Eerste Blad. Ut int OU I ut Dit nununerbËSlaatuit2bladen. DONDERDAG Kieuwiaafs-Adverlentiën, JUpeenenNieuwjaarswenscli Ëen afgedane Leuze. No. 303 Jaargang UitgaveFirma f. VAH BE VELSE If, Kleine Markt 58, Vlissingen. Telefoen Inlerc. 10 Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen attentie: s FEUILLETON Brieven uit de Hofstad 7^ - 1914! VLISSINGSCHE ABONNEMENTSPRIJS: Vooi Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 1.30 per drie maanden. Franco door het geheele rijk 1.50. Voor België 2.20 Voor overige landen der Post-Unie 3.35 Afzonderlijke nummers 3 cent ADVERTENTIEPRIJSVan 1—4 regels 0.40voor iedere regel meer 10 cent Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Bij abonnement speciale prijs Reclames 20 ct. per regel Dienstaanbiedingen en -aanvragen 5 ct. per rege De abonnés, in't bezit eener AA ffcffcgulden bij levens- gulden bij dood A AA gulden bij verlies^ Pfrt gulden bij verlies A tfT| gulden bij verlies jP* gulden bij verlies polis, zijn GRATIS verze- BB Hi I lange ongeschikt- IS door <1 li I van een hand, I^BI van! IHglg vaneen van eiken kerd tegen ongelukken voor: U%$ IJ W heid tot werken M een ongeluk Ol, U voet of oog JLvU een duim J.Uv wijsvinger anderen vinger. Deze uitkeerlngen worden VERDUBBELD Indien de verzekerden, voorzien van geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trien, boot ol tram. De ultkeerlng wordt gewaarborgd door de „Holl. Alg. Verzek. Bank" te Schiedam Met het oog op het Kerstfeest zal de„ Vlissingsche Courant" Vrijdag en Zaterdag a. s. N I ET verschijnen. Zij die zich met 1 Januari op de dagelijks uerschijnende „VLIS SINGSCHE COURANT" abon- neeren, ontuangen de Courant tot dien datum GRATIS. In het nummer der „VLISSINGSCHE COURANT", dat Donderdag 31 De cember 1914 zal verschijnen, wordt weder de gelegenheid opengesteld tot het plaatsen van tegen den prijs van 25 CENTS mits de 5 regels niet te boven gaande voor eiken regel meer wordt 5 GENTS berekend. Onder den van den volgenden inhoud: „Ter gelegenheid van het Nieuwjaar wordt door ondergeteekenden aan Vrienden, Be kenden en Begunstigers HEIL, ZEGEN en VOORSPOED toegewenscht" is de prijs per naam met adres 10 cent. Voor spoedige toezending van Ad- vertentiën en Namen houden zich aanbevolen DE UITGEVERS. Ten allen tijde heeft als juist ge golden, althans een groote kern van waarheid bevattend, het gezegde, dat -wie den vrede wil, zich ten oorlog moet voorbereiden, dat wie in vrede door S. H. 64) O(Nadruk verboden. „Ik ben hulpeloos, en ik wil graag alleen staan". „Wacht dan, tot u sterk genoeg is, en u kunt mijn hulp afwijzen." „Neen, neen! Het was mijn be doeling niet, u te grievenMaar ik ben een vreemde voor u". „Niet geheel," zei Grift met een vriendelijken blik. Hebben wij niet eens een heerlijken dag samen gehad bij die jachtpartij „Dat is waar, en o ik ben zoo moe vermoeider, dan u den ken kunt." Trots en weerspannigheid waren verdwenen. Zij wist alleen, dat hier een man was, dien zij vertrouwde, dat zij voor het oogenblik vei li en beschermd was. En zoo ging van dien dag af hun leven zoo vredig en veilig voort, dat verlangt te leven, sterk genoeg moet zijn, om dezen tegen elke aanranding te kunnen verdedigen. Het is dit beginsel geweest, dat sedert onheugelijke jaren Europa er toe gebracht heeft zich de zwaarste opofferingen te getroosten. Men ge loofde zoozeer in die oude leuze, dat velen in de steeds toenemende be wapening en uitrusting ten oorlog, door de verschillende rijken bewerk stelligd, nochtans niets anders kon den zien, dan een bevestiging hunner overtuiging, dat juist in deze-» groote krijgs-toerustingen de vrede zijn grootste waarborg vond immers, over en weer zoude niemand het wagen den ander aan te vallen, wetende dat ook hij volkomen gereed en „tot de tanden" gewapend was. Zoowel de vorsten, die bij alle mo gelijke gelegenheden den mond vol hadden van vredesbetuigingen, als de regeeringen, die maar steeds millioe- nen en millioenen schatten gouds voor militairistische doeleinden aanvroegen en besteedden, alles onder de leuze, dat hierdoor de vrede bevorderd en het heil der naties bestendigd zou worden, zij slaagden er in, gesteund door hun diplomaten, in dezelfde schooi groot gebracht, de volken er toe te bewegen, vrijwillig, en vertrou wend op het vorsten- en het regee- ringsbeleid, de grootste lasten op te brengen. Wat was het gevolg van al die reusachtige toebereidselen Dit, dat men over en weer volkomen klaar wasom den oorlog te begin nen. En dat, eenmaal geheel gereed, en de lont bij het kruit, het kanon zich niet iang zou laten wachten met los te bulderen. Welke der naties zich het meest had toegerust, die ook kon het meest een oorlogszuchtige houding aanne men. Welk een spanning van ang stige verwachting is niet over de wereld gekomen bij het plotselinge en bekende Agadir-incident, toen eensklaps op de reede van dezeMa- rokkaansche haven een Duitsche kruiser verscheen, als een waarschu-» wing voor Fransche kolonisatie-plan nen. Hoe heerschte niet dezelfde ongerustheid bij 's Keizer Wilhelm's veel-beduidend bezoek aan Tanger dat voor het Agadir-incident plaats had hoe heeft daarna dezelfde span ning niet geheerscht tijdens de Bal kan-crisis, waarbij steeds van uit Berlijn de wereld kond gedaan werd van het „scherpgeslepen Duitsche zwaard," waarmede onophoudelijk ge zwaaid werd, en van het „Duitsche kruit," dat „droog" gehouden worden moest Dat alles is op een reusachtigen militairistischen Europeeschen wed strijd uitgeloopen, louter naar het heette om, als men den vrede be- Nell Nethercliff de vreemdheid van haar omgang met den meester van Lostwithens geheel vergal. Meer en meer naarmate de tijd voortging, keek zij terug op het verleden als op een schaduwland, iets onwezenlijks en fantastischdit alleen was de werke lijke wereld deze wildernis van heide, deze hut, deze stallen, een streek lands, veroverd op de heide. De betoovering der heide oefende haar invloed op haar uit, langzaam, zeker, gezond, zooals haar gewoon te is en de wondere schoonheid van dit nieuwe leven kwam tot haar ais tot een kind. Werkelijk, mevrouw Nethercliff was in die dagen een kind; haar plotselinge uitroep: „Ik ben zoo moe, meer vermoeid dan u denken kunt," was de bekentenis geweest eener zwakheid, die haar niet zoo spoedig zou verlaten. De schok, dien haar gezondheid gekregen had, doordat zij dien nacht in de sneeuw had doorgebracht, toen Griff haar gered had, zelfs de dood van haar kind waren te overkomen ge. weestmaar de jaren van ellende, van ontbering, van lijden, geestelijk en lichamelijk, haar toegebracht door waren wilde, ook sterk moest zijn en tot den oorlog voorbereid. Welnu, zóó voorbereid en zóó sterk is men ten leste geworden, dat de oorlog, eenmaal uitgebroken, geen einde schijnt te kunnen nemen. En wel omdat beide partijen gebleken zijn in voorbereiding en in sterkte tegen elkander te zijn opgewassen, nadat aan hun krijgstoerusting de grootst mogelijke zurg met ver onachtzaming van de volkswelvaart was besteed. Die voorbereiding is, juist door zijn perfectie, thans uitgeloopen op een verschrikkelijke worsteling, vernielender dan ooit de wereld heeft aanschouwd. Met een tot in de - kleinste bijzonderheden voorbereide volmaking worden sedert tal van maanden millioenen men- schen-levens verwoest, wordt de wel vaart van geheel een werelddeel be dreigd en breidde de krijg zich tot een wereldbrand uit. Dat alies is mogelijk kunnen zijn, omdat schier de geheele wereld ten oorlog voor bereid was, echter altijd naar het zeggen van vorsten, regeeringen en diplomaten om zoodoende slechts den vrede te handhaven. Indien ooit een gezegde gebleken is misleidend en onwaar te zijn, dan is het wel deze leuze, die van eeuwen her door de wereld is gegaan en als leiddraad gold voor de politiek der volken. Dat is de harde les van de zen krijg. Waarop kan dat alles, wat we nu aanschouwen anders uitloopen, dan op een aigemeene uitputting, een zelfvernietiging der volken. Het kan niet anders of, wanneer te eeniger tijd aan alles komt eenmaal een eind ook deze wereldkrijg tot het verleden zal behooren, zal een zoo wel in geestelijken als in stoffelijken zin verarmd en verzwakt Europa over blijven, ais resultaat van het alles vernielend krijgsbedrijf. Wat dan gebeuren zal Zal men dan opnieuw beginnen met al weer grootere offers te brengen aan nog grootere toebereidselen, voor een nog grooteren wereldoorlog Of zal uit de verschrikkelijke ontroering, die deze tijden in het ge moed van welhaast een ieder doen ontstaan, een machtig besef bij de volken rijzen, dat hen doet inzien, zij het ook na eeuwen van dwa ling dat de leuze van weleer thans voorgoed een afgedane is, en dat geen waarachtige vrede bereik baar is te midden van een alles om zich heen verzengend militairisme, te midden van een steeds volmaakter voorbereiding eener systematische vernieling en verdelging. Moge dan eenmaal dit besef zoo machtig in de volken ontwaken, dat het zich omzet in daden, waardoor niet een door allerlei angstige span- haar echtgenoot deze eischten hun rechten, nu de spanning voorbij was. Zij had geen ziekte, waaraan een dokter een naam had kunnen geven zij leed geen pijnhet was alleen, dat zij vermoeid was, als een klein kind tegen bedtijd, en alles wat zij vroeg, was te rusten. Nu en dan kwam haar trots in op stand en zij sprak er over, Lostwit hens te verlaten en naar haar vrien den te Halifax te gaanmaar telkens weer trad Griff zeker en gebiedend op en verbood haar heen te gaan vóór haar krachten teruggekeerd wa ren. En zij gaf toe, bijnazonder pro test; want zij wist, dat hij gelijk had, en dat hij haar zwakheid begreep. Zoodra de sneeuw van de heide verdwenen was, was zij begonnen, buiten wat rond te dwalen, eersteen klein half uurtje per dag en later langer. En altijd was deze ééne ge dachte bij haar hoe vol vrede en waarheid en reinheid dit nieuwe le ven was in een land, waar de hemel zoo nabij was. Dit zeker, was het geheim van Lostwithens, sprak zij tot zichzelf. Ginds in de dalen was de hemel zoo ver af; buitengesloten ningen en wapengekletter verontruste schijn-vrede wordt bestendigd, maar waardoor de echte vrede, die in het menschelijk gemoed moet en kan wonen tot uiting komt. Een gewa- dende vrede, dit is maar al te zeer gebleken, is geen vrede en levert allerminst een waarborg voor het geluk der volken. Daarom moet steeds dieper het besef over de wereld ont waken, dat oortogs-voorbereidingen en een steeds hooger opgevoerd miiitairisme niet langer mogen worden geacht, ook maar <>p eer.ige wijze den vrede te bevorderen. Met die dwaling zij voortaan voorgoed ge broken. De Kloosterkerk. Het nieuwste middel. Onlangs is de geheel gerestaureerde Kloosterkerk weer in gebruik geno men. Op zich zelf is dit feit niet van groote beteekenis dan alleen voor hen die onmiddellijk betrokken zijn bij de ingebruikneming. Toch mag de restauratie zich verheugen in de belangstelling van allen, die het goede behoud van onze nationale monumen ten der kunst op hoogen prijs stellen. Niet alleen dat zich een stuk historie incarneert in een dergelijk gebouw, het is tevens éen der schoone herin neringen aan de energie en den aes- thetischen zin onzer voorouders. Niet genoeg kan in ons kleine land mede gewerkt worden om de belangstelling levendig te houden in hetgeen onze voorvaderen ons als een „kostelijk bezit" hebben nagelaten. Een klein stukje geschiedenis. Het z.g. Sint-Vincentsklooster werd in 1397 gesticht door Margaretha van Briga. Van het oorspronkelijk klooster is alleen de kerk overgebleven, die natuurlijk in den loop der tijden ook vele veranderingen heeft ondergaan. Het noordelijke schip vertegenwoor digt vermoedelijk alleen nog het oor spronkelijke kerkgebouw. Eenige me ters voorbij de kerk welfde zich over het Nachtegaalspad thans de be kende breede Parkstraat de oude Kloosterpoort, die toegang gaf tot het eigenlijke klooster. Van deze gebou wen is behalve een oud stuk muur niets meer. Het grootste gedeelte werd in 1583 op last der Staten van Hol land afgebroken en de materialen ver kocht. Bij de opheffing yan het edict van Nantes in 1685 toen'verscheidene Fransche uitgewekenen in de Neder landen zich vestigden, waren er nog slechts enkele localiteiten over, waarin eenige Fransche dames een gemeen schappelijk verblijf vonden. Herhaaldelijk was het klooster door brand geteisterd en in 1420 zelfs zoo goed als geheel vernield. Toen echter door hooge heuvelsmaar hier leun de hij zoo vertrouwelijk op de aarde, als een tweelingbroeder van de groo te uitgestrekte heide, Soms, als Griff 's avonds in den koeien- of paardenstal was, sloop zij naar buiten en hief haar vermoeid gezichtje ten hemel en zag, hoe de witte, sterke sterren neerzagen op haar kleinheid; en de sterren sche nen ook zoo dicht bijen zij vond vrede en zekerheid van haar klein heid. Zij had gedacht, in de dagen, die nu zoo ver af schenen, dat een eeu wig durende stilte moest hangen boven de uitgestrekte heide zij leer de nu, dat er eeuwigdurende gelui den waren, nu zacht genoeg, otp alleen door het scherpste oor ge hoord te worden, dan weer onstuimig nu eens liefelijk ais zachte muziek, dan weer als de kalme deining der zee. Maar altijd spraken er stemmen en niemand behoefde op Lostwithens alleen te zijn. Toen zij pas hier kwam en de sneeuw nog zwaar op het land lag, had de wind gegierd en gefloten, later had het stroomen van den regen zich gemengd in het koor verrees het weer uit zijn assche en naar de historie meldt, fraaier dan van te voren. Belangrijke giften stelden den prior daartoe in staat. De belang stelling uitte zich o.a. hierdoor dat vele aanzienlijken zich het recht koch ten in deze kerk een laatste rustplaats te zullen vinden. Men vond er de graf kapel van de Wassenaars, van de Stichteren, den Luiksche bisschop jan van Beieren e.a. In den tijd der re publiek werd o.a. Jacob Cats er ter laatste rustplaats geleid. Statige processies trokken den eer sten Zondag na Paschen van uit dit klooster langs Voorhout en Vijverberg. Dtt alles duurde tot het jaar 1572 toen. de Geuzenaanvoerders den Haag veroverden en de meeste ordebroe ders op de vlucht joegen. In 1574 werden de gebouwen door de Staten van Holland geannexeerd; Vervolgens maakte het kerkgebouw een vreemde carrière. In 1588 werd het ingericht tot paardenstalin 1589 werd in het koor gevestigd een kanon- nengieterij, terwijl de kerk zelf tot ar senaal werd gebruikt. In 1617 kwam er weer verandering in de bestemming. De kanonnengie- terij bleef doch werd met een muur afgescheiden van de overige kerk. De steeds sterker wordende contra-remon- strante gemeente verzocht het gebouw te mogen gebruiken. Het antwoord op dit verzoek liet zich schijnbaar wat lang naar den zin der heeren wachten en daarom legden zij dood-leuk maar beslag op het ge bouw. Zulks geschiedde op den 9en Juli 1617. Dit overmoedige optreden wekte zeer veel opzien, niet het minst tóen veertien dagen later Prins Maurits de kerk bezocht en aldus op eigen gelegenheid dit wederrechtelijk op treden sanctionneerde. Sindsdien heeft de kerk haar be stemming behouden, al duurde het tot 1665 aleer het gelukte die kanon- nengieterij uit te drijven. Er is natuurlijk veel gelapt en ge pleisterd aan dit oude gebouw. Drie jaar geleden nu was de toestand on houdbaar. Het dak was totaal verrot, de kalk viel van de muren en de aigemeene wrakheid was zoo groot dat op iast van de overheid het ge bouw werd gesloten. De gemeente heeft toen getracht het te koopen ten einde den ingang van de Parkstraat te verbreeden. Men kon het over den prijs niet eens worden en dus sprong de koop af. Ruim twee jaar heeft daarna de restauratie geduurd, die onlangs ten einde gebracht, met veel takt is volbracht. Het gebouw heeft wel geen schitterende waarde, doch het loont de moeite het te bezichtigen, dubbel. Dit constateeren wij met ge noegen, dat de restauratie is geschied door kundige hand en onder scrupu leuze leiding. Daarom is het gelukt van den wind, toen, terwijl wind en regen met beschaamd gelaat weg kropen, als gasten, die te lang ge bleven waren, kwam daar het bruisen van gezwollen stroomen, gevoed door de smeltende sneeuw. Pas toen de heide weer bloot lag en de zachte bries vroolijk uit het Westen zong en kleine, groene knopjes begonnen te zwellen en te barsten op de braam- bessenstruiken, werd het „Lied der Heide" zachter. Toch maakte de zachte bries, die over de heide streek, een muziek, die tot de vrouw sprak van gezelligheid en leven. En langzamerhand, zonder dat zij het zelf wist, verliet de vermoeidheid Nell Nethercliff. Reeds lang was Griff opgehouden, 's nachts bij haar te blijven waken. Zoodra zij wel genoeg was, om min der zorg te behoeven, had hij zijn kwartieren opgeslagen in een hoek van den koestal, waar Jiij stroo had voor bed en voor dekens beide. Eerst had hij eiken avond eenig excuus ge vonden er was een koe, waar hij bij waken moest, een paard, dat ver zorgd moest worden, enzoovoorttot hij eindelijk maar goeden nacht zei

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1914 | | pagina 1