Vrijdag
3 October
lANBIEDINGEN
ITEIN
'SOON
gersknechf.j
MENSTBODE,
JLJUffROüW
CHEISIE gevraagd.
tpeisje gevraagd
li Slip oi een Sravenkroan.
ii
No, 234
1913.
STAANVRAGEN
DIENSTBODE,
51 e Jaargang.
B <C
>KNECHT
5NSTMEISJE,)
ensfbode
BINNENLAND
FEUILLETON
VAN DEN HAK OP DEN TAK.
few
VLISSINGSCHE COURANT
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, ^Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIEN van 1—4 regels 0.40. Voor elke regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Qroote
letters en clichés naar plaatsruimte.
sgels t 0.25, iedere
ceut. Zonder rabat,
plaatsen wordt twee-
lui.
Smack, varende tus-
de Oostkust van En-
de Vischrookerij ,La
Gent. Brieven met
es, en opgave van ver-
letters Z. C. V. Bureau
Courant".
tor ColportagewerK I
rdt een ijverig bespraakt j
tnder goede referentiën
solliciteeren. Brieven
:rdienste", bureau dezer
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10. ftbonnements- fiduertentiën op zeer uoordeelige voorwaarden
,OOPJONGEN ie-
[h te vervoegen bij Apo-
RING, Palingstraat.
een
A AKKER.
/raagd een
16 jaar.
tusschen 7 en 9 uur,
22.
|d tegen 1 November
Ln HERCULES, Wage-
IJe koken. Zonder goede
ig zich aan te melden,
er letters L. E., bureau
Courant."
liefst bekend met kolo
Goed kunnende winke'
publiek omgaan. Brieven
A. B., bureau van dit Blad.
velijk der tegenwoordige
Ïette
P. G. AdresBad-
o. 5.
ii de 16 jaar. AdresbU"
t Blad.
loon. niet beneden de
lett. s. bureau „Viissing'
nt."
fdt zich aan een nel
(G.G.) als Hulp in de
Br. no. 340 buren11
Courant."
nmito WASOH Be'
Adres bureau „Vlissi"'
at."
H. M. de Koningin-Moeder.
H, M. de Koningin-Moeder is voor
nemens tegen de helft van deze
®and een korten tijd in het buiten
land te verblijven, vermoedelijk in
dei noordelijk deel van Italië. H. M.
is tevens van plan om, alvorens naar
's-Oravenhage terug te keeren, van
ai begin November nog eenigen tijd
liij de Kon. familie op het Loo door
te brengen.
Jhf. mr. de Mareesvan
Swinderen.
De heer jhr. mr. de Marees yan
Swinderen, de afgetreden minister van
buitenlandsche zaken heeft zijn be
noeming tot buitengewoon gezant en
gevolmachtigd minister van Neder
land te Londen reeds ontvangen en
aal deze benoeming hedenavond
in de „Staatscourant" worden bekend
gemaakt.
De rechterzijde en het Kabinet.
De „Maasbode" is eenigszins ver
stoord over de lessen die „De Stan-
d" in de laatste dagen uitdeelt
de rechterzijde om geen „poli
tiek spel" met het nieuwe kabinet te
drijven. Er is geen gevaar van illoyale
oppositiewie daar tegen waar
schuwt, vecht tegen windmolens, zegt
„de Maasbode"
Wij voor ons zouden schuwen een
politiek, die uit struikrooven ging,
wie het er maar alleen om te doen
«as waakzaam te zijn tot een zwak
oogenblik der Regeering, om dan
aar slag te slaan en het Kabinet tot
tengaan te dwingen. Zulk een spel-
Iiclje van sluwheid zouden we niet
aarzelen immoreel te noemen.
Doch waar is het gevaar, dat men
ir van rechts naar grijpen zal In-
dat niet wordt aangewezen,
Imogen we wel zeggen, dat aan de
aak der rechterzijde een wandienst
wordt bewezen.
Naar onze wijze van zien zijn de
Iparlementaire verhoudingen ook niet
van zulken aard, dat een op de loer
liggen ook maar eenigermate
Iait een oogpunt van kleine politiek
verstandig kon zijn. Dat ware denk-
ir, indien de Regeering in beide
IKamers slechts steunen kon op een
zeer wankele meerderheid, die haar
een zeker oogenblik kon gaan
ontbreken, op welk moment dan een
eventueele sterke rechtsche minder
heid uit haar donkeren hoek zou te
voorschijn springen.
Evenwel staan de verhoudingen
I anders. Daar zal geen enkele
maatregel van legislatieven aard tegen
zin der rechterzijde kunnen door-
Igedreven worden. Wanneer rechts
een gelegenheid zou wenschen om
|het nieuwe Kabinet te doen struike-
Roman van G. H. v. D.
(Nadruk verboden.)
12.) —o -
„Van Benno's nieuwe ontwerpen
r'llen zij in 't geheel niets hooren."
De oude heer praatte steeds druk-
en opgewondener, maar Wally
zich niet overtuigen, want het
vertrouwen op de begaafdheid van
haar broer was in haar saamgegroeid
p haar liefde tot hemzij wist
Ners, dat Benno's geheele bestaan
gedragen werd door de overtuiging,
r31 dij werkelijk een kunstenaar was
als zoodanig nog waardeêring zou
aden.
De oude heer beklaagde zich niet
pel zonder reden over zijn zoon,
f'i was van meening, dat Benno de
Pn,en, die ondergeschikt werk bij
',5n bestelden, niet verwaarloozen
'ft dat
hij zijn bestaan en een
"™e hoop in het oog moest hou-
dij hield het voor een voorwend
ien, dan hoeft er waarlijk niet naar
gezocht, want bij dozijnen zullen de
gelegenheden zich opdringen.
Immers rust het lot der Regeering
geheel in handen der overwegend-
rechtsche Eerste Kamer. En r|eze
heeft daardoor de gelegenheid 'niet
alleen, maar ook den ernstigen plicht,
om zich telkens weer af te vragen,
of aan het voorgestelde wel de goed
keuring der Eerste Kamer mag wor
den gehecht.
Hier zijn we aan den zakelijken
grondslag waarop de rechtsche poli
tiek eenig en alleen moet zijn opge
trokken.
Bij de talrijke zaken van gewich-
tigen aard moet de rechtsche Eerste
Kamer, nolens volens bij haar ge
weten te raden gaan, of ze haar
goedkeurend votum zou kunnen ver
antwoorden.
Blijkens de 98e jaarlijksche reke
ning en verantwoording van de Direc
tie der Weduwen- en Weezenkas
voor de officieren van.de landmacht
bedroeg op 1 Januari 1912 het getal
der weduwen 614, hetwelk in het
jaar 1912 is vermeerderd met 33, te
zam.en 647. Daarentegen zijn over
leden 25 weduwen en hertrouwd 4,
te zamen 29 weduwen, waardoor op
1 Januari 1913 het getal gepension-
neerde weduwen bedroeg 618.
Gedurende de maanden Juni, Juli
en Augustus zijn 141 militairen van
zee- en landmacht uit den dienst ver
wijderd, die niet meer voor den
krijgsdienst mogen worden aangeno
men, of aan wie voor een bepaalden
tijd het recht is ontzegd om bij de
gewapende macht of als militair ge-
empioyeerde te dienen.
Hiervan behoorden 105 tot de kon.
marine, 18 tot het korps mariniers,
15 tot het leger h. t. 1., 3 tot de
landweer en 1 tot de koloniale re
serve.
Faillissementen In Nederland.
Volgens mededeeling van Van der
Graaf Co.'s Bureaux voor den
Handel zijn over de afgeloopen week
in Nederland uilgesproken 36 faillis
sementen, tegen 36 faillissementen in
dezelfde week van het vorige jaar.
„Beginselen zijn lastige dingen".
Dat heeft ieder onzer natuurlijk wel
eens of meermalen ondervonden,
als we ter wille van een of ander be
ginsel, dat ons lief is en waarvoor
we pal staan, schade moeten lijden,
in 't gedrang kwamen of onaange
naamheden ondervonden. Maar be
ginselen schudt men zoo maar niet
af. Dat ondervindt ook ds. Kijlstra,
die onlangs uit Friesland naar Ame-
sel, als Benno verklaarde, dat het
maken van gewone ornamenten, voor
al als ze berekend zijn voor den
slechten smaak van het groote pu
bliek, zijn kunstzin tegenstond, zijn
krachten afstompte.
Benno Wildenfels had reeds als
kind allerlei snijwerk uit hout ver
vaardigd, afbeeldingen van menschen
en dieren uit broodkruimels gemaakt
en daarbij een talent getoond, dat
de aandacht trok zijner onderwijzers.
De leeraar, die he..': les in het
teekenen gaf, erkende de zeldzame
opvattingsgave van den knaap, zijn
gave om de dingen in oeeld weer
te geven en raadde den vader van
Benno aan, zijn liefhebberij aan te
moedigen. Walter Wildenfels was toen
een welgesteld manzijn vrouw, die
hij op een zakenreis naar Midden-
Duitschland had leeren kennen,
stamde uit een Duitsche kunste
naarsfamilie. Ofschoon in Amerika
geboren, was de oude Wildenfels
toch de zoon van een Duitscherhij
had zich als koopman opgewerkt, en
zijn vrouw haalde hem over, zeodra
hij een voldoend vermogen had ver
worven, om in Duitschland als rijk
rika vetrok, omdat hij, zooals hij
schreef, hier voor zijn gezin niet
behoorlijk den kost kon verdienen.
En nu tracht hij dat in de Nieuwe
Wereld met handenarbeid te doen.
Aanvankelijk gaat het hem niet slecht.
Hoor, wat hij o.m. schrijft aan de
„Bildsche Courant"
De heer Kijlstra begint met te
melden dat het hem en de zijnen
goed gaat.
„Natuurlijk, er zijn nog allerlei be
zwaren. Maar we zijn hier ook nog
maar pas. Als ik bedenk dat we pas
4 weken geleden hier aankwamen,
dan vind ik dat we goed zijn opge
schoten."
De heer Kijlstra is enkele dagen
aan 't perzikplukken geweest, vond
het „wel leuk, maar op den duur
saai en onaangenaam", en kreeg later
werk bij een in aanbouw zijnd huis,
waar hij met een 8-urigen werkdag
15 dollar per week verdiende.
Hij schrijft verder o.a.„Wat wij
op den duur zullen gaan doen, dat
weet ik nog niet. Ik vind het noodig
eerst minsten? een jaar voor loon te
blijven werken, en zelfstandig niets
te beginnen. Een groenteteelt trekt
mij 't meest aan, maar in dat op
zicht moet het zwaar concurreeren
wezen met de Japanneezen, die deze
teelt in hoofdzaak in handen hebben.
Misschien huren we in 't volgend
jaar een boomgaard. Dat wordt ook
wel veel gedaan. In elk geval, ik
geloof vast dat we den moeilijken
leertijd achter ons hebben, wij wel
zullen vinden wat wij noodig hebben.
De familie Zitlstra woont nog met
ons samen. Maar 't zal niet zoo lang
meer duren. Zij gaan de volgende
week naar de hop.
De hop, dat is hier voor den ar
men man de hemel. Honderden men
schen zijn noodig voor den hoppluk.
En er worden groote loonen uitbe
taald. Het werk is gemakkelijk. Een
kind van 12 jaar kan 'tzeer goed
doen. Een gezin als 't mijne zou in
3 a 4 weken een paar honderd dol
lar kunnen maken.
De verleiding is groot. Maar hop
bier nood en misdaad.
Ook hier zijn er salons (herber
gen) bij de hoop en zij zien er al net
zoo uit als de Europeesche kroegen.
Hop-plukken zou voor mij een groote
moreele schade beteekenen. Ik wil
er als 'teven kan buiten blijven. Be
ginselen zijn lastige dingen, hier ook,
maar men kan ze toch niet aan kant
zetten."
Neen, dat gaat niet. Wij hopen,
dat het ds. K. ook verder goed moge
gaan, zonder dat hij zijn beginselen
geweld behoeft aan te doen. Iemand
van hoogen huize, die zich evenmin
als genoemde predikant schaamt voor
handenarbeid, is de dochter van den
huidigen Deenschen minister van
man te kunnen leven, daarheen te
verhuizen. Nu hadden de betrekkin
gen, waarin Benno's moeder tot ver
scheiden kunstenaars stond, een be-
slissenden invloed op den knaap. Hij
hoorde de gesprekken der kunste
naars, die in het huis zijner ouders
verkeerden, hoe zij vertelden van
hun reizen, het schoone, dat zij ge
zien hadden, de avonturen, die zij
beleefd hadden, van hun zorgen, hun
strijd, maar ook van hun triumten.
En de vermaning van zijn vader iets
flinks te leeren, zijn liefhebberij
slechts als ontspanning uit te oefe
nen, vond geen gehoor.
Wildenfels gaf eindelijk toe aan
den wensch van zijn zoonBenno
kwam bij een beeldhouwer in de
leer en kreeg het noodige onderricht
om zich ook theoretisch voor het
gekozen beroep te vormen. De vader
hoorde van vrienden en kennissen
den lof van zijn zoon men voorspelde
Benno een groote toekomst,maar Wal
ter Wildenfels was een kalm denkend
mensch, hij wist, dat men rijke en
gastvrije menschen graag vleit. De lof,
dien men Benno toezwaaide, maakte
hem daardoor eer wantrouwend
landbouw. Mejuffrouw Gerda Peder-
sen, zooals de jongedame heet, is
als dienstmeisje te Londen in be
trekking, en zij is er zeer trotsch op,
op deze manier zelf haar brood
te verdienen.
Een Londensche illustratie brengt
het portret van de ministersdochter
met het lakonieke bijschrift„Men
stelle zich voor, dat Asquith's doch
ter dienstbode wasinderdaad kan
men zich dit zeer moeilijk indenken.
Er kan hier aan herinnerd worden,
dat de dochter van een anderen
Deenschen minister eenige maanden
geleden bij een timmerman in de
leer is gegaan om zich in het meu
belmakersvak te bekwamen.
De dames geven tegenwoordig wel
blijk van zelfstandig te willen zijn.
Men vindt thans de vrouw haast
overal. Maar weet .ge, waar zij niet
mag zijn, niet mag staan Aan het
roer. Ik bedoelaan het roer van een
heusch schipin figuurlijken zin
aan het roer van schip van Staat,
mag we weten het, wel een vrouw
staan, doch niet op een echt vaartuig.
De Onder-de-Streep schrijver van
het „Hbld." zegt hiervan o.a.
Een schip mag, volgens de sche
penwetten en de zee- en rivier-voor
schriften, niet gestuurd worden door
een vrouw. Wanneer er een ongeluk
geschiedt, een aanvaring of een
schipbreuk, en het blijkt, dat de
schippersvrouw op het oogenblik van
de ramp aan het roer stond, inplaats
van schipper of schippersknecht, dan
wordt de schuit met vrouwelijke
stuurman per sé in het ongelijk ge
steld.
Een feit is het, dat op alle schepen
van de binnenvaart, waar het gezin
aan boord meevaart en dit zijn er
zoowatde vrouw herhaaldelijk
aan het roer plaats neemt om haar
man af te lossen of hem te helpen,
terwijl hij met ander en belangrijker
werk bezig is.
Doch als de schipper ziek wordt,
of hij komt te overlijden, dan mag
zijn vrouw of weduwe het beroep
niet voortzetten, omdat een vrouw nu
eenmaal geen schipper en geen stuur
man kan zijn.
Mijn ouwe schippertje, die op zijn
lange vaarten veel had gezien en
meegemaakt, had hierover zijn eigen
oordeel.
Dat een vrouw onder zekere om
standigheden niet evengoed als een
man het roer van een schip zou
mogen bedienen vond-ie averechts
verkeerd.
Hij had eens gevaren met een
schippersgezinwas er knecht aan
boord geweest. Hij vertelde daarvan:
„De schipper verliest zijn vrouw
dat is nog tot daar-aan-toe. Maar hij
verspeelt nog twee vingers van zijn
eene hand in de lier, en zijn hand
dan trotsch hij werkte er daarem
op, dat Benno zijn kunst eerst gron
dig bestudeeren zou, voor hij zich
aan eigen scheppingen waagde en
Benno had het aan hem te danken,
als hij niet reeds vroeg door zijn
ijdelheid verleid werd, zich te wa
gen aan een taak, die boven zijn
krachten ging.
De vader dwong zijn zoon de
beeldhouwersschool geheel te door-
loopen en pas daarna stond hij hem
toe, een kunstreis te maken naar
Italië.
De zorg van Walter, dat zijn zoon
in elk geval zijn brood zou kunnen
verdienen, bleek niet overbodig ge
weest te zijn.
Door het bedriegelijk bankroet van
een met hem bevrienden bankier,
wien hij zijn volle vertrouwen had
geschonken, verloor Walter Wilden
fels bijna zijn geheele vermogen en
met dezen eersten slag kwam er nog
verder ongeluk over hemBenno's
moeder stierf spoedig daarna aan
een sleepende ziekte. Wildenfels
trachtte door speculaties met de rest
van zijn vermogen het verlorene
weer te winnen, maar het ongeluk
moest-ie twee maanden zoo in een
pakkie vioi zijn buik dragen
Wat nou hé Volgens onze wet
ten mag je niet varen rnet'n vrouw an
't roerWat doet zijn dochter, 'n
stuk meid van 'n jaar of achttien,
negentien Zoó dat we buiten
benne, schiet ze 'n broek van d 'r
vader en zoo'n blauwe boezeroen au.
As de zeeën over dek kommen,
douwt ze d'r broekspijpen in d'r
zeelaarzen en staat daar rechtop aan
het roer, zooais "jij of ik nou!... En
'k zeg zoo tegen d'r„Ik vaar liever
met jouw, dan met 'n luien knecht
Dat was een kranige meid, niet
waar, die zeker in oogenbiikken van
gevaar en jammer flink zou weten te
handelen en minder woorden zou
gebruiken dan de dame, die in de
hoofdstad in de grootste opgewonden
heid liet telegraafkantoor kwam bin
nensnellen en daar, na een telegram
formulier gevraagd te hebben, in
zenuwachtige haast het volgende op
schreef
„Beste George, ik heb je iets
vreeselijks te melden, maar schrik
niet, beste, want het maakt de zaak
niet beter en gelukkig zijn de kleinen
en ik er heelhuids afgekomen. Ik weet
niet hoe het gekomen is en de keuken
meid weet het ook niet, maar vannacht
is ons huis in brand gevlogen en tot
den grond afgebrand. Denk eens aan
Is je al ooit in je leven zo® iets
vreeselijks overkomen ik was half
krankzinnig van zenuwachtigheid.Maar
maak je niet overstuur, beste George
De kleine en ik zijn in veiligheid en
er is nog heel wat gered. En denk
eens aan, hoeveel erger het'nöghad
kunnen zijnAls ons kindje eens
verbrand was. 't Is om van te rillen,
maar gelukkig, George, ligt het gezond
en wel in zijn wiegje Natuurlijk ben
ik dadelijk naar mama geweest, die
al in doodsangst zat, omdat ze nog
niet wist, dat we gered waren. Ik
begrijp er niets van, hoe het gekomen
kan zijn. Begrijp jij het Zou misschien
iemand het aangestoken hebben Kom
dadelijk naar huis, George.
P.S. Denk er vooral aan, dat de
kleine en ik niet het minste letsel
hebben bekomen. M."
Hier is liet, sprak zij tot den
ambtenaar en ïeikte hem de zeven
telegramformulieren over, die ze vol
geschreven had.
Misschien kan het wel een klein
beetje ingekort worden.
Ja misschien wel, sprak de amb
tenaar, na het geheele stuk gelezen
te hebben.
Hij nam een ander formulier en
schreef
Ons huis vannacht afgebrand.
Kleine en ik ongedeerd. Kom terstond.
Marie.
Dat was ongeveer hetzelfde, maar
een beetje korter. Keuvelaar.
vervolgde hem, de rijke man was
spoedig geheel verarmd, zijn vrien
den verlieten hem en onverbiddellijk
kwam nu de armoede.
Benno keerde uit Italië terug en
vond zijn zuster, die in alle comfort
en weelde was opgegroeid, aan de
naaimachine nog werkte zij voor
eigen behoefte, nog was de nood
niet zoo groot, dat zij voor haar le
vensonderhoud werken moest, maar
de vader had reeds alle voorwerpen
van waarde verkocht.
Benno was vol trotsche hoop
meesters zijner kunst in Italië hadden
werk van hem als voortreffelijk er
kend. Hij bracht schetsen, ontwer
pen, ideeën voor beeldhouwwerken
mee, die hem, zooals hij dacht, spoe
dig naam zouden verschaffen.
Maar hij had op geen ongelukki
ger tijd naar huis kunnen komen,
dan juist nu, terwijl een finantieele
crisis op alle zaken drukte, en nie
mand geld uitgaf voor luxe artikelen
en zelfs de bekende en beroemde
beeldhouwers der stad klaagden over
gebrek aan afname.
(Wordt vervolgd