2)0 „beste" stuurlui.
31 AUGUSTUS
[MO* 196
19 IS -
fjniw: firn» F. UI K fEfil lf., Klei»» fc-rkt SI, Fiissinpii. ïelsfcsr; intere. f
f-rschijii! dagelijks, iiifcszoïÉré op Zondag ut aigemssn nrkende Christaiijki ieistdigit
lij deze Caurani behoort een Bijvoegsel.
•OIULLETON
SINNFNr ANU
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 130
per drie maanden. Franco door hel geheele rijk 1.50. Voor Belgit 2.20
Voor overige landen oer Posl-Onie f 3.3S. Afzonderlijke nummers 3 cent
ADVERTENTIEPRIJS Van 1—4 regelt 0.40 voor Iedere regel meer 10 cenj
Driemaal plaatsen wordt /weemaal berekend. Bfj abonnement speciale prjjt
Reclame» 20 ct. per regel Dienstaanbiedingen en -aanvragen 5 ct. per regel
■O,, abounds, in 'f oetit eerier Afl bij levens- «NA r-irMor bij doo« A A A gulden bij verlies A rff| gulden bij verlies 4| A A gulden bij verlies A ^gulden bij verlies
po'is, zijn ORATlf verze- 11111 f larrgi Ongeschikt door "ï-fill van een'band, 1 van II III vaneen 1*% van eiken
ikcrd'tegen ongelukken voor. JVvU of werken S -i?'4P ee>. ongeluk UP O voel of oog l'illj een duim 1UU wijsvinger tJtf anderen vinger.
,M u'tkcrrItiypn worden VERDUBBELD Indlei, tin verzekerden, voor.'T' van qeldln .-laatsbewlls een ongeluk bekomen op trein, boei of «ram De ultkeering wordt gewaarborgd door de „Holt. Alg. Verzek, Bank" to Schiedam
Daar is een Fransch, welbekend
spreekwoord, hetwelk luidt, dat de
kunst een moeilijk, de critick een
gemakkelijk iets is Wij werden aan
de waarheid van dit gezegde' dezer
dagen wederom herinnerd, waar wij
in den lande alom luider en luider de
stem van, ah es o veel beter wetende
beoordeelaars hooren klinken, waar
het geldt de daden der regeering te
loetsen. En wij dachten daarbij aan
dat andere, Hollandsclie spreekwoord,
volgens hetwelk de beste stuurlui
altijd aan den wal staan. Zulke stuurlui,
men kan ze thans in alle kringen
onzer Nederlandsche samenleving het
woord hooren nemen, en verklaren,
hoe onze regeering, inzonderheid wat
de departementen van oorlog en van
landbouw,handel en nijverheidaangaat,
niet alleen van schromelijke fouten en
tekortkomingen in de eischen van het
«ogenblik blijk geeft, maar ook in
elk" geval niet die stuurmanskunst
betracht, welke zij - hier op den
wal als de beste erkennen, en wel
omdat zijde.hunne is.
Ons dunkt, dat in het oordeel dezer
vaderlanders, ongetwijfeld welmeenen-
de maar niet altijd even deskundige
beoordeelaars, nog wel het een en
ander voor herziening vatbaar is. Toch,
wij willen het allerminst ontkennen,
dat ook ons et regeeringsbeleid, in
casuvanbeidö-bedoeide departementen
dikwijls voor verbetering vatbaar
voorkomtedoch, wie de hoogst
abnormale tijdsomstandigheden, de
voortdurende ongewisheid, de uiterst
moeilijke, zicli plotseling vaak voor
doende problemen in aanmerking
neemt, waarmede en waaronder dit
regeeringsbeleid gevoerd moet worden
en waarbij zich telkens volkomen
nieuwe vraagstukken van het aller
grootste belang komen voordoen en
snel orn oplossing vragen, die zal
moeten erkennen, dat er, afgezien van
ihetgeen aan alle menschelijk werk
>eigen is, door onze ministers blijk
gegeven wordt van een werkelijk in
veie opzichten groote waardeering
verdienend beleid en doorzicht.
Het zou ons ie ver voeren èn alle
regeeringsmaaticgelen in den laatstcn
tijd genomen en alle critiek daarop
.uitgeoefend aan een «enigszins gron
dige bespreking te onderwerpen, en
moeten ons uiteraard tot slechts enkele
feiten beperken. En dan zien wij dal
zich vooral de critiek verheft tegen
het beleid van den bewindvoerder
aan het departement van landbouw,
handel en nijverheid. Zoo deze zich
alle klachten,al hetach-en-wee-geroep
uit tal van kringen onzer samenleving
(Nadruk verboden.)
43) _0_
Een tranenstroom verstikte haar
stem, en terwijl Subaroff de leven-
looze lichte gestalte op zijn armen
naar haar bed droeg, had Helmi reeds
hoed en mantel van den kapstok ge
nomen en was zij de trap afgehold
om den eersten den besten dokter,
dien zij thuis trof, t? halen
Toen Helmi met den dokter terug
kwam, was oi -m L nz ook weer thuis.
'i zat op den rand van 't bed, hield
de kleine, magere handjes van zijn
kind in de zijne en langs zijn gerim
pelde wangen vlood traan na traan in
den grijzen baard. Thea lag nog in
onmacht, zij aaide nauwelijks waar
neembaar adem, slechts aan een lichte
hilling van haar lichaam bespeurde
[pen, dat zij nog leefde. Na eenigen
jijd gelukte het den dokter, haar weer
N te brengen. Thea sloeg de oogen
persoonlijk moest aantrekken, hij zou
zijn .ninisterieëie taak geen 24 uur
lang kunnen volhouden. Ons land
ondervindt meer nog dan in militair
opzicht, in betrekking tot zijn econo
mische omstandigheden ten zeerste
de gevolgen, direct en indirect van
den om ons heen woedenden wereld
oorlog. Dit brengt toestanden mede
en schept verhoudingen ten opzichte
van schier alle takken van bedrijf, als
wij nog nimmer onder de oogen be
hoefden te zien. Elk feit, dat zich,
en vaak op het onverwachtst voordoet,
is meestal wat in dt rechtsgeleerde
taal een „novum", een geheel nieuwe
zaak heet. Van een beroep op vroegere
gegevens, op ervaringen of gedane
ondervinding is daarbij weinig of geen
sprake. Dit nu verzwaart niet licht
de taak dergenen, die geroepen zijn
ons land door de branding dezer
economische woeling heen te brengen.
Vandaar het als het ware uit den
grond groeien van tallooze bureaux
en commissies met meer of minder
officieelen stempel, geroepen om in
overleg met den minister of des
ministers ambtenaren handelend op
te treden. Wij herinneren hierbij aan
het bestaan, o.m. van de bureaux ter
distributie van graan en meel, van
varkens on varkensvleesch, van de
bureaux voor het kolenvraagstuk, en
den afzet van visscherijproducten, van
de commissies voor nijverheid, voor
voeding van mcnsch en dier, voor
rogge, voor suiker, cn ten slotte aan
het bestaan van de vele commissies
in verbinding staande met de Nederl.
Overzee Tfusfmij. Indien wij daarbij
nog memoreeren die talrijke directies
aan het departement zelf ten behoeve
van den tuinbouw, den landbouw,
den handel, de visscherij enz., dan
kan niemand onzer ontkennen, dat
der regiering de noodige voorlichting
behoeft te ontbreken. En dat zij van
deze voorlichting gebruik en een zeer
ruim gebruik maakt, dat ligt niet
alleen in de lijn van het kloeke
regeeringsbeleid van ons huidig mi
nisterie, maar vooral ook in den geest
van groote werkkracht en omvangrijken
arbeid, die thans in alle takken van
bestuur heerscht.
Wij mogen dus, en met reden, er
gerust op gaan, dat al wat mensche
lijker wijze gesproken binnen hel
bereik van doorzicht en beleid, van
voortvarendheid en werkkracht ligt,
ook metterdaad bereikt wordt. Dat
er nochtans, vooral op- het gebied
onzer levensmiddelen-voorziening, tal
van „deskundigen" zijn, die zoo ge
hen maar aanhooren wilt, het ailes
nog veel beter weten, en ook alles
nog veel beter zouden doen, ware
hun raad maar opgevolgd, behoeft
niemand onzer te verwonderen. Zij
zijn die „beste stuurlui", die jammer
genoeg voor hen, docli dikwijls ge
langzaam op, maar zielloos en onver
schillig rustten zij op haar vader's
bekommerd gelaaï.
Thea, fluisterde hij, terwijl hij
zich tot haar neerboog om haar voor
hooid te kussen mijn lief, kind, hoor
je. wai je vader zegt
Zij verroerde zich niet, vermoeid
gleed haar blik langs haar vader, aan
wieu zij met zoo'n innige li fde had
gehangen, toen sloten haar oogen
zich weer, een lichte zucht ontsnapte
haar lippen. Zij kwam niet meer tot
bewustzijn, de ontzetlende opwinding
had haar zwakke krachten voorgoed
gebroken, maar den geheelen volgen
den dag en den nacht daarna lag zij
nog zoo, ais een geknikt bloemblaadje.
Zachtjes sluimerde zij immer in, zon
der strijd of pijn.
luist toen de klokken overal in de
kerken weerklonken, trilden de kleine
handen voor den laatsten keer in haar
vaders hand, en toen hij de door
tranen verduisierde oogen op zijn
stervend kind liet rusten, zag hij, dat
er een zalig lachje op haar bleek ge
laat lag. Haar onrustig hart had op
gehouden met kloppen, het had rust
gevonden. Zij was een dier genen
lukkig maar voor hun medemenschen,
hun stuurmanskunst slechts aan den
wal kunnen tooneu. Wij zouden
denzuiken gaarne toeroepen wendt u
tot een 'der vele commissies, wendt
u tot den minister, die waarlijk geen
enkelen weloverwogen en gegronden
raad of aanmerking ongebruikt zal
laten, zoo ge meent het waarlijk beter
te weten en te kunnen, dan zij, die
daarvoor in de eerste plaats zijn aan
gewezen dat is de beste oplossing
voor ons en voor u.
Een ander departement van algemeen
bestuur, hetwelk de critiek niet be
spaard blijft, is dat onzer nationale
verdediging, het ministerie van oorlog.
De verwijten, die dezen minister
treffen, hebben een eenigszins ander
karakter, dan zijn economischen ambt
genoot geldén hier toch spreekt in
de critiek de aard, het wezen van
ons volk een woordje mede. En die
aard is, evenals vóór den oorlog, ook
nu, na ruim 12 maanden, nog even
weinig niilitairistisch, dan hij immer
is geweest. Ons voik is zoomin laf
als onwillig waar het geidt zich den
vijand vairliet lijf en uit liet land te
houden', wanneer deze zich vermeet
het een of het ander te belagen maar
wel zijn wij altijd geweest, en zijn.
wij nog, wars van alle onnoodige
gewichtig-doenerij, en ijdele praat-
vertooning op militair gebied. Over
tuig ons volk van de noodzaak het
zwaard te trekken ter verdediging vait
het erf zijner vaderen, dat ook het
erf zijner zonen moet zijn, en gij zult
een natie vinden, die dat zwaard ook
te lianteeren weetdat hebben de
vele oorlogen waarin ons gemeenebest
in den loop der eeuwen gewikkeld
was, waarlijk ruim bewezen. Maar zoo
gij bij liet volk aankomt met, allerlei
weinig of niets ter zake doenden inili-
tairistisclien omhaal van bureaucrati
sche gewichtigdoenerij, waarvan zijn
gezond verstand liet nut niet inzien
kan, en waaraan het dus ook zijn
goeden wil en medewerking niet kan
geven, dan zult ge stuiten.op denzelf
den geest van misnoegdheid, ont
stemming, verzet en zelfs tegenstand,
waaraan zoo menige intieme bladzijde
in de ltistorie-boekeu dezer landen, als
van een onoverkomelijke hinderpaal
voor hen, die onzen volksaard misken
den, gewaagt.
Ook ten opzichte der miiiisterieele
beschikkingen van den laatsten tijd
heeft zich de stem der critiek luid
verheven ook hierbij treffen wij weder
een aantal „deskundigen" aan, die het
allemaal zoo vee! beter weten dan
zij die door het vertrouwen van onze
Vorstin en onze volksvertegenwoor
diging geroepen zijn, te waken voor
het behoud van ons hoogste heil als
volkseenheid, ons onafhankelijk volks
bestaan. En al willen wij geenszins
ontkennen, dat ongetwijfeld hier en
geweest, die te zwak zijn, zich tegen
de stormen d s levens ie verzetten.
Schrei niet, moeder, zoo troostte
Lenz zijn jammerende vrouw, met
trillende lippen, ze'is eindelijk ge
lukkig, laat -ms den barmharligen
Ood danken, dal Hij haar 't sterven
zoo gemakkelijk heefi gemaakt.
Ten tweeden tnale binnen korten
lijd stond Helmi aan een sterfbed.
Over haar bleek en ernstig gezicht
vloeiden tijkelijk tranenzij golden het
leed, dat de beide oude menschen
had getroffen, en ook het leed, dat
zij jarenlang hadden gedragen, zon
der zich ooit te verzetten tegen de
hardheid van het lot. En toch drukte
het verdriet hen nu zwaarder dan
voorheen. Hier was de dood een ver
losser geweest, eu toch voelde i'e
vrouw, die sedert jaren aan het ziek
bed barer dochter was geketend, die
vrijheid noch ontspanning had gekend,
die verlossing niet: als zoodanig. Zij'
weende en jammerde om haar kind
haar eenige lieveling en gewillig
zou zij haar kruis v.rder hebben ge
dragen. als h t maar had mogen leven.
Helmi legde haar arm om de schou
ders der weenende vrouw en streelde
daar gegronde klachten vernomen zijn,
en dat er zeker verbetering eenerzijds,
verlichtingvan lasten anderzijds moge
lijk is, toch wil het ook hierbij ons
voorkomen, dat te weinig gelet wordt
op wat wij hierboven in den aanvang
zeiden, n.l. dat de kunst van te
regeeren een moeilijke, dat critiek
door on verantwoordelij ken een
gemakkelijke zaak is. Én men zal
ons vergunnen het ten deze met
onzen vaderlandschen dichter J. P.
Heije te houden, waar hij schreef
De beste stuurlui staan aan wal
ik vaar maar met de goe./-'
De varkensquaestie.
Donderdag trad de maandtermijn in,
van 19 Augustus tot 18 September,
waarbinnen geen varkensvleesch, le
vend of geslacht, naar het buitenland
mag worden uitgevoerd. Zooals men
weet, is de Regeering tot dit verbod
overgegaan, omdat de exporteurs-con
senthouders, die den laatsten tijd aan
de Regeering beneden marktprijs var
kens hadden geleverd, in gelijke ver
houding als de hoeveelheid, die zij
over dè grenzen brach en, daarmede
hadden opgehouden, omdat voor hen
het'voordeel van den uitvoer door de
gelimiteerde or ij zen der binnenland-
sche leveranties teloor ging.
Om nu lagere marklpiijzen af te
dwingen, heeft de minister van land
bouw gedaan wat men van hem ver
langde, ril. den geheelen uitvoer ver
boden. Wat de exped teuts op hun
rekening voor Het buitfe< land hadden,
mag nog over de grenzen, maar dan
is het uit en de consenten zijn niet
meer geldig; eerst" over een maand
is er kans, dat de uitvoer mag worden
hervat.
De groote vraag is nu schrijft
„De Tijd" of het uitvoerverbod
zal helpen. Wij voor ons zijn, om de
waarheid te zeggen, dienaangaande
een weinig wantrouwend hebben daar
voor goede redenen, en de eerste
voorteekenen stellen ons in het ge
lijk. Terwijl toch het uitvoerverbod
reeds eenige dagen bekend is, zijn de
marklprijzen nog volstrekt niet terug-
geloopen.
De varkenshoudeis weten, dat ze
lichtelijk een maandje kunnen pro-
beeren hun dieren vast te houden
wij spraken er dan ook, die glunde
rend van pleizier dat heusch van plan
waren Zij gaan de risico aanwant
na een schoone opruiming, die hun
vee! winst opleverde kunnen ze een
stootje afwachtenin vier weken
wordt een varken niet slechter, en het
oponthoud brengt zijn rente op, zeg
gen ze.
Uit het perscommuniqué blijkt trou
wens, dat de Minister zich de aan
vankelijke nutteloosheid van zijn uit
zacht het trillende gelaal.
Schrei niet meer, lieve tante,
zei zij troostend, laat haar rus'tg sla
pen en gun haar den vredezij heeft
zooveel geleden in haar jonge leven,
nu is dat voorbij en zij heeft rust
wij allen moeten nog veel doorwor
stelen, vóór wij zoover zijn. Moeten
wij haar eigenlijk niet lieve benijden
dan beweeneii
Juffrouw Lenz liet haar hoofd tegen
haar nichtje rustenhet. medelijden
deed haar goed, maar de woorden
waren voor slechts klanken. Zelf moet
men worstelen met het leed totdat
men heeft overwonnen en de vrede
teruggekeerd is
Nu was het in huis weer rustig
geworden en Helmi had, na iwee
dagen, weer eens tijd, aan zicbzelve
te denken. Nu drukte de gedachte
haar weer terneer, dat zij nog steeds
geen antwoord van Frits Lenz had
ontvangen, en nog angstiger werd het
haar te moede bij de gedachte, dat
Frits op de begrafenis zou komst en'
zij dan haar armen oom in deze toch
al zoo treurige dagen het verdriet
moest doen de verloving met zijn zoon
te verbreken. Hoe nietig en klein
voerverbod wel bewust isook om
dat hij geen zekerheid heeft, dat de
export zal voortduren en de leveran
tie van varkens aan de Regeering haar
reserve op peil zal houden. Eerst ein
de September of begin October be-
ginn n de boeren „nattigheid te ge
voelen" en komen er aanvoeren voor
de slachtbank, zoodat in de thans
ingetreden maand periode de iief-
nebbers van varkensvleesch zich geen
illusies behoeven te maken, dat ze
vet zulltn soppen.
„Dr is nu een allerlaatst middel
schrijft het blad maa daartoe zal
de Regeering wel niet durven over
gaan. De Levensmiddelenwet geeft
haar nl. de bevoegdheid, om alle le
vende varkens voor een redelijken
prijs te onteigenen en in beslag te
nemen. De uitvoerbaarheid daarvan
is evenwel 'twijfel ichtig en alleen zij
die met de practische moeilijkheden
niet bekend zijn, plegen daar licht
overheen te sta pen. Het ligt tha is
niet op onzen weg om daarover uit
voerig uit te weiden. Wij oepaieri ons
er dus toe om er op te wijzen, dat
het geheel verkeerd zou zijn, aan den
minister te verwijten, dat hij niet tot'
dien uitersten maatregel overgaat Er
zijn reeds heel wat verbodsbepalin
gen en er staan reeds heel wat voor
schriften op papier, die in de prac-
tijk geen of slech s zeer gering resul
taat hebben. Reeds nu heeft de smok
kelarij heel groote propnrtiën aangeno
men en de meesf. uitgebreide maatre
gelen aan de grenzen verhinderen
niet, dat er verboden uitvoer op
enorme schaai plaats heeft. Zou men
de veeteelt en ci'e fokkerij onder be
slag wiiien leggen, althans geheet,
niet alleen de militie en de landweer,
maar de geheele landstorm zou er
aan te pas moeten komen En dan
zouden er varkens, dood of levend,
over de grenzen gaan. Men moet het
vernuft van onze landbouwers in dat
opzicht niet onderschatten, vooral
nier air her zaketr getat; waarbij zij
zich in geweten niet gebonden achten.
Het graan en het meel, de steenko
len en ook de- varkensi zbtlpn. de Re
geering zorgen genoeg baren.
Examens gemeente-administratie.
Reeds sedert eenige jaren streeft de
Nederlandsche Bond van gemeente
ambtenaren naar verbetering van het
examen der Nederlandsche vereeni-
ging voor gemeentebelangen ter ver
krijging eener akte van bekwaamheid
in de gemeente-administratie, door
daaraan te doen voorafgaan een toe
latingsexamen voor hen die niet kun
nen overleggen een bewijs dat zij in
het bezit zijn van genoegzame school
kennis, alsmede om op het bestaande
ook nog een zwaarder vakexamen te
doen volgen.
kwam zij zichzelve oor met al haar
strijd en opwinding, nu zij weer de
majesteit van den dood had gezien.
De menschen stoven zich uit, ma
ken zich zichzelven en anderen door
opwindingen en ingebeelde rechten,
door onverdraagzaamheid en onge
duld hel leven tot een last, en zij
vergeten dat'de spanne, iijds, die.hun
is gegeven, reeds morgen voorbij kan
zijn en de onverbiddelijke maaier
Dood hun wellicht geen tijd meer
geeft gedaan onrecht te herstellen.
Helmi ging zitten om uitvoerig aan
Annie te schrijven, misschien zou dat
1 tiaar hart wat verlichten. Als zij maar
eerst wist of Frits haar besluit als
een hem aangedaan onrecht oeschouw-
de of dat hij in zijn hart ook al de
noodzakelijkheid dezer scheiding had
ingezien.
Zij legde de pen weer weg neen,
om te schrijven was zij lang niet kalm
genoeg 't was beter, een uurtje
naar Kora te-gasn; om haar te ver
tellen hoe de toestand hier was, en
dat zij nu toch nog tot na Paschen
hier moest blijven, daar zij in deze
omstandign den onmogelijk haar
ouden oom kon verlaten.
(Wordt vervolgd.)