l
i
ongeil.
süsT
2000
erary
WOENSDAG
12 MEI
53e Jaargang
NMM
1TIEVE
Ie Meiboom").
cheldestr. 27.
["RIK, Voorzitter,
E, Vice-Voorz.
1LTE, Secretaris.
3AGME1D
ïhoaders.
mtgaveFirma F. UAH DE VEIDE Ir., Kleine Marti 58, Vlissingen, Teleloon Interc. 10
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag on algemeen erkende Christelijke feestdagen
KAMEROVERZICHT.
FEUILLETON
Bomen door MINA VQN HALM.
Nederland en de Oorlog.
No. Ill
1915 5=
i voorraad te rui-
100 gladiolussen
uren en 150 ane-
!s in 20 kiemen
omer in kamer en
bloemen. Dit ge
van 250 z0mer.
h ,erwii1
bestellers boven»
'onderhol ontvan
e en zonder water
vieijer, Scheemda.
larts A. FR1E- 5
k te Arnhem, J
lel gebracht:®
*sta", welke®
Jigd is ter be- A
t tandbedert. Z
e tanden met j
O
0.25 per doos. Q
30 per doos. Q
het tandbederf
ndheid en de
irdt bestreden
gebruik van»
DP AST A. J
V
tndere gemeenten
teren.
Vlissingen.
often tot een
I, 2000.-.
Deposito,
g-Courant.
en Beleening.
voegen
driKstraat 24.
■stuur
raagt een flinken
ht te veranderen
branche, alleen
na. Br. molto
„Vllss. Courant."
Boulevard de
Telefoon 46,
1
e, In den Nacht,
eunis van Lutje-
ter, Flauwe Kul,
Kamerjacht, Een
>kop, De Bochel
aar het Tooneel,
iletten, Nationale
en, die wij voor
bij cadeau: Een
gin Wilhelmina;
BoeKhandel
'dam.
Wilhelnoln®'
»lï-cursussen.
>t 10 uur, iedere
eisjes toegelaten,
eel te nemen ge-
straat.
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.30
per drie maanden. Franco door het geheele rp 1.50. Voor België 2.20
Voor overige landen der Post-Unie 3.35 Afzonderlijke nummers 3 cent
ADVERTENTIEPRIJSVan 1—4 regels ƒ0.40voor iedere regel meer 10 cent
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Bij abonnement speciale prijs
Reclames 20 ct. per regel Dienstaanbiedingen en -aanvragen 5 ct. per regel
De abonnés, in 't bezit eener
polis, zijn GRATIS verze-
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken
gulden bij dood rtOfïgulden bij verliest gulden bij verliest (Tbf|gulden bij verliesftffgulden bij verlies
IB I door II van een hand, I g vanj I H IE g van een M *1 van eiken
tërd tegen ongelukken voor: UUUU heid tot werken f UU een ongeluk UUU voet of oog 1UU een duim JLtLf U wijsvinger fdïi anderen vinger.
p«ic ultkeerlngen worden VERDUBBELD Indien de verzekerden, voorzien van geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot ol trnm. De ultkeerlng wordt gewaarborgd door de „Holt. Alg. Verzek. Bank" te SehledaB
Morgen, zal
wegens den
Hemelvaartsdag, geen
nummer van ons blad
verschijnen.
Vergadering van Dinsdag.
Maandagmiddagstond de heer Juten
drie kwartier aan één stuk, zijn lange
lijst klachten en grieven afratelend.
't Was avond geweest, 'twas mor
gen geweest en om half twaalf stond
de heer Juten weer op het spreek
gestoelte om de lawine voort te zetten
even onverstaanbaar en voor een even
klein publiek. De militaire autoriteiten
waren weinig vriendelijk tegenover
de burgeroverheid. In het grensplaatsje
Putte werd de burgemeester op bevel
van den commandant geplaagd en
gesard; in Bergen op Zoom werden
de militairen verhinderd hun stemrecht
uit te oefenen bij de verkiezing voor
de Provinciale Staten op Drie Ko
ningen werden de katholieke militairen
niet in de gelegenheid gesteld hun
kerkelgke plichten te vervullen enz.
Na den heer Juten de heer Ketelaar,
die jammerde over hetgeen in het
Gooi is gebeurd, waar de militaire
autoriteiten veel te overhaast zijn te
werk gegaan met hun bevelen tot
ontruimen van hun woningen. Vele
personen hebben daarbij groote schade
geleden en mogen billijkerwijze eenige
aanspraak doen gelden op vergoeding
van regeeringswege. Er zijn huizen
afgebroken en andere zijn ontruimd,
terwijl later bleek dat al die bevelen
te voorbarig zijn geweest. De minister
verwijt de betrokken personen dat zij
te haastig waren en deze personen
verwijten de autoriteiten hun overijling.
Nadat nu weer voor de variatie
eens de heer Spiekman had gejam
merd over de te lage uitkeering aan
de gezinnen van de gemobiliseerden,
kwam de heer Smeenge met een be
schouwing over de ontwikkeling en
de uitspanning voor de militairen.
Ook al geen nieuws.
Ais een herademing kwam de rede
van den heer Lieftinck, die ons ten
minste weer eens eenigermate heeft
laten lachen.
Met al dat verbieden in het leger,
kom je geen stap verder, meent hij.
Ieder verbod prikkelt tot verzet en
verzet is er in het leger al genoeg.
Het Volk is niet zoo'n kwaad blaadje.
Gezellig is het niet en stichtelijk ook
niet altijd. Maar dat is de Standaard
ook niet.
Men moet niet zoo overdrijven,
meent de heer Lieftinck. Met het
vloeken bijv. loopt het zoo'n vaart
niet. Als een juffrouw „ajasses" zegt,
47.
O(Nadruk verboden.
.Die twee loopen thans heelemaal
veranderd rond en zeggen bijna niets.
Jouw invloed zou hier stellig gunstig
werken.
Ik kus en omhels je duizend keer.
Je Magda.
T.S. De complimenten aan mevrouw
ie tante."
Jella bevond zich in Meran, toen ze
dezen brief uit het verre vaderland
ontving. Men had haar hem uit Nizza
achterna gezonden.
In 't eerst had een gevoel van ge
luk haar beheerscht, toen ze bij het
lezen de zekerheid had gekregen, dat
hem, om wien ze zooveel had gele
den en nog leed, voor wiens lot en
'oekomst ze zich zoo bezorgd had
gemaakt, de drukkendste zorgen van
de schouders waren genomen.
vloekt ze ook en dat vinden zij mis
schien wel aardig. Het is de ervaring
van dezen zeer bejaarden afgevaar
digde dat het vloeken zeer veel min
der is dan vroeger. Men meent het
bovendien zoo kwaad niet met dat
vloeken.
Een andere vermakelijke stelling
van den heer Lieftinck is het ook,
dat de zedelijkheid de paardenfokkerij
heeft belet. Het beruchte totalisator-
verbod, belichaamd in het vermaarde
amendement van Vuuren heeft de
paardenfokkerij achteruit gezet. Thans
heeft het leger daarvan de nadeeien
ondervonden het gebrek aan paar
den is niet geringhet is bekend dat
vele cavaleristen tegenwoordig op een
rijwiel worden gezet, omdat er geen
paarden genoeg zijn. Nu de ervaring
zulks heeft geleerd hoopte de heer
Lieftinck dat de minister in overleg
met zijn collega van Justitie eens zou
overwegen of het niet gewenscht is
een voorstel van wet in te dienen,
waarbij het amendement-van Vuuren
ongedaan wordt gemaakt.
De klachten werden nog eens ge
resumeerd door den heer Bos. Van
belang uit diens rede is alleen zijn
vraag aan den minister om eindelijk
eens een overzicht te verkrijgen van
de uitgaven, al is het dan slechts over
de eerste maanden.
De vijfde sociaal-democraat, de heer
Schaper, had tot onderwerp den sa-
nitairen dienst in het leger, waarvan
natuurlijk niets deugt. Overigens stak
hij geestig den draak met de jongste
order in zake het salueeren van de
lagere kaderleden.
Daarna de heer Fruijtierniets
nieuws.
Daarna de heer Elanddito.
De „Katwijk."
Over de verklaring der Duitsche
regeering betreffende het torpedeeren
van de „Katwijk" zegt de „N. R. Ct."
Met deze verklaring, waarmee het
pijnlijke geval van de „Katwijk" wordt
besloten, geeft de Duitsche regeering
gevolg aan de toezeggingen, vervat
in haar nota van 19 April. De ver
klaring van gisteren kon na die van
19 April vanzelf worden tegemoetge-
zien. Ja, er waren in Duitschland in
de pers stemmen opgegaan, die insi
nueerden, dat de vernieling van de
„Katwijk" een zet van een Engelsche
duikboot geweest zou zijn, doch wie
de feiten van de laatste weken voor
zich had, verkeerde geen oogenblik
in twijfel omtrent de herkomst van
de torpedo, die den ondergang van
de „Katwijk* veroorzaakt had. Dat
de Duitsche regeering zelve daarom
trent zeer weinig twijfel koesterde,
was uit hare loyale verklaring van
Alfred was nu niet meer de geruï
neerde grondbezitter, op wiens onver
mijdelijk bankroet de afgunstige we
reld reeds lang geloerd had, neen, hij
was thans een man, die zijn werk
kracht, al zijn kunnen in dienst van
een edelen man had gesteld, wien hij
zijn redding op het laatste oogenblik
dankte.
En voor de eerste maal dacht Jella
zonder wrok aan het huwelijk van
haar stiefbroer. Ze was zelfzuchtig
op dit oogenblik en vergat, wat Thea
Odo had aangedaan.
Alles had zoo moeten komen.
Wanneer Odo met Thea getrouwd
was, zou hij, op het punt van een
huishouding te beginnen, misschien
zijn neef niet zoo royaal geholpen
hebben.
Bovendien zou Thea haar echtge
noot waarschijnlijk voor den aankoop
vanSchönhaide hebben gewaarschuwd.
Alfred was haar niet sympathiek, dat
had Jella onmiddeiijk gevoeld. En
Thea's invloed op den verliefden
Odo zou geen geringe geweest zijn.
De hemel zegene je, beste, edele
manzei Jella bij zichzelven.
Zij zat in een verborgen prieeltje
19 April reeds duidelijk, evenzeer als
daaruit mocht afgeleid worden, dat
zij niet achter uitvluchten, als de Duit
sche pers haar aan de hand poogde
te doen, zou willen schuilevinkje gaan
spelen. De verklaring van gisteren is
dus als het ware nog slechts de hand
slag, waarmee de belofte van 19 April
formeel is bezegeld het gebaar, waar
mee een zaak, die reeds een drietal
weken geleden principieel was be
slist, thans tot een slot werd ge
bracht; een gebaar, dat prof. Kern
kamp in het vervolg op zijn jongste
beschouwingen in De Vragen des
Tijds ais een daad zal blijken te zien
maar een gebaar niettemin, omdat
de erkenning van ongelijk, en de be
lofte tot schadevergoeding, voor wie
niet met de Duitsche persscribenten
aan Engelsche perfidie wilden geioo-
ven reeds in de Duitsche verklaring
van 19 April was vervat.
Het communiqué van gisteren geeft
eenige opheldering, hoe de Duitsche
commandant van de onderzeeër ertoe
gekomen is een torpedo op de „Kat
wijk" los te laten. Het is eene op
heldering ais eene andere, en ze ver
klaart niet, waarom de commandant,
schoon daartoe aangeroepen, in het
geheel geen neiging gevoeld heeft, de
opvarenden van de „Katwijk", die in
roeibooten waren overgegaan behulp
zaam te zijn maar in elk geval
blijkt eruit, dat „de thans voor neu
trale schepen gebruikelijke kenteeke-
nen" ook van Duitsche zijde als zoo
danig worden erkend. Men mag dus
de hoop koesteren, dat de bevelheb
bers van Duitsche -suikbooten in den
vervolge, vooral ook als het tusschen
licht en donker is, behoedzamer zul
len zijn.
De „Nieuwe Ct." schrijft o.a. De
eenige die bij de omstandigheden
waaronder de „Katwijk" te gronde
ging, in staat wa9 vast te stellen of
de aansprakelpheid op de Duitsche
marine ruslte, was de Duitsche regee
ring zelve. Dat zij het resultaat van
haar onderzoek thans zonder eenige
terughouding bekend maakt, bewijst
de volkomen loyauteit van de voor-
loopige geruststelling, welke zij onze
regeering deed toekomen, nadat haar
uit onze pers gebleken was, welk een
ontsteltenis het feit hier te lande had
gewekt. Het bevestigt tevens opnieuw
den ernst van de verzekering, kort
voor het gebeurde met de „Katwijk"
officieel te Berlijn aan baron Oevers
verstrekt, dat de toen voorgevallen
scheeps-incidenten in het minst niet
mochten worden uitgelegd als teeke
nen van een verandering van de Duit
sche politiek jegens ons land.
De consequentie der verklaring van
19 April wordt thans ook natuurlijk
ten volle aanvaard. De Duitsche re
geering spreekt haar oprecht leedwe
zen uit wegens het gebeurde, waar
in den tuin van een hotelom haar
heen zoemden bedrijvig honingzoe-
kende bijen en geurden bloemen;
boven haar welfde zich een blauwe
hemel met witte wolkjes. De geheele
natuur om haar heen was wonder
schoon en allerminst een aanleiding
om zoo zwaar te zuchten, als Jella
Greenhoff dit zoo juist deed. Zij ge
voelde het, ztj droeg de schuld, dat
Alfred zoo veranderd was.
En toch vond ze, dat ze goed had
gehandeld, ioen ze weinige maanden
geleden Alfred's aanzoek van de hand
had gewezen om zijnentwille.
Was nu alles uit tusschen hen bei
den Jella sloeg beide handen voor
het gelaat, boog het hoofd als onder
een zwaren last en weende bitterlijk.
HOOFDSTUK XXII.
Aan de korle spoorlijn, welke Riga
met de klein Koeriandsche stad Tuc-
kum verbindt, ligt de badplaats Kern-
mem, die druk bezocht wordt om haar
genezing brengende zwavelbronnen.
Ook gezonden, die een zieke ver
gezellen, kunnen prettig leven in het
stille plaatsje, dat dicht bij de drukke
modebadplaatsen van de Baltische
aan elk opzet vreemd is geweest en
verklaart zich bereid de veroorzaakte
schade te vergoeden.
Deze afloop van de geschiedenis
met de „Katwijk" is, temeer nu door
een gelukkig toeval daarbij geen
menschenlevens waren verloren ge
gaan, voor ons land in hooge male
bevredigend. De bezorgdheid dat een
onheil van dergelijken aard een Hol-
landsch schip opnieuw kan treffen,
blijft weliswaar bestaan. Maar de
openlijke bekendmaking van de be
gane vergissing en de aanbieding
van verontschuldiging en schadever
goeding door hun regeering, zal de
commandanten der duikbooten mis
schien nog meer dan een herhaling
van de hun vroeger gegeven instruc
tie. herinneren aan hun verplichting
om bij het vervullen van hun oor-
logstaak gewelddadigheden tegen
neutrale schepen met de meeste zorg
vuldigheid te vermijden.
Het standpunt van onze Regeering
door de overgroote meerderheid van
de natie goedgekeurd, om onze on
zijdigheid te midden der oorlogvoe
renden te handhaven en ons land den
oorlog te besparen, zoolang de na-
tionate eer en levensbelangen het
gedoogen, is door de van Duitsch
land verkregen genoegdoening voor
het aanvankelijk zeer schijnende
„Katwijk" incident, opnieuw versterkt.
Moge in Nederland zelf, zooals het
in zijn regeering vertrouwen stelt,
alles vermeden worden wat dit stand
punt kan verzwakken.
Nederland en de „Lusitania"-ramp.
De Nederlandsche gezant te Was
hington bracht een bezoek aan het
departement van buitenlandsche zaken,
en zette daar uiteen, onder opmer
king, dat ook Nederlandsche onder
danen onder de slachtoffers van de
„Lusitania" voorkwamen, dat de hou
ding van de Nederlandsche regeering
in deze zaak, dezelfde was als die van
de Vereenigde Staten.
De gezant herinnerde er aan, dat
ook Nederlandsche schepen waren
getorpedeerd, en dat de Nederland
sche handel geducht geleden had.
Bryan constateerde, dat hei Duit
sche gouvernement nimmer de aan
dacht van 't departement van buiten
landsche zaken der Vereenigde Staten
op de annonce in de bladen gevestigd
had, waarin de Amerikanen gewaar
schuwd werden teger. het passage-
nemen op vijandelijke schepen.
Sergeant-majoor-instructeur.
De inspecteur der infanterie heeft
verklaard, dat geen examen zal wor
den afgenomen voor den rang van
sergeant majoor-instructeur.
Op de korpsgewijze ranglijsten voor
dien rang komen nog 75 candidaten
voor, terwijl op de wapenlijsten reeds
40 candidaten zijn geplaatst, zoodat
Oostzeekust ligt.
De Bingers hadden in Kemmern
een aardige kleine villa gehuurd. De
andets zoo levensluchtige jonge vrouw
werd zoozeer door haar moederlijk
gevoel beheerscht, dat ze, uit vrees,
dat haar lieveling later door een ern
stiger kwaal bezocht zou kunnen wor
den, er op aangedrongen had om
naar de zwavelbronnen te gaan, waar
een gerenommeerd arts den kleine
behandelde.
Je kunt immers altijd, zoo dik
wijls je lust hebt, naar Dubbeln of
Majorenhoff gaan om je daar te amu
seeren kennissen vind je er stellig,
had Anna von Bingen tot haat man
gezegd, toen deze als zijn meening te
kennen gaf, dat men mogelijk toch
wel wat te voorbarig handelde met
zich uit stellig overdreven bezorgd
heid in de allerstilste badplaats als't
ware te begraven. Ik zal, vervolgde
ze, natuurlijk alleen bij uitzondering
baby alleen laten maar jij behoeft je
daarom niet altijd aan mij te storen,
Karl, jij moet volkomen meester over
je tijd blijven. Ik zal wel zorgen, dat
ik mij niet verveel. Ook hoop ik in
stilte, dat mama en Jella ons in 't be-
dus in de eerste jaren deze ranglijs
ten niet zullen zijn uitgeput.
Eerst wanneer die korpslljsten zijn
uitgeput, zal worden overwogen,
welke onderofficieren krachlens hun
anciennifeit tusschen de hoogste num
mers der wapenlijst zouden moeten
staan.
Voor dezen zal alsdan worden over
wogen of zij een opleiding voor ser
geant-majoor instructeur alsnog kun
nen volgen om hun bevorderingskan
sen niet te benadeelen.
Vlissingen, 12 Mei.
Bezoek minister Poullet.
Gisterenmiddag 5 uur werd de
Belgische minister van onderwijs,
kunsten en wetenschappen, de heer
Poullet, ontvangen in de sociëteit van
het Belgisch loodswezen.
Daar waren tegenwoordig de in
specteur van het Belgisch loodswe
zen, de Belgische consuls, de heeren
J. van Boven alhier en Van Cantfort
te Ter Neuzen, het bestuur van de
sociëteit, bijna het geheele loodsen-
corps en verder vertegenwoordigers
en de vereenigingen „Troost in
Nood'en de Belgische vakvereeniging.
De minister werd het eerst met
enkele woorden toegesproken door
den heer de Bal, die hem de ver
schillende corporaties voorstelde.
Daarna werd 't woord gevoerd door
den president van de loodsen-socie-
teit, den heer M. Maassen, die na
allereerst den minister het welkom
te hebben toegeroepen, in een kern
achtige rede uiteenzette wat de
ioodsensocieteit heeft gedaan voor de
beproefde landgenooten, slachtoffers
van den oorlog, die herwaarts waren
gekomen en door de sociëteit liefde
rijk werden geholpen. Hij wees daar
bij op de hulp van de vereeniging
St. Vencentius a Pauio ondervonden
die niet minder dan 38000 porties
eten voor de vluchtelingen heeft
klaargemaakt.
De heer Maassen bracht groote
hulde aan den Koning en de Konin
gin van België, wees op de innige
verkleefdheid van het Belgische
loodsenpersoneel aan hun dierbaar
vaderland en eindigde zijn rede met
de hoop uit te spreken dat Koning
Albert weder ais koning van het vrije
België naar Brussel zal mogen terug-
keeren.
Deze rede werd met luid applaus
begroet.
De heer Poullet, die daarna het
woord nam, zette nogmaals in het
kort uiteen wat België door den
oorlog heeft geleden en dat het
slechts daartoe gedwongen, naar de
wapenen heeft gegrepen, omdat het
niets liever had gewild en ook ab
soluut geen ander plan bestond dan
om de stikste neutraliteit te hand-
gin van Augustus komen bezoeken.
Dan behoef je je om mij heelemaal
niet bezorgd te maken en kunt zelfs,
wanneer je je over je bedrijf onge
rust maakt, naar Wiegand gaan.
Baron Bingen stond op buitenge
woon goeden voet met zijn schoon
moeder reeds met de volgende post
zond hg haar een brief, waarin hg de
hoop uitdrukte, de lieve mama weldra
in Kemmern te kunnen begroeten.
En toen brak de teedere grootma
ma na eenige correspondentie haar
reis af en kwam reeds in 't laatst van
Juli met Jella in Kemmern.
Anna had nog in 't geheel geen
tijd gehad om zich daar te vervelen.
Haar echtgenoot had van het hem
goedgunstig verleende verlof om de
naburige badplaatsen te bezoeken
voorloopig geen gebruik gemaakt,
maar zijn vrouw ridderlijk gezelschap
gehouden. De dokter, die „baby" zou
behandelen, had op de jonge vrouw
een sympathieken indruk gemaakt en
zoo kwam het, dat ze Kemmern ver
rukkelijk vond.
(Wordt vervolgd.)