renvervoer, vooral van het vleesch- vervoer, dat zich over de lijn der maatschappij geheel herstelde. Zooals te verwachten was, waren de exploitatiekosten over 1913 als een gevolg van de dat jaar betaalde steenkolenprijzen aanmerkelijk hooger. Evenals het vorig jaar stellen com missarissen voor ook thans weder een bedrag van 50.000 af te zonderen voor de pensioenregeling van het personeel. Eveneens bestemden com missarissen een bedrag van f 50.000 tot versterking van het ketelfonds, terwijl met het oog op de mogelijk heid, dat binnen enkele jaren tot aanbouw van nieuwe dagbooten moet worden overgegaan, ook nu een aan zienlijk deel der netto winst is be stemd tot de afschrijving op de sche pen en andere eigendommen der maatschappij. Commissarissen achten het eén voorrecht dit jaar wederom te kunnen voorstellen een dividend van 6 pet. uit te keeren. De vloot der maatschappij bestond op 31 December 1913 uit de volgende stoomschepen „Duitschland" groot 4682 M3 met 4500 PK. „Prins Hendrik" groot 5508 M3 met 9000 PK, „Koningin Regentes" groot 5514 M3 met 9000 PK „Koningin Wilhelmina" groot 5502 Ms met 9000 PK. „Prinses Juliana", „Oranje Nassau" en „Mecklenburg" alle drie groot 8171 Ms met 10000 P.K. Van de 3 pet. obligatieleening anno 1886 werden in Juni 1913 100 obli gaties uitgeloot, zoodat in omloop bleef een bedrag van f 1.760 000. Van de 4 pet. geldleening anno 1912 primitief groot f450.000 werd in 1913 f75.000 afgelost, zoodat op 31 December nog verschuldigd was een bedrag van f 375.000. Het ketelfonds bedroeg op 31 De cember 1912 f 159.463.85, in 1913 vermeerderde het met de jaarlijksche bijdrage ad f50.000 en gekweekte rente ad f7.489.97, zoodat het fonds op 31 December 1913 f216.952.82 bedroeg. Hiervan is voor een nomi naal bedrag van f215.000 effecten belegd, de boekwaarde dezer effecten bedraagt f211.307.50 en de beurs waarde op 31 Dec. 1913 f203 862.50. De resultaten over 1913 toonen aan dat in dat jaar 730 reizen werden afgelegd, zijnde twee minder dan in het vorig jaar. De bruto opbrengsten beliepen f 2.695.410.90Vj vorig jaar f2.511.391.12), het vervoer van reizi gers en bagage bracht op fl.l92.478.62Vs (v. j. 1.084.055.02), het vervoer van koopmansgoederen en pakkettenf648.798,99(v. j. f581.125.72) het vervoer van brievenmalen enz. f 561.807.01 (v.j. f 558 557.03Vs), huur van hutten op de stoomschepen en buitengewone ontvangsten f292.326 28 (v. j. f 287.943.347s). Per reis bedroeg de opbrengst f 3,692.34 (v.j. 3.430.86). De exploitatiekosten bedroegen jn 1913 f 1.680 945.85 of gemiddeld f 2.302.67 per reis,tegen fl.575.498.476 of gemiddeld per reis f2.152.32 in 1912. In 1913 werden vervoerd 169.705 passagiers, tegen 158.811 in 1912, 154.801 in 1911, 148.842 in 1910 en 128.715 in 1909. In tonnen van 1000 K.G. bedroeg het goederenvervoer in 1913 70.901, in 1912 62.847, in 1911 61.183, in 1910 57.277 en in 1909 56.342. Boven de gewaarborgde som voor het vervoer der brievenmalen groot f 450,000 wordt evenals voor 1912 een surplus geraamd van f 85.000, in 1912 bleek dit echter 187.136.4973 boven de raming te zijn. Voor post pakketten werd ontvangen binnenland- sche f 12.703.92 en buitenlandsche f 13.754.46. In de maanden Juni en November werden de gewichten der vervoerde mails officieel opgenomen waarbij werd geconstateerd dat het vervoer sinds de laatste officieele weging wederom enorm gestegen is. Was vroeger een mail van 800 tot 1000 zakken een uitzondering, tegenwoor dig komt dit soms twee of driemaal per week voor. De verhouding der exploitatiekosten tot de ontvangsten in percenten be droeg in 1913 62,363, in 1912 62.734, in 1911 65.761, in 1910 59.352, en in 1909 56.219. Zooals bovengemeld bedroegen de ontvangsten f 2.695.410.907'2 en de uitgaven f 1.680.945.85 dus geeft dit een voordeelig saldo vanf 1.014.465.85. Hiervan gaat af het nadeelig saldo der interestrekening f 37,848.36, bij drage ten behoeve van het ketelfonds f 50.000 dotatie pensioenfonds f50.000 en afschrijvingen op stoomschepen en andere bezittingen der maatschappij f 745,103.48V3 al zoo te samen f 882 951.847s. De zuivere winst be draagt alzoo f 131.513.21, hiervan f 3.333 bedrijfsbelasting, blijft f 128.180.21. Volgens de statuten komt hiervan aan de aandeelhouders 5 pet. van f2.020.500 of f 101.025. Van de overwinst Komt 10 pet. aan het re servefonds of f2.715.52, 15 pet. of f4 073.28 aan tantièmes, 75 pet. aan aandeelhouders of f 20.336.41. Hiervan kan nog 1 pet. dividend worden uit gekeerd namelijk f20.205, waarna er nog voor saldo op nieuwe rekening f 161.41 overblijft. In de vergadering waren aanwezig 11 aandeelhouders, vertegenwoordi gende 31 aandeelen en uitbrengende 27 stemmen. Allereerst werd aan de orde ge steld de bespreking van het verslag. Hierbij werd door een der leden het woord gevraagd, die ongeveer het volgende zeide. Gezien den zeer gunstigen financi- eelen toestand waarin de Maatschap pij- verkeert waarmede ik U en ons allen geluk wensch zij het mij vergund het volgende onder uwe aandacht te brengen. Was het niet wenschelijk, nu de gemaakte netto winst p.m. 50 pCt. bedraagt een grooter dividend uit te keeren aan aandeelhouders Zoo neen, waarom niet Waarom wordt er zooveel afge schreven op de eigendommen der maatschappij. Zóó, dat de vaste goe deren als waardeloos op de balans staan. (Het kantoor met terreinen voor f4, abattoirgebouwen met inventaris voor f 2, werktuigen, gereedschappen voor f 5. De havenbootjeselk voor f 1.) Kunt U mij ook zeggen voor hoe veel de nachtbooten en ook de dag booten per stuk op de balans staan De voorzitter, de heer mr. E. Fok ker, antwoordde, dat uit de balans blijkt, dat het reservefonds slechts f 274788 bedraagt, hetgeen toch zeker niet te veel is. Ruime afschrijving is noodzakelijk, omdat de Maatschappij hetzelf niet in haar hand heeft om te zeggen, wij kunnen nog zooveel jaar met de schapen doen door concurrentie kan men plotseling genoodzaakt zijn tot aanbouw van nieuwe schepen over te gaan. Wat betreft de tweede vraag van den aandeelhouder, deelde de voorzitter mede, dat de reserve boot op de balans voorkomt voor f 1000, de dagbooten ieder voor f 100.000 en de nachtbooten ieder voer f 785,000. Hierna werd het verslag en ver volgens ook de balans- en winst- en verliesrekening goedgekeurd. Aan de orde was vervolgens de verkiezing van een commissaris in de vacature ontstaan door het be danken van den heer S. J. K. de Monchy. De voorzitter bracht hulde en dank aan den afgetredene voor alles wat hij als commissaris voor de Maatschappij deed en vestigde namens commissarissen de gandacht op den heer mr. L. W. H. Regout, oud minister van waterstaat en vroe ger ook commissaris der maatschap pij. Gekozen werd mr. Regout met 26 stemmen, tegen 1 op den heer mr. J. Smit Az. De agenda was hiermede afge handeld. De heer W. Cremer zeide bij de rondvraag dat hij met het oog op de resultaten der maatschappij gaarne had gezien, dat er van uit den boezem van het Bestuur of Directie een voor-' stel was gekomen om de salarissen van het personeel aan boord der boo ten zoo te verhoogen dat die salarissen gelijk zouden komen te staan met de plaats die de maatschappij in de scheepvaart-wereld inneemt, en die is voor zoover hem Jjekend nummer één. De salarissen echter staan nauwe lijks gelijk met die der wilde vaart en wat is hier het gevoig van Dat de maatshappij „Zeeland" bij even- tueele vacatures geen goede krachten voor haar booten kan krijgen, doch zich behelpen moet met jongelui van 19 a 20 jaar, die hun zeemanschap van plm. 1 jaar, wat in hun zoo juist verworven diploma van 3e stuurman is vastgelegd aan boord brengen Die jongelui nu, die in hun leertijd zijn, kunnen geroepen worden voor alle verantwooidelijkheid betreffende menschenlevens, schip en lading. Nu heb ik mij afgevraagd, aldus de heer Cremer, waar de directie zulks weet of althans weten kan, of die bekendheid ook doorgedrongen is tot commissarissen en aandeelhouders en of commissarissen zich ook bewust zijn van die verantwoordelijkheid ingeval eens iets mocht plaats vinden op het moment dat zoo'n jongmensch van 19—20 jaar met een 3e rang in zijn zak, zich geheel alleen op de brug bevond, door plotselinge onge steldheid van den commandant b. v. Hij zou dan ook zeer gaarne in overweging willen geven om voor deze buitengewoon zware verantwoor delijkheid zoo spoedig mogelijk de salaiissen te verhoogen, en hiermede bedoelt hij allen die aan boord zijn, die bij slecht en mistig weer toch zorgen dat de boot op tijd aankomt. Dit personeel heeft toch zeker nM m'nder bijgedragen tot de groote vlucht die de maatsehappij de laatste jaren heeft genomen, als het uitstekend beheer der directie. De voorzitter merkte op, dat de opmerkingen van den heer Cremer minder in deze vergadering tehuis behooren, omdat de regeling der sa larissen geheel berust bij de directie, gehoord de dagelijksche commissie van toezicht. De heer W. Cremer merkte nog op, dat in het blad „Neptunus", dat de directie en de commissarissen toch ook wel onder de oogen zullen krijgen, steeds op de „Zeeland" en de positie der bemanning wordt af gegeven, dit acht spr. beslist in het nadeel der maatschappij. Van andere zijde werd er nog op gewezen, dat al berust de salarieering bij de di rectie, de aandeelhouders toch ook zeker belang hebben bij goed ge schoold en goed gesalarieerd perso neel. Het is dezen spreker bekend, dat onder de officieren algemeen groote ontevredenheid heerscht, wellicht willen zij dit niet weten voor de directie, maar tegen spreker uitten zij hun grieven wel. Spr. wijst er op, dat in 40 jaar tijd de salarissen der officieren niet verbeterd zijn, alleen is 50 cent van het kostgeld naar het salaris over gebracht. Daar niemand meer het woord verlangde werd de vergadering ge sloten. RECHITSIAKË». De rechtbank te Middelburg heeft heden veroordeeld wegens diefstal: P. J. R., 16 jaar, werkman te Vlissingen, drie maanden tucht school, H. M., 14 jaar, zonder beroep te Vlissingen, f3,50 boete subs, een een week tuchtschool mishandeling: A. A. W., 17 jaar, werkman te Oostburg, f 15 boete subs. 2 maanden tuchtschool, P. M., 22 jaar, werkman te Middelburg met bekrachtiging van het vonnis van 2 Februari 1912 twee maanden gevan genisstraf verduistering J. A., stoker, zonder vaste woonplaats, thans gedetineerd te Middelburg drie maanden gevangenis straf met aftrek voorarrest eenvoudige beleedigingA, L., 18 jaar bakkersknecht te Nieuwerkerk f 5 boete subs. 5 dagen hechtenis beleediging van een ambtenaar M, v. S., 33 jaar kreukelraper te ïer- seke, een week gevangenisstraf, P. V., 57 jaar, landbouwer te Biezelinge f 10 boete subs. 10 dagen hechtenis niet voldoen aan een ambtelijk bevel: Ch. L. v. d. M., 25 jaar muzikant te IJzendijke f 10 boete subs. 10 dagen hechtenis. De eerste zaak welke heden voor de rechtbank te Middelburg in het openbaar werd behandeld was die tegen L. M,, arbeider te Biervliet, thans gedetineerd te Middelburg, be klaagd van brandstichting. De eerste getuige, de rijksveldwach ter B. Roes, werd op 13 April des avonds om kwart over tien gewaar schuwd, dat er brand was in de wo ning van beklaagde. Bij onderzoek bleek dat zoowel beneden als boven brand was. Bek!, bekende aan getuige met petroleum den brand te hebben gesticht. Ook thans bekende hij vol ledig, hij deed dit omdat hij in onmin met zijn vrouw leefde, en omdat hij de assuratiepenningen, f2400, wilde bekomen. Op een vraag van den verdediger mr. F. B. Evers, verklaarde de ge tuige, dat bekl. gunstig bekend staat, maar den laatsten tijd nog al misbruik maakte van sterken drank, hij staat niet als abnormaal bekend. Vervolgens traden nog als getuigen op H. P. de Smet en G. Corpaan beiden te IJzen dijke en agenten van de assurantie maatschappijen waarbij respectievelijk de woning en inboedel waren verze kerd, hetgeen zij alleen bevestigden. De substituut-officier van justitie eischte 6 maanden met aftrek van het voorarrest. De verdediger mr. Evers, uitte zijn verwondering, dat er geen nader onderzoek naar beklaagde's toe rekenbaarheid is ingesteld,-vooral waar de plaatselijke geneesheer daarover geen gunstig adviesgaf. De verdediger meende dat dit niet is geschied, omdat de brand geringe omvang had, en het onderzoek langer zou duren dan de vermoedelijk op te leggen straf. Pleiter vroeg daarom of een lichte straf, of een nader onderzoek als boven bedoeld. Vervolgens stond terecht de 28 ja rige M. J. K. handelsreiziger, thans gedetineerd te Middelburg, beklaagd van verduistering in dienstbetrekking. De eerste getuige, A. de Marcas, te 'Vlissingen, verklaarde, dat bekl. reeds tien jaar bij hem in dienst was, en dal hij als reiziger gelden mocht innen, op die manier heeft hij onge veer f 4000 verduisterd. Bekl. bekende verduisterd te heb ben, hoeveel weet hij niet het kan wel f 2000 zijnhij heeft echter niet opgegeven geld van twee personen uit Terneuzen te hebben ontvangen. De volgende getuige, H. van Leeu wen, winkeljuffrouw te Vlissingen, heeft een onderzoek te Terneuzen in gesteld en heeft wel een bedrag van f 4000 ontdekt, die open stonden in het boek, doch reeds betaald waren. Tegen J, J. B. uit Vlissingen, die verbaliseerd was wegens strooperij en beleediging van de Rijksveldwachter, werd ondanks zijn ontkentenis, 14 dagen gevangenisstraf geëischt. De volgende getuige B. M. Morit, Terneuzen echtgenoote van een klant van den eersten getuige, heeft aar, bekl. betaald en kwitantie ontvangen. Eveneens deed dit getuige L. B. Berger te Terneuzen. De eisch luidde negen maanden met aftrek. De verdediger, mr. H. J. C. Groot, wees erop, dat bekl. niet terecht staat voor verduistering van f 2000 of f 4000, maar van twee kleine be dragen, welke hij wel aan zijn pa troon gaf maar onder een anderen naam. Er is hier wellicht sprake van bedrog. Met verwijzing naar een juris prudentis, meende pleiter dat bekl. volgens de wet niet strafbaar is. Pleiter wees op het gezien van bekl. en op het voornemen van bekl. om het geld te trachten terug te ge ven door hard werk. Na een dupliek werd het onderzoek gesloten. De derde gedetineerde, die op het beklaagdebankje plaats nam was M. R., een man zonder bekende woon plaats, bekl. van diefstal van een rij wiel. De eerste getuige, dr. J. C. Bolle, heeft een door hem van den rijwiel handelaar van der Harst gekocht rijwiel, eenige oogenblikken buiten een woning op de Houtkade laten staantoen hij buiten kwam was de fiets weg. Bekl. bekende volledig hij gaf zich zelf bij de maréchaussée te Rozendaal aan. Eisch zes maanden gevangenisstraf. Vlissingen, 19 Juni. Groote brand. Den afgeloopen nacht omstreeks half twaalf werden velen uit hun eersten slaap opgeschrikt door de signaal hoorns van de politie en het geroep van „brand Bijna overal in de stad was een rosse gloed waar te nemen, waaruit viel op te maken dat een zware brand woedde. Dit bleek ook werkelijk het geval te zijn. Door onbekende oorzaak was brand ontstaan in de houtzagerij van de Kon. Maatsch. „de Schelde" aan de binnenhaven. De vlammen vonden daar ruimschoots voedsel in de groote hoeveelheden licht brandbaar materi aal, voornamelijk hout en planken, welke daar in groote hoeveelheid aanwezig waren. Het vernielend ele ment deed de vlammen dan ook hoog oplaaien, zoodat het een vuurzee geleek. Het laat zich wel begrijpen dat het eenige tijd duurde eer de brandweer het blusschingswerk kon aanvangen, in de eerste plaats wegens de geïso leerde ligging van het terrein en bo vendien wijl het in den donker zeer moeilijk was over dit met rails door sneden terrein met de brandspuiten te komen. De spuit van Hr. Ms. „Bever" was het eerst ter plaatse en begon dadelijk den strijd tegen de met groote kracht oplaaiende vlammenzee. Spoedig daarop verscheen de slan genwagen van de politie. Het scheen aanvankeiijk een hope loos werk, zoo reusachtig waren de vlammen. Ten einde zooveel mogelijk te kunnen redden werden tal van per sonen op het terrein dat door rijks- en gemeente-politie was afge zet toegelaten, om mede te helpen zooveel mogelijk te redden wat te redden viel, nl. door de planken in het kanaal te werpen. Terwijl men intusschen met het blusschingswerk voortging en nog meerdere spuiten op het terrein waren verschenen, o.a. ook de stoomspuit, werd krachtige hulp voor het blus schingswerk verkregen van het ber gingsvaartuig van de marine, dat ook de noodige stralen water in de vlam menzee wierp. Doordien de brandweer, onder lei ding van den opperbrandmeester, zoo krachtig den strijd tegen de elemen ten aanbond, wist men een loods waarin een groote hoeveelheid kost baar hout was geborgen te behouden. De druk van de duinwaterleiding werd dadelijk na het uitbreken van den brand verhoogd tot 40 M. Door het springen van de buis in de Joost de Moorstraat, wat echter eerst veel later werd bemerkt, verminderde de druk tot 30 M. Na het afsluiten van de gespron gen leiding werd weder 40 M. druk verkregen. Een krachtig aandeel in het blusschingswerk werd ook genomen door de spuit van de militairen en vooral ook de Jantjes, die zooals boven gezegd het eerst op het terrein aanwezig waren,hebben krach tige pogingen aangewend om het gevaar zooveel mogelijk te beperken. Behalve de zagerij gingen ook twee aangrenzende loodsen verloren. De aan het rijk toebehoorende bij de ge meente in pacht zijnde loodsen bleven gelukkig behouden. De brand zelf leverde een fantas- tischen aanblik op en in den prach- tigen zomernacht hebben duizenden en duizenden het schouwspel gade geslagen. Uren ver in den omtrek was de brand zichtbaar. Wij vernemen dat de schade door den brand veroorzaakt, door verzeke ring gedekt wordt. Op het terrein merkten wij op den burgemeester, de wethouders, enkele raadsleden, denjgemeente-bonwmees- ter en den commissaris van politie. Hedenmorgen stegen nog dikke rookwolken uit de smeulende puin- hoopen, waarop, af en toe een straal water werd gespoten. Men is heden dadelijk begonnen het hout dat in het kanaal geworpen was, weder op te bergen. Wij kunnen nog verzekeren dat over de oorzaak van den brand niets be kend is. De machinist K. J. Metz in de directie Hellevoetsluis en gedetacheerd bij de Maatschappij „de Schelde" alhier, wordt overgeplaatst naar de „Koningin Emma" te Nieuwediep, voor den onderzeedienst. Gisterenavond werden door notaris J. C. Paap in de „Oude Vriendschap" in het openbaar verkocht de volgende onroerende goederen Het huis met afzonderlijke boven woning, erf er. tuintje aan de Coosje Buskenstraat no. 10, groot 1 are 15 centiaren. Hoogste inschrijver en kooper de heer P. de Landmeter voor f 5000. Het huis met afzonderlijke boven woning en erf aan de Coosje Bus kenstraat no. 50, groot 82 centiaren. Hoogste inschrijver de heer H. J. Luitwieler voor 3320, kooper de heer J. Willemse voor f3500. Het winkelhuis met bovenwoning aan de Groote Markt no. 4 groot 84 cer.tiaren. Hoogste inschrijver de heer J. Loois Hz. voor f 1200; kooper de heer J. Cyvat voor f 1290. Het adres dat van hier zal gezon den worden aan den minister van justitie en waarin verzocht wordt de uitoefening van het bookmakersbedrijf weder mogelijk te maken, zal ook te Middelburg ter teekening worden gelegd. Ook de vereeniging„HandelsbeIang" te Middelburg moet voornemens zijn een adres aan den minister van justi tie te zenden. Onder groote belangstelling bad Woensdag te Middelburg de open bare verkooping plaats van de bui tenplaats „Veldzicht" een der laatste in de onmiddellijke omgeving der stad. De voornaamste perceelen, zijnde de buitenplaats zelf, met aangrenzen de villa, moestuin enz. werden door een persoon gekocht voor f30.602.50, terwijl de overige perceelen weiland door een boomkweekersfirma werden aangekocht voor f21.747. Of de koo per der buitenplaats, een aannemer uit Goes, deze zal behoeden voor verdwijnen, is echter niet bekend. ÜEHH- EM S€H6©LN9EUWS. Ger. Keiken. Op het tweetal te Jutrijp-Hommerts komt voor de heer S. Verlare, cand. te Krabbendijke. De heer H. L. Gerth van Wijk heeft tegen 1 November a.s. eervol ontslag aangevraagd als onderwijzer aan school G (meisjesschool voor meer uitgebreid lager onderwijs) te Middelburg. Op advies van hun leeraren hebben de leerlingen van de H.B.S. met 5 jarigen cursus te Deventer, die thans eindexamen doen, zich tot den mi nister van binnenlandsche zaken ge richt inzake het foutief opgeven van een meetkundig vraagstuk.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1914 | | pagina 2