet ik eerst
maakte nota was gericht, had den
gezant zeo hevig ontstemd, omdat
het de goede gezindheid tusschen ds
beide volken dreigde ie verstoren,
daar waar hij gedurende de twintig
maanden welke de oorlog thans duurt,
al het mogelijke had gedaan, op last
van zijn Regeering, om de vriend
schappelijke betrekkingen tusschen
Engeland en Nederland te handhaven
en te versterken. Hij had den onge-
bruikelijken weg van ds nota ran de
pers gekozen, omdat hij den va lachen
indruk dien het bulletin bij het Ne-
derlandsche volk kon hebben gewekt
terstond wilde wegnemen.
Toes de bezoeker opmtrk e dat de
beperking van den toevoer naar Ne
derland en het onderzoek van de
mails hougst onaangenaam was, be
riep de gezant zich op de ooriogs-
noodzakeiijkheid deze incidenten,
hoe onaangenaam ook, zouden ons
land in geen enkel opzicht schaden
als de vrede eenmaal gesloten was.
De thans, gelukkig, onmogelijk ge
bleken overwinning van Duitschland
zou een gestadige bedreiging van de
integriteit en onafhankelijkheid van
Nederland zijn gebleken en een car-
dinaal punt in Engeland's politiek
was, dat de integriteit en onafhanke
lijkheid van ons land zouden worden
behouden en versterkt.
Buitenlandsche persstemmen.
De correspondent van de „N. R.
Ct." te Londen seint dd. gisteren
In een hoofdartikel over de maat
regelen der Nederlandsche regeering
schrijft de „Manchester Guardian",
dat de waarheid wel in het midden
zal liggen tusschen de verschillende
uitleggingen. Verondersteld, dat de
Duitschers de Nederiandsche neutra-
traliteit hebben geschonden, door uit
Antwerpen duikbooten langs Vlissin
gen te zenden, verondersteld, dat de
geallieerden van dat misbruik hebben
gehoord en aan Nederland in over
weging hebben gegeven er een eind
aan te maken,'t zij door vóór Vlissingen
het kanaal (hier zal 'tbiad deWester-
schelde bedoelen) toe te stoppen, of
deor den uitvoer naar Dult3chland
langs den Rijn stop te zeiten, en
verondersteld verder, dat de Duit
schers, zich hunner misdaden bewust,
Nederland in overweging zouden heb
ben gegeven maatregelen tegen de
geallieerden te nemen, met een bedekte
bedreiging omtrent hetgeen zou kun
nen gebeuren, indien het weigerde,
een stok laten komen om een vroo-
lijken marsch op uw rug te tromme
len
Op deze kernachtige toespraak be
sloot de drager eindelijk een paar
schreden vooruit te loopen en zijn
last door het tuinhek ie dragen. Toen
stond hij echter weder stil en draai
de het hoofd naar alle zijden, als wist
hij niet welk pad te moeten inslaan.
„Rechtsaf, zooals altijd riep de
lady hem toe, doch dit bevel had
de tegenover gestelde uitwerkingde
drager sloeg het pad ter linkerzijde
in, alsof hem dit zoo bevolen was.
„O, gij dronkenlap, kunt gij niet
meer rechts van links onderscheiden
Wacht maar, ik zal u dat wel eens
afleeren 1 Den anderen kant op,
schaapskop, dat pad in waar lady
Arabella staatVerstaat gij, recht op
lady Arabella aan
De drager volgde het bevel op,
doch op een andere wijze dan het
gemeeno was hij zette namelijk den
draagstoel vrjj onzacht neder en liep
regelrecht op lady Arabella toe.
De oude iady stikte bijna van woe
de en toch zou deze ongehoorde
daad van den drager door een nog
veel ongehoordere gevolgd worden.
Zonder iets te zeggen viel hij name
lijk lady Arabella om den hals en
kuste haar. Daarop nam hij haar echter
zedig bij de hand, geleidde haar naar
den draagstoel, nam onderdanig zijne
muts af en zeide: „Ik dank u, waarde
lady. Mijne weddenschap heb ik ge
wonnen. Gij hebt, fn tegenwoordig
dat zou de situatie zyn, waardoor
zoowei het verlangen van de Neder
landsche regeeHng om maatregelen
van voorzorg te nemen als hare ver
klaring van gisteren duidelijk zou
worden.
Wij behoeven daar niet anders aan
toe te voegen dan dit zoo schrijft
verder de Manchester Guardian, „als
de verzoeking om de Nederlandsche
neutraliteit te schenden tienmaal zoo
sterk was en ais de zorg van de
Nederlanders zich buiten den oorlog
te houden, tienmaal zoo zwak was
als zij is, dan kunnen wij ons nog
geen omstandigheden voorstellen,
waaronder de geallieerden voor de
verzoeking zouden bezwijken, te han
delen tegen den wil van de Neder
landsche regeering."
Het blad weidt dan uit over de
groote moeilijkheden, die zich voor
Nederland voordoen en prijst de wijze
waarop het zijn neutraliteit heeft ge
handhaafd. Nederland kan overtuigd
zijn, zeo eindigt de Manchester Gu
ardian, dat, welks bedreiging er ook
voor haar neutraliteit moge bestaan,
deze niet van den kant van de geal
lieerden zal komen.
Engeland is niet voorniets de ba
kermat van de liberale gedachte. Wij
zullen voidaan zijn, als Nederland tot
het einde van den oorlog zijn strikte
neutrali'eit bewaart.
De militaire verloven.
Gisteren is ter kennis van de troe
pen gebracht, dat het de bedoeiing
der militaire autoriteiten is, dat de mi
litairen op hun standplaats blijven,
zoodat ook een afwezigheid van en
kels uren behalve dan natuurlijk
voer zeer dringende gevallen niet
meer zal toegestaan worden.
Men heeft hier, naar aan hef „Hbl."
bij informatie te bevoegder plaatse
bïeeb, niet te maken met een maat
regel, die zou wijzen op een ernstiger
worden van den nationalen toestand.
Toen besloten werd, voorioopig
geen verioven meer te verleenen, was
het tevens de bedoeling, dat de mi
litairen hun standplaatsen niet zouden
verlaten. Daar hieromtrent bij de la
gere militaire autoriteiten misverstand
bleek te bestaan, werd heden de be
doeling van hoogerhand verduidelijkt.
Een verjaarsgeschenk aan
Prinses Juliana.
De ruim 70 kinderen van de dtie
Boddaert-Tehuïzen voor schoolgaande
heid van al deze getuigen, onder ern
stige bedreigingen mï nadrukkelijk
bevolen vóór u het park binnen te
treden en lady Arabella tegemoet te
ijlen. Verder heb ik niets meer te
zeggen."
Thans zag lady Schoolcraft, dat het
lord Ralph was, die voor haar stond.
„Hemelsche goedheid riep zij ten
hoogste verrast uit. „Gij zijt de dui
vel in eigen persoon. Wie kon
van een zoo onnoozel gezicht zulk
een looze streek verwachten Maar
gelooft mij, dat het u gelukt is mg te
foppen, hebt gij niet aan uw helder
hoofd te danken, maar aan uw dom
gezicht, dat mij niet genoeg op myn
hoede deed zijn. Mijn woord zal ik
echter houden, zelfs al moest het mg
het hoofd en niet alleen mijne nicht
kosten.
Dit voorspel ik u echteruwe ver
bintenis met mijne nicht zal steeds
zoo bigven ais zij begonnen is, gy zyt
In knechtsgewaad vóór haar versche
nen en zult uw leveu lang haar on
derdanige dienaar moeten zijn. Lady
Schoolcraft zal zich hierdoor gewro
ken achten."
Hier eindigt de kroniekschryver zyn
verhaal en voegt er nog by„Dit is
de eenige keer in zijn gansche leven
geweest dat de hoogmoedige lord
eigenhandig eene dame in een draag
stoel heeft gedragen zgne schoone
gemalin echter droeg hij zyn leven
lang op de handen, wyi zijn hart hem
dat zoo ingaf."
EINDE.