2000
Eerste Blad
IwirtsMaiMlailen,
Se Slrijd om een Gravenkroon.
rriËw
wen.
31 JANUARI
ÜCHTEW
iSTUUR"
No. ^6
32e Jaargang
1914
Verschijnt dagelijks, uitgc-zsndsrd op hén en algemeen erkende Christelijke feestdagen
GEMEENTEBESTUUR
FEUILLETON
Arm en Rijk.
Brieven uit de Hofstad
radicalen on-
id. De socialis-
zich tegenin,-
ene en voor een
rijk en Duitsch-
lekent de partij
Ir socialistische
Iral waar geen
,e behalen valt,
candidaten té
Ite waarborgen
?keling van de
■gen de gevaren
In entente met
e wereldlijke
forming in de-
stemmen het
■hebben aange-
1 gesloten.
trnissarls
lie.
benoemd tot
te Vlissingen,
van rijkspoli-
Sasinjet, thans
tie te Culem-
ieluK,
beproevingen,
net de onder-
nedok werden
luig gezonken,
n man om het
den ontbreken.
Idag.
|d in Zeeland
Donderdag
fes een Bonds-
den
Waterweg.
JID. Het stoom-
m dé Holland-
pssiuis aan den
in het vaar-
hepen kunnen
geseind
Jsperd.
dederlandsche
aanvaring ge-
he stoomschip
omschip werd
Likt.
STING.
iet kohier der
1913 14,nol0.
tn Vlissingen
em ontvangen
iger is gezon-
directeur der
r e d a execu-
10. 10, wegens
ïst 1913/1914;
nde belasting-
'enoodigd om
len bepaalden
ook ter voor-
en
ten binnen zes
rer, te worden
ging geschied
Januari 1914.
oornoemd,
JUDEKERKE
VLISSINGSCHE COURAINT
ruari a.s.
en a f 1.75
«i&IJER.
ijwielhandeb
gen zijn te
ABONNEMENTSPRIJS: Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ1.30
per drie maanden. Franco door hét geheele rijk 1.30. Voor BelgiC 2.20
Voorvoverige landen der Post-Unie ƒ3.35 Afzonderlijke nummers 3 cent
juli: fima f. Ut 01 Mi It.. Sltine hit 51, Ctissinp. Iiiilaaa Intirc. 18
ADVERTENTIEPRIJS: Van 14 regels ƒ0.40; voor iedere regel meer 10 cent
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Bij abonnement speciale prijs
Reclames 20 ct. per regel Dienstaanbiedingen en -aanvragen 5 ct. per regel
De abonnés, in 't bezit eener
polis, zijn GRATIS verze-
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken
gulden bij dood <f|f|rf\giilden bij verlies A gulden bij verlies gulden bij verlies f*gulden hij verlies
Ijl door xH 1BI vatl een tland' I ■18 van 3 6281 van ecn /h van eiken
kërd tegen ongelukken vó'or: LiUUU heid tot werken S vU een ongeluk voet of oog AtlU een duim IUU wijsvinger Ld%3 anderen vinger
pt2e uitkeeringsn worden VERDUBBELD indien de verzekerden, voorzien van geldig plaatsbewijs, een ongeluk bekomen op trein, boot of tram. De uitkeering wordt gewaarborgd door de „Holl. fllg. Verzek. Bank" te Schiedam
BEKENDMAKEN* i
Kiezerslijst.
De Burgemeester van Vlissingen;
relet op de arfct. IX, 12 en 13 der Kieswet;
Soodigt de mamielijko inwoners der gemeente
.die vóór of op den' 1.5 Me.t 1914 den leeftijd
van vijf-en-twintig jaren bereikt hebben en die
niftt in 'de gemeente Vlissingen aangeslagen zijn,
hetzij over het dienstjaar 1913 in de, grond
belasting voor een bedrag van minstens f 1
of iiaai' een of meer der vijf eerste grondslagen
4«r personeele belasting, hetzij over liet dienst
bar 1912- 1913 in do vermogensbelasting of in
belasting op de -bedrijf 8- en andere inkom
sten, die. aanspraak willen maken om ge
plaatst. te worden op de lijst, aanwijzende hen
(lie bevoegd zijn tot het kiezen van leden van
de T w e e d e K a in e r, Van de Prov ine i a 1 e
Staten en van den Gemeenteraad, uit
om MöV den lö Félrniftvi 1914
lo. indien zij in eone andere gemeente aan
geslagen zijn, hetzij over het dienstjaar 1913 in
<le grondbelasting (in die gemeente alleen of in
meer gemeenten te zamen tot een bedrag van ten
minste een gulden), of over het' dienstjaar 1913
naar eeii of meer der vijf eerste grondslagen der
persoueele belasting, hetzij over het dienstjaar
1912—1015 in de vermogensbelasting of in de
belasting op bedrijfs- en andere inkomsten, daar
van door overlegging der voor geheel voldaan
geteekende aanslagbiljetten te doen blijken aan
slagen in die belastingen, waarvoor eerst na 31
.December 1913 een aanslagbiljet uitgereiktis,
Wijven daarvoor buiten toepassing2o. zich
overeenltomstig de daartoe vastgestelde formulie
ren aan te geven
A, Indien zij als mede-eigenaar over 1913
aangeslagen zijn in de grondbelasting wegens
'HiToerènae goederen eener onverdeelde nalaten
schap en liet aandeel in dien aanslag minstens
te»,. guldenbedraagt en de aanslag ten yol]e
oetaaw is, onder overlegging vaiihet aanslag
biljet of een dooi den ontvanger gewaarmerkt
duplicaat daarvan, eene opgaaf van h'et bedrag'
van het aandeel in den aanslag en van de noodige
heseheiden ten bewijze van het gemeenschappelijk
bezit. (Aiodel no. 11)
B. indien zij als hoofden van gezinnen of als
;dleeö wonende personen op den 31 Januari 1924
sedert den len Augustus 1913 bewoond hebben
krachtens huur die ook verschuldigd kan zijn in
den vorm van contributie aan eene coöperatieve
bomvvereenigingeen huis of een gedeelte van
een huis, waarvoor met of zonder bijbehoorenden
of in lmur gebruikten grond of lokalen en bij
gebouwen, niet ter bewoning bestemd, de-werke
lijke huurprijs, per week berekendten minste
heeft bedragen de som voor de gemeente of het
gedeelte der gemeente, waar het huis gelegen is,
vermeld in de bij de Kieswet gevoegde tabel
(voor Vlissingen f 1,75 per week). (Model lila)
t'. indien zij als hoofden van gezinnen of als
alleenwonende personen op den 31 Januari 1914
sedert den lsten Augustus 1913 bewoond hebben
krachtens huur die ook verschuldigd kan zijn in
den vorm van contributie, aan eene coöperatieve
bouwvereniging in dezelfde gemeente achtereen
volgens twee huizen of gedeelten van huizen, van
Ik waarvan met öf zonder bijbehoorenden of in
huur gebruikten grond of lokalen en bijgebouwen
"iet ter bewoning bestemd, de werkelijke huur
prijs, per week gerekend, ten minste heeft bedra
gen de som voor de gemeente of het gedeelte der
gemeente waar het huis gelegen is, vermeld in de
'dj de Kieswet gevoegde tabel (voor Vlissingen
1 1,75 per week). (Model ITÏb)
0. indien zij als hoofde# van gezinnen of als
dleciuvoncnde personen op den 31 Januari 1914
sedert den len Augustus 1913 bewoond hebben
krachtens eigendom, vruchtgebruik of huur,een
zelfde vaartuig van ton minste 24 kubieken meter
inhoud of 24000 kilogram •laadvermogen. (Mo'-
del IV);
E. indien zij op den 31 Januari 1914 sedert
Roman van G. H. v. D.
(Nadruk verboden.)
102). -o-
Het weefsel van onwaarheden en
verkeerde uitlegging van natuurlijke
handelingen was zoo kunstig, dat de
onschuldige voelde, hoe het anderen
van zijn schuld overtuigen moest,
dat het verontwaardigde gevoel geen
moed vond, bizonderheden te weer-
'oggen, dat men niets anders zeggen
kon, dan: het is alles leugen. Maar
woede, verontwaardiging, bitterheid
on de angst, door tegenspraak de
verwikkeling nog sterker te maken,
de schaamte, op zulk een aanklacht
te moeten antwoorden, maakten den
ouden heer sprakeloos.
Het oog van den beambte scheen
den indruk zijner woorden op het
gelaat van den Graaf te bestudeeren,
het rustte nu vragend en onderzoekend
op den man, wien reeds een wan-
houwende blik beleedigd zou hebben.
den 1 Januari 1.013. bij denzelfden persoon, de
zelfde onderneming, openbare of bijzondere in
stelling, hetzij achtereenvolgens bij niet meer dan
twee personen, ondernemingen, openbare of bij
zondere instellingen in dienstbetrekking werkzaam
zijn geweest en als zoodanig over het jaar 1913
een inkomen genoten hebben als voor de gemeente
of het gedeelte dor gemeente waar zij wonen,
vernield is in de bij do Kieswet gevoegde tabel
(voor Vlissingen f -J-50) met dien Verstande, dat
bij de berekening van dat inkomen ad f 450,
vrije woning of inwoning berekend wordt op
f 87.50, vrije kost en inwoning op f 300 en enkel
vrije kost op f 212,50. (Model Va of Vb)
JA indien zij op den 31 Januari 1914 sedert
den len Januari 1913 als inwonende zoon in het
lied rijf of beroep der ouders werkzaam zijn ge
weest en als zoodanig over h,et jaar 1913 een
inkomen genoten hebben als voor cle gemeente of
gedeelte der gemeente, waar zij wonen, vermeld
is in de bij de Kieswet gevoegde tabel. (Voor
"Vlissingen zie het vermelde bij letter E.) (Mo
del VI)
Indien zij oj.i den 1 Februari 1914 in het
genot zijn van een door eeno onderneming, open
bare of bijzondere instelling verleend pensioen of
verleende lij teen te van een gelijk bedrag als het
inkomen voor cle gemeente of het gedeelte der
gemeente, waar zij wonen, vermeld in do bij de
Kieswet gevoegde tabel. (Voor Vlissingen f 450).
(Model Vil)
H. indien zij vorkoeren óf in het geval sub E
of in dat sub F en bovendien in het geval sub
G-, en hun inkomön of pensioen afzonderlijk min
der bedraagt dan in die gévallen vereischt
wordt, doch door samenstelling van het inkomen
en het pensioen- of lijfrente hot vereischte bedrag
bereikt wordt. (Voor Vlissingen f450;) (Model
Villa, VIIIb of VIlIc)
1. indien zij op den I Februari 1914 sedert
den 1 Februari 1913 den eigendom met recht
van vrije beschikking hebben van ten minste
f 100, (nominaal) ingeschreven in de Grootboeken
der Nationale Schuld. (Model IXa)
J. indien zij op den 1 Februari 1914 sedert
den 1 Februari 1913, den 'eigendom met recht
van vrije beschikking hebben van tenminste f 50
ingelegd- in de Rijkspostspaarbank, in een ge
meentelijke spaarbank of in eene spaarbank be
heerd cloor het bestuur van eene rechtspersoon
lijkheid bezittende vereeniging, van eene naam
looss© vennootschap, van eene coöperatieve ver
eeniging of van eene stichting, zulks met dien
verstande, dat onder bedoelde "spaarbanken, voor
zoover'dezv, na 1' Met 1900 zijn-opgericht, alleen
die begrepen zijn, welke een waarborgfonds van
f 25,000 bij de Nederlandsche Bank gedeponeerd
hebben. (Model IXb)
K. indien zij met goed gevolg hebben afgelegd
een examen, ingesteld door of krachtens de wet
of aangewezen bij algemeenen maatregel van
bestuur en in verband staande met de benoem
baarheid tot eenig ambt, voor de vervulling van
eenige betrekking of voor de uitoefening van
eenig bedrijf of beroep (Model X)
verder wordt de aandacht er op gevestigd dat
zij, die vorkeeren in de gevallen hiervoren ver
meld onder letter B of D en reeds eenmaal op
de Kiezerslijst vermeld zijn en op den 31 Ja
nuari '1914 nog hetzelfde huis of gedeelte van
een huis lie wonen of eenzelfde, vaartuig in ge
bruik hebben, zonder nadere aangifte op de
Kiezerslijst gebracht worden, tenzij zij eene der
voor de kiesbevoegdheid gestelde eischen verloren
hebben of op 1 Februari 1914 hebben opgehou
den iüwoner van Vlissingen te zijn
dat zij, die verkeeren in de gevallen hiervoren
vermeld onder de letters E, F en H en reeds op
de Kiezerslijst voorkomen, indien zij op 1 Fe
bruari 1914 nog te Vlissingen wonen, vóór don
8 Februari 19.14 door den burgemeester een aan-
gif'te-biljet ontvangen, dat door hen vóór den
lo Februari 1914 ingevuld moet terugbezorgd
worden ten raadbuize, (griffie)
dat zij die verkeeren m de gevallen hiervoren
vermeld' onder letter C, I, J of K. en reeds óp
de Kiezerslijst voorkomen, zonder nadere aan
gifte op do Kiezerslijst gebracht "worden, tenzij
zij vóór of op 1 Februari 1914 een der voor de
kiesbevoegdheid gestelde eischen verloren hebben
of' opgehouden hebben inwoner van Vlissingen
te zijnen dat de verschillende modellen voor
de aangifte kosteloos verkrijgbaar zijn ter ge
meente-secretarie, (griffie.)
Vlissingen, den 31 Januari 1914.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKS.
„Ik verzoek nu om uw voorstelling
der gebeurtenissen", zei hij eindelijk,
toen de Graaf geen woorden vond.
„Mijnheer", antwoordde Wildenfels,
die zichzelf nu weer meester was,
op somberen toon, „ik ben het, wien
uw aanklacht treft, niet mijn zoon.
Ik heb mijn zonen pas den laatsten
tijd kennis gegeven van de erfenis
kwestie en dat slechts in zooverre,
als ik hun hulp noodig had. Het is
in onze familie gebruik, dat het hoofd
der familie beslist over de vragen,
die onze eer of onze belangen be
treffen en ik sta voor m^n zoons in,
dat dezen niet in staat zouden zijn,
iets beslissends te doen zonder mijn
voorkennis of mijn wil. De volmacht,
die mijn zoon Wolfgang den heer
Wolfsohn helaas gegeven heeft, be
wijst niets tegen deze verklaring. Mijn
heer Wolfsohn heeft hem door de
voorstelling dat er gevaar in aantocht
was, toe overgehaald, maar mijn zoon
heeft mij den man dadelijk gezonden,
dus niets heimelijk gedaan, en de
man heeft de kunst verstaan mij te
bepraten, evenals mijn zoon. Een
vriend van mijn huis, graaf Bolten-
sern, waser bij, toen ik hem ontving.
Het wintert in deze dagen van
Januaride ijzige wind jaagt dan
dagen lang uit het oosten, dan is het
weder een kille Noord-Wester die
ons in de straten doet huiveren en
huiswaarts spoeden. De dagen len
gen reeds, het is waar, maar de zon
blijft dikwijls geheel schuil en het
ziet er naargeestig en somber nog
uit in de natuur, waar wij het
oog ook wenden. Het hoekje van den
haard is thans een veilige toevluchts-
plek, de warme vriendelijk verlichte
kamers bij avond hebben thans een
dubbele aantrekkelijkheid en koude
en somberheid vluchten henen voor
de atmosfeer van den gezeliigen
kring rondom de huiskamer-tafel.
Dat alles is gelukkig het deel van
velenmen behoeft geen rijkaard te
zijn om zich, gelijk de Engeischen
het onvertaalbaar noemen, een
„home", een vriendelijk warm, eigen
„thuis" te scheppen. Daar is geen
groot fortuin voor noodig om ons
een „Hollandsch binnenhuisje" te ma
ken, dat het gebenedijde bezit kan
zijn voor bijna ieder onzer. Het is
immers niet het vele geld dat hier
de scheppende kracht is, maar iets
dat niet voor geld te krijgen is, en
dus veel kostbaarder genoemd kan
wordende zin voor huiselijkheid.
In hoeveie fraaie heerenhuizingen
kunt ge niet binnentreden en toch
dat éene er niet vinden Alles spreekt
van weelde en rijkdo';i kosten noch
moeite zijn gespaard öm de bewoners
het fraaiste en duurste te geven dat
voor geid te koop is; en toch,
op den man af gevraagd, zoudt ge
er niet willen wonen, gij die het
schoonste sieraad uwer woning, de
innige huiselijkheid acht, waarvan zij
dan ook getuigt, en die haar eerst
waarlijk tot woning maakt.
Toch, zoo ai de meerdere of min
dere rijkdom of welgesteldheid niet
den doorslag geeft om onze woning tot
een „home" te verheffen, er is toch
wel degeiijk een zekere grens van
bezit, waarbuiten geen „huis" meer
te scheppen valt. En velen hebben
dan ook om die reden niet het voor
recht meer van eer. „thuis" te kunnen
spreken dat zijn de maatschappelijke
schipbreukelingen, de al of niet door
eigen schuld van bijna alles beroofden,
de behoeftige armen, de paupers, zoo
als de groote steden vooral er bij dui
zenden tellen. De ontbering grijnst
u niet alleen uit de aangezichten
tegen, zij spreekt ook luide door den
aanblik van het verblijf waarin deze
rnenschen lever., en waar ge tever
geefs naar een behoorlijk meubel
of eenig gerief zoekt. Hoe bitteren
klank zou hier het woord „gezellig
heid" of „huiselijkheid" hebben hoe
Hij was evenals ik eerst van meening,
dat men den man de deur moest
wijzen, maar hij liet zich ten laatste
ook overreden. U kunt daaruit dus
zien, dat de man het bij uitstek ver
staai, zelfs onwil!igen van zijn bruik
baarheid te overtuigen. Ik heb in be
trekking tot de Wildenfels, noch tot
Harley, noch tot Wolfsohn geheimen
gehad; alles is open en eerlijk ge
beurd, ik ben een vijand van alle
intriges. Ik durf met alles voor den
dag komen, wat ik of mijn zonen
gedaan hebbenheeft men ons be
drogen, hebben wij misschien in veel
verkeerd gehandeld, dan heeft ons
toch steeds het gevoel der eer geleid,
wij hebben gehandeld, zooals wij
dachten aan onze eer verplicht te
zijn. Ze'F; in de zaak met juffrouw
Wildenfels kan ik elk verwijt tegen
mijn zoon afwijzende gedachte,
haar goeden naam te benadeelen, is
hem zoo verre geweest, dat hij nu
gewond ter neder ligt, omdat hij het
niet duldt, dat men aan de eerlijkheid
zijner bedoelingen getwijfeld heeff.
Ik kan geen ander antwoord geven
op een weefsel van onwaarheden en
verkeerde voorstellingen. Slechts één
onbekend is hier het vredig hoekje
bij den haardEn hoevelen in ons,
toch in zco velerlei opzicht, rijk ge
zegend land, vergaat het nog aldus.
Vraag het, zoo ge het niet uit
eigen aanschouwing of ervaring weet,
maar eens aan hen, die uit hoofde
van hun ambt of bezigheid de wo
ningen van schier een ieder binnen
treden vraag het aan de tallooze
mannen en vrouwen die, zich vrij
willig in dienst der liefdadigheid
stellend, hun krachten wijden aan
de leniging van zoo velerlei leed;
vraag liet de rapporten onzer groote
vereeniging en op philanfropisch ge
bied, vraag het de jaarverslagen dier
vele vereenigingen van liefdadigheid
over heel ons land verspreid. Daar
zijn geen betere leerboeken te ver
krijgen, dan deze, om ons dankbaar
heid te leeren, voor hetgeen ons ten
deel mocht vallenook geen betere
schoolboeken zijn er om ons te leeren
kennis te maken met wat voor veler
oog nog in het eigen vaderland ver
borgen bleef, dan deze boeken toonen
uit de school des levens zelve.
Dan kunt ge leeren rijk te zijn met
hetgeen ge ontvingt en bezitten
moogt, al pleegt ge u overigens niet
tot de „rijken" in den lande te reke
nen. Dan leert gz inzien dat „rijk"
en „arm" wet zeer betrekkelijke be
grippen zijn.
Zoo gaat het in het stoffelijke
niet minder echter in het onstoffe
lijke, in het gemoedsleven. Ook daar
kunt ge rijk en arm, arm en rijk
ontmoeten, van zeer betrekkelijke
waarde. Een hoog staatsambt, een
positie op de bovenste sporten van
de maatschappelijke ladder, maakt
den drager dier waardigheden nog
geenszins tot iemand met een rijk
gemoedslevenevenmin, dat de ne-
derigen in den lande, zij die tot de
klasse der „kleine luijden" gerekend
worden, daarom een arm gemoeds
leven zouden leiden. De voornamen
onder ons, wier hart verdord, wier
geest bekneld is tusschen de enge
begrippen van standsveroordeel. mag
men gerust „arm" noemen van in
zicht en begrip; terwijl er zoovelen
dier eenvoudigen in den lande zijn,
van wien ge aanstonds gevoelt, dat
hun helder oog slechts de weerspie
geling is van een rein, een helder
hart, dat medevoelt en medeleeft met
veel en velen om zich heen. Noem
vrijuit zulk een man of vrouw, ook
al dekt een schamel kleed hun leden,
een „rijk" mensch.
Naar zulk een rijkdom te streven,
kan niet verloren moeite genoemd
worden zulk een rijkdom te verwer
ven stelt ons in het bezit van iets,
dat onvervreemdbaar is en ons eigen
dom blijft, ook wanneer al het andere
ons ontvallen zou.
En wanneer ge in deze sombre
ding kan ik u zeggenik had eer
verwacht, dat Frans Kroneck mij in
het woud had opgewacht, om mij een
schot door het lijf te jagen, dan dat
ik of mijn zoon hem ooit een op
dracht hebben gegeven, in onzen
dienst een misdaad te begaan. Frans
Kroneck stond in heimelijke ver
standhouding met mijnheer Harley,
zijn geliefde was daarbij bemiddelaar
ster- en daarom heb ik haar ontsla
gen. Graaf Boltenstern was getuige
van alles, wat tusschen Harley en
mijn familie plaats vo idwat wij
deden, werd met hem overlegd en
hij hield er ons van teiug, zoo harts
tochtelijk te handelen, als misschien
anders tengevolge der provocatie van
dezen ellendeling gebeurd zou zijn."
De overtuigende kracht der waar
heid lag in deze woorden de be
ambte vond er zeker ook veel in,
wat zijn combinaties sterk aan 't wan
kelen bracht, want hij veranderde
niet alleen van toon en houding,
maar hij bekende het ook dat deze
verklaring een geheel ander licht
wierp op de zaak. „Het is een buiten
gewoon geluk voor u, zei hij, „dat
u bij alles een getuige hebt gehad.
dagen met hun koude en naargees
tigheid, in een aandrang tot leniging
van nood of verzachting van stoffe
lijk leed, een schamele woning, waar
uw hulp werd ingeroepen binnen
treedt, offer dan in de gulheid des
harten de gaven, die het verstand u
voorschrij'ft hoe ze besteed moeten
worden. Slechis wanneer verstanden
hart samengaan zal liefdadigheid de
werkzaamste uitwerking kunnen heb
ben. Doch houdt u er tevens van
overtuigd, dat de mogelijkheid niet
is uitgesloten, dat dë „armen", die
ge uw penningen komt schenken,
wel eens rijker konden blijken, dan
ge vermoedt; rijker aan dieper in
zicht en aan louterende levenserva
ring, dan mogelijk velen, wie het
„meeliep" in de wereid. Het staat
aan u, rijkere, te zorgen, dat ge in
dit opzicht niet armer zijt dan zij.
Postkantoren. Wagenbrug,
Het zal wel geen specifiek HaagSCh
verschijnsel zijn, en zich in meer of
mindere mate overal doen gevoelen,
doch het is eens goed er de aandacht
op te vestigen, dat men van regee-
ringswege bezig is een gevaarlijken
weg op ie gaan, nu bij de uitvoering
van het befaamde art. 369 der Inva
liditeitswet, de uitbetaling der rente
is opgedragen aan de posterijen. Het
is ons al eenige malen overkomen,
dat de wachtkamer van het bijkantoor
een groepje ouden van dagen bevatte,
die geduldig en gedwee in de rij
stonden om hun staatspensioen, hun
Talma'scbe feestgave, in ontvangst te
nemen. Natuurlijk laat de bureaucra
tische rompslomp niet na de afwik
keling van dit proces te bemoeilijken
door wederom met groote vellen
papier te werken, waarop de arme
oudjes hun met bevende hand ge
schreven handteekening plaatsen.
Was het nu toch niet mogelijk
geweest de betaling te doen plaats
hebben op een ander rijksbureau, en
liefst daar waar de tijd niet zoo dringt
als op een postkantoor Reeds zijn
de posterijen belast met verschillende
bezigheden, die niet tot den dienst
behooren en schijnt bij de regeering
de taak van de postkantoren niet
anders dan als een communicatie
middel tusschen den Staat en de
burgerij beschouwd te worden. Heeft
niet de rijkspostspaarbank een massa
werk en nog meer papier op
de postkantoren gebracht, dat er niet
behoorde; heeft toen niet de rijks
verzekeringsbank haar geheeien bu
reaucratiseren paparassen-winkel er
op gestort Terwijl voor alles de
posterijen op snelheid bedacht moesten
zijn en ai haar aandacht moesten
schenken aan de verbeteringen ver-
Dat vermoedde ik niet. Daarin ligt
bijna reeds het bewijs ervoor dat u
uw handelingen zult kunnen verant
woorden. Als zich slechts het bewijs
liet vinden, dat Wolfsohn den jager
niet gesproken heeft. Kroneck be
weert, hem niet te kennen, geen
vreemdeling ontmoet te hebben, maar
hij is niet geloofwaardig. Graaf, het
is een groote teleurstelling vooreen
politiebeambte, als hij plotseling het
spoor, dat hij volgt, ziet uitgewischt.
Ik kan er u mee feiiciteeren, dat u
mij naar huis kunt zenden maar het
zou toch misschien ook in uw belang
zijn, mij bij de opheldering det zaak
behulpzaam te zijn. Laat ons aan
nemen, dat Wolfsohn het evenals
de jager ontkent, dat tusschen hen
een afspraak was geweest en hij
zal het ook ontkennen dan ver
valt de verdenking, dat door een lid
uwer familie tot een misdaad is aan
gespoord, maar ieder zal toch zeggen,
dat de misdaad in uw belang heeft
plaats gehad, zoo ook zonder aan
sporing, dan toch in de hoop, daar
door een doe! te bereiken, dat u
eerst door andere middelen beproefd
hebt. (Wordt vervolgd.)