ssss^zniltlsareas-au oUU %T5ï? i3ü 1UU -k. ld jufSm-
DINSDAG
11 «JANUARI
No. 8
S4e
ffitpg\m F. VAN BE KlDt Ir., Kleine Markt 58, TliainB. Teiste Inters. 18
fraipi degelijks, altgundiid n Zsadsg m ilgsins srlmdi Clilitiüjb itsiilifii
GEMEENTEBESTUUR
BINNENLAND
PEUiLLETON
Buiten de beschaafde
Wereld.
ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheien 1.30
per drie maanden. Franco door het geheele rijk f 1.50. Voor Belg-Ï 2.20
Voor overige landen der Posi-Unie 3.35 - Afzonderlijke nummers 3 cent
9
COURANT
ADVERTENTIEPRIJSVan 1—4 rtge!» 0.4© voor iedere regel meer 16 cer^
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. B| abonnement epeciaie priie
Reclame® 29 cL pet regel Dienstaanbiedingen en -aanvragen ei. per regel
Deabonnés in 't bezit eener AH gulden bij levens-Pf gulden bij dood AHA gulden bil verlies gulden bij verlies f Aftgulden bq verlies A Ifgulden bij verliet
ultSeerlngen Morden VERDUBBELD Indian de verzekerden, voorzien van geldig plaeisbevi^s, oen ongeluk bekomen op train, boot ol lront. De nitfcevrlng aerdi genuarbargd door do „Hall, flifl. Verlok. Bank" te iePJuéaa
ARBEIDSBEMIDDELING.
Burgemeester en Wethouders van
Vlissingen
maken bekend
dal in deze gemeente is ingesteld
een Plaatselijk Correspondent
schap van de Districtsarbeidsbeurs
te Middelburg, hetwelk niet alleen
optreedt als plaatselijk orgaan voor
arbeidsbemiddeling, doch tevens de
verbinding onderhoudt met gemelde
Districtsarbeidsbeurs te Middelburg;
dat het doel dezer instelling is om
vraag naar en aanbod van
Arbeidskrachten zoowei in ais
buiten de gemeente zoo snel mogelijk
tot elkaar te brengen
dat ter bevordering van dat doel
door den Correspondent van boven
genoemde districtsarbeidsbeurs, den
heer D. A. DRONKERS alhier, zitting
zal worden gehouden ten raadhuize
(Commissiekamer) voorloopig des
Maandags en des Donderdags
van 5—6 uur des namiddags, lot
het in ontvangst nemen van:
a. aanvragen van WERKGE
VERS om werkkrachten
b. aanmelding van Werkzoe
kenden om eene plaatsing (onver
schillig of zij op het oogenblik ai
dan niet werkloos zijn)
dft vanaf heden door de werkge
vers ook schriftelijke aanvragen gericht
kunnen worden aan het adres van
den correspondent.
Vlissingen, 6 Januari 1916.
Burg. en Weth. van Vlissingen
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
I. P. v. ROSSUM Jr.
Da Engelsche onderzeeboot.
De Morning Post" betoogt in een
artikel, dat er geen rechtvaardiging
bestaat voor de interneering van de
duikboot, die bij Texel schipbreuk
heeft geleden. Het blad erkent, dat de
Haagsche conventies op dit stuk vol
strekt niet duidelijk zijn, maar er kan
geen twijfel aan zijn, meent het, dat
het gebruik van het volkenrecht de
vrijlating van de bemanning, die schip
breuk heelt geleden, techtvaardigi. Het
is waarschijnlijk voegt de „Morning
Post" er bij, dat in dit als in andere
gevallen van gelijken aard de Duit-
sche regeering de betrokken onzijdige
mogendheden heeft bedreigd.
De Londensche correspondent van
de „N. R. Ct." seint naar aanleiding
van het hoofdartikel van de „Morning
Pest"
Het is te hopen, dat het be
richt, dat de Nederlandsche re
geering van plan is de officieren en
minderen te interneeren onjuist is. In-
door J. Iv.
90.) —o— (Muf vertollen.)
Zijn lippen trokken zich samen tot
een betooverenden glimlach en hij
wachtte een oogenblik. „Hoe Ik voel
het warm op zijn handen. En mijn
neus ach, de rook van het jagers
kamp heel ver weg, het hol, waar het
konijn zich verbergt, zegt mijn neus
mij dit alles niet
Hij wierp het hoofd achterover, en
met gespannen gelaat, gesloten oogen,
trillend, open neusgaten, liet hij als
't ware al zijn zintuigen rusten be
halve het éene en zijn geheele wezen
concentreerde zich daarop.
Toen openden zich zijn oogen een
weinig en hij zag haar droomerig
aan. „Ik ruik het bloed aan zijn han
den, het warme bloed, het heete
bloed aan zijn handen."
„En bij den Hemel, hq kan het
doen 1" riepen sommige mannen uit.
dien het verslag, dat de duikboot aan
den grond liep en lek raakte en de
bemanning, na tien uur in de modder
te zijn gebleven, door de „Noord-
Brabant" is gered, juist is, is er blijk
baar geen rechtvaardiging voor de
inierneering van de officieren en min
deren. Het waren schipbreukelingen
en als zoodanig werden 2ij door een
onzijdig oorlogsschip gered. Indien de
duikboot op een mijn was geioopen,
stend het geval niet anders.
De Nederlanders hebben zelf de
geredde mannen van de Hogue, Abou-
kir en Cressy naar huis laten gaan.
Besluit de Nederlandsche regeering
de menschen, die van de duikboot
zijn gered, te interneeren dan zou men
aan den eenen kant kunnen aanvoe
ren, dat ze te interneeren een afwij
king van de onzijdigheid is, waar men
ze aldus uit den werkelijken dienst
verwijdert. Aan der. anderen kant kan
men zeggen, dat het aan den werke
lijken dienst teruggeven ook een
schending van de onzijdigheid is.
De nieuwe Gezant bij het Vaticaan.
Men seint van gister uit Rome aan
de „Maasbode":
Z. H. de Paus ontving heden den
nieuwen gezant van Nederland, jhr.
Van Nispen tot Sevenaer, in bijzon
dere audiëntie, waarbij deze den. H.
Vader zijn geloofsbrievenoverhandigde.
Nader seint men nog aan het blad
De nieuwe Nederlandsche gezant
arriveerde te kwart voor twaalf op
het Vaticaan in gezelschap van zijn
secretaris, den heer Schuller tot
Peursuro,
Z.E. begaf zich naar de Pauselijke
vertrekken waar hij in de Clementijn-
»che zaal opgewacht werd door den
secretaris der Congregatie van het
Ceremonieel,die den gezant begeleidde
naar de zaai der Qobelijr.s, vanwaar
hij de Troonzaal betrad, yier bevond
zich de H. Vader, omgeven door zijn
hofhouding. De nieuwe gezant schreed
nader tot den Pauselijken troon en
kuste da hand van den H. Vader.
Vervolgens las hij een kort adres
voor, waarin hij o.m. zijn wenschen
uitsprak voor den vrede, en overhan
digde daarna zijn geloofsbrieven.
Z. H. Benedictus XV beantwoordde
kortelijk de toespraak van den gezant
en noodigde hem daarna in zijn privé-
bibliotheek, waar hij met hem een
particulier onderhoud had.
Toen de audiëntie was afgeloopen,
begaf zich de gezant door de pause
lijke vertrekken, waar het pauselijk
korps hem de gebruikelijke eerbewij
zen bracht. Dan bracht de gezant,
vergezeld van den secretaris der con
gregatie van het ceremoniëel en ge
ëscorteerd door de Zwitsersche garde,
een bezoek aan Z.Em. Casparri, den
staatssecietaris.
Ten slotte begaf hij zich naar de
En zoo overtuigend was Frona, dat
zij onwillekeurig naar St. Vincents
handen keek, en daar de roest bruine
vlekken zag op de boorden van zijn
flanellen hemd.
Toen La Flitche zich omkeerde, om
te gaan, kwam Bill Brown naar haar
toe en schudde haar de hand. „Het
is niet meer dan passend, dat ik ken
nis maak met den advocaat van den
beschuldigde", zei hij goed geluimd,
terwijl hij zqn aanteekeningen voor
den volgenden getuige doorzag.
„Maar vindt u niet, dat het onbil
lijk is jegens mij vroeg zq opge
wekt. „Ik heb geen tijd gehad, om
mq te prepareeren. Ik weet niets van
de zaak behalve wat ik van uw twee
getuigen heb opgevangen. Denkt u
riet, mr. Brown," haar stem klonk
als 'n zilveren klokje en zoo lief en
overtuigend, „denkt u niet, dat het
wqs zou zqn, de vergadering tot mor
gen uit te stellen?"
„Hm", zei hq, op zqn horloge kij
kend. „Dat zou geen slecht idéé zijn.
Het is onderwqi vqf uur geworden,
en de mannen moeten hun avondeten
gaan koken.
Zq bedankte hem, zooals sommige
basiliek van St. Pieter om er de gra
ven der Apostelen te vereeren.
Uit de Staatscourant.
Bij Kon. besluit zqn benoemdbij
het reserve-personeel der landmacht,
tet reserve-2e luit., bij hun tegen
woordig korps, bij het wapen der in
fanterie, de vaandrigs J. N. Hakkert,
van het reg. jagers E. R. Spaak, van
het 12e reg.; C. F. Henke, van het
4e reg.E. J. A. Meljerink, van het
8e reg.W. A. de Keulenaar, van
het 15e reg.j. F. van Aalst, van het
2e reg.; H. P. C- M. de Wiltwqnan
en L. L. Hüpscher, beiden van het
3e reg.J. H. van Mameren, van het
lie reg: H. Nqk, van het 14e reg.;
T. J. van Stockum, van het 21 reg.
A. J. Kleykamp, van het 22e reg.L.
H. P. Hoekers, van het 16e reg.O.
P. van der Klei, van het 13e reg.
W. H. Risseeuw, van het 2e regC.
J. Kruys Voorberge, van het 14e reg.
O, de Rooy en A. A. Meulendqk,
beiden van het 17e reg.J. M. van
der Stam, van het 13e reg.J. A.
de Priester, van het 12e regiment
J. O. Schiithuis, van het 11e reg.;
H. H. Buzeman, van het 12e reg.J.
P. J. van Ewijk, van het 11e reg.F.
Schuylenburg, van het 2e reg. C-J.
van Zanten jut, van het 16e reg.K.
Leendettz, van het 5e reg. P. M. j.
Klinkenbergh en M. W. j. Coenders,
beiden van het 11e reg.F. A. Klein,
van het 17e regimentN. Kruyt van
het 3s reg.; W. de Qroot, van het
13e reg; W. L. H. v4n Harrevelt, van
het 17e reg.H. J. Piek, van het 11e
reg.; D. N. P. Hocfe en L. Eske»,
beiden van het 22e r|g.F. Joos-
ting, van het le reg.j. W. Koning,
van het 5e reg.L. Spier, van het
16e reg; C. Moerman en C, Schro
der, beiden van het 11e reg.H. Yp-
ma, van het le reg.; W. Visser, van
het 16e reg.F. van Deursen, van
het 3e reg.C. J. Vergeer, van het
10e reg.Q. W. M. Bazendqk, van
het 12e regimentC. Mars, van het
21e reg; J. L. J. Clerck, van het 13e
reg.; T. K. Huizinga, van het 12e
reg.J. Bressers, van het 17e reg,
H. L, J. Vinke, van het 21e reg.B.
M. Wotdringh, van het 12e regiment
J. D. Zimmerman, van het 19e reg.
J. H. Timmer, van het 12e reg.A.
j. Uniken van der Tuuk, van het le
reg.E. Meindersma en D. R. Brou
wer, beiden van het 12é reg.; D. A.
van Vuuren, van het 10e reg.R. van
Santen, van het 5 a reg.A. L. M.
van Berckel, van het 10a reg.K. van
Haeringen, van het 10e reg.J. J.
Hofman, van het 5e reg.R. Holden
van het 10e reg.H. Noordhof van
het le reg.; A. Loeff van het 11e
reg.H. H. Brouwer, van het 22e
reg.; A. A. den Treffer van het 17e
reg.J. [Bouwer van het 9e reg.J.
F. Cambier van het lie reg., J. H.
vrouwen dat kunnen, zonder woor
den, toch, toen hq haar in het gelaat
en in de oogen zag, gevoelde hij een
grooler voldoening dan wanneer zq
gesproken had.
Hq staple weer naar zqn oude
plaats en sprak de vergadering aldus
aan„In everweging nemende, dat
de verdediging gelegenheid moet heb
ben, gegevens te verzamelen, en het
late uur in aanmerking nemend, en de
onmogelijkheid om binnen een rede-
ïqken tqd met het verhoor klaar te
komen, ben ik zoo vrq hm
ben ik zoo vrq, een verdaging voor
te stellen tot acht uur morgen vroeg."
„Zoo zal het geschieden," sprak
de voorzitter, terwqi hq zijn plaats
achter de tafel verliet, en hout op
het vuur ging stapelen, want hq was
gedeeltelik eigenaar van de hut en
kok voor zqn manschappen.
HOOFDSTUK XXVII.
Frona wendde zich tot St. Vincent,
toen de laatste der mannen de hut
verliet. Hq greep krampachtig haar
handen als een verdrinkend man.
„Geloof my, Frona. Beloof het mq."
Scheurer van het 19e reg., J. C. War-
fena en V. L. Maier, beiden van het
le reg.; H. O. van der Molen van
het 21e reg.; K. Kalsbeek, van het
22e reg.J. Bruggemans, van het 5e
reg.; P. J. van Bommel, van het 10e
reg.;
tot res. 2e luit., met bestemming
voor den dienst bij den landweer, bij
de inf. der landweer, bq het 41e bat.,
tot res.-2e-luit. de res.-serg. C Bu-
walda, van 'i 42e bat.c. tot reserve-
2e-luit. bq hun tegenwoordig korps,
bq het wapen der artillerie, de vaan
drigs D. C. Schumm, van het 2e reg.;
vest.-art.O. W. Bannier, E, Cohen
en M. J. de Oeus, allen van het le
reg, vest.-art.J. IJ. Mikmak en H.
F. Wijnman, beiden van het 2e reg.
vest.-art.H. P. Hoestra L. Hoejen-
bos, en L. T. B. Brand, aller, van hei
le reg. vest.-art.; J. B. de Hes, van
het 2e reg. vest-art.de milicien-ser
geant F. J. Sibbes, van het le reg.
vest.-art.
Het vredesgezelschap Ford.
Hetvrede3gezelschap Ford, bestaan
de uit 158 personen, onder wie on
geveer 60 dames, is te 's Oravenhage
aangekomen.
Naar wordt gemeld zou het in de
bedoeling liggen, aan de expeditie-Ford
toe te voegen een lOtal Nederlanders,
om steun te verleenen aan de expeditie.
Deze steun gaat uit van de Nederland
sche pacifisten.
Officieel mengt de Nederlandsche
Vredesbeweging zich niet in deze zaak,
omdat men meent dat van de zijde
der Entente de vrees wordt gekoesterd
dat de expeditie eenigszins pro-Duit-
sche neigingen zou hebben.
Daarom plaatst de officieele vredes
beweging in Nederland zich op het
standpunt, dat zij reeds zooveel in
vloed heeit ontwikkeld, dat het niet
wenschelijk geacht wordt om te licht
vaardig om te springen met den reeds
verkregen invloed.
Persooniqk betoonen de leden van
den Anti-Oorlogsraad en „Vrede door
Recht" intusschen groote belangstel
ling in de expeditie, en verscheidene
hunner hebben de reeds plaats gehad
hebbende bijeenkomsten bq gewoond.
Vredemaar welke vrede
Het is mij niet mogeiqk zegt
de „Van dag tot dag"scbrqver in het
„Handelsblad te vatten hoe het
propaganda-maken in onzijdige landen
voor het sluiten van vrede de oor
logvoerenden kan nopen of heipen
den oorlog te eindigen. Maar wel zie
ik zeer duideiqk in, welk gevaar
deze propaganda oplevert in een land
als het onze, dat nog in zoo groot
gevaar verkeert van meegesleept te
worden in den oorlog, vooral wanneer
deze ten einde loopt.
ik zou hun, die in onzqdige landen
Zij bloosde. „Je bent zenuwachtig,"
sprak zq, „of je zou zulke gekke
dingen niet zeggen. Niet dat ik het je
kwaiqk neem," sprak zq vergoelijkend,
„ik begrijp zeer goed, dat de geheele
toestand niet anders dan opwinding
kan zijn."
„Ja, en heel goed weet ik het,"
antwoordde hij bitter, „dat ik handel
als een dwaas, en ik kan niet anders.
De spanning is verschrikkelqk ge
weest. En alsof het afgrijselijke van
Borg's einde niet genoeg was, ook
nog beschouwd te worden als de
moordenaar misschien de lynchwet op
me te zien toepassenVergeef mq,
Frona. ik ben mezelf niet meester.
Natuurlijk, ik weet, dat je me ge-
looven zult."
„Vertel mq alles, Gregory."
„In de eerste plaats, die vrouw,
Bella, loog. Zij moet krankzinnig ge
weest zijn, om stervende die getuige
nis af te leggen, terwqi ik vocht, wat
ik kon, voor haar en Borg. Dat is de
eenige verklaring, die ik er van ge
ven kan."
„Begin bq het begin," viel zq hem
in de rede. „Denk er aan, dat ik
niets weet."
zich aanstellen, als konden zq het
sluiten van vrede bespoedigen, wel
eens eenige vragen willen doen.
zqt gq het eens, dat de oorlog
voerenden als ze vrede sluiten slechts
één hoofddoel kunnen hebben het
verkrijgen van zekerheid voor de toe
komst
Terwijl ze oorlog voeren pogen ze
het doel te bereiken door den vqand
zoo veel mogeiqk te verzwakken,
zulien ze dus nu niet pogen tot
ditzelfde doel den vrede te doen
dienen
Oe3teld dat wqze staatsmanskunst
den overwinnaar belet zijn nederge-
worpen vijand te zeer te vernederen
en geheel te verlammen, zal hq dan
toch niet pogen hervatting van den
ooriog in de eerste veertig jaren te
beletten door hem zijn geld, zijn vloot,
zijne kolonies te ontnemen en hem tot
ontwapening te dwingen
Hoe kan iels, dat in onzqdige landen
over de wenschelijkheid van vrede
gezegd wordt, invloed hebben op hen,
die hun bloed plengen als water om
de toekomst van hun kinderen hun
ras te verzekeren
Maar wellicht meent ge, dat het
mogeiqk zou zijn een biqvenden vrede
te sluiten door alia oorzaken van strijd
weg te nemen, door geen vraagstuk
onopgelost te laten, waarover men zou
kunnen vechten. Maar hebt ge, zoo ge
dit meent, nel een juist inzicht van
de grootheid, ik wil niet zeggen der
vraagstukken, maar der machten, die
bevredigd zouden moeten worden
doch wier wenschen en behoeften met
elkander in strqd zqn
Hoe kan men elk vraagstuk, dat
vijandschap zou kunnen kweeken, op
lossen
Men neme Duitschlatid. Dit rqk
heett zich sinds 1870 rusteloos ont
wikkeld tot de grootste en krachtig
ste organisatie, welke ooit bestaan
heef! om absoluut over vrede en oor
log te beschikken. De Entente mo
gendheden zien in de ongeschoktheid
van die macht een groot en blijvend
gevaar. Oeheel Europa hangt af, mee-
nen ze, van wat de meester der legioe
nen beslist.
Zijn sic volo, sic jubeo trad in de
plaats van, wet en van tractaten. Hoe
kunnen de Entente mogendheden, op
aandrang van onzijdigen, een vrede
sluiten, die dit ontzettende gevaar
voor Europa in het vervolg handhaaft,
ja versterkt?
Hoe stelt ge u voor, dat menzon-
der krasse vredesvoorwaarden Europa
weer vrq kan laten ademen?
En daar hebt ge Engeland. Het be-
heerscht de zeven zeeën der wereld.
Volgens de overtuiging van Duitsch-
land belemmert het zijn economische
ontwikkeling en de uitbreiding van
zqn gezag in andere werelddeelen.
De Duitschers willen over Mesopo-
Hq ging gemakkelijker op zqn stoel
zitten en rolde een sigarette, terwij
hij de gebeurtenissen van den vorigen
nacht begon te vertellen.
„Het moet ongeveer éen uur na
middernacht zqn geweest, toen ik
wakker werd door het licht van de
kleine olielamp. Ik dacht, dat het
Borg wasbegreep niet, waarom hq
zoo rondspookte, en was op het punt,
weer in slaap te vallen, toen ik, of
schoon ik niet weet waarom, de oogen
weer opende. Twee vreemde mannen
waren in de hut. Beiden droegen
maskers en bonte kappen, over de
ooren getrokken, zoodat ik niets van
hun gezichten kon zien behalve het
glinsteren hunner oogen door de oog
spleten.
Ik had geen bepaalde gedachte, be
halve dat er gevaar dreigde. Gedu
rende een seconde bleef ik stil liggen
en dacht na. Borg had mqn pistool
geleend en ik was feitelijk ongewa
pend. Mqn geweer stond bq de deur.
Ik besloot het te halen. Maar niet
zoodra was ik op den grond, of éen
der mannen wendde zich tot mq en
schoot zqn revolver af.
(Wordt vervolgd.)