(ELS. Vrijdag 21 November No 276 51e Jaargang. 1913. ovenhuis BLAAUW, DEKKE KARD ÜBIEDINGE TAANVRAGE I Moderne lalt G-KELLNER De Sifijd am aen Granenkroon. FEUILLETON KAMEROVERZICHT BINNENLAND ïricht te worden tot letters P. M. T. Bn- ie Courant". \utomatisch Oriel llijken prijs (zeer ge- j MELKSALON, Dijk- ien van gas en water gulden per maand.i straat 18 (Eiland.) RLBURG, lken VR1|DAG vanl nypark 14 (boven),! n van een Orgel stelle e eischen iwerk moet van eei brikaat zijn (o.m. vat hout zijn vervaardigd, schakeering dei le registcs moet dui baar zijn en overeen' net de namen op di oorkomend. Er zijl Irgels in den hande oot aantal register^ rblj tevergeefs naa klank wordt gezocht moet fijn afgewerk heel naar den smaa ooper. ich met vol vertrou }OES, het jaar 1890 dui- mten in ons land me plaatst, fabrikaat de te stellen eischei oek aan de Orgelmi leder belangstellend odigd. gels f 0.25, iedere j ;ent. Zonder rabat. j daatsen wordt twee- Ir enkele uren. Brievj verlangd salaris, on dezer Courant. een DES PAYS BAS, T tien i WINKELWEH dresbureau dei een Iker-haifwas pon in PLOUVIë^ 4ieuwendijk. gmeisje esWagenaarsiraa"j VLISSINGSCHE COURANT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENTIÊNvan 1—4 regels 0.40. Voor elke regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10. flbonnements- fiduertentiën op zeer uoordeeiige voorwaarden. PROCLAMATIE van H. M. de Koningin. De Koninklijke proclamatie, die heden, 21 November, in alle gemeen ten des lands word aangeplakt en in een buitengewóón nummer dei „Staatscourant" verscheen, luidt als volgt Aan Mijn Volk, Het is Mij eene behoefte Mij op dezen gedenkwaardigen dag te wenden tot het Nederlandsche Volk. Heden voor 100 jaren was het öogenblik geboren, waarop de Vereenigde Nederlanden hun na tionaal bestaan hernamen. Ik herdenk met dankbaarheid de woorden waarmede Van der Duyn van Maasdam en Gijsbert Karei van Hogen dorp den 21 No vember 1S13 liet bewind hebben aanvaard „Wij voldeden aan den wensch van alle onze Bóndgenooten, wan neer wij, in afwachting van de komst van Zijne Hoogheid den Heere Prinse van Oranje, en in Zijnen Naam, dezen dag, ons stel den aan het hoofd der regeering wij namen die taak op ons, met vertrouwen op de hulp der God delijke voorzienigheid, wier hand de aanstaande verlossing van ons verguisde vaderland zoo zigtbaar bestuurtmaar wij deden het ook met, vertrouwen op den bijstand, op de hulp van elk Nederlander, die, zonder onderscheid van rang of staat of van Godsdienstige ge zindheid, met ons de behoefte gevoelt van nog eenmaal te her winnen dat Vaderland, dat op de elementen, op Philips en Alba veroverd, van den moed onzer voorvaderen zoo heerlijk getuigde, doch met smaad en schande te lange bezoedeld werd." Dat vertrouwen is niet be schaamd. Het vaderland is herwonnen. De gewesten van Nederland zijn saamgegroeid tot onver breekbare nationale eenheid. Moederland en Koloniën zijn nauw verbonden. De vrijheden en het zelfbe stuur der bevolking zijn gestadig uitgebreid. 's Lands welvaart, begunstigd door een opgewekten onderne mingsgeest en verbeterde arbeids voorwaarden, is belangrijk toe genomen. Roman van G. H. v. D. (Nadruk verboden.) 44). —o— Het scheen, alsof de sluwe knaap hem niet alleen met opzet in het on zekere wilde laten, maar ook nog wilde navorschen, welk vermoeden hem had doen besluiten, aan de op roeping gevolg te geven. Frans kon er niet over in twijfel zijn, dat de beeldhouwer van wan trouwen jegens hem vervuld was. Hij zei, dat hij had moeten beloven, niet te verraden, van wien het briefje was en dit antwoord vermeerderde Benno's nieuwsgierigheid, versterkte 't vermoeden, dat 't de Gravin was, die hem een wenk, een boodschap wil de geven, hem misschien zelf wilde spreken. Het was een avontuur, dat hem wachtte, misschien van onschul- digen aard, maar altijd gevaarlijk, vooral voor haar, die daarbij haar goeden naam prijsgaf aan discretie Een krachtig streven naar ze delijke en geestelijke verheffing heeft zich baan gebroken. In wetenschap en kunst dingt Nederland met andere volken om den voorrang. Het is Mijn innige wensch dat onder Gods zegen vrede, vrij heid en voorspoed mogen be waard blijven. De eendracht van alle Neder landers „zonder onderscheid van rang ol staat of van Godsdien stige gezindheid" zij ook in de toekomst de hechte grondslag der nationale onafhankelijkheid. Met het Nederlandsche Yolk hoop Ik samen te "werken tot ge luk van het Vaderland. W1LHELMINA. Vergadering van Donderdag. Replieken. Op twee na alle leden en dat waren er veertien hebben het noo- dig geoordeeld voor de tweede maal het woord te voeren. Uiteraard wordt heel weinig of geen nieuws verteld. Het is meer een onderling geharre war tusschen de leden en slechts een enkel puntje trof den minister. Zoo wil de heer van Veen nog eens na drukkelijk antwoord op de vraag of de minister ook nu nog van oordeel is zooals hij dat als Kamercandi- daat was dat de vorige regeering onherstelbaar kwaad heeft gesticht in Indië. Overigens verklaarde deze af gevaardigde ook den minister te kun nen steunen. Daaruit blijkt dus wel, dat de rede van den minister goed is opgenomen. Tusschen de heeren Fock en de Savornin Lohman is een discussie gevoerd over hetgeen bij de begroo ting van 1911 heeft plaats gehad ter zake van de onderwijspolitiek, die leidde tot het befaamd geworden „af schuwelijk misverstand." De heer Lohman verdedigde de houding van den oud-minister de Waal Malefijt echter erkennend dat deze zich liet intimideeren. Interessant was dit de batje niet: typisch is het alleen dat de heer Lohman sprak van de dee moedige houding van den heer de Waal Malefijt en de „schrobbeering" die deze van dr. Kuyper ontving. De afgevaardigde van Sneek maakt zich maar ongerust over de verdedi ging van Indië. Hij wil met alle ge weld antwoord van den minister heb ben op zijn vraag hoe deze toch de defensie denkt. Aangezien in Februari die kwestie aan de orde zal komen, evenals de aanvrage voor het pant serschip behandeld zal worden, kan de heer Schreurer er staat opmaken van een mensch, aan wien zijn eigen vader wanhoopte. Het was natuurlijk, dat Bennomet Frans over personen wilde spreken, die zijn gedachten zoo levendig be zighielden. „Je vertelde gisteren," zoo begon hij, „dat de dochter van graaf Wildenfels zich verloofd had. Is dat zoo onverwacht gekomen „Ja, mijnheer Wildenfels. De ka menier der Gravin is mijn verloofde. Zij heeft mij dikwijls verteld, dat de Gravin een oude liefde in het hart heeft en daarom alle vrijers afslaat, die naar haar hand dingen. Het moet een kunstenaar zijn, die haar jaren geleden het leven heeft gered een schilder geloof ik." Het kon Frans niet ontgaan, dat Benno bij deze woorden sterk bloos de en nauwelijks zijn innerlijke aan doening bedwingen kon. „Kent u de Gravin?" vroeg de knaap bru taal, terwijl het in zijn oogen fon kelde, alsof hij een ontdekking had gedaan, die hij nog niet volkomen vertrouwde. „Ja neen stotterde Benno verward, hij wist niet, wat hij zeg gen zou. Als de Gravin hem naar de met een kluitje in het riet gezonden te worden. Voor het overige valt er alleen aan te stippen uit de discussies van dezen dag dat de heer Rutgers zich een oogenblik onparlementair heeft gedra gen, waarvoor hij door den voorzitter op de vingers werd getikt. Deze zeer jeugdige afgevaardige trad al te fel op tegen den heer Fock en meende dat deze niet gentlemanlike had ge handeld tegenover de bewuste Mina- hassa-regeling. Heel snel heeft hij dat leelijke woord weer ingeslikt. Morgen nog even de minister aan het woord en dan rennen door de artikelen heen. Aan den voorzitter zal het niet liggen. Hij maant eenige malen per dag tot kortheid. Evenredig kiesstelsel. De staatscommissie voor het even redig kiesstelsel wordt reeds morgen door den minister van binnenland- sche zaken geïnstalleerd. De partij der vrij-liberalen is in de commissie vertegenwoordigd door het lid mr. Gelein Vitringa, die tevens benoemd is tot secretaris dier com missie. Stuitend. Onder dit opschrift lezen wij het volgende„Standaard"-driestarretje Bij de jongste debatten over Kolo niën sloop de banaliteit in, dat meer dan éen Kamerlid een der collega's om zijn gelaatskleur trachtte te bespotten, en zich' heeuwijzingen veroorloofde naar zijn afkomst. Het hierdoor getroffen lid stond te hoog, om zulk een grievende lafheid aan te trekken. Toch mag o.i. dit incident door de pers niet stilzwijgend worden voor bijgegaan. Het is een zedelijke ver laging van ons parlement. Zoo zelfs, dat het in den president niet te ver klaren valt, dat hij dit giftige insectje niet door een tik met zijn hamer heeft afgemaakt. Salaris-actie. De hoofdbesturen van alle vereeni- gingen van openbare en bijzondere onderwijzers, die aangesloten zijn bij het comité voor gemeenschappelijke salarisactie, hebben" te Utrecht verga derd. Onder meer werd een voorstel, behandeld, om nog vóór de behan deling van hoofdstuk V der Staats- begrooting in Den Haag een groote vergadering te beleggen, als die in 1912. Hoewel van verschillende zijden krachtig gesteund, werd na ampele discussie dit voorstel niet aangeno men, althans niet wat betreft den tijd, waarop deze meeting zou worden belegd. Aan het comité werd over- kloof had ontboden, was liet dwaas heid te ontkennen, dat hij haar ken de. „Ik heb haar jaren geleden ge zien," ging hij voort, „ik geloof het tenminste." „Misschien in Italië „Ja, ik denk het wel." Benno was geen meester in het liegen, de onderzoekende blikken van den knaap werden hem steeds pijnlijker. „Heeft men haar tot de verloving gedwongen vroeg hij, om het ge sprek een andere wending te geven. „De Hemel weet het. De vreemde heer op 't slot heeft er zeker iets mee te maken. Kathi vertelt, dat deze gisterenmorgen vroeg de Gravin heeft opgezocht en nadat hij met haar gesproken had, heeft zij graaf Boltenstcin geheel anders behandeld dan gewoonlijk. Zij heeft met hem gemusiceerd en zich ook voor tafel langer gekleed en mooi gemaakt. Kathi kon het haar aanzien, dat er iets bizonders was gebeurd en dit heeft zij ook niet ontkend." „Dan is de verloving dus nog niet gesloten, zij wordt pas verwacht." „Ja, zoo zei Kathi tenminste." gelaten tot het beleggen eener ver gadering als bovenbedoeld over te gaan op den tijd, dien het comité daarvoor het meest geschikt zou achten. Indeeling militie en nog wat. Het gebrek aan officieren en onder officieren luitenants en sergeanten dat door de invoering van de nieuwe organisatie belangrijk is toe genomen, zal zich vooral bij de op komst der lichting 1914 in Januari geducht doen gevoelen. Reeds zijn voorstellen aanhangig gemaakt om de miliciens dezer lichting die bij 3 compagnieën van elk batal jon infanterie moeten worden inge deeld, slechts over 2 compagnieën te verdeelen, om zoodoende bij deze 2 compagnieën, aangevuld door het kader der compagnieën zonder militie, voldoende kader ter beschikking te krijgen. Vreemd doet het daarbij aan dat bij den heerschenden kadernood nog steeds op de ,bureelen van verschil lende commandanten en onder-com mandanten sergeanten wederrechtelijk als schrijver zijn werkzaam gesteld, waardoor het aantal instructeurs nog aanmerkelijk vermindert. Het „papier" blijft echter als van ouds een groote rol spelen in het Leger en men schijnt liever van de wettelijke bepalingen indeeling bij drie compagnieën van elk bataljon af te wijken, dan de voor de instructie bestemde onderofficieren geen schrij- veiswerk te doen verrichten. („Avondp") Examen hulptelegrafist. In de Staatscouranten van 11 dezer no. 264 en van 12 dezer no. 265, worden sollicitanten opgeroepen voor hulptelegrafist of kantoorbediende bij den dienst der posterijen en te legrafie te Amsterdam, Rotterdam en 's Gravenhage. Aar. dit examen kan ook worden deelgenomen door sollicitanten van elders, en daar 150 plaatsen worden opengesteld, zijn de kansen voor jongelieden, buiten de genoemde steden woonachtig, zeer gunstig. De belooning bestaat aanvankelijk in een maandgeld, begint bij vaste aanstelling op f600, en zal volgens het voorstel der regeering, medege deeld in de Memorie van Toelichting voor de Staatsbegrooting voor 1914, tot f 1400 kunnen klimmen. De exameneischen zijn1. het schrijven van vlug en duidelijk schrift 2. voldoende kennis van de Neder landsche taal om zonder grove taal fouten een dictee te kunnen schrijven en een opstel te maken3. kennis van de vier hoofdregels der reken kunde, de tiendeelige en gewone breuken en het stelsel van maten en „En de Gravin was vroolijk, ge lukkig Benno hield zijn schreden in, het was alsof hij aarzelde, of hij zijn weg zou voortzetten of niet, de toon zijner stem, de wolk, die zijn gelaat verduisterde, alles toonde, hoezeer hij teleurgesteld was. „Kathi weet zelf niet, wat zij zelf zeggen zal," antwoordde Frans, wiens blikken den beeldhouwer schenen te doorboren, ik heb haar ook slechts vluchtig gesproken. Graaf Boltenstern is zeer rijk en het schijnt, dat het met graaf Wildenfels zoo heel goed staat. Doch u zult alles wel hooren. Wij zijn spoedig ter plaatse. Mag ik voorgaan en eens zien, of de heer er al is?" „Welke heer „Nu, de heer, die u spreken wil. Ik denk maar, dat het een heer is," zoo verbeterde Frans zich, toen hij Benno weer besluiteloos zag worden, „ik weet niet, wie het is." Benno liet Frans voorgaanhet kwam hem goed te pas, eenige oo- genblikken te hebben, waarin hij zich herstellen kon. Hij voelde, dat hij zich belachelijk zou maken, als gewichten 4. kennis van de ligging der voornaamste plaatsen in binnen- en buitenland en van het spoorweg net in Nederland 5. voldoende ken nis van de Fransche taal om een dictee zonder grove taalfouten te schrijven 6. eenige kennis van Engelsch enDuitsch. Sollicitanten kunnen zich tot 30 November a.s. aanmelden bij den .directeur van het telegraafkantoor te Amsterdam. Faillissementen in Nederland. Volgens mededeeiing van Van der Graaf Co.'s bureaux voor den han del zijn over de afgeloopen week in Nederland uitgesproken 33 faillisse menten, tegen 30 in dezelfde week van het vorige jaar. Het Belgisch loodsperso» neel en de belangen der haven van Antwerpen. Onder dit opschrift wordt door L. V. van hier aan het „Hbl. van Antw." het volgende geschreven Het toeval bracht me gisteren al hier in gezelschap van eenige leden van het Belgisch loodspersoneel, op het oogenblik dat deze in een druk gesprek gewikkeld waren over den loonrooster, onlangs voor den loods» dienst vastgesteld. AI dadelijk bleek me, dat het per soneel alles oehaive ingenomen is met de nieuwe regeling. Vooral 't zee- personeel is er niet best over te spre ken. Waarom, zoo vragen de loods- schippers en de loodsen, zijn wij in ©em toestand van minderwaardigheid geplaatst ten opzichte van het rivier- personeel Niet dat de zeeloods zijn ambtsbroeder van den binnendienst het meerdere loon misgunt, hetwelk dezen wordt toegemeten. Integendeel, maar hij vindt het on gerijmd, dat hij, die dagen achtereen in zee zwalkt op zoek naar de schepen, die al maar door aan ge varen van verschillenden aard is bloot gesteld, dat hij alleen zoo gevoelig in zijn beurs getast wordr. Het spreekt schier van zelf, dat zulks verlammrend op zijn ijver wer ken moet. Want wat toch is het ge val Tot hiertoe ontving hij een aan deel in de loodsgelden. Waren deze aanzienlijk, zoo was zijn aandeel ook hoog, was de scheepvaart echter flauw, zoo was zijn loon evenzoo maar gering. Hij kreeg dus loon naar werken. Thans is dat anders. Al stijgt het bedrag der geïnde loodsrechten neg zoo hoog, hij ontvangt als zijn deel niet meer dan een zekere som, waar van het cijfer door den minister is bepaald. Nu neemt het aantal schepen met grooten diepgang al maar door toe.zoodat het bedrag der loodsgelden, hij ru nog omkeerde. Frans snelde vooruit en ontmoette Harley, toen deze de kloof inging. „De beeldhouwer is er, fluisterde hij, „ik geloof, dat hij zich verbeeldt, dat de Gravin hem hierheen ontbo den heett. Ik zou wel durven wed den, dat hij het is, die de Gravin vroeger gered heeft, daarom mag hij ook niet op 'tslot komen!" De nazin scheen den verrassenden indruk te niet te doen, dien de eer ste woorden op Harley gemaakt hadden. „Waar is hij vroeg de geleerde, zonder antwoord te geven, maar blijkbaar getroffen door de tijding. „Hij gaat daar juist den hoek om." „Goed, blijf dan hier in de nabij heid, maar luister niet; merk^ikdaar iets van, dan zou het met onze vriendschap gedaan zijn." Harley snelde Benno tegemoet. De beeldhouwer schrikte, hij herkende dadelijk den vreemdeling, die in de erfeniszaak met zijn vader had willen onderhandelen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1913 | | pagina 1