Eerste Blad.
ningen
BIEDINGEN
asteleiinj
an Reparatie
flNTIES,
13 MAART
limummet hastaat uit 2 bladen.
ÓNS VADERLAND
53e Jaargang
1915
Havendienst
litgifeFirma f. VAH Pt VELDE Ir,, Kleine Markt 58, Klissinpen. Telefoon Interc. 10
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag on algemeen erkende Christelijke feestdagn
TAAkVRAGFNI
Bankwerkers
akers.
>ers laders.
iflSTBODE
MNAAISTER]
FEUILLETON
Brieven uit de Hofstad
Nederland en de Oorlog.
-SS5 IMO. 61
oum- en Hantetetoi^
AK DE TELDE Jr. TeLHUM,
>TRAAT 48,
ires voor alle voor-1
n Waterleldw
Schellen enz.enj
|ES en GLAZEN vet.
1 met een der grootst,
n ik in staat alles In l
elijken tijd te leveren
ingen tegen BRAND
4NSPORTEN en op
Deposito,
diger van diverse l
voor de uitgifte
VEN en bezorgins
KEN.
jSmarkt, K 146, te Mid-1
van het Station,
vanaf 30 Nov. 1914.
Vm. 6.—, 6.10, 6.45
9.30,10.—, 10.20,10.40' I
12.—, 12..'0, 1,_
3 25, 3 55,4,30,4.64 1
7.20. 7.40, 8.20.
Vm 6 10, 6 30,7.10,
50, 10.10,10.30,10.54,
i. 12.10, 12 45, 1.20,
3.40, 4.10,4.40,5.05,
10, 7.30, 8.—, 8.30,
vallen des Zondags uit.
mst-en na zonso
teiger aan den c
;d. Ook niet wancw
kanaal is afgelaten 54
leer beneden
Conrant- en Handelsdrukieril.
TAB IE TELDE II. Tel. HM1
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.30
per drie maanden. Franco door het geheele rijk 1.50. Voor België 2.20
Voor overige landen der Post-Unie 3.35 Afzonderlijke nummers 3 cent
ADVERTENTIEPRIJSVan 14 regels 0.40 voor iedere regel meer 10 cent
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. By abonnement speciale pry»
Reclames 20 ct. per regel Dienstaanbiedingen en -aanvragen 5 ct. per regel
De abonnés, in't bezit eener Of|f"| Agulden bij levens- rf r* gulden bij dood AAA gulden bij verlies.! I"* ft gulden bij verlies.! f|f| gulden bij verlies |"*gulden by verlies
oolis, zijn GRATIS verze- M III III lange ongeschikt- door <1111 van een hand, I I van] Mill vaneen van eiken
kerd tegen ongelukken voor: UUUv heid tot werken f een ongeluk UUU voet of oog li/U een duim 1UU wijsvinger anderen vinger.
0lie ullkeerlngen worden VERDUBBELD Indien de verzekerden, voorzien ven geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot of trim. De ultkeerlng wordt gewaarborgd door de „Holl. Alg. Verzek. Bank" te Schiedam
egels f 0.35, iedere
cent. Zonder rabat,
plaatsen wordt twee-
od.
loon en vast weit
geplaatst worden:
ebank werkers.|
makers.
operslagers,
eslist bekwaam in hun I
n van goede getuig-1
onder opgave
angd loon aan de N.V. I
line fabrieken", 's Her
worden vergoed.
ïrstelling terstond (je-1
ette
EVENS, Schoenwinkel,
t disponibel hebbende,
bezet. Ook geneden
uis te verrichten. Br.
„VI. Crt."
Bij de verschrikkingen, die de oor
log ons brengt; bij al de gewaar
wordingen van angst en medelijden,
van spanning en ontzetting, zij men
niet blind voor hetgeen deze tijden
ons aan dieper inzicht schenken,waar
van wij anders ongetwijfeld zouden
verstoken blijven. Inzicht in velerhande
zaken en omstandigheden, doch vooral
inzicht en begrip omtrent ons-zelf.
In gewone, alledaagsche tijden,
waarin het leven geleidelijk zijn vaak
eentonigen weg gaat, waarin vóór-
noch tegenspoed buitengewone ver
houdingen aannemen, is er zoo zelden
aanleiding om iets dieper in anderer
,en bovenal in eigen gemoed een blik
te slaan. Wij meenen elkander en
ons-zelf dan zoo naastebij wel te
kennen wij weten zoo ongeveer wel
wat wij aan elkander hebben en wie
we zijn. De door den tijd en de ge
bruiken vastgelegde gewoonten in
's menschen leven laten maar zelden
toe, iets meer van het innerlijke be
staan te doen blijken, dan hetgeen
wij veronderstellen dat aanwezig of
ookniet aanwezig is. De aan
dacht onzer oogen, gelijk ook die van
den geest schouwt in gewone tijden
xiict verder, in de zienlijke en onzien
lijke wereld om ons henen, dan de
dagelijksche arbeid bij velen de
dagelijksche sleur het veroorlooft.
Hoe geheel anders echter wordt
het, wanneer deze plotseling ernstige
gebeurtenissen in ons leven grijpen.
Als een dreigende achteruitgang van
zaken ons aangrimt, als naderende
rampen hun schaduw op ons levens
pad vooruit werpen, als ziekten en
rouw onze dierbaren komen teisteren,
dan ontspringt in zooveler gemoed
een nieuwe bronader, die daar tot
dusver ongekend sluimerde, de bron
ader van het behoud. Hoe menigeen
die dikwijls op zijn betrekking, zijn
ambt, zijn vak heeft afgegeven en de
ure verwenscht heeft, die hem die
loopbaan kiezen deed, hoe menigeen
zal, zoo het op verlies van zijn post
aankomt, niet gedenken ook de vele
goede oogenblikken, die hem bij de
vervulling zijner vaak moeilijke taak,
geschonken waren. En hij zal dat
goede in een onverwacht nieuw licht
bezien, het licht namelijk van het
aanstaand verlies, hij zal het waar-
deeren en er zich naar gedragen ook.
Hoe menigeen die onverwacht aan
door S. H.
T28) O(Njvlrnk verboden.
.Maar, Nell, je begrijpt het niet.
ik heb mij schuldig gemaakt aan
een groote misdaad, en daar moet ik
je van vertellen. Ik moet, want het
betreft mijn eer en die van jou."
.Je hebt het mij verteld toen de
koorts je in haar macht had en niet
de misdaad alleen, maar je geheele
'even. Luister, ik zou je je statige
buis kunnen beschryven en den tuin
in de moeder, die zoo trotsch was
°P haar zoon ik zou je kunnen
Tertellen van van je huwelijk, en
van alles, wat aan je misdaad vooraf-
g'ng. Je hebt niets op te biechten,
lieveling, niets."
Een zucht, als van iemand, die een
'ast aiwerpt, ontsnapte Grift.
.Ik weet niets van wat ik gezegd
?ebmaar, zoo je alles weet, kan ik
le vragen, wat ik je wilde vragen, als
lijn verhaal geëindigd was. Kan zulk
het ziekbed, dat wellicht het sterfbed
zal worden, van een zijner dierbaren
komt te staan, zal, nu zijn troost en
hulp gevraagd wordt, deze kunnen
geven in een mate als hij of zij nim
mer van zich-zelf had verondersteld
te kunnen geven. Dan komt een on
gekende kracht naar boven uit de
diepte der sluimerende gewaarwor
dingen, waarvan velen onzer zich
nimmer bewust waren een kracht die
ongeduldigen in staat stelt om lijdzaam
en hulpvaardig te zijn, die wuften en
ongedurigen tot ernstig nadenkende en
kalm overleggende menschen maakt,
onder den ernstigen drang van het
oogenblik.
Wij zouden deze enkele voorbeelden
met tal van andere kunnen vermeer
deren, om te doen inzien, hoe in den
mensch vaak zooveel sluimert van het
beste, wat hij in zich heeft en dat
slechts wacht op het oogenblik der
ontwaking om hem aan zich-zelf te
openbaren. Zulk een oogenblik komt
meestal onverwacht en is pijnlijk,
maar het is er niet minder leerzaam
en schier onontbeerlijk om, voor het
richtsnoer van onze verdere levens
dagen.
Wat voor elk onzer afzonderlijk
geldt, geldt eveneens voor het geheel,
ais volk. En wat in het enkele men-
schenleven, een plotseling dreigende
maatschappelijke achteruitgang of een
ander naderend onheil, dan wel ziekte
en rouw beteekenen, dat beteekent
in het leven der volken, de oorlog
de krijg met al zijn dreigementen van
ondergang en verderf en weedom.
Dan eerst blijkt, onder den schrik-
kelijken drang der omstandigheden,
welke krachten in de volkeren slui
merende gebleven waren, en thans
zich doen gelden. Dan zien wij, niet
alleen enkelingen, maar geheele groe
pen zich tot een ongekend heroïsme
verheffen, die allen tot helden maakt,
in den strijd voor het behoud, niet
van zich-zelf, maar van het vaderland,
dat die allen op eenmaal dierbaarder
werd dan het eigen leven. Zeker, dat
vaderlandslievend gevóel heeft altijd
op den bodem van hun gemoed ge
sluimerd, en vaak zoo gesluimerd,
dat men het bij velen voorgoed in
geslapen waande. Zelfs waren er in
de verschillende parlementen geheele
partijgroepen, die de „vaderlandsloos
heid" in hun banier voerden. Doch
nauwelijks sloeg ook voor hen het
oogenblik van alles overheerschenden
ernst of ook zij schaarden zich geest
driftig in de rijen der verdedigers van
het vaderland. Want ook het bloed
der volken kruipt op sommige oogen
blikken, waar het niet gaan kan.
Zoo is over geheel de wereld in
deze ernstige tijden de adem van uit
den sluimer gewekte krachten gestre
ken en heeft de ziel der volkeren
een man een vrouw vragen, zijn le
ven te deelen
Weer scheen de waarheid in Nell's
oogen. Als zy hem liefhad, ja. En als
hij haar alle* kon geven h t beste
en het slechtste van hemzelf ja."
Nog altijd hield Griff zich in 'e-
dwang, ofschoon zijn polsen even wild
klopten, als de leeuwerik boven zijn
hoofd zog.
„Speel liet met verontschuldigin
gen", zei hij op den toon, dien zij
zich zoo goed herinnerde den rus-
ligen toon van hun eeisie dagen sa
men. „Het is gemakkelijk ie zeggen,
dat het geen moord was dat ik
de vrouw slechts den drank gaf en
haar het overige liet doen „maar
toch was het moord."
„|a, het was in zekeren zin moord,"
antwoordde Nell kalm „moord, be
dreven door een man, krankzinnig
door verdriet, die niet wis-, dat hij
een te hoogen prijs zijn eigen
vrede kon betalen, om zijn vriend
le helpen."
„Ik wist, wat ik deed", zei G iff.
„In zekeren zin, ja. Het komt er niet
op aar.. Je hebt my een vraag gedaan,
en je hebt je antwoord. Als de vrouw
hem lief heeft ja."
beroerd. Onder alle hemelstreken
wordt thans gestreden en gebeden
voor de kracht en het behoud van
het eigen vaderlanden waar men
niet reeds ten strijde uittoog, daar
bereidt men zich voor, hetzij op aan
val, hetzij op verdediging. Ook in de
kleinere, de nog niet rechtstreeks in
den wereldstrijd betrokken landen,
staan reeds maanden lang honderd
duizenden weerbare mannen gereed,
den vijand, wien het ook moge zijn,
uit het eigen erf te houden en het
vaderland ongerept te laten.
Ons land bleef daarbij niet ten
achter, het kon noch kan trouwens
anders, dan op poene van tot speel-
tol, ja tot een gemakkelijke prooi
zijner naburen, te land of ter zee, te
worden. En welke reusachtige op
offeringen deze staat van gewapende
afwachting van velen onzer ook vergt,
en zelfs nog vergen zal, want het
einde dezer wereld-worsteling schijnt
thans verder dan ooit boven het
belang van elk onzer gaat het belang
van ons allen, het belang van het
Vaderland. Wij welen het, en wij ge
dragen er ons naaren al was ons
deze wetenschap tot dusverre niet
vreemd, aan den ernst der tijden dan
ken velen onzer toch het dieper in
zicht en het warmer besef omtrent de
beteekenis van deze zoo luttele woor
den, maar wier beduidenis ons nim
mer gelijk nu, zóó helder voor den
geest stond, zóó diep in het hart ge
grift werdOns Vaderland.
De zaak Deen-van Oss. Een
betreurenswaardige uitspraak
Voor praatgrage tongen, waaraan
eventueel een al te scherp puntje niet
ontbreekt, is de uitspraak van den
eereraad in de bekende antithese
Deenvan Oss, een buitenkansje.
Want daarin zit stof genoeg voor
eindelooze discussies. Het gebeurt niet
vaak dat in de wereld der haute
finance eens een zoo duidelijk kijkje
wordt gegund achter de schermen en
uit dien hoofde wordt dankbaar aan
het geval gesmuld. Doch juist om die
zelfde reden, omdat 't geval zich zoo
zelden voordoet en een vergelijking
met soortgelijke gevallen onmogelijk
is, dreigt het gevaar dat hier geen
behoorlijke maatstaf ter beoordeeling
wordt aangelegd. Het is niet de be
langrijkste vraag wat op een bepaald
oogenblik door den delinquent is ge
daan, doch wel hoe die daad zich
verhoudt tot de normale gebeurtelijk-
heden in de financieele wereld.
Er is een oud en bekend spreek
woord dat zegt dat ieder een dief is
in zijn eigen nering. De beteekenis
daarvan is duidelijk. De vraag is nu
„Maar de schande de vervloekte,
levenslange schande, voor de vrouw
en hemzelf, om te dragenviel
Griff haar wanhopend in de rede.
Zij liet éen hand licht op zijn
scti< uder rusten en wees eerst naar
Lostwithens. toen naar de verschil
lende valleien op de heide, die elk
een boerenhoeve verborg.
„Zie terug", sprak zij, „zie terug
op het leven, dat voor de misdaad
ging en op het leven, dat er op volg
de Welk is beter? Te voren wasje
zorgeloosniets kwam er veel op
aan, is het wel, zoolang je maar eten
en drinken hadt en een paard om te
berijden en makkers, om mee te
stroopen en te vechten en pret te
maken? En later? Je ontwoekerde
goed land aan de heideje bouwde
boerderijen je besteedde je geld aan
boer Shackleton, aan boer Emmott en
zorgde, dat goede mannen niet ten
onder gingenje leerde den Hemel
te zien en de heide en het veen
je leerde eindelijkje zwakheden ken
nen je leerde, lieveling, een man
te worden naar mijn hart."
Griff zag haar aan in liefdevoile
verbazing. Zijn bezwaren schenen,
tegen zijn wil, één voor één van hem
echter hoe ver die diefstal in eigen
nering ten slotte oorbaar kan worden
geacht. En van de appeciatie van
deze kwestie hangt het af welk ant
woord gegeven moet worden in de
zaak tusschen de heeren Deen en van
Oss.
Slechts de onbekendheid met de
usances in de financieele wereld zal
leiden tot een zeer scherpe afkeuring.
Dat wil niet zeggen, dat een bekend
heid daarmede zal leiden tot goed
keuring. Maar het vormen van een
juist oordeel is afhankelijk van de
verhouding waarin de betrokken daad
staat tot soortgelijke.
Al ligt het allerminst in onze be
doeling, die daden van den heer Deen
te vergoelijken of goed te praten, toch
meenen wij dat het allerminst aan
leiding mag zijn om het „kruisigt
hem" over hem uit te spreken. Ter
juiste beoordeeling van de personen
mogen wij niet nalaten tegenover de
gebleken ondeugden de goede eigen
schappen te plaatsen. En wanneer wij
dat ten aanzien van den heer Deen
doen, schiet er waarlijk wel zooveel
goeds over, dat de beschuldigingen
van minder faire financieele politiek
daarbij in het niet zinken. Daarbij
komt dat wij heel dat financieel ge
scharrel wel kunnen afscheiden van
de overige personen, omdat er inder
daad een scheiding bestaat tusschen
de particuliere levensdaden en de
daden van den man op maatschappelijk
gebied. De heer Deen heeft zich op
allerlei gebied in den Haag een man
getoond, die niet alleen bereid was
zijn tijd en zijn kracht aan een goede
zaak te geven, doch tevens zijn geld,
wat ongetwijfeld van het grootste be
lang is te achten. Voor den Haag is
dit een kwestie van heel wat meer
belang dan de vraag of hij in zijn
financieele operaties anderen te glad
af was en dus persoonlijk voordeel
wist te behalen. De residentie heeft
van dat voordeel dubbel en dwars
genoten en het zou in hooge mate
onbillijk zijn den man te verguizen,
die zoo vaak in het openbaar gepre
zen is.
Het zij zoo. Helaas is des heeren
Deen's naam ook een politieke ge
worden en dus is er alle kans dat in
de politiek getracht z?l worden tot
uiting te brengen wat thans door
velen gretig wordt aangegrepen als
een middel om hem te treffen.
Wij betreuren het gebeurde zeer en
hopen van harte dat men niet zal
trachten op den politieken persoon te
verhalen wat men op andere wijze
niet kan.
Voor den kantonrechter zijn de hoe-
depennen processen-verbaal behan
deld. Tot ons leedwezen konden wij
de rechtszitting niet bijwonen. Uit
weg te vallen. Het waren niet haar
woorden, hoe vurig en overtuigend
zij ook waren, die het onreine ver
leden wegvaagden; het was iets die-
pers, meer geestelijk, dat van haar
tot hem ging.
„Bedoel je, dat een vrouw zou kun
nen vergeten vroeg hij.
„Ja, en denk er ook aan denk
er aan, hoe de man uit die bitterste
wanhoop te voorschijn kwam wan
hoop van eigen maaksel. Niet, dat
het er op aankomt, zooals ik al zei.
Als de man niets had gedaan,
om boete le doen, al stond hij hui
verend te midden zijner eigen hulpe-
looze ellende, toch kon hij de viouw
vragen, zyn leven te deelen ais
zij hem lief had."
Dat was alles. Als bij instinct lieten
zij het verleden bij zijn dooden rus
ten, om ze te beweenenzij hadden
plichten jegens de toekomst die
sterke, jonge toekomst, die niet bang
was voor het leven. Griff begon bet
eenvoudig maal uit te pakken, dat zij
hadden meegebracht. Het was een
verlichting terug te keeren tot de ge
zonde eischen van het lichaam en er
aan te voldoen want de toekomst,
in tegenstelling met het verleden, heeft
hetgeen wij ervan vernamen, blijkt
ons dat de rechter zich weer op een
geheel ander standpunt stelt als de
wetgever in deze. Aangenomen werd,
dat daar waar de rand van den hoed
min of meer een beschutting bleek
voor het gevaar, men voldaan achtte
aan de verordening. Dit is stellig de
bedoeling niet en een dergelijke uitleg
zal er toe leiden, dat het aantal du-
bieuse gevallen zeer vergroot wordt.
In de tweede plaats is de boete veel
te laag gesteld. Twee kwartjes, kariger
kan het al niet. Hier komt een groote
fout in onze rechtspraak aan den dag.
Dit kunnen wij wel vaststellen dat
met twee kwartjes geen enkele ge
verbaliseerde dame „getroffen" zal
zijn. Het geval is met deze boete
eenvoudig geridiculiseerd. En dat is
te betreuren. De fout schuilt hierin,
dat de mate van de straf niet bepaald
wordt naar de beteekenis die deze
heeft voor degene die haar treft. In
dien hier boeten van vijf gulden
waren geëischt, was het effect bereikt
dat bereikt moet worden. Geen der
dames zou tot den bedelstaf gebracht
zijn met deze boete, maar zij zou
zóó zwaar geweest zijn, dat ze even
werd gevoeld en dit is de bedoeling
van een straf. Nu dit niet het geval
is, is de kracht van de verordening
totaal weg en zullen de Haagsche
dames den Haagschen wetgever een
voudig uitlachen. Maken zij daarover
zoo'n bombarie, hoorden wij reeds
een beboete dame uitroepentwee
kwartjes boete en een drukte alsof je
een halsmisdaad had begaan.
Het is ons opgevallen dat de be
keuring in massa een goeden invloed
heeft gehad. Tot nog toe zagen wij
haast nimmer meer een onbescherm-
den hoedepen. Wij vreezen echter,
dat de boete alle vrees zal wegvagen
en dat straks het oude liedje weer
gezongen zal worden.
Intusschen houden wij hoop dat de
Haagsche dames ons niet zullen tegen
vallen en dat zij uit eigen beweging
zullen meewerken om ons tegen het
lang niet denkbeeldige gevaar te be
hoeden.
Onze hoop op den steun des rechters
is helaas vervlogen. Eiber.
Het Nederlandsche leger en zijn
mobilisatie.
Reeds gemimen tijd is in voorbe
reiding de uitgave van een groot
militair pracht- en standaardwerk, dat
tót titel zal dragen Het Nederlandsche
leger en zijne mobilisatie in 1914
(Land- en Zeemacht).
Reeds maanden lang is men bezig
met het maken van foto's in alle dee
len des lands, en de militaire autori-
lichamelijke behoeften.
En toen hun maaltijd voorbij was,
begon zij in de heide en dronken met
volle teugen de zuivere lucht in.
De langzame, maar zekere eerlijk
heid der natuur, het voorrecht, dat de
menschen hebben, om te werken en
de vruchten van hun arbeid te zien
al deze dingen waren Griff duide
lijk op dezen Zondag, die hem weer
tot kracht zag komen. Zijn eigen leven
was eindelijk in harmonie met de
natuur en met een gezonde mensche-
Hjkheid. Eindelijk was hij een man
in de wereld van mannen mannen,
die zwoegden en leden, zeker, maar
die ook tevreden waren.
Nell Netbercliff, die evenals Griff
in de heide lag, dacht aan niets be
halve aan de liefde, die maar eens
in 't leven eener vrouw komttoch
scheen haar dit genoeg.
Er was nu geen stryd meer tus
schen de heide en Griff. Zij zagen
elkaar aan met de goede kameraad
schap van strqders, die flink gevoch
ten hebben.
(Wordt vervolgd.)