G BOS. Vrijdag 6 Juni ES APPELEN No. 132 1913 fabriek ten ZON EH. 51e Jaargang. 913, kl-terrein 'lissingen. :bouw. IIZIH mi riefwel. URGER bMEESTER zandee. Onde Jenever, ockink, Lucas Bols> Joots, p Zoon olijn, Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. j TELEFOONNUMMER 10. j flbonnements- fldoertentiën op zeer uoordeelige ooorioaarden. BINNENLAND FEUILLETON VAH OEN DAK OP DEN TAK. |GE DELFT 138. voor Reparatie. in Vlissingen. IA, Zoutelande. linister van feede Kamer. Ischap „ONS ste geven. Is Bewijs van IDAG 6 JUNI recht, op Kasten, Dekens, en, Lam- enz. en 30 ct. per ons. id verpakt. 1 i s s i n g e n bij t. per pond. EN diverse soorten CUITS, los en in Aanbevelend, van al 2 uur in J n" te spreken. ian<lel Teieph. 92. rradig ibevelend, VLISSING5CHE COURAINT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de* U i t g e v e r s Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENT1ËNvan 1—4 regels 0.40. Voor elke regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters en clichés naar plaatsruimte. De E. N T. 0. S, Gisterenmiddag is te Amsterdam de Eerste Nederlandsche tentoonstel ling op Scheepvaartgebied geopend in tegenwoordigheid van Prins Hen- •drik, de ministers van binnenlandsche zaken, van marine, van waterstaat, van landbouw, nijverheid en handel en van koloniën, den Commissaris der Koningin in Noord-Hoiland en vele andere autoriteiten. Deze gebouwen, aan de overzijde van 'tij, beslaan een oppervlakte van 20.000 vierk. meter, terwijl de ruimte welke door het geheele tentoonstel lingscomplex te land en te water ingenomen wordt, niet minder dan 200.000 vierk. meters teit. Veel belangwekkends op scheep vaartgebied is op de tentoonstelling te bezichtigen, maar ook voor het vermaak is gezorgd door den weder opbouw van den Dam van 1583 en door het stichten van een Lunapark. Z. K. H. Prins Hendrik, die gister morgen de tentoonstelling „De Vrouw 1813—1913" met een bezoek had vereerd, kwam bij tweën op de E. N. T. O. S. aan. De openings plechtigheid ging gepaard met rede voeringen van den voorzitter mr. H. Smeenge en van den minister van binnenlandsche zaken mr. Th. Heems kerk, waarna Z. K. H. Prins Hendrik de tentoonstelling voor geopend verklaarde. Na de opening maakten de ver schillende genoodigden een rondgang op de tentoonstelling. Op Oud-Am sterdam en wel op het Damplein werden des namiddags 4 uur door het koor der Koninklijke Oratorium Vereeniging oud-Hollandsche liederen ten gehoore gebracht. Vervolgens werd teruggekeerd naar het Paviljoen der stad Amsterdam, waarvan de feestzaal met bekwamen spoed weder tot expositiezaal was ingericht, zoodat de genoodigden nog gelegenheid kregen de inzendin gen der gemeente Amsterdam vluchtig te bezichtigen. Nog geen beslissing. Nog steeds heeft de minister van oorlog geen beslissing genomen inzake de bevordering tot adjudant onder officier instructeur en de hierdoor uit een billijkheidsoogpunt nood zakelijk gebleken bevordering der oudere sergeant-majoor-administrateur die reeds aan liet examen voor adj. onderofficier hadden voldaan. Verschillende vragen inzake deze bevordering werden door de brigade commandanten aan den inspecteur der infanterie gericht, welke echter niet konden worden beantwoord. De inspecteur der infanterie heeft Roman uit het leven door O. Elster (Nadruk verboden.) 50.) En vertel nu dan of neen, ver tel me niets, wat je pijn zou kun nen doen. Wij zullen alleen maar overleggen, hoe ik je kan helpen. Eer je je vader weerziet, moetje hee- lemaal weer op streek zijn. Neen, neen Ik kan, ik wil mijn vader niet terugziensnikte de on gelukkige. Ik heb hem te slecht be handeld Ik heb hem in zijn nood, in zijn ziekte verlaten ik wilde de armoede niet langer met hem deelen ik wilde schitteren, beroemd wor den En nu Wat ben ik geworden Een verlorene.... Spreek zoo nietalles kan nog goed worden. Kom, sta opJe moet kalm worden en je beheerschen, Ma ry. Door weenen en klagen maakt men niets goed Dat heb ik haar ook al gezegd thans den brigade-commandanten be richt dat in afwachting van een be slissing in deze aangelegenheid door den minister van oorlog welke beslissing de inspecteur der infanterie eiken dag tegemoet ziet alléén bevorderingen zullen plaats hebben welke zijn ontslaan ten gevolge van pensionneering e.a. De inspecteur der infanterie heeft echter op goede gronden vermeend de sergeant-majoors instructeur die aan de beurt komen voor bevorde ring tot sergeant-majoor administrateur in overweging te moeten geven niet te bedanken voor een bevordering tot sergeant majoor administrateur, alvorens de plannen van den minister van oorlog ter kennis zijn gebracht. Ex. commies en surnumerair der posterijen en telegrafie. De directeur-generaal der posterijen en telegrafie brengt ter kennis van belanghebbenden, dat in Juli a.s. een vergelijkend onderzoek zal plaats hebben voor ambtenaren der poste rijen en telegrafie, die wenschen te worden opgeleid voor commies der posterijen en telegrafie. Hiervoor worden 20 plaatsen open gesteld voor mannelijke candidaten. Mochten echter vrouwelijke ambtena ren zich reeds op het examen hebben toegelegd, dan kunnen voor ditmaal 2 van de 20 plaatsen voor haar be schikbaar worden gesteld. Verzoeken om toelating tot het exa men behooren voor 16 Juni a.s. aan den directeur-generaal te worden toe gezonden, belegd met een opgaaf van de werken in het Fransch, Duitsch en Engelsch ten minste 2 in elke van die talen welke de candidaat gelezen heeft. Nadere bijzonderheden bevat St.ct. no 129. Voorts ligt het in de bedoeling om binnenkort een examen voor surnu merair der posterijen en telegrafie te houden, waartoe zullen worden toe gelaten mannelijke candidaten, die in het bezit zijn van het einddiploma van een heogere burgerschool met vijfjarigen cursus of van een gymna sium of van andere door den minis ter van waterstaat hiermede gelijk te stellen inrichtingen van onderwijs. De Rotterdamsche stadhuisplannen. De gemeenteraad te Rotterdam be handelde gisteravond de stadhuis zaak. Het voorstel luidde, de keuze te vestigen op den inzender van het ontwerp „Spor", en B. en W. alzoo te machtigen, aan dezen het opmaken van het definitieve ontwerp op te dragen. Er werd nog breedvoerig debat ge voerd, waarbij drie meeningen op den voorgrond traden. Zoo wilde men te. eerst publiek en pers laten oordeelen zei de Russin bedaard en ernstig. Maar ze wilde niet naar mij luisteren. Nu sprong Mary vlug op. Jullie hebt gelijk! riep ze en een vonkje van de oude levendigheid schitterde in haar donkere, diep in de holten liggende eogen. Ik wil niet heelemaal ondergaanIk wil nietl Helpt mij maar steunt mij hebt medelijden met mij en veracht mij niet. Weer begon ze bitter te weenen. De Russin haalde de schouders op. Ik veracht niemand, zei ze. Want ik ken het leven. Brunhiide nam Mary in haar ar men en kalmeerde haar met vertroos tende woorden. Na eenigen tijd werd Mary's opgewondenheid dan ook wat minder hevig. Dankbaar giimlachend zag ze tot Brunhiide op. Hoe gaat het mijn vader vroeg ze zacht. Vertel mij van hem. Ze gingen ep de kleine, harde sofa zitten. Brunhiide hield Mary's han den vast en vertelde van het kalme, tevredene leven, dat haar vader, thans leidde. vóór de Raad een beslissing nam 2e. de jury verzoeken, een beslist oordeel uit te sprekenterwijl 3e. sommigen de voorkeur gaven aan het ontwerp „Groen en Wit." Alle bouwkundigen gingen mede met het voorstel van B. en W. Nadat de voorzitter dit breedvoerig had toegelicht en gewezen niet alleen op het ongewenschte, om eerst 't oor- deel van het publiek te vragen, maar tevens ook, dat geen jury bereid bevonden zou zijn, als voorop ge staan had, ook het publiek te laten oordeelen, kwamen de verschillende moties in stemming en werden met 32 tegen 3 stemmen verworpen. Daarna werd het voorstel van B. en W. met 28 tegen 7 stemmen aan genomen die 7 tegenstemmers gaven grootendeels de voorkeur aan het ontwerp groen en wit. De voorzitter deelde mede, dat de ontwerper Spor was prof. Henri Evers. Op voorstel van den heer Verheul werd aan dezen een telegram van geiukwensch gezon den. Ook bracht de heer Verheul hulde aan jury en raadhuis-commissie. De Engelsche stad Chiswick was dezer dagen het tooneel van een niet alledaagsche plechtigheidin de gemeentekerk liet zekere mijnheer Robers, één der bekendste aannemers van bouwwerken aldaar, zijn jongsten zoon doopen. Dit is op zichzelf niets ongewoons, maar als men weet dat mijnheer Robers 74 jaar is en dit de 29ste spruit is, dien hii te doop voert, is het geval toch niet een, dat lede ren dag voorkomt. Maar Robers vindt nog zijn meester in Engeland in den heer Slack, uit Purley, in hel graaf schap Surrey. Mevrouw Slack kan er zich op beroemen de gelukkige moe der van 29 kinderen te zijn, terwijl Robers dezen kinderrijkdom niet aan één huwelijk te danken heeft. Een Engelsch tijdschrift, dat bij deze gelegenheid het kinderaantal van verschillende Engelsche families nagaat, vestigt er de aandacht op, dat Thomas Urquhart, een Schot uit Cromarty, het record slaat, met 35 kinderen. Van deze 35 kinderen, die allen vroolijk en gezond waren en waarvan verschillende belangrijke posities in de maatschappij bekleed den, waren niet minder dan 25 zoons. In zijn werk over kinderrijkdom vertelt Boyle van een Parijschen ad vocaat, die vader van 45 kinderen geworden is, terwijl een Franschen bakker zeven jaren achtereen de eer te beurt viel vader van een drieling te worden. Maar het wereldrecord staat op naam van een Italiaansche, die te Barcelona woonde. Toen zij den leeftijd van 60 jaar bereikt had, had zij volgens de overlevering, 49 HOOFDSTUK XVII. Het was de oude geschiedenis! Mary was bezweken voor haar eigen hartstochtelijke gevoelens, voor haar eigen lichtzinnigheid en tengevolge van het vertrouwen in de vleiende woerden van een man en was, zooals zoo menig een voor haar, teleurgesteld. Aan wiens zijde de schuld lag öfaan de zijde van haar, die aan de influisteringen en de vleierijen van den man maar ai te gewillig het oor had geleend, óf aan de zijde van den lichthartigen huzarenofficier die aan geen ernstige verbintenis denkende, de bloem had geplukt, die zich naar hem toe boog wie zou dat beslissen Bij alle twee lag de schuld. En als de heer von Grimberg gedacht had, dat hij zijn setiuk! Joor een gel delijk offer kon boet n, Mary bezat toch nog zooveel zede ijke kracht om deze zoogenaamde boete voor zijn schuld met trots van de hand te wij zen en liever in de eilende te gaan dan zijn hulp aan te nemen, nadat zijn liefde gestorven was. Een tijdlang verdiende ze bij kleine rondreizende tooneelgezelschappen kinderen het leven geschonken. Een maatregel, welke in Engelsche kringen door velen, ook waarschijn lijk door de betrokkenen, de belang hebbenden zelve, zal worden toege juicht, isde afschaffing der hof dames. Sedert de regeering van koningin Victoria werd de eeredienst aan het hof door vier jo^ge dames waarge nomen. Tegenwoordig zijn er nog maar drie en deze drie zullen ook voorloopig nog we! in haar ambt en waardigheid gehandhaafd blijven, doch wanneer zij trouwen, zullen zij niet vervangen werden, doch ont vangen toch nog het gewone bruids geschenk van t 12000. Tot dien tijd genieten zij een jaariijksche apanage van t 3600, ook deze worden uit de private kas der Koningin betaald, inderdaad is cfan ook de aanwezig heid van zooveel eeredames bij de tegenwoordige Koningin, die buiten gewoon eenvoudig is in hare be hoeften, niet meer zoozeer noodig als bij koningin Victoria, die als re- geerend vorstin veel meer te doen had. De vier eeredames hadden slechts om de beurt, dus om de twee maanden, 14 dagen dienst, doch moesten evenwel allen te zamen „ontvangen" op bals en ook alle gala-voorstellingen bijwonen. De eti quette nu schrijft voor dat zij bij derg. gelegenheden niet tweemaai 't zelfde toilet mogen dragen. Voor den gewonen dienst komen zij 's mor gens tegen 9 uur naar het Bucking ham Paleis, of naar het Windsor kas teel of naar Balmoral of Sandring- ham, om eerst te middernacht weer vrij te zijn in haar doen en laten. De dienst bestaat eigenlijk in het begeleiden van de Koningin, doch daar Koningin Maria bijna uitsluitend met hare dochters uitgaat of met de hertogin van Devonshire, haar per soonlijke vriendin, zoo brengen de eeredames eigenlijk den ganschen dag in verveling door in een salon van 't paleis, dikwijls zonder dat zij den geheelen dag één oogenblik de Koningin zien. Financieel voordeelig is de post ook niet voor deze jonge dames, want hare uitgaven en on kosten overtreffen wel tienmaal hare inkomsten. Van de Engelsche dames stappen wij over op de Fransche vrouw. Deze is zegt „De Manufacturier", een specialiteit in het doen van inkoopen. Maar zij neemt er den tijd voor en ze koopt liever niets en komt een paar maal terug, dan dat ze iets ongeschiktst koopt. Haar handigheid is bijna een ras eigenaardigheid. De Franschen in de hoogere standen verstaan bijna allen zonder uitzonde ring de kunst, zelf hare japonnen te knippen, haar hoeden op te maken, ondergoed te naaien, terwijl zij artisten haar karig levensonderhoud. Maar thans was ze reeds weken zonder en gagement; de wanhoop had haar naar Berlijn teruggedreven en krach teloos was ze in de armen van haar medelijdende vriendin Wera in elkaar gezakt. Doch Wera kon in haar eigen ar moede weinig voor de ongelukkige doen. Tot haar vader wilde Mary zich niet wenden. Een ttjdlang leden de beide meisjes samen honger. Wera deelde gewillig het weinig, dat ze bezat, met Mary, maar langer ging dat niet en daarom besloten ze de hulp van Brunhiide in te roepen. Dat alles vernam Brunhiide zoo langzamerhand. En wat Mary ver zweeg raadde ze uit haar tranen en uit den diepen blos,"' welke nu en dan de wangen der ongelukkige be dekte. Zij vroeg en onderzocht niet verder. Wat gebeurd was, was ge beurd. Hier was 'tniet noodig, de arme met bittere verwijten te over stelpen, maar hier gold het t# troos ten, te helpen, weer op te bouwen, wat lichtzinnigheid en hartstocht vernietigd hadden. En Brunhiide onttrok zich niet aan zijn in het vervaardigen van borduur sels, kant en andere met de hand te vervaardigen garneeringen. Dit behoort mede tot hare opvoeding Een vrouw, die dit alles practisch in toepassing weet te brengen, die spaarzaam en verstandig vermag in te koopen, komt zoodoende, ook al maakt zij haar toiletten niet geheel en al zelf, met een veel bescheidener kleedgeld toe dan een andere, die haastig koopt en zonder te kunnen kiezen, in de meeste gevallen alles aan haar naaister overlaat, in éen woord, zich geen tijd gunt, over haar toiletten na te denken. Hef is door eigen schuld of de schuld der mode, zoo men wil dat de schoonheid van vele dames- halzen heeft geleden. Een verbetering is echter merkbaar. De voorstanders van „lage" japonnen vestigen er de aandacht op, dat de dameshalsjes in de laatste 5 jaar een verandering ten goede doormaakten. Vroeger mochten slechts zeer weinig dames zich de weelde veroorloven, heur hals onbe dekt te laten. De hals heeft zeer geleden onder de hooge, nauwe halsboorden, doch langzamerhand herstelde hij zich. Door de vrijheid werd de hals ron der, jeugdiger, de rimpels en vlekken uit de dagen der insnoering verdwenen. Naar wij in een Duitsch blad lezen, zal dezen zomer de ontbiooting van den hals zich nog evolutionneereu tot een belangrijk stuk schouder, en kel en alleen uit gezondheidsover wegingen. Nu, dat za! met de warme dagen, zooais we er reeds een aantal moch ten genieten, ook wel zoo aangenaam zijn. Wie zich aan de hitte storen, niet echter de voetballende jeugd zij voetbalt bij smelttemperatuur zo« goed als bij knappende vorst. Zoinervoetbal. „De Sport" neemt het volgende versje van Jan de Rijmer op over het zomervoetbal Als de beste zomerdagen Gloeien over stad en land, Als de velde» en de sleden Staan ih stagen zonnebrand, Als de bloemen zaobtkens treuren, Niemand zich bewegen zal, Loopen half gare jongens, Op 'n veld, achter een bal. Als de mannen en de vrouwen, En de kindren, en de meid, Allen om de zwembroek vragen, Eu een beetje nattigheid, Als de zon het lieve aardrijk Zoent met hartstocht-zoenen, fel, Boen zooveel mesjokke jongens Aan t geliefde voetbalspel. Ja, de Hoilandsche jongen is een wonderlijke snuiter. Hij weet ,van geen maat houden. Twee, driemalen soms per dag kruipt hij bij warm weer te water, alsof dit zijn element is. Vol wassen menschen toonen zich daaren- die taak 't Kwam er nu allereerst op aan het uitgeputte lichaam van de arme Mary weer op krachten te brengen. Brun hiide verzocht Wera voor een een voudig maar voedzaam maal te zor gen en gaf haar daarvoor geld. De Russin nam het zwijgend aan, verwijderde zich en kwam na eenigen tijd met de spijzen terug, die ze ook zwijgend op de tafel zette. Wilt u niet meeëten, juffrouw Komorowska vroeg Brunhiide vrien delijk. Ik dank u, antwoordde de Rus sin, ging bij haar schrijftafel zitten en verdiepte zich in een boek. Gebrek en ontbering waren duide lijk op het magere gezicht der stu dente te lezen, maar toch waagde Brunhiide het niet, verder bij haar aan te dringen. Zij achtte den trots der armoede, dit haar ook eens hai bezield. Nadat Mary zich verkwikt had, moest ze weer gaan liggen en weldra was ze zacht als een kind ingesluimerd. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1913 | | pagina 1