mm ;je 1je, maandag u mei -verm,beld-i. r;i, jïïï, aaejSL s?t as. ISD flEISJE. Meisje Van's levens Schaduwkant. Frouw. 1914s- uxemburg no. SO' iODE .EISJE Verschijn! dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen FEUILLETON BINNENLAND SPORT •TRAAT naar straat 14 RUJÈRE handelaarster. No. 11© 32e Jaargang ezen worden Istrekt. Fr 3.- 4.- 3.- 14.- 10.- 24.- ïarneerbloemen fraaiste Frs. af. He landen. t fpotheek arschotten gunstig voor- I.RTICULIERE K, Delpratsin- fooruren van INVRAGEN ©-SÊ5, iedere - Zonder rabat, wordt twee- JOöPERATIEVE te Viissingen schriftelijk aan j-efaris T. BLAN- der tegenwoor- Mej. POLDER- lstraat. VALTE, Houtka- dagen een [ING, Badhuis et Juni een en de 15 jaar. Jt 4. Jacobstraat 13. ar. Adresbur. -Jongen jaar, bij J. W. VLISSINGSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS: Voor Viissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.30 per drie maanden. Franco door het geheele rijk 1.50. Voor België 2.20 Voor overige landen der Post-Unie 3.35 Afzonderlijke nummers 3 cent Finni F. VU DE VE1DE Ir, Kleine bil SI. Viissingen. Tuition Initio. 10 ADVERTENTIEPRIJS Van 1—4 regels ƒ0.40 voor iedere regel meer 10 cent Driemaal plaatsen wordt /weemaal berekend. Bij abonnement speciale prijs Reclames 20 ct. per regel Dienstaanbiedingen en -aanvragen 5 ct. per regel Onnng'".!'.^ VCtl dood«,nng„lto, bij valies., nng„ld«n bij verlies, Aftgulden bii verlies iT kerd iegen ongelukken ,00,: uDUO hekf tot werken t OU cTeluk dlfU Iflll 1011" .Jn" Toen hij dien middag van zijn werk (huis kwam, was de kamer leeg. Onwillekeurig bleef hij verschrikt op den drempel staan en de gedachte: „zou ze weggeloopen zijn schoot hem door het hoofd. Ze hadden 't van 't begin af aan al niet zoo best gekund samen, zijn vrouw en hij. Al heel gauw, nadat ze getrouwd waren, nou nog geen jaar geleden, was de ruzie begonnen. Dat was gekomen door de familie van zijn vrouw, die altijd bij hem in- en uitliep en, terwijl hij op de fabriek was, mooi weer speelde van zijn centen, 't Was toch natuur lijk, dat hij daartegen opgekomen was. Als 't nou nog fatsoenlijke, nette menschen geweest waren! Maar zoo goed stonden ze ook niet bekend 1 't Was geen wonder, dat ze z'n vrouw nog tegen hem opstookten ook. Van zulke menschen moest je dat ver wachten. En dat was natuurlijk nog erger geworden, toen ze wisten, dat hij hen liever niet zag en hij hun verzocht had niet meer in zijn huis te komen. Zijn vrouw was daar woe dend om geworden en 'thad een heele scène gegeven. Ze kwamen nog evengoed, alleen niet als hij thuis was. En de verhouding tusschen hem en zijn vrouw was er nog slechter door geworden, was in den laatsten tijd zoo slecht, dat hij zich werkelijk niet behoefde te verwonderen, wan neer ze wegliep. En toch schrok hij, nu hij de kamer leeg zag. Hij moest erkennen, dat de gedachte, dat ze weggeloopen zou zijn, hem pijn deed. Hield hij dan tcch van haar? Was het dan niet waar, wat hij haar zoo vaak toegesnauwd had, dat ze voor zijn part kon ophoepelen en liefst hoe eerder, hoe liever Hij iiep langzaam de kamer in cn keek rond. Hoe zou er alles wel uit zien, wanneer zij weg was, overdacht hij. Maar alles stond nog op de ge wor.e plaats. Er was niets vreemds niets, waaraan het merkbaar was, dat er zoo iets bijzonders gebeurd zou zijn. Maar zou het gebeurd zijn Hij keek rond, oi hij ook iets van haar zag, maar vond niets. Toen plot seling hoorde hij gestommel in het kleine slaapkamertje naastaan en met een ging de tusschendeur open. Met haar hoed op en haar mantel aan stapte zijn vrouw de kamer in. Hij keek haar verbaasd aan. „Goeien avond," zei ze. Hij keek nog verbaasder. Wat be- teekende dat Hij zag, dat z'n vrouw even glimlachte. „Waar ga je naar toe vroeg hij nu. „Nergens; een eindje wandelen," kwam ze onverschillig. „Nou?" vroeg hij verder. „Ja, waarom niet Je brood staat klaar." DOOR FLORENCE WARDEN. 54) O(Nadruk verbodett „Zou u dat onaangenaam vinden, en u doen wenschen, dat ik wegging?" Miss Bensington schudde het hoofd. Toen fluisterde zij dramatisch „Lieve (mag ik „je" tegen je zeg gen?), iets zal er toch uitgevonden moeten worden door iemand, en ik zou liever zien, dat jij de ontdekking deedt als er een ontdekking te doen is dan iemand anders. Je bent een verstandig meisje en zoo'n hulp „Ja, dat geloof ik ook wel en ik zal erg mijn best doen. Nu, dat is dan afgesproken en ik zal mama zeggen, dat ik met u naar de stad ga." „Zal zij je mee laten gaan Cora glimlachte. „Ik geloof niet, dat mama's leven de moeite waard zou zijn, als zij mij niet precies liet doen wat ik wilde, Zij stapte kalm de kamer door en naar de deur. Verbaasd staaide hij haar na. „Maarbegon hij. Maar hij wist ook eigenlijk niet wat hij nog meer vragen moest en zweeg weer. Zij was nu aan de deur gekomen en keek nog even om. 't Leek hem allemaal zoo vreemd. Zijn vrouw ging wandelen. Nou dat moest ze zelf weten. Maar 't was hem, alsof ze voor altijd van hem weg ging. Nu ze omkeek, leek het hem, of die blik nog eens voor het laatst alles over zag. En toer. de deur achter haar dicht ging kreeg hij een gevoel, alsof het nu uit was, uit was voorgoed. Werktuigelijk ging hij zijn brood zitten eten, waschte zich dan wat en trok andere kieeren aan. En telkens keek hij naar de deur en dacht, zou ze nou terugkomen? Het was donker geworden in de kamer en hij stak de lamp aan, liet de gordijnen neer. Nou zou ze toch niet meer wande len, dacht hij. Maar waar moest ze dan zijn Bij haar familie Het gordijnenkoordje nog in de hand, bleef hij roerloos staan. Natuurlijk bij haar familie was ze, bij die mooie familie. En ze zou wel niet meer terugkomen, natuurlijk niet. Hij grijnslachte, terwijl hij het gor- dijnenkoord losliet. Nou dan moest ze maar wegblijvendes te beter dan had hij ook geen ruzie meer. Maar wat moest hij dan Alleen hier blijven huizen, dat ging toch niet. Hij zou een kosthuis moeten zoeken. Enfin, dat was ook al goed. En hij overdacht al, waar hij dan gaan moest. Toen z'n vrouw een half uur later nog niet thuis was, draaide hij het licht uit en ging de deur uit. Laat in den avond kwam hij aangeschoten thuis. Hij zag, dat er geen licht brandde en begreep, dat ze nou weg was. Toen hij de donkere kamer binnen ging vloekte hij. En hij vloekte nog harder, toen hij zich, zoekend naar lucifers, aan de tafel stootte. Toen hij den volgenden morgen naar zijn werk ging, liep hij eerst de straal door, waar zijn vrouw's familie woonde, maar hij zag niemand. Hij begreep, dat ze nu wel niet meer te rug zou komen en in zijn zak balde hij z'n vuist tegen haar familie. Die zou hem nu wel uitmaken voor dron- kenlap en voor alles, wat leelijk was. Maar wiens schuld was het, dat hij zoo telkens dronk. Nou ja, een bor rel had hij altijd wel gelust, maar aan den drank was hij toch nooit ge weest. Maar door zoo'n lever, raakte je eraan. Nooit had z'n vrouw de boel in orde gehad en meer dan de helft van den tijd was haar familie over den vloer. En dan daarbij nog de eeuwige ruzies. Enfin daar was hij nou tenminste af. nu en altijd," antwoordde zij een voudig. „Maar, u kunt het haar vra gen, terwijl ik mijn hoed opzet en Clara een reistasch voor me laat in pakken." Mevrouw Schmidt vond het niet heel prettig, dat haar dochter deze onverwachte reis zou ondernemen, maar zooals Cora zei, zij durfde niet weigeren, daar een weigering toch geen effect zou gehad hebben. Zoo keerden Cora en miss Bensing ton binnen een half uur naar de To wers terug en tien minuten later schudde Cora lord Bensington de hand en luisterde naar de eerste be leefde woorden, die hij dien morgen gesproken had. Tegen lunchtijd waren zij a'len terug in hun huis in de stad, Gros- venor Place 13, en Cora die het met zichzelf eens was, welke gedrags lijn zij zou volgen, was op weg naar het kantoor van een particulier de tective. Van het eerste oogenblik af, dat zij gehoord had van het verdrinken van Joe Ruggles, kon het Ameri- kaar.sche meisje het idéé niet van zich afzetten, dat de sleutel tot dat Dien avond, toen hij alleen thuis zat, vloog er plotseling een steen tegen zijn ruiten. Hij schoof het raam open en boog het hoofd naar buiten. „Leelijke dronkenlap," klonk het van de straat. Hij begreep dadelijk. „Schooiers," riep hij terug. „Wacht maar, we zullen je wel vinden", werd naar beneden ge schreeuwd. Dan hoorde hij mannen wegstappen door het duister. „Ze willen je te lijf, pas maar op," zeiden z'n kameraden, toen hij het den volgenden morgen op de fabriek vertelde, „ze hebben het zelf gezeid." Hij grijnslachte. „Laten ze maar oppassen," zei hij, „anders ga ik ze te lijf." Maar dien avond, toen hij wat aan geschoten was, kocht hij toch een revolver en patronen. Diezelfde week nog verkocht hij z'n inboedel en zocht een kosthuis. Z'n vrouw had hij niet meer ge zien na dien dag, dat ze was weg gewandeld. Het hinderde hem wel. En als hij, 's morgens wakker ge worden, alleen in zijn kamertje zat, werd het hem vaak zoo wonderlijk te moe, dat hij zenuwachtig wat moest wegslikken. Dat bieef dan soms den heelen dag hem bij. En 's avonds na zijn werk ging hij maar gauw naar de kroeg en dronk. Op een lenteavond dat hij de kroeg uitkwam, zag hij haar langs de gracht aankomen samen met een paar fami lieleden.'t Was, of hij plotseling zijn hart voelde stilstaan Maar dan golfde het bloed hem naar het hoofd. „Daar heb je ze nou", herhaalde hij maar aldoor bij zichzelf. Zij hadden hem blijkbaar ook ge zien en spraken over hem. Nu zag bij, dat ze Lachten. En een bittere woede steeg in hem op. Onwillekeurig tastte hij naar de re volver. Als ze maar iets zeiden, dan zou hij ze. Maar ze zeiden niets en lachten maar, z'n vrouw ook. Hij kon het niet meer aanzien. Teen hij vlak bij hen was, lachten ze nog luider. „Dronken," hoorde hij z'n vrouw zeggen. Toen keerde hij zich met een plot selinge ruk naar haar toe. „Wat zeg je, dronken Ze keek hem aan en lachte. Toen scheurde hij z'n revolver de zak uit en schoot. Hij hoorde gillen, zag menschen aandraven. En, de re volver nog in de hand, rende hij weg, de gracht af. Een agent, die hem zag aankomen met de gerichte revolver schoot haastig een zijstraat in. Den volgenden morgen werd hij gearresteerd. geheim en zooals zij later dacht, tot de volgende misdaden, te vinden zou zijn in het vaststellen met wien Rug gles een rekening te vereffenen had omtrent de wedrennen, wat hem naar de Towers gebracht had. Daarom zette zij den detective aan het werk om de familie van Ruggles op te sporen en binnen enkele dagen kwam hij tot haar met de informatie, die zij noodig had. De verdronken Joe Ruggles maakte zijn inkomen door weddingschappen bij de wedrennen, en was een ge volmachtigd agenthij had geen al te goeden naam, maar behoorde toch ook niet tot de siechtsten. Hij had een weduwe en twee kin deren nagelaten, de éen een zoon van drie of vierentwintig, bepaald een verdacht sujet en de ander een doch ter van ongeveer negentien. Moeder en kinderen woonden samen in een klein huis te Brixton, waar zij kamers verhuurden en de vrouwen verder schralen kost verdienden met verschillende bezigheden, zooals cos- tuumnaaien, het adresseeren van enveloppes en dergelijke dingen meer. Het leeuwenaandeel van het werk Kamerverkiezing Katwijk. Naar de „N. Ct." verneemt is met algemeene stemmen door de Chr.Hist, Kiesvereeniging te Katwijk candidaat gesteld de heer dr. J. Th. de Visser. Aan de districtsvereenigingen zal verzocht worden de candidatuur over te nemen en te steunen, evenals aan de anti-revolutionaire en r.-kath. kies- vereenigingen. De heeren Rodrigues de Miranda te Amsterdam en mr. D. A. van Eek, oud-burgemeester van Boskoop en voorzitter van de afd. Leiden der S. D.A.P., worden genoemd als degenen die het meest in aanmerking komen om in Katwijk vanwege de S.D.A.P. candidaat te worden gesteld. Eerst genoemde was ook in 1913 candidaat voor dit district. Vrijzinnige Concentratie. Hemelvaartsdag a.s. zal het Vrij zinnige Concentratie-Comité in alle 11 provinciën een landdag houden, waar van alle vrijzinnige fracties een lid, zoo mogelijk een Kamerlid, het woord zal voeren. Te dien einde is ia iedere provincie een comité gevormd, dat de voorbe reiding ter hand genomen heeft. Te Goes wordt een landdag ge organiseerd door den Vrijzinnigen Bond in Zeeland. Deze betoogingen worden belegd met het doel, de verkregen eenheid in de actie der drie vrijzinnige fracties te bestendigen en sympathie te wek ken voor den arbeid van het ministe rie Cort van der Linden. De gouverneur-generaal van Ned.-lndië. De correspondent van het „Hbld." te Batavia seint De gouverneur-generaal, A. W. F. Idenburg, beval den vice-president van den Raad van Nederlandsch- Indië, D. F. W. van Rees, bij de regeering in Nederland warm aan, als zijn opvolger. Het vertrek van den landvoogd in December a.s. staat vast. De landvoogd is ijverig werkzaam aan een schriftelijke uiteenzetting van de gedurende zijn vijfjarig bestuur gevolgde politiek. Hij volgt hiermede het door zijn voorgangers, Rooseboom en van Heutsz, gegeven voorbeeid. Verhooging jaarwedde burgemeester Rotterdam. Het oudste lid in jaren van den gemeenteraad te Rotterdam, de heer W. J. Droogleever Fortuyn, heeft het voorstel ingediend B. en W. uit te noodigen aan het college van Ged. Staten der provincie Zuid Holland den wensch van den gemeenteraad kenbaar te maken, dat de jaarwedde rustte op de twee vrouwen, terwijl de jonge man, ofschoon niet precies lui, twijfelachtige inkomsten had door de wedrennen. Zoo was het verhaal, dat Cora te hooren kreeg.Zij kleedde zich dadelijk en nam een taxi-auto naar Brixton, waar zij zonder moeite het huis der Ruggles vond. Het 'eek heel armoedig, en toen Cora het treurige voortuinje instapte, met zijn vertrapte grasperken en slor dige heesters, zag zij een vrouw in verbazing turen naar haar en de wach tende taxi. Ofschoon men haar had zien ko men, liet men haar lang wachten, toen zij aan de deur geklopt had. Eindelijk werd de deur geopend door een vrouw veel jonger dan die zij aan het raam had gezien „Bent u miss Ruggles vroeg Cora met een innemenden glimlach, terwijl zij het armoedig gekieede meisje in het witte, anstige gelaat zag. „Ja, mijn naam is Nellie Ruggles", zei het meisjeen nu kwam er op het jonge, magere gezicht een trek van groote vrees. Cora glimlachte innemender dan ooit. van den burgemeester van Rotterdam zal bepaald worden op f 18.000 's jaars en voorts dit college te verzoeken het daartoe noodige besluit te nemen en dit aan de goedkeuring van H. M. de Koningin te onderwerpen. Het college van B. en W., met den wethouder Havelaar als voorzitter dit voorstel aan den raad overleggende, deelt mede, dat het zich met strekking en formuleering van het voorstel ten volle kan vereenigen en in overwe ging geeft in de eervolgende raads vergadering dienovereenkomstig te besluiten. Herhalingsoefeningen landweer. Bij Kon. besluit is bepaald, dat met uitzondering van hen die behoo- ren tot de landweer-hospitaalsoldaten of tot de landweer-administratietroe pen, dit jaar tot het houden van oefeningen door den minister van oorlug onder de wapenen zullen worden geroepende dienstplichtigen der landweerlichtingen 1912 en 1913, die geen rang bekleeden, voor den tijd van zes dagende dienstplichti gen der landweerlichtingen 1909,1910, 1911, 1912 en 1913, die een rang bekleeden, voor den tijd van negen dagen; de dagen van opkomst onder de wapenen en van vertrek met groot verlof daaronder begrepen. Gymnastiek. Hef Nederlandsch Gymnastiekver- bond en zijn taak. Nu binnen enkele dagen de open bare uitvoering van het gewest Zee land van het Ned. Gymn. Verbond te Viissingen zal plaats hebben, willen wij in enkele weinige woor den trachten de nationale beteekenis van het werken van het verbond in het licht te stellen en daardoor onze lezers opwekken den 21 Mei as., deze uitvoering te gaan bijwonen. Het N, G. V. bestaat uit een groot aantal vereenigingen van mannen en vrouwen, jongens en meisjes, die wekelijks een of meermalen bijeen komen, om onder leiding van daar toe bevoegde leeraren zich met gym nastische oefeningen bezig te houden. Al deze menschen, en het zijn er eenige duizenden, beoefenen deze gymnastiek niet in de eerste plaats om er roem of eer of voordeel mee te behalen, maar om er voor hun gezondheid en voor hun lichaam profijt van te trekken. De gymnastiek is een tak van lichaamsoefening, die zich van ver schillende takken van sport op aller lei wijze onderscheidt. Zij is niet kostbaar, zooals b. v. het roeienzij is niet aan een jaar getijde gebonden, zooals de sneeuw» „Wees niet bang voor mij", zei zij. „Ik kom met een boodschap, die u genoegen zal doen." „Genoegen herhaalde het meisje, alsof zij nauwelijks de beteekenis van het woord kende. „Ja, ik moet u eenig geld teiug geven, dat men u schuldig is", ging Cora voort, met haar beurs ramme lend, wat een bemoedigend geluid gaf. Eerst zag het meisje er verheugd uit, toen begon zij weer te twijfelen. Dit kon een valstrik zijn 1 Dit las Cora in de uitdrukking van haar gelaat. „Ik geloof," zei Cora, die reeds bij zichzelf had uitgemaakt, dat dit meisje ais was in haar handen zou zijn, „dat u onlangs uw vader ver loren hebt?" Het meisje zag haar tersluiks aan, knikte zonder te spreken. Cora ging voort „Imand, die te Teddington woon de, was hem geld schuldig Het gezicht van het meisje werd norsch. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1914 | | pagina 1