Vrijdag' 10 Januari No. 9 51e Jaargang. 1913. binnenland. Fetilleton. VAN DEN HAK op DEN TAK. Abonnemenis-Aduerfertfiën op zeer uoordeeüg® voorwaarden XI. Hy gaat naar het venster. De straat is hem vreemd. En boe was hy hier gekomen VLISSINGSCHE COURANT. Prijs per drie maanden 130. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postd'recteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. MK ADVERTENT1ÊNvan 4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks* uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10. Tweede Kamer. Wegens onvoltallfgheld op het aanvarg'uur, kon de vergadering gis'eren eerst om 12 uur aanvangen. Het algemeen debat over de oor- logsbegrootlng werd voortgezet. De heer Verheij, boewei bereid tot alle uiigaven die noodig zijn om ons leger strijdvaardig te maken, meende toch dat de minister te grootscheeps te werk gaat. Spr. drong aan op een verhooging van het aanvangstractement en op betere pensioenregeling voor onder officieren en besireed vervolgens het plan lot legerreorganisat'e van den minister, omdat daarmede niet wordt gegaan in de richting van een volks leger. In plaats van een compleet kader in vredestijd wenschte spr. zoo weinig mogelijk actief dienende onderofficieren en officieren. Spre ker zal legen de oorlogsbegroot'ng stemmen, omdat daarin de leger- reorganisatie is vastgesteld. De heer Lieftinck drong aan op degelijk zwemonderricht aan mili ciens en critiseerde de wonderbaar lijke schakeeringen, die men thans ziel in het uniform, dat daardoor geen uniform meer is. In de avondziitlng werd de be handeling voortgezet. Door de af deelingen der Tweede Kamer zijn benoemd lot rapporteurs over het wetsontwerp pensioenrege ling van gemeente-ambtenaren en hun weduwen en weezen de heeren Van de Velde, Bos, Fleskens, Lim burg en Duynstee. Minister E. R. H. Regout. De toestand van minister Regout is nog steeds ernstig. Geconstateerd Is een toenemende krachteloosheid der linkerledematen. Men Is voornemens, den zieke zoo mogelijk morgen naar Den Haag te doen vervoeren. Een twintigtal leden der Eerste Kamer, van verschillende staatkun dige richting, heeft Woensdagavond een feestmaal aangeboden aan jhr. P. J. J. S. M. van dei Does de Willebols, die 70 jaar is geworden. De heer Van Weideren baron Ren- ges huldigde in een feestdronk de aangename eigenschappen van den 70 jarige, die gisteren vele tele grammen en andere bewijzen van belangstelling ontving. Een nieuw rijkskrankzinnigen gesticht. Voorgesteld wordt op de begrooting van binnenlandsche ziken voor 1913 een bedrag te brengen van f 10,000 als eerste termijn van de kosten van Het Slot Northminster en zijn laatste Grafelijke bewoners. 0— 28.) „Ik heb het niet voorspeld en ook niet veroorzaakt, dat alles zoo nood lottig past op de gebeurtenissen van den Iaatsten tijd. Maar zooals het eerste en het tweede in vervulling is gekomen, zoo zal ook het einde niet uitbleven." Er waren acht dagen verloopen Ölanca Norton was nog altijd in hechtenis. Men dacht er niet aan haar in vrijheid te stellen, te minder, omdat men geen spoor van Juan Norton kon ontdekken. Hij scheen in den aardbodem verzonken te zijn. Op het slot Northminster was niet gebeurd, wat men het meest had ge oprichting van een nieuw rijkskrank zinnigengesticht. De minister van binnenlandsche zaken deelt in de memorie van toe lichting mede, dat de onderhandelin gen met Ged. Staten van Noord-Hol land over de opnem'ng van patiënten in het gesticht te Castrfcum niet tot een bevredigend resultaat hebben geleid, omdat overkomelijke bezwaren bestaan tegen uitbreiding van het gesticht ten behoeve van de opneming van nog meer rijksoatiënten. Ook is door contracten met andere gestichten voor rijkspatiënten geen plaats meer te verkrijgen. Onder deze omstandig heden acht de minister het trt ffea van maatregelen voor de toekomst urgent, daar met den bouw van een nieuw rijksgesticht een vijftal jaren gemoeid zijn. De aandacht van den minister is gevestigd op een terrein voor het gesticht, dal gelegen is ten oosten van den spoorweg Boxtel—Eindhoven, begrecsd door den stiaatweg Bsx'el Eindhoven, waarover een stoomtram tusschen beide plaatsen zal warden aangelegd. Het ligt op korien afstand van het dorp Woensel en op pl.m. 20 minuten gaans van Eindhoven. Het geheele terrein zal f 90,960 kosten, waarvoor thans een eerste termijn van f 10,000 wordt aange vraagd. De kosten van het geheele gesticht met den grond zullen bedragen f2,451,690. Daar het gesticht bes'emd is voor 800 patiënten, zal ieder bed bijna f3065 kosten. De minister vleit zich, dat het thans aangevraagde bedrag tijdig zal worden toegestaan, opdat in de be hoefte aan plaats voor de rijkspa- t ënten in 1918 kunne worden voor zien door de opening van een nieuw rijksgesticht. Wijziging Schipperswet. De hoofdinspecteur voor de scheepvaart te 's Gravenhage, tevens voorzitter der commissie tot herzie ning van de Schipperswet, heeft, op machtiging van den minister van landbouw, nijverheid en handel bij eengeroepen belanghebbenden bij de Schipperswet tot een vergadering te 's Gravenhage, te houder, op 15Jan. e.k., ten einda in die bijeenkomst een voorontwerp tot wijziging van geroemde wet met verkorte toelich ting uit te reiken en te verklaren. Aan de aanwezigen zal worden ver zocht het hun verklaarde wetsont werp in hun vereeniging, c.q. in den kring vcor welks belangen zij zijn opgekomen, te bespreken en na be studeering voor den len Maart 1913 schriftelQk de opmerkingen mede te deelen, waartoe deze aanleiding heeft gegeven. vreesd. Graaf Victor had de crisis doorstaan. De koorts nam af en de krachfen namen toe. Hij zou in het leven blijven. Lady Carley had den jongen erf genaam onder hare hoede genomen om hem op te voeden. Op den avond voor de zitting der jury ontving lady Carley per post een brief, waarvan het adres met verdraaide hand geschreven was. Daarin was nog een tweede brief en eenige regelen voor haar zelf, lui dende «Waarde lady Carley 1 «Als u een deugniet wilt toestaan „uw geachten naam te gebruiken tot «eere van den inliggenden brief, „dan veroorloof ik rajj dit om dezen „bezorgd te krijgen. „J. N- De tweede brief was verzegeld. In de vroegte reed lady Carley naar Blanca. Zij vond haar in een ge- makkelQken leunstoel zitten alleen hare bleeke kleur verried de veran dering van levenswijze. Zonder eenige Inleiding reikte tante Elisabeth haar den brief over. Blanca nam hem aan en trad aan het Het depart'mant van ooriog heeft voor den tijd van een jaar in be proeving gegeven een ontwerprege ling dar oplei ting van de manschap pen en van den troep, ter vervan ging van het tweede hoofis'uk van den Grondslag Opleiding infanterie. In enkele plaatsen van ons land zijn nog oude gebruiken bewaard gebleven, ook bij den overgang van het oude in het nieuwe jaar. Zoo bestaat te Ootmarsum nog een ge bruik van zeer ouden datum, n.i. het gezang van den nachtwaker in den Oudejaarsnacht. Wanneer de 12 slagen van de to renklok hebben aangekondigd dat het Oudejaar voorbij is en dat het nieuwe is ingetreden, ziet men op het marktplein van Ootmarsum een groepje menschen staan, in wier midden de nachtwacht. Dan zet de nach.w^cht een lied In, dat door de hem omringenden wordt meegezon gen. Daarna beweegt zich deze groep, met den nachtwacht aan het hoofd, zingende door de verschillende straten, op deze wijze aan Ootmarsum's bur- gcra den heilwensch brengende bij de intrede van het nieuwe jaar. Het laatste couplet van het lied van den nachtwacht luidt Ik wenich aan ieder stadgenoot, Veel heil, geluk en zegen. En aan een elk lijn daag'tijkech brood, Hem van den Heer gegéven. En dat wensch ik in dezen stond, Aan ieder burger met bart en mond. Een echtvriend waarvan het «U.D.* verhaalt, schijnt bijzonder naar de vrijheid te snakken. Althans het blad vertelt het volgende Met dat t iestige, naargeestige regenen, was 'I niet alles, om in huis te zitten. M'nheer wilde dan ook de straat op maar had buiten zijn vrcuw gerekend. Zij wilde beslist niet dat manlief u t zou gaan. ,'k Weet nèt hoe 't gaat, je gaat wel weg, maar ik weet nooit wanneer je thuis komt." Vrouwlief sloot aan de voorzijde alles zorgvuldig dicht, en stak den sleutel bi) zich 1 M'nheer .zocht een listl Eindelijk na zéér lange studie zag hij zich een weg geopend en wel langs den achterkant 1 In een wtp zat hjj boven op de schutting en liet zich zakken. Rondom hem hooge muren van ren binnenplaats. Hij had gedacht zoo maar in eens op straat te staan en vrij te zijn en in plaats daarvan zat hij nu nog gevangen ook De eigenaar van het huis dat grenst aan die binnenplaats, meende dat hij een inbreker op den muur zag zitten, telefoneerde de politie. Deze kwam spoedig en rekende mijnheer in. Op het hoofdbureau bleek het dat hij geen inbrekersplan venster. „God zij dank," hoorde de lady haar zeggen. „Mag ik het niet lezen, Blanca Wat scfcrijft hij Komt hij hier om «Hier komen vroeg Blanca ver baasd. «Hy is eindelijk weg ge borgen voor alle naspotingen 1" «En hy laat je hier ïyden in zyne plaats 1 Dank je daar God voor, Blanca Je bent me een raadsel Geef my den brief Met een glimlach reikte Blanca haar het papier over, en tante Elisa beth las nu «Plymouth, a/boord van «De Zwaluw." „Lieve 1 „Zooals je zkt, was ik alweder „de slimste. Ik kocht eene vermotn- „ming en nu ben ik hier! Binnen „twintig minuten wordt het anker „gelicht en zeiten wy koers naar „West-indlë. Ik las In de courant, „dat de verdenking op jou Is ge- „vallen, dat spyt me. Oelukklg „kunnen ze je niet veroordeelen, „anders, op myn woord, kwam Ik „terug om me te laten vatten. Ik nen had gehad, doch alleen een ster ken drang naar vrijheid, die vrouw lief hem misgunde. De politie liet hem dan ook dadeiyk vrij. Of zyn vrijheid ook blijheid was? Infusschen bet was voor „m'nheer" misschien wel nood'g, dat vrouwlief hem wat in bedwang hield. Misschien zou het hem anders kunnen vergaan als den jongen dokter, waarover het „Hbl. v. Antw." de volgende verma kt ïyke geschiedenis vertelt: Eersie bedryf. Een jonge dokter van Bruussel had op een feest van collega's nog al goed den bourgogne aangesproken, en was, beneveld door de heeriyfce dampen, zoo verre be neveld, dat hy van zynen stoel zakte en onder de tafel (ft slaap was gevallen. Dat gat de collega's het gedacht, nog eens een hunner studentengrappen uit te halen. Zy droegen hera met de uiterste voorzichtigheid in een huur-auto- mobiel, en vooruit ging het..., naar Mecbelen. Daar werd voor een hotel s'll ge houden, een kamer besteld en op voorhand betaald en de slapr-nde dokter altijd met dezelfde voorzich tigheid te bed gelegd. Tweede bedryf. De esculaap wordt wakker, kykt verwonderd de kamer rond en vraagt Waar ben ik hier 't Schynt een hotelkamer te zijnmaar welk hotel Hy suft en verzint, maar het geheim wordt steeds duisterder. Hy belt. Een hotelbediende brengt hem het cn'byt. Nadenkende wat zot figuur hy zou maken, moest hy den ga'?on ondervragen, durfde hij den mond niet openen. Hy hield zich dus als ware hy in 'i volle bewustzyn van den toestand. Na het ontbyt gaat hy naar beneden en vraagt de rekening. Alles is geregeld, zegt de patroon. N'euwe verbazing. Maar hy houdt zich goed, gaat met het serieuste ge zicht van de wereld de straat op en stapt voort Waarheen? Dat weet hy niet. Hy kende noch straten, noch huizen, noch menschen. Te Brussel was hy riet! In een der voorsteden ook niet. En hy werd byna wanhopig toen hy eensklaps den St.-Romboutstoren In 'toog kreeg. Eurekaen even rap als de be roemde filosoof die het goudmaken had uitgevonden, liep hy naar de spoorwegstatie om een hall uur later te Brussel aan te komen, waar hy het overige der historie vernam. De dokter zal dien morgen zeker „ben een schoft, maar dat neen, „zoo ver is het nog niet met me. „Ik las ook, dat de graaf ziek is „geworden I Als hy sterf), staat het „kind alleen me nog in den weg „voor de erfenis. Neem eens aan, „dat hij dood gaat, dan ben Ik al leen over. Maar je begrypt wel, „dat doet hy toch niet. Ik blijf „eeuwig zoo'n ongeluksvogel, zoo- „lang ik leef. Je kan me schryven naar Martinique en me „melden als er wat nieuws is by „jelui." Lady Carley was woedend. Zy frommelde het papier in elkaar en slapte In opgewonden stemming de kamer op en neer. Blanca moest gered worden I Maar hoe Na lang peinzen trad lady Car ley voor hare nicht en wees op den brief in bare hand. „Blanca, je toegevendheid tegen over zoo'n ellendigen schurk is zin neloos en onnatuuriyicJe moet spreken, ik beveel het je 1 Zoo'n mensch verdient ellende, jy niet!" Doch Blanca antwoordde vastbe raden «Tante, voer de rechtbank heb ik nog wel niet gedisponeerd zijn ge weest om een operatie van bttsekenis te verrichten. E°n patieit a's den landbouwer |ohn King zou hy onge- twyfeld toen liever niet behandeld hebben en deze had stellig ook liever een andrren dokier, toen hy te Yar mouth overreden was door een zwaar rytuig, een z.g. „Jan Plezier". Want de man was, hoewel nog levend, den dood naby. Zie hier de lijst van zyn verwondingen: Twee schedelbreuken, kaakbeen op twee plaatsen gebroken, neusbeen gebroken, schouderblad op twee plaatsen gebroken, 3 ribben gebroken, ooglid beschadigd, linker oog uit de kas, een gat in zyn schouder van zeven duim diep, een scheur in zyn schedelhuid van 2 duim breed, voor hoofdbeen gebroken. Iedere breuk, behalve die van het kaakbeen, was gecompliceerd. De man heeft het gezicht van het linker oog verloren. Het is verwyderd moe ten worden. De geneesheeren legden 75 steken by het naaien van zyn hoofdhuid. De kantonrechter heeft aan den ongelukkigen man 100 pond (f 1200) schadevergoeding toegekend. Dat handjevol geld is den man misschien wel aangenaam, maar het klinkt toch tegenover dat vreeseiyke ongeval erg poovertjes. Een zekere mr. Marsh, adveiteniie- colporleur te New-York, die ver leden jaar door den automobiel van den multl-mïilionnair John W. Earl, fabrikant van schrijfmachines, werd aangereden, is niet zoo bescheiden. Hy vraagt een schadeloosstelling van 250.000 dollar of 625 duizend gulden. Bij de behandeling van het proces bleek de dochter van den klager, miss Faith Marsh, een belangwek kende getuige te zyn. Zij beweerde, dat zy de auto van den fabrikant gesproken en meer zeg ik niet. Het is vergeefs, daar nog woorden aan te verspilien. Laat komen wat wil, ik biyf by hetgeen ik daar verklaard heb." De strenge gelaatstrekken van het meisje gaven duideiyk te kennen, dat haar voornemen onwankelbaar was. Toen scheurde lady Carley den brief tot snippers, en zeide „Dan schrap ik zijn naam voor immer uit myn geheugen! „Zij liet hare stem dalen en vervolgde zacht: „Jij moet geholpen worden, want de jury zal je niet voorspreken 1* Twee dagen later zaten lady Carley en de cipier by elkaar. Op de tafel tusschen hen lag een wissel van vyf duizend pond sterling. Bezorgd zat de cipier naar den grond te staren. Hy had een zieke vrouw en een groot gezin; die vyfduizend pond waren zeker aanlokkeiyir. Zij maakten hem een ryk man. «Ge waagt er niets bq en ge wint veel," sprak lady Carley opge wonden. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1913 | | pagina 1