VRIJDAG
3 DECEMBER
1915
KAMEROVERZICHT.
FEUILLETON
Buiten de beschaafde
Wereld.
BINNENLAND
No. 285
VLISS1NGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlisslngen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.30
per drie maanden. Franco door het geheele rijk f i.50. Voor België 2.20
Voor overige landen der Post-Unie 3.35 Afzonderlijke nummers 3 cent
3»s: Firma f. V1K DE VELDE Ir., Kleins Haikl S3, Viissinpn. Telefoon Interc. 10
ADVERTENTIEPRIJS Van I —4 regels 0.40 j voor iedere regel meer 1@ een»
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. BS abonnement speciale pr(s
Reclames 20 ct. per regel Dienstaanbiedingen en -aanvragen S ct. per regel
Verschpt dagelijks, altgizndirf op Zondag sn aigoniiin iihnds Cbrlstolijki fiestdip
De abonnés, in't bezit eener rtlfl A f| gulden bij levens-gulden bij dood Aflf|gulden b9 verlies J l^ftguWen by verlies A flf% gulden bh verlies A r* gulden bö verlies
polis, zijn GRATIS verze- li lange ongeschikt- 'ft 11 door %|||l van een hand, |*%|j van glggl vaneen van eiken
fcerd tegen ongelukken voor: uUUU heid tot werken a VU een ongeluk CPUSJ voet ot oog lvU een duim J8.5JJ1J? wflsvinger &i%$ anderen vinger.
Bun ultkeerlngen worden VERDUBBELD Indien da verzekerden, voorzien vin geldig plaatsbewlji, een ongeluk bekomen op Ireln, boot ol tram. Pc uHkctrlng wordt gewaarborgd door du „Holl. Mij. Verzak. Bank" In
Vergadering van Donderdag.
Het schijnt onmogelijk in dit debat
over de Staatsbegrooting eenig relief
te brengen en wij mogen haast dank
baar zijn aan „de Telegraaf" dat dit
blad door zijn hartstochtelijk optreden
deze discussie in de Kamer eenigen
gloed heeft gegeven. AUe leden grijpen
dit punt aan om hun meening te zeg
gen en om hulde te brengen aan de
neutrale pers en om „de Telegraaf"
te laken. Ditmaal was het de heer
de Beaufort die zijn opvatting uit
voerig uiteenzette. Hij vergeleek „De
Toekomst" en „Oe Telegraaf." De
eerste wordt geredigeerd door wijs-
geeren en dat is de reden om den
inhoud van het blad niet te gewichtig
te nemen. „De Telegraaf" wordt min
of meer sensationeel geredigeerd onder
het adagium dat de wereld bedrogen
wil worden. Vooral moet de Regee
ring geen belangrijk cachet aan dit
bedrijf geven door het blad te gaan
vervolgen. Reclame is uit den booze.
Alleen moet men in het buitenland
weten, hoe de pers hier te lande on
afhankelijk staat en geen contact heeft
met de regeering. Geen rechter zou
bovendien willen aannemen dat de
uitingen van éen blad de neutraliteit
van ons land in gevaar kan brengen.
Ongeveer in denzelfden geest sprak
de heer Nolens, die er op wees dat
hier te iande geen officieele of offi-
cieuse pers bestaat waardoor de re
geering zich uit. En gelukkig meent hij.
Iets meer dan de vorige dagen is
de politiek naar voren gekomen.
Gezocht is naar de beteekenis van
het bestand en de beteekenis van de
opheffing daarvan. De heer Nolens
zei het wel aardigtoen verleden jaar
het bestand begon, begreep ieder wat
het beteekende; nu 'het voorbij is,
begrijpt niemand, wat het was.
De passage in de troonrede dat de
gewone wetgevende arbeid weer zijn
gang kan gaan, komt, meende de heer
Nolens, eenigermate in strijd met de
onverminderde handhaving van de
mobilisatie. Dat kan nu eenmaal niet
ontkend worden en daarom is deze
afgevaardigde er toe geneigd aan de
Regeering te vragen of zij zij het
«Jan in comité generaal nadere
mededeelingen wil doen om haar
standpunt te rechtvaardigen en deze
tegenstrijdigheid op te heffen.
Veel hoop he.fi hij niet op een
goed resultaat, omdat hij begrijpt dat
de regeering toch niet meer zegt, dan
thans reeds het geval is geweest, in
het algemeen meent hq ech er, dat
de regeering toeschietelijker moet zijn
met haar mededeelingen. Bij den
aanvang van den oorlog heeft de
Regeeii )g vele ex ra-macht gekregen
doch nu zij zeif de gewone wetgeving
weer wil ter hand nemen, erkent zij
door J". I*.
59.) —o— (SairiX nfMn.)
Uit haar smart sprak Lucile de
woorden en F rona, de armen om
haar heen slaand, schreide aan haar
borst en begreep haar. Wat Luciie
betreft, de zenuwachtige samentrek
king der wenkbrauwen verdween en
zij drukte een moederlijke kus, zacht
en eerbiedig, op'het haar van het
meisje. Een oogenblik slechtstoen
trokken de wenkbrauwen zich weer
samen, de lippen klemden zich vast
beraden opeen en zij schoof Frona
van zich af.
„Gaat gij irouwen met Gregory St.
Vincent
Frona schrikte. Haar geheim was
slechts veertien dagen oud en geen
woord was er over gesproken. „Hoe
weet u dat?"
„U hebt al geantwoord." Luciie
sloeg Frona's open gelaat nauwlettend
toch dat de verhouding tusschen Re
geering en Kamer weer hersteld is
of moet worden. De Kamer heeft haar
verantwoordeiykheid tegenover het
volk en zy wenscht deze op goede
gronden (e kunnen handhaven.
Evenals de heer de Savornin Loh-
man had ook de heer Nolens gewild
dat de regeering nog maar een poosje
in den geest van het bestand had
doorgewerkt. Er is werk genoeg aan
den winkel dat in de neutrale zo te
ligt. Tegeiykeriyd hadden wy dan
een paar belastingen kunnen uitvinden
die noodig waren om het lek In de
schatkist te stoppen. Als dat dan alle
maal afgeloopen was en de vrede
was geteekend, welnu dan konden
wy wel eens verder zien. Hy neemt
het de regeering niet kwaiyk dat zij
haar beloften gaat inwisselen, maar
hij zet zy°n meening alleen maar naast
die van het Kabinet.
Over de grondwetsherziening zal
met de Katholieke fractie te praten
zyn, indien althans het onderwys-
artikel in de herziening is betrokken.
Trouwens de heer Nolens twijfelt er
niet aan of de regeering zal zeif nog
een aanvulling indienen zoodra de
definitieve beslissing over de onder-
wqs kwestie is gevallen. Van de
Invaliditeitswet komt niets terecht,
meende de Venlosche afgevaardigde
om de eenvoudige reden dat het
aan tijd zal ontbreken. Met eenig
leedwezen constateerde hij dan dat
de arbeiders een viertal jaren hebben
moeten wachten op de invoering van
Talma's wet, omdat men het goede
nog wilde verbeteren, hetgeen niet
mogelijk bleek. Reeds nu- kwam de
aandrang tot den Minister om te
zorgen gereed te zijn met de voor
bereidende maatregelen voor de in
voering van de wet Talma. Overigens
zal de fractie van den heer Nolens
gaarne de regeering steunen waar dit
kan, zich geheel vrij gevoelend in de
booordeeling van de wetsontwerpen
die haar zijn voorgelegd of nog zullen
worden voorgelegd-
De leider der anti-revolutionairen,
de heer v. d. Voort van Zqp, heeft
slechts één punt behandeld, de ont
kenning van het door de linkerzijde
geuite verwyt, dat de rechterzyde
profijt had gehad van het politieke
bestand. Alleen zal misschien de in
voering van de Invaliditeitswet Talma
misschien een gevolg zijn van het
bestand. Overigens verklaarde hy
dat zijn fractie het kabinet zal be
handelen als een vrijzinnig kabinet,
dat een vrijzinnig program wil uit
voeren. Wat dit beteekent, weet ieder
die in de politiek een beelje (huis is.
De heer Bos kan nog maar niet
goed verkroppen, dat de regeering de
Kamerleden bui en de deur sluit,
wanneer het geldt de bespreking van
de te nemen maatregelen. Hy heeft
gade. „Hoe ik hei weet?" zy lachte
bitter. „Als een man plotseling iemands
armen verlaat, de lippen nog vochtig
van de laatste kussen en den mond
nog vol van de laatste leugens
„En -
„Den weg vergeet, om tot die ar
men terug te keeren."
„Zoo?" Hst bloed der Welses
bruiste op en droogde als een heete
zon de tranen in haar oogen, die
plotseling fonkelden van toorn. „Dus
dat is het, waarvoor u kwam. Ik had
het kunnen gissen, als ik beter ge
luisterd had naar de praatjes van
Dawson."
„Het is niet te laat." Lucile's lip
krulde zich. „En het is uw gewoonte."
„En ik zal er 1 in 't vervolg
aan denken. Wat is het is het uw
plan, mij te vertellen, wat hy vooru
geweest is Laat mij dan zeggen,
dat het nutteloos is. Hij Is een man,
zooals u en ik vrouwen zijn."
„Neen", loog Lucile, haar verbazing
verbergend. „Ik had niet gedacht, dat
eenige daad van hem eenigen invloed
op u zou hebben. Ik wist, dat u te
groot was daarvoor. Maar hebt u
aan my gedacht?"
dat al vaak gezegd en ditmaal heeft
hy het nog eens herhaald. Vooral
wil hij niet dat het publiek den in
druk zal hebben dat de Kamer in
dagen van spanning een overtollige
fraaiigheid is. Vooral het departe
ment van oorlog liet de Kamer zonder
eenige mededeeiing. De regeering
heeft daardoor getoond niet de natio
nale kracht te zien die in de volks
vertegenwoordiging schuilt.
Wel is getracht de Kamerleden in
de levensmiddelencemmissie te plaat
sen om zoodoende een schyn van
contact te wekken, die in werkeiyk-
heid eer de Kamerleden bindt in hun
vryheid dan hen wijzer maakt. Hij
heeft zelf indertijd bedankt voor
het lidmaatschap, omdat hy dit sys
teem verkeerd achtte. In de econo
mische politiek wil de heer Bos dat
meer direct wordt gesteund dan in
direct beschermd door een stelsel
van uitvoerverboden. Beide stelsels
worden nu gevolgd, doch naar het
oordeel van den heer Bos moet vooral
naar dlrecten steun worden gestreeld,
gelijk by de bruinbroodvootziening
is geschied.
De grondwetsherziening heeft na
tuurlijk zyn sympathie by de belas-
tingontwerpen houdt hy voor de li
quidatie van de crisisuitgaven, vast
aan een heffing-ln-eens. Ten slotte
wees hy Nederland op zijn groote
taak na den oorlog, waarby het op
eigen volkskracht zal zyn aangewezen.
Gedeeltelijk uit jaloezie, gedeelte
lijk uit de algemeene stemming waar
in de oorlogvoerende mogendheden
verkeeren, is Nederland op dit oogen
blik niet geliefd .-.i het buitenland.
Straks als de oorlog voorby is, zal
ons land moeien handelen met een
half verwoeste wereld, die verre van
opgewekt is. Het zal dan een harde
tijd zijn voor ons land en wy moeten
ons bewust zijn dat alles dient ge
daan te worden om althans financieel
sterk fe staan.
Op den laten middag hield de heer
Van den Tempel zijn maiden-speech
over de tijdelijke werkeloosheids-
verzekering, teneinde de regeering te
waarschuwen tegen wijziging der
bestaande regeling. Deze afgevaar
digde spreekt me! de vaardigheid
van een volksspreker.
Een vraag van belang stelde de heer
Kooien, die wilde weten hoe de mi
nister de tekorten tijdelijk dekt totdat
de belasting-ontwerpen zullen zyn
aangenomen.
Voor de saiarisverbetering van de
ryksambtenaren, speciaal voor de on-
derwyzers, plettte de heer Ketelaar.
Ten slotte fluisterde de heer Bichon
van l|se!monde een lange rede, waar
van weinig tot ons doordrong- Hij
wilde het blauw in de Nederlandsche
vlag in oranje wijzigen om verwar
ring te voorkomenhij wil voorls
Frona's hart klopte wild voor een
oogenblik. Toen strekte zij de armen
uit, alsof zij den man, waarover ze
spraken, aan Lucile wilde overgeven."
„Op en top uw vaderriep Lucile
uit. „O, jullie onmogeiyke Welses
„Maar hij is u niet waardig, Frona
Welse," ging zq voort, „Mij wel. Hij
is geen aardig man, noch een groot
noch een goed man.
Zyn liefde kan niet vergeleken
worden by die van u. Bah Hij heeft
geen liefde, hq weet niet wat liefde
is; hartstocht, van de een oi andere
soort, is het beste, waarop hij kan
aanspraak maken. En dien hebt u
niet noodig. Het is op zijn best alles,
wat hij u geven kan. En u, zeg, wat
wilt u hem geven Uzeif Een on
gehoorde verspilling Maar uw va-
der's gele—"
„Ga niet voort, of ik moet weige
ren, naar u te luisteren. Het is ver
keerd van u."
Zoo deed Frona haar zwijgen en
toen, inconsequent, zooals zelfs de
verstandigste vrouw zijn kan, „en wat
kan de vrouw Lucile hem geven
„Eenige weinige wilde oogenblik-
ken," was het gereede antwoord;
oificieele communiqué's in de Staats
couranten is tegen het zitting ne
men van Kamerleden in commissies,
omdat zq daardoor hun vrijheid ver
liezen. Verkeerd vindl hy ook dat
zy zich inlaten met sollicitanten,
evenals dat het geval is met ambte
naren. Hy wist daarvan eenige
sterke staaltjes te noemen. De
secretaris-generaal van Landbouw is
commissaris van een bouwgrond-
maatschappy, die toevallig aan Water
staat een duur terrein verkocht. Zoo
iets keurde hij af.
Hst aanstaand comité-generaal.
Het comité-generaal der Tweede
Kamer inzake de mogeiykheid van
geheele of gedeeiteiyke demobilisatie
schqnt te zuilen worden aangevraagd
ais de verschillende sprekers by het
algemeen begrootingsdebat in eersten
termyn het woord zullen hebben ge
voerd, -dus alvorens van de Regee-
ringstafel de verschillende sprekers
zullen worden beantwoord.
Staatsbegrooting 1916.
De memorie van antwoord is ver
schenen op het voorloopig verslag
der Tweede Kamer over hoofdstuk
buiteniandsche zaken.
Wq ontleenen er het volgende aan:
Dat de wijze, waarop hy het be
heer over zyn departement voert, ver
trouwen by de Kamer wekt, strekt
den minister tot voldoening, te meer
waar dat oordeel gepaard gaat met
waardeering van den arbeid zijner
ambtenaren, wier onvermoeide werk
zaamheid een niet te overschatten
steun voor hem is.
Officieele weerlegging van onjuiste
voorstellingen in het buitenland om
trent de mate waarin de oorlog al
dan niet materieele voordeelen voor
ons land oplevert, ligt slechts ten
deele op den weg der regeering. Waar
feiten genoemd worden, die met de
waarheid in strijd zijn, zorgt de re
geering voor ambtelijke tegenspraak;
waar het beschouwingen geldt leent
de officieele weg zich niet tot zoo
danige weerlegging.
Tegen nauwere samenwerking tus
schen volksvertegenwoordiging en
Regeering zou de Minister niet gekant
zyn, indien zy kon plaats hebben zon
der te kort te doen aan de onmisbare
vrijheid van actie in de dageiijksche
leiding der buiteniandsche betrekkin
gen, eene vrijheid die niet mag worden
belemmerd door de besluiteloosheid,
welke uit gedeeltelijke verantwoor
delijkheid zou voortspruiten. Juist in
het afgeloopen jaar heeft de Minister
meer dan ooit te voren geschied was,
de Staten-Generaal op de hoogte ge
steld van het door de Regeering ge-
„een brandende vulkaan van geluk
en dan de smarten der hel wat hij
verdient, evenais ik. Zoo wordt het
evenwicht bewaard en alles is goed."
„Maar maar
„Want er is een duivel in hem,"
ging zq voort, „een verlakkende dui
vel, die my verrukt, en dien u nooit
kennen zult, dit geve de hemel 1 Want
u hebt geen duivelde mijne komt
met den zynen overeen. Ik ben vrij,
te bekennen, dat de geheele zaak
slechts een aantrekking is. Er is niets
biyvends in hem noch in mij. En dit
is het mooist, het evenwicht wordt
niet verbroken.
Frona lag achterover in haar stoel
en sloeg haar bezoekster kalm gade.
Lucile wachtte, [tot zy spreken zou.
Het was zeer stil in de kamer.
„Wel vroeg Lucile eindeiyk op
zachten, 'vreemden toon, terwyi zy
.opstond om haar man'e! aan te doen.
„Niets. Ik wachtte alleen maar."
„Ik ben klaar."
„Laat mij dan zeggen, dat ik u niet
begrijp," zei Frona koel. „Ik kan uw
beweegreden niet vatten. Er is een
klank van bitterheid inblies wat u
gezegd hebt. Echter, hiervan ben ik
volgde beleid. Hy is voornemens
daarmede voort te gaan, zoodra de
omstandigheden dit toelaten. Hy vraagt
geen blind vertrouwen, doch wel het
vertrouwen, dat hy, zonder af te wyken
van de ïyn tot nog toe door hem ge
volgd, de buiteniandsche politiek blijft
leiden in overeenstemming met der.
nationalen wil, gelqk deze zich in en
buiten de Kamers geopenbaard heeft.
Nieuwe voorschriften nopens den
vorm en den inhoud van de Neder
landsche buiteniandsche paspoorten,
alsmede van de consulaire paspoorten,
zqn bereids door den minister vastge
steld.
Voor een waarschuwing aan de Ne
derlandsche arbeiders, dat zy van te
rugkomst in het vaderland op eik
door hen gewild oogenbik, in verband
met maatregelen door oorlogvoerende
mogendheden genomen of te nemen,
niet steeds zeker kunnen zyn, is er
naar de meening van den minister
voor het oogenblik geen reden.
Ten gevolge van den oorlog zyn
Nederlanders zoowel in Rynland en
Westfalen als elders In Duitschiand
en andere landen in behoeftige om
standigheden geraakt. De Nederiand-
landsche consulaire ambtenaren daar
te lande zijn gemachtigd om voor zoo
ver dit noodig blijkt te zyn, aan deze
Nederlanders onderstand te verleenen.
Rotterdam in 1914.
Verschenen is het verslag van den
toestand der gemeente Rotterdam over
1914. Het verslag memoreert in de
eerste plaats de toevoeging van den
Hoek van Holland aan Rotterdam.
De bevolking nam toe met 36.708
personen en verminderde met 23.543
personen en bedroeg op 31 December
1914231.289 mannen en 241.239 vrou
wen. Totaal 472 520 personen. Hier
van behoorden tot de Ned. Herv. ge
meente 248 015, de Gereformeerde
kerken 32.227, de Roomsch-Katholie
ken 118.461, de Ned. Israëlietische ge
meente 10.568. de Ev. Luthersche
gemeente 9611, de Chr. Ger. ge
meente 5783 tot geen kerkelqke ge
zindte behoorden 29.732, terwyi de
overigen over verschillende kerkelijke
gemeenten verdeeld waren.
Het aantal geboorten bedr. 13.727
en 503 levenloos aangegevenen. Het
aantal sterfgevallen was 5061, het aan
tal echtscheidingen 225.
Onder de levend geborenen waren
497 onwettige en onder de levenloos
geborenen 42.
Onder de geboorten kwamen voor
150 tweeling-geboorten en 1 drieling
geboorte.
Het aantal kiezers bedroeg voor de
Tweede Kamer 62.038, voordeProv.
Staten 61.845 en voor den gemeen
teraad 60128.
zeker: om de een of andere onbe-
grypeiyke redert is u vandaag onwaar
geweest jegens uzelf. Vraag me niet
verder, want, zooals ik al zei, ik weet
niet waar of hoe toch ben ik er van
overtuigd. Dit weet ik, u is niet de
Lucile, die ik aan het houtpad by de
rivier ontmoet heb. Dat was de ware
Lucile, hoe weinig ik toen ook van
haar gezien heb. De vrouw, die hier
vandaag is, is een vreemde vrouw.
Ik ken haar niet. Soms scheen het
my toe, dat het Lucile was, maar
dan weer niet. Deze vrouw heeft ge
logen, gelogen tot my en wel over
zichzelf gelogen. Wat zij van den man
gezegd heeft, dat is in het ergste ge
val slechts een opinie. Het kan zijn,
dat zy omtrent hem ook gelogen heeft.
De kans, dat zq het gedaan heeft, is
zelfs zeer groot. Wat denkt n van dit
alles
„Dat u een zeer knap verstandig
meisje zyt, Frona. Dat u soms meer
waarheid spreekt, dan u weet, en dat
u op andere tyden blinder zijl, dan
u droomt."
(Wordt vervolgd.)