WOENSDAG 27 OCTOBER "Hunnenland üEMEENTEBESTUUR FEUILLETON Buiten de beschaafde Wereld. No. 353 53e Jaargang 1915 VLISSINGSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 1.30 per drie maanden. Franco door het geheeie rijk f 1.50. Voor België 2.20 Voor overige landen der Post-Unie ƒ3.35 Afzonderlijke nummers 3 cent jaw: firm f. 1AK DE VELBE if.," Kleim Markt 58, Viissingen. TbIbIoob Inlerc. 18 mk ADVERTENTIEPRIJS: Van J-4 regels 0.40 i voor iedere regel meer ft« cant Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. BjJ abonnement speciale pr|£ Reclames 29 ct. per regel Dienstaanbiedingen en -aanvragen S ct. per rege! MPs, niteszoadiril n Zondes alaBiaun irkandi Cbristelijki liisiiigp De abonnés, in 't bezit eener gulden bij levens- FIFfX gulden bij dood Aflili gulden bij verlies,* gulden bij verlies gulden bq verlies A P»gulden bij verlies nolis, zijn GRATIS verze- IIIII lange ongeschikt- 9*11 door «IISS van een hand, van IIIBI vaneen M*\ van eiken Jefi tegen ongelukken voor: uUUU heid tot werken een'ongeluk v v"* voet of oog JLVU een duim AUv wijsvinger fafU anderen ving»' (tos» •llkcerlngen worden VERDUBBELD Indien de verzekerden, voorzien van geldig plMisbewIJs, een ongelnk bekomen op train, boot ot tram. Da ultkeorlng wordt gewenrborgd door dn „Holt, ftlg. Verzok. Bonk" Ie Scklude s BROOD- EN MEELKAARTEN. De Burgemeester van Vlissingen; brengt ter kennis van belangheb benden dat de omwisseling van brood- en meelkaarten niet meer door de broodbakkers en meelhan delaren mag plaats hebben, doch de afnemers van regeerings-brood of ■meel zelf hunne brood- of meel- kaart dienen in te leveren teneinde een nieuwe brood- of meelkaait te kunnen verkrijgen dat voor het eerst de inlevering van bovengenoemde kaarten en de verkrijgbaarsteliing van nieuwe kaar ten is '.bepaald op Zaterdag 30 October 1915, van des voormiddags 9 tot 12 en van des namiddags 2 tot 4 uur (gemeente-secretarie, trouw zaal), en na dien tijd *p den op de brood- of meelkaart vermelden dag. Vlissingen, 26 October 1915. De Burgemeester van Vlissingen, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. Da Belastingontwerpen. In de Memorie van Toelichting ■wordt gezegd, dat voor de derde maal thans hier te lande voorgesteld wordt de grondslagen van het stelsel der in de toekomst te heffen Rijks belastingen in een wet neer te leggen. Na herinnerd te hebben aan het plan van algemeene belastingen, af- Komstig van den secretaris van staat voor ae financiën der Bataafsche Republiek, Gogel, en aan het voorstel tot vaststelling van een algemeen belastingstelsel van 1821, wordt ge zegd, dat er beide malen bij groot verschil in het hoofddoel, grooie wereenkamst was in het nauwelijks minder belangrijke nevendoelaan de schatkist de hoogere inkomsten te verschaffen, waaraan deze dringend behoefte had. Thans is, wat bij de vorige gele genheden nevendoel was, hoofddoel geworden. Hoewel de wet van 1821 in mentg opzicht verouderd en door latete bijzondere belastingwetten ge wijzigd is, zou haar voortbestaan niet als hinderlijk worden gevoeld, indien niet opnieuw de behoeften van de schatkist tot een zosdanige hoogte waren gestegen, dat aan dekking daarvan door verhooging van een enkele belasting of van enkele be lastingen niet valt te denken. Waar er mede moet worden gere kend, dat aigezien nog van de lasten, die het rechtstreeksch gevolg zijn van den oorlogstoestand in de eerstvolgende jaren de begrooting der staatsuitgaven, zonder versterking der middelen, een jaaripsch tekort door J. Iv- 27.) —o— (Sa« verboden.) Terwijl hijzelf niet licht een vloek 2ou uitspreken, raakte hij heel ge woon aan sterke taal van de zijde van andere mannen, zelfs in het onschul digste gesprek. Carthey, een kleine Texasman, die oen tijdje bij hem aan 't werk was, begon of eindigde gemiddeld eiken tweeden zin met het zachte stopwoord Dit was ook zijn on veranderlijke manier om verwonde- rin§i teleurstelling, schrik en alle verdere emoties uit te drukken. Eerst was het een voortdurende bron van toorn en walging voor Cor- bss, maar het duurde niet lang, of bij begon het niet alleen te dulden, maar er zelfs op te wachten, hens verloor Caithey's hond een 0t in een verwoed gevecht met een n°nd van de Hudson Baai, en toen de zou aanwezen, dat het bedrag van 60 millioen waarschijnlijk zou over schrijden, daar dwingen de omstan digheden er tee zich epnieuw af te vragen, hoe een zoo aanzienlijke ver zwaring van lasten kan worden op gelegd, zonder graote onbillijkheden te begaan en zender de bronnen van 's lands welvaart sterker aan te spre ken, dan strikt onvermijdelijk is. De Minister van Financiën zou er de voorkeur aan hebben gegeven met de indiening van dit voorstel te wachten, totdat de oorlogstoestand zou zijn geëindigd. Aanvankelijk lag dit ook in zijn voornemen. Nu echter de oorlogstoestand zooveel langer aanhoudt dan in den aanvang werd vermoed en het nog geheel onzeker is, hoe lang die toestand nog zal du ren, was verder uitstel niet mogelijk. Bij een zóó aanzienlijk tekort als de onlangs ingediende Staatsbegrooiing opnieuw aanwijst, zou bij zich dan ook niet verantwoord achten,'s lands geldmiddelen te biqven beheeren, indien hij niet mocht rekenen op de medewerking der Staten Generaal bij zijn poging tot voorziening in dat tekort en tot het financieel mogelijk maken der uitvoering van het Regee- ringspregram. De zakelijke belastingen (grondbe lasting, dividend en tantième belas ting en effectenbelasting) worden volgens het ontwerp geraamd te zul len opbrengen ongeveer f 40 millioen, terwfil de geraamde opbrengt van grondbelasting en dividend en tan tièmebelasting volgens de Middelen wet 1916 bedraagt ruimt21 millioen. De persoonlijke belastingen naar inkomen en vermogen (inkomsten belasting, vermogenbeiasting, pensi oenbelasting, weergeld, vlootbeiasting belasting van de doode hand en suc cessiebelasting) worden geraamd op ruim f80 millioen, terwijl voor 1916 voor inkomstenbelasting, vermogens belasting en successiebelasting ruim f43 millioen wordt geraamd. De verkeersbelastingen (registratie recht, zegelrecht en hypotheekrechten) worden volgens het ontwerp geraamd ep ruim f 20 millioen. Volgens de Middelenwet 1916 zouden zij opbren gen bijr.a 116 millioen. De verkeersbelastingen (invoerrech ten en statistiekrecht) worden op ruim f 21 millioen geraamd, terwijl de invoerrechten voor 1916 waren ge raamd op ruim f 17 millioen. De verteringsbelastingen zijn ver deeld in drie groepen: a. personeele belasting en plaats- kaartenbelasling. Deze worden ge raamd se zullen opbrengen ruim f 18l/i millioen, terwijl de personeele belas ting voor 1916 was geraamd op ruim f 14 millioen. b. accijnzen (suiker, wijn, gedistil leerd, zout, bier, tabak en geslacht) jonge man zich over het dier heen- boog en de verwonding ontdekte, waren de liefde en de pathos van het woord „Vdat hem van de lippen viel, een openbaring voor Corliss. Evenals Jacob Welse vroeger gedaan had, herzag hij zijn levens filosofie. Te Dawson waren twee verschil- ende zijden op te merken van het gezellig leven. Bij de Weises en enkeie andere families weiden alle mannen van eenige positie ol siand welkom geheeten en verwend door de vrouwen van denzelfden stand. Er waren theepartijen en diners, dans avondjes, liefdadigheidsbazars en het gewone kringetje van zakenalle wel ke echter niet geheel de mannen kon den voldoen. Beneden in de stad was 'n geheel andere, ofschoon even popu laire tweede zijde. Daar 't land nog te jong was voor club-leven, kwam het mannelijk deel der bevolking veel te zamen in de gelagkamers der groote drink- en speelsalons. Zaken werden er gedaan, koopen en verkoopen ge sloten, ondernemingen op touw gezet, 't laatste nieuw besproken, vriendschap gesloten en gehouden. Daar was geen moeten volgens het ontwerp geza menlijk opbrengen ruim f 76 millioen. Voor 1916 was geraamd (natuurlijk zonder de tabaksoelastlng) f63 mil lioen. c. speeikaartenbelasting, belasting op gouden- en zilveren voorwerpen en voornamenbeiasting zijn tezamen geraamd op f 1,740,000, terwijl voor 1916 voor de gouden en zilveren werken f520,000 was geraamd. De opbrengst van de nieuwe be lastingen wordt als volgt geraamd Effectenbelasting f 3,000.000 Pensioenbelasting 12,000,000 Weergeld 4.000,000 Vlootbeiasting 6,000000 Belasting doode hand 2 000,000 Statistiekrecht 3,000,000 Plaatskaartenbelasting 2,000.000 Tabaksbelasting 6,000,000 Speelkaartenbelasting 200,000 Vaornamenbelasting 500,000 De totale opbrengst van alle be lastingen in hoofdsom en opcenten wordt volgens het ontwerp geraamd op f263,641,600, terwijl voor 1916 was geraamd f 202,509,700, zoodat de meerdere belastingopbrengst zal be dragen f61,000,000. Nederlandsche onzijdigheidsvarkiarin g Ook in den oorlog tusschen Boel- garije eenerzijds en Servië, Rusland, Frankrijk, Engeland en Italië ander zijds, heeft Nederland zich onzijdig verklaard. Verhoogde en nieuwe belastingen. Een accijns op de tabak ten bedrage van tien ten honderd van den klein handelsprijs van sigaren, sigaretten, rooktabak, pruimtabak en snuif. Deze accijns wordt geheven volgens de Tabakswet 1916. Onder den naam van „voornamen belasting" wordt eene belasting gehe ven wegens: a. toekenning van meer dan éen voornaam, aan een kind bij de aangifte der geboorteb. latere bijvoeging of verandering van voer mannen, en voorts wegens verandering van den geslachtsnaam of bijvoeging van een of meer namen aan den ge slachtsnaam. De wet ep de voornamenbeiasting 1916, volgens welke deze belasting wordt geheven, behelst regelen om trent het verschuldigde recht bij latere toevoeging van voornamen of bij ver andering van naam of voornaam. Voorgesteld wordt den accijns per H.L. wijn van f 20 op f 24 te verhoo- gen. De indiening er van geschiedt wegens de noodzakelijke versterking der inkomsten van 's Rijks schatkist. De inwerkingtreding van de wet wordt gesteld op 1 Januari 1915. Nog wordt voorgesteld den accijns, eveneens ingaande op 1 januari 1918, per H.L. gedistilleerd ter sterkte van verschil in stand, en koningen en hondendrijvers, oud-gedienden en nieuwelingen ontmoetten elkaar daar op voet van gelijkheid. Zoo gebeurde het, waarschijnlijk omdat ze niets beters te doen hadden, dat de jonge lui zich veel aan de speeltafels neer zetten en dat een gedeelte van de groote zalen steeds gepolijst was en als dansvloer gebruikt werd. En hier, omdat hij zich wel naar de gewoonten moest schikken, maakte Corliss goede vorderingen. En zooals Cathey, die hem zeer waardeerde, in zichzelf sprak: „Het beste ervan is, dat hij zich amuseert Maar elke aanpassing moet zijn pijnlijke periodes hebben, en terwijl Corliss' algemeene verandering zach tjes en geleidelijk voortging in het bizondere geval van Frona, was het heel iets anders. Zij had een wetboek voor zichzelf, geheel ongelijk aan dat der maatschappij en geloofde mis schien, dat een vrouw dingen mocht doen, die aan een man zelfs niet ge oorloofd waren. En hierover hadden zij en Corliss hun eerste onaange name verschil. Frona hield er van met de honden 50 pet. van f90 op f 99 te verheogen. De bedoeling van beide wetsont werpen is, de tijdeiyke verheoging van beide accijnzen ingevolge de Leeningwet 1914 te bestendigen. Uit da Staaticourant. Bij Kon. besluit is met ingang van 16 November aan den officier-machi nist le klasse bij den marine-stoom vaartdienst C. W. Kemmer, op zijn verzoek, wegens langdurigen dienst, eervol ontslag uil dea zeedienst ver leend, met pensioen, en bij den Ma rine- stoomvaartdienst benoemd tot officier-machinist le kl.„ de officier machinist 2e kl. J. C. Poley. Dure eieren. Niemand hoeft er zich over te ver bazen, dat de eieren in 1915 zoo schrikbarend duur zijn geworden, Eenige cijfers in het „Nederlandsche Landbouwweekblad" maken dat dui delijk! Daar wordt een vergelijking gemaakt tusschen den invoer en den uitvoer van eieren in de eerste acht maanden van 1915, en die in de over eenkomstige tijdvakken van 1915 en 1913. De invoer bedroeg in de eerste acht maanden van 1915 slechts 52.000 KG., tegenover 9.229.000 KG. en 12.282.000 KG. in de eerste acht maanden van 1914 en in die van 1913. De invoer bedroeg dus in 1915 iets meer dan 7s pCt. van dien van 1914 Tegelijkertijd werden veel meer eieren uitgevoerd dan in de beide vooafgaande jaren. De uitvoer der eerste acht maanden bedroeg in 1915 27.047.000 K.G, tegen 18.560.000 KG. in 1914 en 18.690.000 KG. in 1913. In 1915 was dus de uitvoer ongeveer 50 pCt. hooger dan in 1914 en in 1913. De haven van Vlissingen. Door den heer G. J. van den Broek, ingenieur van den rijkswater staat alhier, is een verslag uitgebracht naar aanleiding van een door hem in September 1910 gemaakte reis tot bezichtiging van eenige aan de kust gelegen havens in Frankrijk, Engeland en Beigië. De reis werd ondernomen in ver- bar.d met de plannen voor de haven van Vlissingen, voornamelijk als haven voor het snelverkeer. Nadat door den heer Van den Broek achtereenvolgens de ligging, toegang en inrichting van de ver schillende bovengenoemde havens zijn beschreven, verduidelijkt door meer dere aan het verslag toegevoegde kaarten, meent hij dat voor Vlissingen, op grond van hetgeen in andere kusthavens kan opgemerkt worden, de volgende conclusies zijn te trekken lo. de ligging van Vlissingen maakt de haven niet geschikt voor aanloop- door de bijtende koude te rennen, met gloeiende wangen, snel stroo- mend bloed, het lichaam voor over gebogen en haar ledematen in rhythmische beweging met den snel len wedloop. En een Novemberdag, toen de eerste scherpe koude was ingevallen en de thermometer 65 gra den onder nul aanwees, haalde zij de slede voor den dag, spande haar toom honden in en vloog het pad langs de rivier at. Zoodra zij buiten de stad was, sprong zij van de slede af en liep erbij. En zoo, beurtelings loopend en rijdend, vloog zij hel Indiaansche dorp door, maakte een circei van acht mij len om Maaschide Kreek en weer terug, ging op het ijs de rivier over en kwam verscheidene uren later den Westoever van de Yukon tegenover de stad opvliegen. En zoo voor haar honden uit ren nend, kwam zij plotseling bij een vrouw, die in de sneeuw zat, en over de rivier naar Dawson staarde. Zij had geschreid en dit was voldoende voor Frona, om te willen helpen, als er tenminste te helpen was. Een traan, die tot ijskegel was geworden, haven van het snelste overzeesch verkeer, dat onderweg slechts pas sagiers en post laadt en lost, met uitzondering echter van die lijnen (thans alleen de Red-Star- Lijn), die te Antwerpen een beginpunt hebben. Als beginpunt van zuln een snellen zou Vlissingen in aanmerking kunnen komen. Ten behoeve van het aanloopen van in Antwerpen beginnende lijnen is de toegang naar Vlissingen en de bescherming der reede voldoende; voor een havenbootje tot het over brengen van post en passagiers van op de reede ankerende schepen is een aanlegplaats nabij het spoorweg station een vereischte. Voor een in Vlissingen beginnende overzeesche sneilijn zou een open haven, met kaden aan diep water gelegen, noo- dig zijn. 2o. Voor het overzeesche snelver keer, dat onderweg, behalve passa giers en post, ook goederen laadt en lost, is de ligging van Vlissingen en ook de toegang tot de haven gunstig, de bestaande haveninrichting echter onvoldoende. Hiervoor is een open haven met kaden aan diep water, vanwaar op elk uur van het getij groote schepen vertrekken, noodig; op de kade behooren kranen, lood sen en spoorwegverbindingen aan wezig te zijn. 3o. Voor het snelverkeer over kor ten afstand (naar Engeland) is de ligging van Vlissingen en de toegang tot de haven gunstig. Echter is voor geen andere sche pen dan die der maatschappij „Zee land" buiten de sluizen plaats be schikbaar. Een inrichting van de open voor haven voor een grooter getal post en passagierschepen zooals te Calais, voor zooveel noodig naar plaatselijke omstandigheden gewijzigd, en de bouw in de open haven van eenige aanlegplaatsen voor snelgoederen- diensten zouden ter bevordering van dit verkeer aanbeveling verdienen. VHsslmgüo, 27 October. De nieuwe kruisers. Aan de werf der Kon. Maatsch. „de Schelde" alhier en de fabriek voor Scheepsbouw te Amsterdam is elk opgedragen het bouwen van een van de 7000 tons kruisers, naar plannen en onder controle en verant woordelijkheid van Friedrich Krupp A.G. „Germania"-werf te Kiel. Aan de werf Feijenoord is de leve ring opgedragen van drie onderzee booten groot model, terwijl aan de werf der Kon. Maatsch. „de Schelde" nog opdracht is gegeven voor den bouw van een onderzeeboot. lag op de wangen der vrouw en haar oogen waren dof en vochtig er was een uitdrukking in van hope- looze, onpeilbare smart. „O I" riep Frona, terwijl ze haar honden lot staan bracht en naar haar toekwam. „Is u gewond Kan ik u helpen vroeg zij ofschoon de vreem delinge het hoofd schudde. „Maar u moet hier niet zitten. Het is bijna 70 graden onder het vriespunt, en u zult in eenige minuten bevriezen. Uw wan gen zijn al bevroren." Zij wreef het gelaat der vrouw flink met een handvol sneeuw, tot de war me kleur er op terugkeerde. „Pardon." De vrouw stond eenigs- zins stijf op. „Ik dank u, maar ik ben geheel warm, ziet u," en zij trok de bonten cape dichter om zich heen met een beweging van welbehagen, „ik was maar voor een oogenblik gaan zitten." Frona zag, dat ze heel mooi was, en haar scherpziend vrouwelijk aog ging over haar geheeie gestalte en nam alles in zich ophel prachtig bont, de snit van haar japon, en de kralenversiering hare Indiaansche schoenen, die die er onder uit kwamen kijken. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1915 | | pagina 1