Eerste Blad CACAO Maandag 23 December VAN HOUTEN 'S F o. 303 50e Jaargang. 1912. Gemeentebestuur, Feuilleton* Da dagen voor Kerstmis. TELEFOONNUMMER 10. Het Slot Northminster en zijn laatste Grafelijke bewoners. Het genot van een spelletje wordt toch zeer verhoogd door een kopje van die heerlijke VLISSINGSCHE COURANT. Prijs per drie maanden 1 30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postd:recteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. #8K ADVERTENT1ÊN van 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regti meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs siechts tweemaal berekend, Groote letters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dSesiijifcs, uitgezonderd op 2®rs- en Feestdagen. Bbonnenient||fM9erferafi§?i op zesr uoordeeligê «©onwaarden Nieuwe Abonné's, uitge zonderd bij weKelijKsche be faling, ontvangen de dagelijks verschijnende „VLISSING SCHE COURANT" koste loos tot 1 Januari 1913. HINDERWET. Kennisgeving. Burgemeester en Wethouders van Vlissingen Gezien de art!. 6 en 7 der Hinder wet Geven bij deze kennis dat bij hen is ingekoman een ver zoek van P. A. de Waal, broodbrkker, om vergunning tot de oprichting en in werking brengfng van eene bakkerij met dubbele heete-!uch!-oven in htt perceel-kadastraal bekend Gemeente Vlissingen, sectie A. No. 2345 (ged.) plaatselijk gemerkt Kasteelstraat heek van der Swalmeslraat No. 95 dat dit verzoek met de bijlagen, te beginnen met Vrijdag den 20 De cember 1912, op de Gemeente Se cretarie ter visie zal gelegd worden, en dat den veertienden dag na dien, zijnde den 3 Januari 1913, ten Raad- huize, des namiddags ten 2 ure ge legenheid zal gegeven worden om bezwaren tegen het oprichten der inrichting in te brengen, zullende zij die niet overeenkomstig art. 7 der Hinderwet voor het gemeentebestuur of een of meer zflner leden zijn ver schenen, ten einde hunne bezwaren mondeling toe te lichten, niet tot beroep gerechtigd zijn, terwijl gedu rende drie dagen voor dat tijdstip, ter Gemeente-Secretarie van de ter zake ingekomen schrifturen kennis kan genomen worden. Vlissingen, den 20 December 1912. Burg. en We'h. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTEVEEN. DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Vlissingen Gelet op art. 37 de* Drankwet doen te weten dat bij hen is Ingekomen een ver zoek van A. W. VAN DE VAATE, om vsrlof tot verkoop van alcoho - houdenden drank anderen dan sterken drank in perceel St. Jacobstraat no. 30; 14-) -o— De Heide lot haar echtgenoot ver doofde bijna geheel docr de herin nering aan den vorigen avond, toen hij uiterlijk kalm de beleedlging van Blanca verdragen had. Het verdriet verduisterde haar blik; er rolden groote tranen langs haar wangen. „Waarom moest ik zijne vrouw worden zuchtte zij. „Als dat op Victor betrekking heeft, dan wil ik u zeggen, waarom," ant woordde eene vreemde slem in hare nabijheid. „Alleen omdat hij graaf Norton wasMaar je hebt geene gegronde reden tot verdriet. Eene dame kan toch slechts éen echtgenoot hebben, en je weet, dat ben ik al leen l" dat vanaf heden gedurende ve^riien dagen schriftelijke bezwaren legen het eventueel verleenen van het gevraagd verief kunnen werden ingebracht bü Bu'gemcest- r en W t' ouders voor- no md Vlissingen, 20 December 1912, Burg. en Weth. vcomoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De S rrelans, WITTEVEEN. Nog enkele dagen, en al wie zich daartoe gestemd gevoelt kan het Kerstfeest vieren het feest van licht, van iicht-begin. Dra zulten de don kerste dagen van het jaar voorbij zijn en begint het licht te lengen. Zoo gaat het dan symbolisch en in de natuur „daghen" in de oude Chris telijke landen. De ster van Bethlehem, die eeuwen geleden trilde aan den nachtelijken trans, doet het nog, fi guurlijk, in de harten van millioenen. .v-aar ook de dagzon vangt haar op- 1 gang aan in de dagen voor Kerstmis heden heeft zij de laagste middag- hoogte van het geheele jaar bereikt morgen reeds staat zij te middag voor het eerst sedert zes maanden iets hooger aan de lucht. En zoo van etmaal tot etmaal stijgend, zal het zenith van haar dagenioop over we der zes maanden bereikt zijn. Dan neemt haar gang een keerterug en lager gaande wordt opnieuw een 21ste December bereikt als laagste dagstand. Zoo van jaar op jaar, van eeuw op eeuw, van eeuwigheid op eeuwigheid, daalt en rijst, en rijst en daalt de zonnegang. De rijzing voert naar warmte en opbloeinaar bloe- mentooi en zomerweelde alomde daling naar koude en afsterven, naar -bladerloos geboomte en verstijfde wateren. Deze „donkere dagen voor Kerstmis" staan midden in de laagste periode doch morgen reeds beginnen zij te lengen, en alom wordt de hoop geboren op eenmaal aanstaande „be tere tijden" in de natuur. Kunnen wij ook die zelfde hoop koest ren voor de aanstaande tijden in de maatschappij Wie, .die een blik om zich heen werpt, zou het durven beamen. Zeker, wij leven hier in een der rustigste landen van Europadoch ook te onzent woedt de felle bestaansstrijd onder alle lagen der maatschappijook te onzent wordt van de individueele kracht van elk vaak het uiterste gevergd, ja zelfs meer dan dat. En van jaar tot jaar wordt deze strijd er niet minder op- Toch, gelukkig is Nederland dit jaar gespaard gebleven voor zulke massale werkstakingen als het buiten land te aanschouwen gegeven heeft, al is ook hier de verhouding tusschen Met een kreet van ontsteltenis keek zij op. in de schemering stond Juan Norton voor haar. „jij hier fluisterde zij met moeite. „Ja, zooals je ziet I Dacht je, dat ik weg was? Dat zou wel zoo ge weest zijn, ais mijne verheven zuster niet zoo karig geweest was. Enkele papiertjes van vijfhonderd pond, meer verlangde ik niet, maar zij weigerde me die te geven. Ik kreeg slechts vijftig pond van haar, maar wat 's dat voor een man als ik Zij heeft zooveel juweeien en sieraden van den graaf gekregengeen enkele daaryan heeft zij mij gegeven. Zij bem'nt hem, dat weet je toch wel en verduiveld, zij kr^gt hem toch, Iet maar opik kan me niet tot den graaf wenden, dat begrijp je, en zoo rekende ik op het toeval om jou te ontmoeten I" Hij was genaderd en stak de hand uit. Zij week voor hem terug, als voor eene adder. „Weg!" riep zij. „Kom mij niette na, Juan Norton I Hoe durf je zulke taal voeren „Och, loopl" antwoordde hij met een spotlach. „Het is geheel over werkgever en werknemer in menig industrieel centrum geenszins wat zij zijn kon. Vooral echter wat den algemeenen toestand in Europa aangaat, wordt door velen de vrees gekoesterd, dat de hoop op een aanstaande verbete ring wellicht ijdel zal zijn. Nog is de oorlogsfakkel in Europa niet geheel gedoofd of allerwege vreest men, dat het bij dien éenen brand, ginds in den Batkan, niet blijven zal. Zeker, de gevolmachtigden der oorlogvoerende partijen zijn allen thans te Londen bijeen het woord is dus thans aan de diplomatie. Wel is het zwaard nog niet voor goed in de scheede gestoken, doch het ligt toch reeds werkeloos in de handen der krijgers. Niemand echter weet voor hoe lang. De diplomaten, die over den vrede zullen beraadslagen, zijn eenerzijds die der vier verbonden Balkanstaten. Tot nu toe stonden zij schouder aan schouder op het oor logsveld maar nu het op het ver- deelen der buit aankomt, komen zij gansch anders over elkander te staan. En van eendrachtigheid tusschen Bulgaren en Grieken bijvoorbeeld, was reeds in Saloniki al geen sprake meer. Anderzijds wordt het woord op de Londensche vredes-conferentie bodig tegen mij zoo'n hoogen toon aan te slaan. Geef mij liever vijfhon derd pond; ik vraag niet te veel, geioof ikais je me dat geld geeft, zeg ik je ook vaarwelI" „Je krijgt geen penning van mij, en als je niet heengaat, dan roep ik den graaf i Oh," riep zij in ver twijfeling uit, „jij en je zuster bren gen me nog tot waanzin." „Geef je me het geld vroeg Juan, terwijl hij kalm de armen over de borst kruiste. „Ik heb het niet, maar als ik het had, gaf ik het je toch niet 1 Ga weg, of..." „je hebt juweeien," viel hij in, op de diamanten aan haar vingers wij zende. „Die zijn even goed als geld. Geef ze mij, of... ik maak je huwelijk met mij aan de heele we reld bekend 1" „Dat zal je niet doen," riep zij met vlammende oogen. „Graaf Victor zou zijne bedreiging ten uitvoer brengen. Verlaat mij, zeg ik je. Ik vrees je niet, Juan Norton. Als je niet dadelijk weggaat, roep ik om hulp en dan zal je ondervinden of een graaf Norton zijn woord houdt door de Turksche diplomatie gevoerd. Wie zich de geschiedenis der laatste jaren in de vorige en der eerste in deze eeuw te binnen wil brengen, weet wat de listigheid der Ottomaan- sche diplomaten kan uitwerken, en tot welke voor de rust van Europa gevaarlijke consequenties zij gaan durven. Als het van Turkije moet afhangen of de vrede tusschen de Europeesche mogendheden gehand haafd blijft, dan is men bij den duivel te biecht. Bovendien, gelijktijdig met deze onderhandelingen der Balkan-gevol machtigden, is daar in de Engelsche hoofdstad een bijeenkomst der gezan ten van de groote mogendheden. Wat hierbij besproken zal worden is nie mand recht duidelijk geworden. En naar men wil, zou dan ook deze bij eenkomst slechts een voorwendsel zijn om de zaken te rekken, tot aan het vroege begin van het aanstaand voorjaar. Dan toch is de groote vrede vorst, die Winter heet, tot wijken gedoemd de voor het zware oorlogs materiaal minder toegankelijke wegen worden alweder meer begaanbaar, geen ijzige vorst of alle bewegingen belemmerende sneeuw kan dan de oorlogscampagne meer tegenhouden, of niet „Geef je me de ringen niet?" „Neen, al kostte het mijn leven I Hoor, daar komt iemand Wij zuilen zien, wie hier wijken moet." Hij keek haar dreigend aan, boog zich toen plotseling, alsof hij een slag wilde ontwijken en sprong weg. „Ik ga heen, siste hij, „maar ver duiveld, ik kom terug De takken knapten afde bladeren ritselden onder zijn voetentoen werd alles stil. Bevend richtte Margaretha nu haar sch-eden naar hei slot. „Zal op dezen nacht een morgen volgen?" vroeg eene stem in haar binnenste. „Zal ik nooit van dien man en zijne zuster bevrijd worden Zal ik mijn leven lang aan hen geketend blijven?" Zij keek niet achter zichzij zag da donkere gestalte niet, die uit de schaduw der boomen te voorschijn trad. Het gelaat was bleek als de dood. Was dat graaf Victor of een ander? VI. Het dinér op-het slot Northminster wachtte dien dag tevergeefs op het oorlogsspel kan beginnen. En als het begint, indien werkelijk de oorlogsvlam naar Midden- of West-Europa overslaat, dan zijn er inderdaad weinigen, die den omvang van zulk een ramp met juistheid nu /reeds voorspellen kunnen. Engeland, men mag het te Parijs wellicht te laat hebben ingezien, speelt een ge vaarlijk, dubbelhartig spel, waarbij het terwiile van zijn Oostersche be langen en om Duitschland in het ge vlei te komen, zijn Fransche vrienden op een ontgoocheling onthaald heeft. Het oorspronkelijk plan van den Franschen minister-president om te Parijs een congres van Europeesche diplomaten bijeen te roepen, werd door Engeland in een „bijeenkomst" der gezanten veranderd, en wel een bijeenkomst te Londen. Het fijne der tailooze dagelijksche zetten op het diplomatiek schaakbord van Europa ontgaat den buitenstaander grootcndeelsmaar wie tusschen de regels der openbaar gemaakte staats stukken betreffende de jongste schik kingen door ka lezen, en zich niet van de wijs laat brengen, door schoon schijnende redevoeringen van welken hoffelijke» eerste-minister ook, die gevoelt maar al te zeer, dat het in deze dagen broeit in de Europeesche kabinetten. Het lijkt alsof de Balkan oorlog de geheele constellatie der Europeesche verhoudingen op losse schroeven heeft gezet, en zooveel is zeker, dat Engeland hard aan het stoken is tusschen Frankrijk en Duitschland. Laat ons echter niet al te pessi mistisch gestemd zijn. Mogelijk zijn de „donkere dagen'- van thans niet vreemd aan al deze onheilspellende geruchten. Bovendien, „het kan ver- keeren" is een waar qud-vaderlandsch woord, door den oud-Hóllandschen blijspeldichter Bredero tot lijfspreuk verheven. Want zoolang ook de man nen, die de koorden der beurs in handen houden, zoolang de groote financiers zich onwillig betoonen, en zij niet de nervus rerum, de zenuw van den oorlog verschaffen, is het een moeilijk dwingen voor de oorlogs mannen. En vooralsnog schijnen zij geenszins geneigd, hun dit najaar ingenomen vredelievend standpunt te willen verlaten. Doch, nog eens, wie weet met zekerheid dat alles te zeggen Daarom ligt een eenigszins weemoedig waas over de donkere dagen, die voorafgingen aan het lichtend Kerstfeest van het jaar 1912, het jaar dat terecht den Nubel- Vredesprijs niet toegekend zag, en dat ook schier geen enkelen dag zonder oorlogsgerucht of krijgsbedrijf voorbij zag gaan. Doch evengoed als in de natuur na teruggang en vermindering, een aanziiters. Bij haar binnentreden was Margaretha als wezenloos den huis knecht vooibijgegaan, die haar me dedeelde, dat de graaf in het park was gegaan om haar te zoeken. Zij hooide hem nauwelijks. Zij had slechts éen verlangen naar haar kind, dat rein en onschuldig was en nog geen wrok tegen zijn moeder koesterdedat nog niet aan haar twijfelde, zooals de anderen en zelfs haar echtgenoot. En toen, na verloop van een half uur de graaf met somber, ontsteld gelaat binnentrad, wachtte hem eene tijding die hem vreeselijk aangreep. „Een rijknecht van Powsys heeft dezen brief gebracht," sprak een be diende, die hem bij het binnentreden dadelijk tegemoet kwam. De graaf scheurde den omslag open en vond een briefje van lady Carley met de regelen „Om 's Hemels wil, kom dadelijk hierGodfried heeft een beroerte gehad." Hij frommelde het papier in elkaar en ijlde naar de eetzaal. Msrgaretha was er niet. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1912 | | pagina 1