Woensdag
3 September
Onwrikbaar.
No. 208
gemeentebestuur
51e Jaargang.
1913
BINNENLAND
FEUILLETON
VLISSINGSCHE COURANT
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post l.SO.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIÊNvan 1—4 regels 0.40. Voor elke regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
flbonnemenfs- flduertentiën op zeer ooordeelige ooormaarden.
BEGROOTING.
Burgemeester en Wethouders van
Vlissingen
maken bekend
dat, ter voldoening aan de voor
schriften van art. 203 der gemeente
wet de begrooting der plaatselijke
inkomsten en uitgaven voor het
dienstjaar .1914 met de noodige in
lichtingen en bescheiden, op heden,
aan den gemeenteraad is aangeboden
en voor ieder ter lezing is nederge-
legd en hetzij in druk, hetzij in
afschrift tegen betaling der
kosten, algemeen verkrijgbaar zal
worden gesteld.
Vlissingen, 2 September 1913.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
W1TTEVEEN.
Hofberichten.
Naar men verneemt, zal Z. K. H,
de Prins der Nederlanden na de
opening der Staten-Generaal niet met
H. M. de Koningin en H. K. H. Prin
ses Juliana naar het Loo terugkeeren,
doch zich van Den Haag naar Dob
bin begeven.
Aubade aan de Koningin.
Oisterenochtend hebben zestien
muziek- en fanfarecorpsen, allen aan
gesloten bij den Bond van Christelijke
harmonie- en Fantare-Vereenigingen
in Zuid-Holland, en 250 a 300 exe
cutanten, met veertien banieren onder
leiding van den bondsvoorzitter, den
heer J. H. Wassink, op het voorplein
van net Paleis in het Bosch een
aubade aan de Koningin gebracht die
deze muzikale hulde aanhoorde op het
bordes van het paleis met den Prins
en 't Prinsesje en groot gevolg. Er
werden onberispelijk vijf nummers
uitgevoerd onder ademlooze stilte,
waaronder het oude Wilhelmus en
een lied van Valerius. Duizenden
waren getuige van deze hulde.
Na atloop daalden de Koningin en
de Prins met het Prinsesje in hun
midden het hooge bordes at en liepen
buigende vlak langs de zangersgroep
onder een ongekend enthousiasme van
die eenvoudige jongelingen. Daarna
bewezenKoningin en Prins hun groote
eer door de leden van 't hoofdbestuur
en de zestien voorzitters van de ver-
eenigingen ten aanschouwe van de
geheele menschenmenigte bij zich te
laten komen op het bordes van het
paleis en ieder hunner in 't bijzonder
minuten lang toe te spreken en te dan
ken voor deze hulde der christelijke
Roman door L. Haidheim.
(Nadruk verboden.)
58.)
Lotty gevoelde instictmatig de te
leurstelling van haar gast.
En daar stond nu ook de kleine
tafel bij den haard vol met allerlei
kleine voorwerpen, en Hanne, die
de lamp in de woonkamer zou aan
keken, hoorde nietze was al weer
bezig met schuren.
Dat maakte Charlotte nu eerst
recht verlegen en onhandig.
Hij nam haar van 't hoofd tot de
voeten op wat hij zag, bevredigde
kern. Ze zag er in haar donkere,
eenvoudige huisjapon nu toch weer
als een echte dame uit.
Onderlusschen had Lotty zelf de
E[°ote lamp aangestoken en bracht
den bezoeker nu in de mooie, groote
Woonkamer.
Maar nu zou ik toch gaarne
eens willen weten, meneer de asses-
jongelingschap in de provincie Zuid-
Holland. Daarna werden alle genoem
de heeren binnen het paleis genoo-
digd, waar hun verfrisschingen wer
den aangeboden.
Toen de bondsvoorzitter weer bui
ten kwam, sprak hij van de estrade,
van welke hij de uitvoering had ge
leid, bewogen de executanten toe,
zich uitputtende in lof over de onge
kend hartelijke wijze, waarop het ko
ninklijk gezin dankbaarheid betoonde
voor deze aubade.
Serenade aan de Koningin.
Zaterdagavond half negen wordt
op het voorplein van het Huis ten
Bosch te 's Gravenhage door ruim
1000 zangers van de beste mannen
koren uit het land, met medewerking
van de Koninklijke Kapel, aan de
Koningin een serenade gebracht.
Het nieuwe minister ie.
„De Tijd" heeft het nieuwe minis
terie „Het kabinet der wanhoop"
genoemd.
Naar aanleiding hiervan schrijft
„Het Vaderland" o. a.
Wij hebben niets tegen dien titel,
waar we dien aanvaarden in deze
beteekenis, dat het optreden van dit
kabinet de rechterzijde tot wanhoop
brengt. En de politieke beschouwin
gen daarin, hoe onwelwillend ook
voor den politieken tegenstander laten
ons koud ze zijn toch zoo gespeend
aan alle objectieviteit, dat ze geen
uitgangspunt kunnen vormen voor
serieus debat. Maar wat geheel niet
door den beugel kan, is, dat man
nen ais Cort van der Linden en Treub
daarin voor „karakterloozen" en
„windhanen" worden uitgemaakt. En
wie deze schendtaal sprak, meende
daaraan een glimp van waarheid te
kunnen geven door de bewering, dat
beide deze hoogstaande mannen met
hun regeeringsprogram in strijd zul
len komen met eigen overtuiging. En
dat wordt maar neergeschreven, ter
wijl eerst op 16 Sept. a. s. het pro
gram van het kabinet bekend zal
wordenwaarlijk men zou in een
schaterlach uitbarsten, als het min
allooi der bestrijding niet rechtmatige
ergernis wekte.
Bij voorbaat brandmerken wij ver
der iederen aanval op een staatsman,
waarbij als wapen uitingen van jaren
geleden moeten dienen, vooral als
het niet om beginselen, maar om
het tempo der wetgeving gaaten
reeds nu wenschen wij vast te leg
gen, dat als Treub ons uitbreiding
zal geven van art. 369 tot alle oude
behoeftigen en vrijstelling van pre
miebetaling voor lage loonen en in-
kpmens, hij zichzelf geheel gelijk zal
zijn geblevenen dat het o. i. zelfs
staatsmanswijsheid zou wezen, als hij
na zoo duidelijk uitgesproken volks-
sor, welke goede geest u hierheen
heeft gevoerd.
Het zeer verheven koninklijk
departement van justitie, juffrouw,
heeft in zijn wijsheid besloten om
mijn op 't oogenblik nog eenigszins
sluimerend talent tot ontwikkeling
te brengen.U ziet in mij de toekomstige
rechterhand van meneer den presi
dent der rechtbank in L. en het spijt
mij alleen maar wat, dat u mijn
door aile bladen met gejuich be
groete benoeming zoo geheel over
't hoofd hebt gezien U hebt mij
dus in 'tgeheel niet verwacht? Mij
totaal vergeten O, dat is hard en
wreed
Troost u, meneer von Bissing
de dingen zijn gewoonlijk maar half
zoo erg, als ze lijken.
Dadelijk den tweeden dag na
mijn aankomst vlieg ik naar u toe
U en de geachte vrouw Jensen bent
in dit land de eenige en mij daarom
des te dierbaarder menschen, die ik
ken.
Hij zei niet, hoe teleurgesteld hij
zich nog altijd gevoelde. Iedere blik
Ieerde hem opnieuw, dat van de
steedsche chique en het weelderige
wensch voor Staatspensionneering,
daaraan zooveel mogelijk tegemoet
kwam.
In de „N. Venl. Ct." merkt dr.
Nolens op, dat eerst uit de troonrede
zal blijken of het nieuwe kabinet
zelfstandig zal optreden, dan wel
zetbaas van de concentratie, die zelf
handelt bij procuratie van de socia
listen.
Voorloopig kan men slechts gissen.
Zoo kan men zich afvragenzal
gepoogd worden algemeen kiesrecht
in te voeren zonder art. 192, het
onderwijsartikel, te raken
Een vraag voor de rechterzijde
van 't grootste gewicht. Welke zal de
houding zijn van het kabinet tegen
over de wetten Talma en tegenover
staatspensioen
En ookwaar zal men het noodige
geld zoeken
De nieuwe minister van financiën
is, wat men noemt, een registratie
man, en men zou derhalve kunnen
vermoeden dat hij het, gesteund door
zijn collega van landbouw, in de suc
cessie zal zoeken.
In dit geval zou zijn kennismaking
met de Eerste Kamer, niet alleen
met de rechterzijde, maar ook met
sommige heeren van de linkerzijde,
niet zoo heel aangenaam kunnen zijn.
De raad van Zaandam.
De gemeenteraad te Zaandam heeft
het voorstel tot het benoemen van
een vierden wethouder aangenomen
en werden vervolgens tot wethouder
benoemd de heeren J. E. W. Duys,
D. Donia en D. R. van der Laan
(allen soc. dem.)
De heer Kamphuijs (R. K.) die niet
moest aftreden, gaf te verstaan dat
hij gaarne zijn zetel beschikbaar
sielde, doch de heer Duijs verzekerde
hem dat zijn arbeid door .de sociaal
democraten zeer gewaardeerd wordt.
Een maritiem museum.
Dezer dagen is te Amsterdam een
vergadering gehouden, om te komen
tot oprichting van een maritiem
museum.
Het ligt in het voornemen het pavil
joen der gemeente Amsterdam en het
gebouw der historische afdeeling op de
E.N.T.O.S. tot maritiem museum te
bestemmen (handels- en oorlogsmarine
en historische scheepvaartafdeeling).
In het tegenwoordige congresge
bouw der E.N.T.O.S., dit is naar
men weet het voormalige Tolhuisge
bouw, wenscht men een bureau voor
handelsinlichtingen, de bureaux voor
de scheepvaartinspectie, die der ha-
vencontröie, een centraalbureau voer
scheepvaart informatie enz. te vestigen.
Het is de bedoeing om een goed
deel der op de E.N.T.O.S. tentoonge
stelde voorwerpen, die daartoe in de
termen vallen, in het maritiem museum
comfort, waaraan hij in den kring,
waarin hij tot dusverre verkeerde,
gewoon was geraakt, hier niets te
vinden was.
Intusschen zei Lotty, dat zij en
vrouw Jensen hem met genoegen met
de nieuwe toestanden op de hoogte
zouden helpen, voor zoover ze dat
althans vermochten.
Een vreemdeling, vervolgde ze,
komt niet zoo spoedig op de hoogte
met het karakter, de gewoonten en
de meeningen van dit volk, en dat
de minder, omdat bijna alle men
schen hier tegenover vreemden ach
terhoudend zijn en niet spoedig tot
aansluiting geneigd. Ze zijn hier
nuchter en prozaïsch in merg en
been en van een ideale eerlijkheid.
Kom, komDe juffrouw oor
deelt, zooals ik reeds weet, zeer op
timistisch De ideale eerlijkheid
is het nu juist niet, waarmee
ik mij in mijn betrekking zal hebben
bezig te houden, antwoordde hij
glimlachend.
Lotty was zich trouwens zelf reeds
bewust geworden, dat ze veel minder
had moeten prijzen, als ze geheel
waar wilde zijn.
een plaats te doen verkrijgen.
Ter vergadering werd een commissie
van voorbereiding benoemd.
Een tuinstad.
Naar het „Volk" verneemt, is er te
Rotterdam bij een daarvoor gestichte
vereeniging een plan in gereedheid,
om in de nabijheid van de stad, aan
den linker-Maasoever een tuinstad te
stichten, op het voorbeeld van enkele
buitenlandsche steden.
De grond voor dit doel moet reeds
in het bezit zijn van de vereeniging,
terwijl overeenstemming inet het ge
meentebestuur omtrent enkele punten
reeds is verkregen.
Middelbaar Onderwijs.
Aan het verslag aangaande den
toestand van het Middelbaar Onder
wijs in de gemeente Vlissingen in
het jaar 1912, ontleenen wij het vol
gende
Ook in dit jaarverslag kunner. wij
er met vreugde en voldoening op
wijzen dat de 'bevolking onzer ge
meente het bezit harer verschillende
inrichtingen van M. O. op boogen
prijs blijkt te stellen. Want vrijwel
overal neemt het leerlingental onzer
schoien dusdanig toe, dat we zonder
overdrijving mogen beweren, dat men
zijn kinderen volgaarne toevertrouwt
aan ons M. O. om ze naar aanleg en
kracht grootere weerbaarheid te geven
in den strijd om 't bestaan.
Moesten we een vorig jaar er reeds
op wijzen, dat in verschillende krin
gen onzer gemeente gevraagd werd
naar ruimer gelegenheid om van M.
O. te profiteeren, in 't afgeloopen jaar
drong zich die wensch niet minder
krachtig naar voren.
In de eerste plaats bleef men de
behoefte gevoelen aan Handelsonder
wijs, gegeven op een avondschool,
waaromtrent wij in het vorige jaar
verslag reeds konden meedeelen, dat
door onze commissie gezocht werd
naar een wijze om dit onderwijs zoo
doelmatig mogelijk in te richten. Tot
onzen spijt meent 't College van B.
en W. de oplossing dezer kwestie in
een andere richting te moeten zoeken
dan onze commissie en maakt het
plannen een H. A. S. als herhalings-
onderwijs te brengen onder het L. O.
Waar deze kwestie echter op den
len Januari 1913 nog niet tot eene
beslissing was gekomen moeten wij
voor eene nadere bespreking verwij
zen naar 't verslag van 1913.
Al bieden onze avondscholen ook
ruimschoots gelegenheid aan aan
staande vakarbeiders om zich theo
retisch voor 't vak hunner keuze te
bekwamen, toch wordt in onze ge
meente het gemis aan eene ambachts
school sterk gevoeld. Zoo ééne ge
meente, dan zou Vlissingen met zijn
uitgebreide arbeidersbevolking op het
Zeker, antwoordde ze ernstig,
er zijn overal zwarte schapen.
Hij knikte even ernstig.
Op dit oogenblik trad vrouw Jen
sen de kamer binnen.
Geen van beiden had het rijtuig
gehoordze stonden even verrast op
als vrouw Jensen, wier gelaat nog
altijd somber stond,
Meneer von Bissing, moeder 1
zoo bracht Lotty bij de oude vrouw
den naam weer in herinnering. Me
neer de assessor is hier bij de recht
bank geplaatst.
De oude vrouw wist dadelijk be
scheid, reikte den assessor de hand
en heette hem met vriendelijker gezicht
welkom.Ze sprak met hem zelfs met een
zekere beminnelijkheid, welke Lotty
wel op de reis bij haar had gekend
maar sedert nooit weer had opge
merkt, behalve, wanneer ze alleen
waren en eens op hartelijken toon
met elkander zaten te babbelen.
Vrouw Jensen liet overigens volstrekt
niet merken, dat haar niets ongele
gener kwam dan het bezoek van de
zen fijnen jongen meneer, die inder
tijd aan Lotty boven elke andere
jonge dame de voorkeur had gegeven.
bezit van een dergelijke school aan
gewezen zijn. Teneinde, zij 't ook op
geringe schaal dit gemis te. vergoeden
heeft de gemeenteraad, mede op ons
advies, besloten aan Vlissingsche leer
lingen, die de Ambachtsschool te
Middelburg bezoeken tegemoet te
komen in hunne reiskosten daarheen,
Bracht dit jaar de commissie moei
lijkheden omtrent enkele leeraren,
wier lessen naar haar inzicht niet
voldoende vruchten droegen, een
vruchtbare samenwerking met 't da-
geiijksch bestuur en de betreffende
inspecteurs van 't Middelbaar Onder
wijs bracht die moeilijkheden tot de
door ons gewenschte oplossing.
Bnrger-avondschool met twee-jari
gen cursus. De lessen werden geregeld
volgens het programma, waarin geen
veranderingen bleken noodig te zijn,
gegegeven; opgaven en werkstukken
werden zooveel mogelijk in verband
gebracht met de eischen van den
modernen tijd.
De cursus loopt van den 3en Maan
dag in September tot den 2en Vrijdag
in April. De lessen vangen aan in de
maanden November tot Februari om
half zeven, en de overige om
zeven uur en eindigen respectievelijk
om negen uur en halftien. Waar nu
het meerendeel der leeraren meent,
dat het onderwijs op het iaatst van
den avond door vermoeidheid der
leerlingen niet behoorlijk tot zijn recht
kari komen, heeft onze commissie in
overleg met het college van B. en W,
besloten in den komenden cursus een
proef te nemen met het vervroegen
van 't aanvangsuur. Ais overgangs
maatregel zal de school daarom ge
durende 't geheele jaar om half zevert
aanvangen. Al vreezen wij ook eenige
tegenwerking der kleine werkgevers,
onze Commissie is overtuigd dat deze
maatregel strekken zal om 't onder
wijs productiever te maken.
Behalve de Koninklijke Maatschappij
„de Schelde" en de I. C. Gas Asso-
cation moedigde dit jaar ook de
Maatschappij „Zeeland" haar leer
jongens krachtig aan tot schoolbezoek
door hun de uren van verlet voor dit
doel wekelijks te vergoeden.
Beide klassen dezer school beston
den ook dit jaar weer uit drie paral
lel afdeelingen.
Op 1 Januari 1912 lelde de schooi
120 leerlingen, waarvan 64 in de le
klasse en 56 in de 2e klasse aan
'teind van den cursus bedroeg dit
cijfer 114, en wel 62 in de le klasse
52 in en 2e klasse.
Van de 62 leerlingen der eerste
klasse konden er 48 worden bevor
derd tot de tweede, terwijl aan 41
leerlingen der tweede klasse het eind
diploma der B. A. S. kon worden
uitgereikt, welk diploma zonder exa
men toegang verleent tot de Avond
school voor Handwerkslieden.
Lotty bewonderde er zich over,
dat Nils' moeder haar slechte bui
zoo spoedig was kwijt geraakt. Ze
dacht er echter niet verder over na
want juist nu verscheen, voor de
eerste maal in langen tijd, Jan Be-
gemann en gaf als reden van zijn
komst dadelijk een paardenhandel op.
Alsof hij vroeger ook noodig had
geacht redenen op te geven
Ik heb namelijk een prachtige
bruine bij uw zwarte, tante Jensen
zei hij. Bij het nieuwe rijtuig hebt ge
immers een paar goede koetspaarden
noodig.
De beide heeren werden aan elkaar
voorgesteld ze bogen slechts even
en namen elkaar scherp op. Terwijl
Jan met familaire vertrouwelijkheid
zijn paardenhandel ter sprake bracht
en zoodoende elk ander gesprek den
pas afsneed, keek de assessor den
krachtig gebouwden zoon van het
hem zoo vreemd schijnende land
koel en eenigszins minachtend aan.
In zijn gedrag was hij als altijd
de welopgevoede man uit de hoo-
gere kringen, die steeds beleefd er»
voorzichtig zijn voelhorens uitstak,
(Wordt vervolgd)