VRIJDAG 33 JUNI Neerland m da Oorlog. No. 147 1913 SlipsFirma F. VAN DE VELDE Ir., Kleins Markt 58, Vlissingen. Felste Inters. 18 Verschijnt degelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdag» FEUILLETON Roman door MINA VON HALM. Budheidkundiga Verzameling. VL1SSINGSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.3® per drie maanden. Franco door het geheele rijk 1.50. Voor België 2.2® Voor overige landen der Post-Unie ƒ3.35 Afzonderlijke nummers 3 cent ADVERTENTIEPRIJSVan 1—4 regels ƒ0.40voor iedere rejtel as ut IS cr-uf Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Bij abonnement éoseiate prijs Reclames 20 ct. per regel Dienstaanbiedingen en -aanvragen 5 ct. per rege! De abonnés, in't bezit eener f| f|gulden bij levens- rf P? ft gulden bij dood AAA gulden bij verlies prt gulden bij verlies |f|f|gulden bij verlies f* gulden bij verlies polis, zijn GRATIS verze- 111111 lange ongeschikt- 11 door IS I van een hand, Int IE van 11 8 8 R van een Ht van eiken kerd tegen ongelukken voor: fedU UU heid tot werken i een ongeluk %3 U W voet of oog J. een duim iivW wijsvinger Ctv anderen vinge;. Suxs ultkeerlngen worden VERDUBBELD indien de verzekerden, voorzien van geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot ol tram. De ultkeering wordt gewaarborgd door de „Holl. /tig. Verzek. Bank" te Schledaic Zij die zich met 1 Juli op de da gelijks uerschijnende „VLIS- SINGSCHE COURANT" abon- neeren, ontuangen de Courant tot dien datum GRATIS. Theologen en algemeene dienstplicht. Door een aantal predikanten is aan de Regeering en aan de Tweede Kamér het volgende adres gezonden, waarin adressanten zeggen, dat de actie, die thans van theo logische studenten, predikanten en theol. hoogleeraren uitgaat, niet slechts om aan te dringen op sterker weer macht van den Nederlandschen Staat, maar ook op het doen opheffen der vrijstelling van dienst voor studenten in de godgeleerdheid en predikanten, geenszins de algemeene instemming hunner studie- en ambtgenooten vindt dat inderdaad vele predikanten zich tegen den oerlog in welken vorm dan ook, meermalen en openlijk van den kansel, op catechisatiën, bij huisbezoek, in vergaderingen, door middel van geschriften, uit kracht van hunne diepste overtuiging hebben verzet dat het hun, gelijk zonder twijfel ook u, bekend is, hoe meerdere land- genoaten tegen hun beginselen en overtuiging in, onder de wapenen zijn waarom zij, het recht op conscien- tievrijheid onverkort willende gehand haafd zien, ontheffing vragen van den militairen dienst, niet voor zichzelf als predikanten, maar voor allen, die tegen militairisme en nationaal ver weer onoverkomelijke gewetensbe zwaren hebben dat zij zich met des te meer ver trouwen tot u wenden, omdat bij de behandeling der eedskwestie van re- geeringszijde blijk werd gegeven van de oprechte bedoeling staatsburgers niet te noodzaken tot handelingen in strijd met de uitspraak van hun ge weten, een bedoeling, welke bij de meerderheid van de volksvertegen woordiging in deTweede Kamer open lijk en onmiskenbaar instemming ge vonden heeft. Een verbannen predikant. Men meldt aan de „N. R. Ct." dat ds. B. de Ligt, predikant der Ned. Herv. Kerk te Nunen, naar aanleiding van een op Zondag 6 Juni gehouden preek in de Ned. Herv. Kerk te Eindhoven, over het tegenwoordige leven in zijn tegenspraak mst Joh. 4 vs. 24; 3 vs. 21, 32 en Hand. 2 vs. 40—47, Dinsdagavond j.l. door twee marechaussées is aangezegd, dat de commandant van het veldleger Buhl- man hem verbannen heeft uil het in 81. (Nadruk verboden.) De trein, waarvan ze gebruik maakte was niet erg bezet. Meneer en me vrouw von Wege vergezelden Thea. Ze waren een weinig laat aan het station gekomen. Mevrouw von We ge, die aan spoorwegkoorts leed, ook wanneer ze zelfs anderen verge zelde, dreef Thea aan om in te stap pen en overhandigde haar daarna den geurigen ruiker voorjaarsbloemen, welken meneer von Wege haar had geschonken, toe. Het schijnt, dat ik de eenige pas sagier in deze afdeeiing ben, merkte Thea tevreden op. Ik kan dus op mijn gemak mijn nachtrust genieten en kom dan morgenochtend ook niet te verreisd op Schönhaide aan. Het laatste sein voor vertrek werd gegeven. staat van beleg verkeerende gebied, omvattende de provinc.ën Zeeland, Liinoarg en Noord Brabant grooten- deeis, zoodat hij zijn gemeente moest veriaten. Gisterenmiddag moest hij vertrekken. Ds. de Ligt behoort bij de „Chris ten-socialisten." - 1 Uit het jaarverslag van de Commis sie ten behoeve van de Oudheid kundige verzameling der gemeente Vlissingen ever hef jaar 1914, blijkt dat ook de samenstelling der boven genoemde commissie ongewijzigd bleef en dus bestond uit de heeren jhr. mr. A. A. van Doorn van Kou- dekerke, voorzitter, C. A. Kalbfleisch en P. F. Auer, leden, terwijl de archl varis der gemeente de functiën van secretaris-penningmeester vervulde. Het „Stedelijk Museum," dat dit jaar de Oudheidkundige Verzameling gastvrij binnen zijn wanden opnam, heeft de commissie niet teleurgesteld, wat de bergruimte aangaat en de voor bet doel zeer geschikte vertrekken. Bij de rangschikking er. ordening, hoofdzakelijk het werk van den heer Kalbfleisch, daarin bijgestaan door den secretaris, bleek eerst goed, hoe veel men gewonnen had bij de over plaatsing. De geheele benedenverdie ping werd in beslag genomen en niet aileen de commissie, maar ook de bezoekers zijn het er over eens, dat „ailes nu veel beter tot zijn recht komt." In een enkel opzicht acht de commissie de verplaatsing een be zwaar, maar dit enkele bezwaar wordt ruimschoots overtroffen door de voor- deelen. En wat dan wel het bezwaar is Wat „stand" betreft overtrof de grijze toren, overblijfsel van het twee tal, dat diende als dreigende flan keering der poort aan den drukken verkeersweg tusschen Koudekerke en Vlissingen, waarlangs de boeren hunne waren op de Groote Markt brachten, nu gelegen aan den druk beganen Boulevard pantoffelparade van den ingezetene, maar ook van den vreem deling het moderne heerenhuis aan de stille zijde vaa het Bellamy- park. De vreemdelingen, de „dagjes- menschen" die op Zondagen in vre diger tijden ui! de Vlaamsche beem den' de badplaats bezochten en dan even het „Musée d'ant'quiié's" bin nenwipten, bleven ook vóór de cata strophe van 4 Augustus meest alien weg. De bordjes, die hen wilden doen terugkeeren, misten hun doel, daar de zee ben lonkte en lokte, en de oude kunst of de oude merkwaardig heid moest het afleggen tegen deze verleidelijke sirene. Vandaar dan ook, dat het bezoek aan het museum ook vóór Augustus verre bleef beneden dat van de laatste jaren. Duizend maal dank voor al uw liefde en goedheid, zei Thea ontroerd, terwijl ze mevrouw von Wege nog gauw de hand toestak. Gelukkige reis, Theaajte. Groet de Elmers van mij Een ruk en de raderen der waggons zetten zich langzaam in be weging. Vervolgens ging het al snel ler en sneller op de gladde rails het donkere bosch in, dat heerlijk frisch was. De Wege's waren op het perron blijven staan en zagen den trein voorbijrollen. Verscheiden reizigers stonden, om dat het zulk mooi weer was, voor de geopende portierraampjes. Hier wuifde men met een zakdoek, daar klonk een laatste afscheidswoord, dat door het geratel van den trein over stemd werd. Uit een coupé eerste klasse keek een gebruind mannengeiaat. Mevr. von Wege vatte den arm van haar man. De hemel sta mjj bij als dat niet Odo von Elmer was dan was het zijn geest. Ik meende, dat Odo in Palestina Het Museum stelde moderner eischen dan de oude toren. Een in wonende concierge verving onzen ouden trouwen torenwachter, die meende zich niet te kunnen aanpassen aan den nieuwen eisch.Met ingang van Februari werd de heer W. Fraterman alhier ais concierge benoemd, nadat zijn voorganger zijn op de meest eer volle wijze verkregen ontslag ontvan gen had. De nieuwbenoemde is lang zamerhand in de geheimen ingewijd en het ontbreekt hem niet aan den noodigen ijver. Met zijn vrouw is hij tevens belast met het onderhoud van het'geheele gebouw, .waarbij ook het Oud-Archief. Zoowei door aankoop als door ge schenken is dit jaar de collectie eenigszins vermeerderd. Moesten we daareven er op wijzen, dat het aantal bezoekers reeds voor Augustus veel minder was, en na die noodlottige maand geringer dan ooit, toch mag met vreugde geconstateerd worden, dat de wensch, de hoop in 1913 in het vorig jaarverslag uitge sproken, dit jaar niet beschaamd is. Het aantal leden steeg nl. van 39 tot 102, en werd dtis bijna verdrievou digd. Dit goede gevolg had dan toch de verplaatsing naar de bewoonde wereld, al moesten we dan de juist heid van: „Wie aan den weg timmert heeft veel bekijks" in negatieven zin ondervinden. De belangstelling der ingezetenen nam toe en dat is een verblijdend verschijnselook finan- tieel. Wat ondanks het feit, dat het aantal betalende bezoekers dit jaar slechts 388 bedroeg, en dus 407 min der dan het vorig Jaar, de ontvang sten stegen van f 153,50 tot f 192,80 de contributie's alleen van f74 tot f 154; het geheele aantal belangstel lenden bedroeg 448. Het Museum werd den 12den April weder voor het publiek geopend. De wederopenstelling had zonder eenige plechtigheid plaats. In de „Vlissing- sche Courant" van 11 April had de secretaris in een beknopt artikel de Geschiedenis van het Museum nage gaan. Ten slotte rest ons nog den wensch uit te spreken, dat het jaar 1915, wat het aantal bezoekers betreft, beter moge zijn, helaas zijn de voorteekenen die op een vrede wijzen nog even schaarsch als bij den aanvang van den oorlog. Wij kunnen niet ontkennen, dat wij ook voor het museum vrees gekoes terd hebben bij de dreigende gebeur tenissen buiten onze grenzen. Het uit oudheidkundig oogpunt bovendien veel geteisterde Vlissingen weet ge noeg van oorlogservaringen mee te spreken, dat niet de commissie ten behoeve van de Oudheidkundige Ver zameling haar voldoening er over moet uiten, dat de dreigende wolken was. Je hebt het mij immers zelf ver teld. Nu, dan heeft hij in elk geval een dubbelgangerIk zou er echter op willen zweren, dat hij het in eigen persoon was. Hoe is 't mogelijk, dal het lot de menschen zoo door eikaar brengt. Daar rijden Odo en Thea nu in een en denzellden trein. Den he me! zij dank, dat ze daarvan tenmin ste nu nog geen vermoeden hebben. Verandeid kan de zaak immers toch niet wordenze moeten wel reisge- nooten blijven. Maar ik vrees, dat Thea reeds na een paar dagen Schön haide verlaat, als ze weet dat Odo weer thuis is. Ze heeft mij gezegd, dat eerst tot een bezoek op Schön haide besloot toen ze toevallig ver nam, dat Odo naar Palestina gegaan was. En nu meet die ongeluksmensch juist thuiskomen en de arme Thea het verblijf op Schönhaide, waarvan ze zich zooveel voorstelde en dat ik haar zoo van harte gunde, bederven I De trein raasde door den stillen, helderen nacht. Thea was de eenige passagier in een damescoupé tweede klasse. Ze dacht niet aan slapen, had het buiten onze landpalen zich ontlast hebben. Moge dit zoo blijven en het volgend jaarverslag even optimistisch eindigen. Gemeentelijk Werk. loozenfonds. Aan het verslag van het gemeente lijk werkloozenfonds te Vlissingen over het boekjaar 1 Mei 1914—30 April 1915, is het volgende ontleend: In de samenstelling van het bestuur kwam in het afgeloopen jaar geen verandering, aangezien de heer P. Merckens die periodiek altrad, in de raadsvergadering van 9 October 1914 tot voorzitter herbenoemd werd. In de plaats van mr. H.J. Bunscho ten, aan wien op diens verzoek tegen 1 Mei 1914 eervol ontslag werd ver leend, werd door Burgemeester en Wethouders als secretaris aan bet bestuur toegevoegd de heer mr. dr. J. F. Veeren. Tot het fond werden toegelaten de zes volgende vereenigingen Afdeeiing Vlissingen van den algemeenen Ne derlandschen Typografenbondafdee iing Vlissingen van den algemeenen Nederlandschen Sigarenmakers- en TabakbewerkersbondChrist, werk loozenfonds „Hulp naar Vermogen" afdeeiing Vlissingen van de Zeemans- vereeniging „Volharding"werkloos heid-verzekeringskas „Schelde"Vlis- singscheSchildersgezellenvereeniging. Geen der vroeger toegelaten ver eenigingen heeft zich van het tonds afgescheiden, zoodat op 30 April 1915 daarbij twaalf vereenigingen waren aangesloten. Het gezamenlijk ledental der ver eenigingen, die reeds bij het begin van het boekjaar waren aangesloten, bedroeg op dat t^dstip 173 en op het einde van dat jaar 202. Het ledental der in den ioop van het jaar toegelaten vereenigingen be droeg op 30 April 1915 1783, zoodat het gezamenlijk ledental van alle aan gesloten vereenigingen op het einde des boekjaars 1985 beliep, tegen 173 op het einde van het vorige jaar. De omstandigheid, dat het aantal aangesloten vereenigingen verdubbeld is, is vooral toe te schrijven aan den oorlogstoestand, die in het begin van Augustus 1914 intrad en in het maat schappelijk leven groote stagnatie veroorzaakte, waardoor in vele vak ken werkloosheid dreigde. in den nood, die hierdoor allengs zou ontstaan, moest zooveel mogelijk voorzien worden, ten opzichte waar van uit den aard der zaak het Ge meentelijk Werkloozenfonds een be langrijke taak zou hebben te ver vullen. Een leidraad voor de wijze, waar op de in ons land bestaande Ge meentelijke Werkloozenfondsen en Werkloosheidskassen deze taak had raampje niet omhoog getrokken, maar liet de zachte nachtlucht ongehinderd binnenstroomen. Bij een groote halte kreeg Thea tot haar heimelijk leedwezen gezelschap. Drie dames waren het, die met veel handbagage en met veel drukte de coupé binnendrongen en daar zoo ruim mogelijk plaatsen innamen. Thea hield zich slapende, daar haar de nieuwsgierige blikken der praatzame reisgenooten onaangenaam waren.Haar verschijnen had den. tooverkring der herinneringen, die de jonge vrouw ender den rit om zich had getrokken, verbroken. De dames spraken met elkander, zonder zich om de schijnbaar sla pende medereizigstet ook maar eenigs zins te bekommeren, zeer luide en druk. Thea luisterde nauwelijks naar hetgeen gesproken werd 't was haar onverschillig, waar men 'tover had. Doch plotseling hoorde ze een naam. ik zeg je, Bertha, hij was het stellig Odo von Elmer? Neen, mijn beste, je moet je vergissen Mijn broer, die immers dokier in de buurt van Elmershorst is,schreef me nog onlangs, den uit te voeren, gaf de door den minister van landbouw, nijverheid en handel bij circulaire van 22 Augus tus 1914 aan de gemeentebesturen voorgestelde bijzondere regeling, ten doel hebbende: lo. de instandhou ding van de bestaande werkloos- heidskassen 2o. het aanbrengen van eenige min of meer belangrijke wijzigingen in de bestaande verordeningen op de werkloosheidsverzekering, opdat zoo mogelijk alle werkloozenkassen van den steun der gemeentelijke werk loozenfondsen konden genieten. Daartoe uitgenoodigd, diende het bestuur het college van Burgemees ter en Wethouders van advies in zake de hierbedoe!de„noodregeling Treub." Algemeen erkende het bestuur het groote belang van een dergelijke re geling voor hen, die door het regel matig betalen eener premie getiacht hebben in den nood tengevolge van werkloosheid te voorzien. Hierdoor zou het tevens mogelijk zijn de be trokken arbeiders buiten de hulp der particuliere steuncomités te houden en de vaak met zooveel zorg tot stand gebrachte werkloosheidsverze kering te doen blijven functioneeren. In zijn advies d.d. 15 September gaf het bestuur Burgemeester en Wethouders dan ook in overweging met terzijdestelling voorzooveel noo- dig van eenige bepalingen van de gemeentelijke verordening, de mi- nisterieele regeling ie aanvaarden. Daarop is door Burgemeester en Wethouders bij schrijven van 7 Oc tober aan den gemeenteraad het voorstel gedaan om, in overeenstem ming met het advies van het bestuur van het Gemeentelijk Werkloozen fonds, mede te gaan met de door den minister voorgestelde tijdelijke regeling betreffende de uitkeering aan leden van de bij het fonds aan gesloten of nog aan te sluiten ver eenigingen en met betrekking tot de eischen van toelating voor de nog niet daarbij ingeschreven kassen. In de Raadsvergadering van Vrijdag 9 October 1914 werd het bovenbe doelde voorstel van Burgemeester en Wethouders ongewijzigd aangeno men en de uitvoering der „noodre- geling" opgedragen aan het bestuur van het Gemeentelijk Werkloozen fonds, waaraan bovendien een extra- crediet tot een maximum van t 1000 verstrekt werd. Door het aanvaarden van de mi- nisterieele regeling gelden, zoolang de noodregeling duurt, de volgende van de Verordening op het Gemeen telijk Werkloozenfonds afwijkende be palingen lo. de uitkeeringen kunnen geheel voor rekening van het Ge meentelijk Werkloozenfonds plaats vinden. 2o. de uitkeeringen zijn niet aan een maximumduur gebonden. 3o. dat meneer von El-ner van zijn reis door de halve wereld nog niet terug was. Maar ik ken meneer von Elmers horst persoonlijk, beste Bsrtha Ik heb hem verscheiden keeren ontmoet en ben zeifs eens zijn lafelbuurvrouw geweest. Ik wed om alles, wat je wilt, dat hij het was, die zoo pas aan de halte koffie dronk. Ik keek hem nog achterna, toen hij in de coupé eerste klasse stapte. Zijn gelaat is door de Zuiderzon gebiuind. Ik vind hem veel knapper dan vroeger. Ik heb hem vroeger nooit ge zien en aileen maar veel van hem gehoord, antwoordde de dame, die met Bertha werd aangesproken. Zijn verbroken verloving gaf indertijd veel stot tot gesprek. Nu, hij z?l zich daar thans wel al lang overheen gezet hebben, mengde zich de derde dame in 't gesprek. Men zegt, dat hij met zijn nichtje Magda zal trouwen, zei de eerste. Ik bedoel met de kleine Elmer von Schönhaide. Zij en barones Sanzen zijn onlangs uit het buitenland terug gekeerd. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1915 | | pagina 1