VRIJDAG binnenland feuilleton ingezonden stukken Mo. 207 53e Jaargang 1915 Üw: Firma f. HU Pt VELDE If., Kleine Harkt 58, Vlissingen. Telaiooii Inlerc. 18 Verschijnt degelijks, uitgezonderd op Zondig tn algomoin orkondi Christilijks loistdip Bergère van Paiijs. en aan huis. lessen per week succes voor ieder, ie regeling, per per- laand, 2, 3, 4 of 6 enaamd geen blj- n eerstbeginnenden conversatie- vooibereiding voor oor beginnelingen. 8, Oroote Markt 8. k der tegenwoor- onder de 20 jaat- nastraat 10, VL1SSIN0SCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.30 per drie maanden. Franco door het geheele rijk 1.50. Voor België 2.2 O Voor overige landen der Post-Unie 3.35 Afzonderlijke nummers 3 cent ADVERTENTIEPRIJS: Van t— 4 regels ƒ0.40 voor iedere rege) meer 16 cer.j Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Bil abonnement apet lalt prfn Reclames 20 ct. per regel Dienstaanbiedingen en -aanvragen 8 ct. per regel De abonnés, in 't bezit eener 4>f| Aft gulden bij levens- gulden bij dood ft ft ftgulden bij verlies J F* A gulden bij verlies ft ft gulden bij verlies ft £*gulden bij verlies nnlis zijn GRATIS verze- M III III lange ongeschikt- *ll| door <1111 van een hand, |*^ll van II III vaneen van eiken kerd'tegenongelukken voor:'LUUU heid tot werken ff VU een ongeluk UUv voet of oog IVv een duim IVv wijsvinger LU anderen vlngei. ultkeerlngen worden VERDUBBELD Indien dn verzekerden, voorzien vnn geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot ol tram. Da ultkanrlng wordt gewaarborgd door dn „Holl. Alg. Verzek. Bank" to Sehledn» Maximumprijzen. Door den minister van landbouw, nijverheid en handel is aan de bur- gemeesiers een circulaire, betreffende maximumprijzen gericht, waarbij is gevoegd eene nieuwe lijst van arti kelen, met de daarvoor aangenomen max mumprijzen, welke lijst de vori ge vervangt. De in deze lijst vastge stelde prijzen gelden, behoudens vroegere vervanging, gedurende de maand September. Naar de klachten, omtrent de hand having der maxima, zullen de burge meesters het noodige onderzoek moe ten instellen en zoo noodlg door in beslagneming of bedreiging ingrijpen, tot inbeslagneming natuurlijk eerst overgaande na verkregen machtiging. Een opgave van ingekomen klachten met vermelding van het daaraan ge geven gevolg moet den minister we kelijks v\ orden toegezonden. Tot wfiziging of aanvulling van de igst mag niet worden overgegaan, zon der toestemming van den minister. De prijzen zijn berekend contant af fabriek of station van afzending al naar het gebruik bij het betrokken artikel medebrengt. Bij levering van waren door grossiers kan dezen wor den toegelaten een tusschenprijs te berekenen, echter zoodanig, dat voor den verkooper in het klein eene vol doende winstmarge overblijft. Wan neer winkeliers zich beklagen over levering van suiker tegen te hooge prijzen of in onvoldoende hoeveel heid, kunnen zij zich wenden tot het Suikerbureau Sarphatistraat no. lc, te A'dam, dat in bedoelde gevallen de winkeliers rechtstreeks zal helpen. "Wat boter en kaas betreft, kunnen handelaren voorbehoudens nadere re geling, door bemiddeling van het „Rijkscentraalbureau vo«r den uitvoer van boter en kaas" te allen tijde bo ter en kaas tegen de vastgestelde maximum groothandelprijzen ontvan gen. Geïnterneerden bij de sporen Het Kamerlid, de heer Kleerekoper, heeft de volgende vragen gericht tot den minister van Waterstaat 1. is de minister van Waterstaat be reid te onderzoeken, of te Amersfoort losse arbeiders bij de H. Ij. S. M. zijn vervangen door Belgische geïn terneerden, terwijl de werkloos ge worden arbeiders zich om onderstand bij het Plaatselijk Steuncomité hebben moeten vervoegen 2. Is de minister voornemens om maatregelen te treffen om te voorko men, dat door het te werk stellen van geïnterneerde militairen door de spoorwegmaatschappijen de werk loosheid onder de Nederlandsche ar beiders grooter wordt (Nadruk verboden.) 54) o Zij zag tot hem op, in de verwach ting, zijn gewoon spottend glimlachje 'e zien, maar snel sloeg zij haar oogen neer, toen zij zijn blik ontmoette. Het bloed steeg haar naar 't voorhoofd en be hand, die op Herbert's arm lag, 'nlde merkbaar. Hij nam het handje vast in de zijne. Kleine booze collega, smeekte "'J met zachte stem, moet ge u dan altijd tegen mij verzetten Telkens probeer ik met u in vrede te leven, maar ge verzet u er met handen en voeten tegen, dezen namiddag vroeg j* u al, waardoor ik het bij u heb «edorvenmaar u gaf mij geen voldoend antwoord. Zeg het mij nu wat voor kwaad deed ik u .,Hii haar arm stevig tegen zich an, hij voelde, hoe snel haar hart °pte, hoe haar vingers beefden en Het testameRt van den soldaat. Bij beschikking van den minister van oorlog is bepaald dat het veld- zakboekje wordt aangevuld met een leiddraad voor het maken van testa menten. Lichting 1916. Bij ministerieele beschikking is met betrekking tot de indeeling van de lichting 1916 o.a. bepaald: Aan de compagnieën wielrijders worden toegewezenin de eerste plaats zij, die lid zijn van het vrijwillig militair motorrijder korpsvoorts zij, die goed wielrijder zijn, van wie bij voorkeur tn aanmerking komen zij, die ten minste 1.65 M lang zijn en be drevenheid bezitten ais motorwielrij - der of rijwielhersteller. Zfi, van wie bekend is, dat zij eenig spraakgebrek hebben, worden niet aan een van ge noemde compagnieën toegewezen. Aan het korps torpedisten worden, zoo mogelijk, toegewezen ingeschre venen, die geestelijk goed ontwikkeld zijn en voornamelijk hun werkkring hebben bij het stoomvaartwezen en het machinebedrijf. Bij het korps pontonniers worden ingedeeld zoovee! mogelijk schippers, overigens bij voorkeur visschers en zeevarenden. Voor zooveel de schip pers betreft, komen hierbij alleen in aanmerking zij, die ten minste 1.67 M. lang zijn. Voor toewijzing aan het regiment genietroepen, met bestemming om na inlijving over te gaan bij den autodienst komen bij voorkeur in aanmerking chaufieurs en andere deskundigen in het automobielvak. Voor een deel moeten deze dienstplichtigen van zoo danige geestelijke ontwikkeling zijn, dat er het benoodigde kader en enkele officieren voor den trein uit gevormd kunnen worden. De dienstplichtigen, die het bewh's van voorgeoelendheid hebben verwor ven, worden toegewezen aan de infan terie of, voor zooveel zij bestemd worden voor opleiding tot milicien telegrafist of telefonist, aan het regiment genietroepen, tenzij zij heb ben verzocht te worden ingelijfd bij een ander wapen of korps dan de in fanterie, de vesting artillerie of het regement genietroepen en zij voor een plaatsing bij dat andere wapen of korps in aanmerking komen. Zij wor den bestemd voor het korps en het garnizoen hunner keuze, voor zoover zulks mogelijk is. Israëlietische dienstplichtigen, die daartoe tijdig hun verlangen te kennen geven, worden toegewezen aan korp sen of onderdeelen van korpsen in de grootere garnizoenen of in groote garnizoenplaatsen, zooals Leeuwarden, Groningen, Assen, Amsterdam, Haar lem, Utrecht, Amersfoort, Arnhem, Nijmegen, Leiden, 's Gravenhage, Mid over hem kwam een heerlijk warm, bijna teeder gevoel. Hij betrapte zich weer op een gedachte, welke hij meen de voor altijd te hebben verbannen. Nu had hij toch een vrouw ontmoet, die al zijn vroegere ervaringen te schande maakte, en juist zij was het, die alles In hem wakker geschud had, wat hij verloren had gewaand. Gees lelijk aan hem gelijk, lichamelijk toe gerust met schoonheid en lieftalligheid trotsch, zelfbewust, was zij gelijk aan de levensgezellin, waarvan hij in vroegere dagen had gedroomd wat verhinderde hem, haar nog heden, in dit uur tot de zijne te maken Hij boog zich vertrouwelijk tot haar en drukte haar hand nog vaster. Nu juffrouw Helmi, heeft de schrik u stom gemaakl? Nog kreeg ik geen antwoord. Wat deed ik u Niets, in 't geheel niets, gaf zij bijna ruw ten antwoord, terwijl zij vlug haar hand losrukte. Wat u mij hebt belootd, heeft u gedaan, zelfs meer dan ik mocht vetwachten. Wat wij voor elkaar waren, toen ik hier «wam, zijn wij nog voor elkaar, na melijk goeie vrienden, die streven naar 't zelfde doel. Ik ben mij niet be delburg, 's Hertogenbosch, Bergen-op- Zoom en Breda, voor zooveel die toe wijzing is overeen te brengen met de andere bepalingen en met den In- deeiingsstaat 1916. Boften verantwoordelijkbeld der redact*) De cople wordt nimmer teruggegeven GEHEIMZINNIGE AROMATISCHE LUCHT- GOLVEN. BRAAKLIGGEND TERREIN VOOR OE GEZONDHEIDSCOMMISSIE. DE HEKSENKETEL VAN „DE SCHEL DE" EN STINKBOMMEN. Mi/nheer de Redacteur Ruim een jaar geleden, namelijk 8 Augustus 1914, schreef ik in uw blad een artikeltje, getiteld Oorlog en Naas tenliefde. De aanhef daarvan luidde aldus „De oorlog neemt op 'toogenblik de volle aandaebt en de geheele be langstelling in beslag. Aller oogen zijn gericht op het uitgestrekte terrein van den strijd, maar met bijzondere sym pathie en bewondering zien ze naar den kleinen staat, die, besprongen als weleer Zwitserland, zonder aarzelen de grootste offers brengt voor de handhaving zijner neutraliteit en on afhankelijkheid die alles, ook het beste en edelste, veil heeft voor zijn plicht, zijn eer en zijn roem. Want terwijl België zijn uiterste krach ten inspant om zijn aanvaller het lot te bereiden, dat eenmaal Karei den Stouten wachtte in de velden vanGran- son, Murter. en Nancy, verzekert het dappere volk zich een eereplaats in het boek der historie. 'tPubliek denkt en mijmert en spreekt en droomt over oorlog en niets dan oorlog. Voor andere zaken laat bet geen beslag leggen op zijn aandacht en belangstelling, tenzij er een beroep gedaan wordt op zijn naas tenliefde ten behoeve van hen, die den ooriogsgeesel smartelijk aan den lijve voelen." Van wat ik in dien aanhef over België zeide behoef ik nog geen woord terug te nemen. Het is alles nog even actueel als een jaar geleden. Maar wat ik schreef over de aan dacht, de belangstelling, het denken, mijmeren, spreken en droomen van het publiek, dat is totaal verouderd. 't Publiek in 't algemeen is onver schillig geworden voor den oorlog. Hij duurt maar te lang. Het gedoe der millioenenlegers aan de fronten in 'toosten, westen, zuiden en zuidoos ten laat de menschen koud. Nog da gelijks worden er tienduizenden van onze naasten geslacht, maar 't maakt thans niet meer indruk dan een massaverdelging van rupsen, ratten of ander ontuig. Wat dertien maanden oorlog de menschen veranderen kan Een jaat geleden werden de be wust, dat u me eenig onrecht aan- deedt, waarover ik boos zou kunnen zijn. U verbeeldt zich slechts dat ik anders geworden ben. Zij zag heel bleek, om haar mond lag de energieke trek, die haar zooveel ouder deed schijnen. Ze is weerspannig dacht Herbert, nu opgepast en geen domheden begaan Nu, antwoordde hij op zijn ge wone onverschillige manier, 't zou mij ook erg gespeten hebben, ais ik door u, juist door u, niet werd begrepen. Ik wilde u zoo graag de overtuiging schenken, dal mij aan uw goeie mee ning zeer veel gelegen is, werdelijk meer, dan aan die van anderen. U bent heusch grappig. Vindt u En de inspanning, om mij tegenover u steeds in een goed licht te plaatsen, maakt mij lomp en onhandig. U moest liever medelijden met mij hebben en mij eindelijk eens een vriendelijk woordje toevoegen. En wat zou ik dan moeten zeg gen, arme, miskende stumperd U spot er mee, laien wij er dan niet meer over spreken. Maar u ziet toch wel, dat ik zoo ernstig ben, ais 't maar mogelijk is. richten van 't oorlogstooneel ver slonden door jong en oud. Thans taalt bijna niemand er meer naar. Men is ze beu. Ze gelden als eentonig, ver velend, saai, afgezaagd. In gezelschap kunt ge nog eens succes hebben met een geestige plaat of een aardige anecdote, maar spreek vooral niet over wat ge gelezen of gedacht hebt over den oorlog of over den „toestand". Want dan geldt ge dadelqk als onge nietbaar. Hoe langer hoe grooter wordt het getal der dagbladlezers, die uit hun krant alles opnemen, advertentiën en gemengde berichten niet uitgezonderd, alles, behalve't oorlogsnieuws. 't Heeft zijn goede zijde. Men heeft nu weer eens den moed aandacht te vragen voor zaken, die men verleden jaar niet zou hebben durven aanroe pen, omdat niemand voor iets ooren had dan voor krijgsmuziek, tromge roffel, kanongebulder, wapengekletter engruweldaden. 'k Zal daarom mijn lang zwijgen eens afbreken door een en ander in 't midden te brengen overVlis- singsche „neusweelde". We zaten Zondag op het theeuurtje gezellig bijeen met open serredeuren. De lucht was betrokken. Maar toch wist de maan, vol als ze was, een zacht schijnsel te gieten over ons stadje. B^ zoo'n maneschijn past van ouds rozegeur. Hij ontbrak, maar 't aroma der thee, die werd rondge diend, zou hem vervangen. De gast vrouw hoopte het. Haar hoop was ijdel. Want terwijl het theeblad circu leerde kwam er door de geopende deuren iets geheimzinnigs en onzicht baars binnen, dat alle neuzen als op commando aan het snuiven bracht, zoo krachtig als de goede toon maar eenigszins toelaat. 'k Had weer eens gelegenheid een opvallende eigenaardigheid op te merken van 's menschen reukorgaan, dat gretig ook de meestverdachte geuren inhaalt, zoolang het niet met zekerheid het wezen der tractatie heeft vastgesteld. Op aller lippen lag de vraag „Ruik jij ook wat? Wat mag dat wezen Nu, ieder rook wat en allen waren het over den aard van 't waargeno- mene volkomen eens. Er bestond in de meeningen geen principieel, enkel een gradueel verschil. De een vond laat ik het nu maar platweg zeg gen den stank alleen een weinig onuitstaanbaarder dan de ander. Er werd druk gegist De omgeving werd ijverig afgezocht. Er werd niets gevonden, dat een bevredigende op lossing van 't raadsel geven kon. En intusschen kwamen maar al door de stankgolven aanzetten als 't water bij opkomend getij. Zeg u dan Beste mijnheer Beh- rens, ik ben inwendig lang zoo boos niet op u als ik uiterlijk lijk te zijn, integendeel Hij hield op en keek haar van terzijde onderzoekend aan. Nu en hoe verder Integendeel.... Het vervolg iaat ik aan u over, daarop komt het juist aan. Ah zoo. Dus: Beste mijnheer Behrens ik ben noch inwendig boos op u, noch doe ik uiterlijk zoo, alsof ik het was. Integendeel, ik ben u zeer dankbaar, zooals ik mijn werkgever behoor te zijn, vooral, daar hij tevens de broeder van mijn beste vriendin en een vriend mijner -pleegzuster is. Is u nu tevreden Bedoelde u het zoo Volmaakt tevreden, al viel het ook -anders uit dan ik hoopte. Maar ik dank u vriendelijk voor uw koud stortbad; 't zal me goed doen ik was toch wat geëchauffeerd- Hij begon vlugger te loopen en sprak niet meer. Onder de Linden was het nog vol wandelaars; eerst nadat Helmi en Herbert de Brandenburger Poort ach ter zich hadden en in den Tiergaiten kwamen, werd het stiller om hen heen. Maar we gaven het niet op. De rebus zou opgelost worden. We zetten ons als echte schei kundigen aan 't anaiyseeren. De een meende in de gore lucht garnalen in staat van bederf te her kennen, een ander vischafval, een derde beenderen in verwording, een vierde afval van groenten, enz. De heele vuilnisbak werd overheop gehaald. „Eurekariep er eindelijk een. „Nu weet ik het. jelui hebt me met je analyse opeen idee gebracht. De wind is Noord. Welnu, naar dien kant ligt niets, dat zoo iets weerzinwek kends produceeren kan dan de stads- belt. Die moet het wezen." De redeneering bleek juist. Het was de stadsbelt. Waarom we niet eerder op dat denkbeeld gekomen waren Door de eenvoudige reden, dat de woning, waarin we ons bevonden, zoo ver van die vieze plaats verwijderd is, dat we in ieder geval buiten haar in vloedsfeer meenden te liggen. We bleken ons vergist te hebben. Onze neutraliteit werd door de pu blieke mestvaalt evenmin geëerbiedigd als die van Belg1 door de Duitschers. Wat moeten dan wel de bewoners van het Roode Dorp en de bevolking der vluchlelingenschooi te lijden heb ben van de vunzige uitwasemingen van die belt, die daar ligt als een stankbron op den zoom der Gobi! Mag ik den bewoners der Nieuwe Stad een welgemeenden raad geven Wendt U als éen man tot het Col lege van B. en W. en vraagt dringend om afdoende maatregelen. Roept met een den steun en de medewerking in der Gezondheidscommissie. 'k Ben overtuigd, dat B. en W. en ook die Commissie van zoo'n verzoek met eenige honderden handteekenin- gen goede nota zullen nemen. En mocht dat niet het geval zijn, stelt dan een tweede verzoekschrift op aan den Gemeenteraad en laat het tee kenen door al onze badgasten, voor zoover onze herfstgeuren hen nog niet hebben verjaagd. Er is over die ongemanierde stads belt in dit blad al eens meer geschre ven. Maar er over schrijven, hoe wen- schelijk en dienstig dat vaak moge wezen, is niet voldoende. Men dient, na 't wakker schudden der publieke opinie, ook stappen te doen, die de Wet aangeeft, anders is het een ar tillerievuur zonder stormaanval. 'k Wilde juist een slotzinnetje met mijn naam aan 't bovenstaande hech ten toen op eens mijn „vriend" Nurks, wiens „aangenaam" gezelschap ik al maanden had moeten derven, onaan gediend bij mfi in de kamer stapte. Met een nonchalant„is 't gepermit teerd griste hij mijn manuscript voor mijn neus weg. Wat is het hier heerlijk rustig, zoo verbrak zij het onaangename zwijgen. Hier mag u niet meer boos zijn, u denkt altijd, dat ik het er op toeleg, u te ergeren. Boos, ik In 't geheel niet, ant woordde Herbert koel, ik moet u eerder dankbaar zijn, dat u mij zoo duidelijk heeft gezegd, waar 't op staat. Ik begrijp nog niet, dat ik zoo vermatei durfde zijn. Helmi's hand trilde op zijn arm zij was zeer verontwaardigd. Wat wilde hij toch van haar? Misschien uit haar mond hoorenJe deed me pijn, omdat je mij mijn hart ontnam en mij er niets voor teruggaf, omdat je mijn zielsrust verstoorde omdat je mij plaagt met je blik met je ge fluisterde woorden en toch niet kunt verbergen, dat het niets als een spel voor je is. Je deed mij pijn, omdat ik me zóó ver vergat, dat ik tranen om je stortte, die je niet verdiende omdat ik steeds zonder liefde moet leven daar ik je nimmer kan vergeten, ai weel ik ook, dat je mij onwaardig bent. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1915 | | pagina 1