Eerste Blad. ffil Bummer bestaat uit 2 bladen Maandag 26 Augustus No. 201, Gemeentebestuur. Feuilleton. Kromme Wejen. 50e Jaargang. 1912. Verschijnt dagelijks* uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. Aan den vooravond van hef Eeuwjaar. Brieven uit de Hofstad. INGSCHE COURANT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENTlENvan 1—4 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters en clichés naar plaatsruimte. TELEFOONNUMMER 10. ftbonnements-flduerfentiën op zeer ooordeeiige uoorwaarden BEGROOTING. Burg. en Wetb. van Vlissingen maken bekend dat, ter voldoening aan de voor schriften van art. 203 der gemeente- we', de begrooting der plaatselijke inkomsten en uitgaven voor het dienstjaar 1913, met de noodige in lichtingen en bescheiden op heden, aan den gemeenteraad is aangeboden en voor een ieder ter lezing is ne- dergelegd en hetzij in druk, hetzij in afschrift tegen betaling der kosten, algemeen verkrijgbaar zal worden gesteld. Vlissingen, 23 Aug. 1912. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, W1TTEVEEN. BEDRIJFSBELASTING. Afkondiging van de kohieren der Be drijfsbelasting dienst 1912/13, no. 3, 4 en 5. De Burgemeester van Vlissingen maakt bekend dat op heden bij hem ontvangen en aan den Rijksontvanger zijn ge zonden, de door den Directeur der directe belastingen te B r e d a ex cu- loir verklaarde kohieren no. 3, 4 en 5 wegens de Bedrijfsbelasting dienst 1912/13 de daarop voorkomende belasting schuldigen worden uilgenoodigd om hunne aanslagen op den bepaalden lijd aan te zuiveren; ook ter voor koming van vervolgingen en herinnert dat de bezwaarschriften binnen zes weken na heden behooren te worden ingediend. Er is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den 23 Aug. 1912. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. ii. Het meest verstokte behoud en de grofste zelfzucht, zijn niet in staat om den geest des tijds tegen te hou den. Tijdens de republiek der ver- eenigde gewesten was het streven om alles bij het oude te laten, om voort durend de macht die men bezat te behouden, zijn familie te begunstigen 65.) Esther kon zich daardoor des te ongestoorder met hare gedachten bezig houden, doch dacht minder aan bet gevaar, dat haar zelf bedreigde, dan aan Walewski. Deze was naar hare meening geheel van de bescher- ™ng haars vaders afhankelijk, en thans scheen deze door zijne eigene Qee genooten bedreigd te worden. Naderde de oplossing la. Esther vreesde, dat de verschrik- U® dag naderde, waarop de mis- aaad baars vaders zou ontdekt worden, ripiau a-'.lsen maar ook vermoe rt zil zalve aan schande en on- fan8 werden prijs gegeven. Hare art loste zich op in tranen, en j. e. ®atten haar na de opwinding od a uren z°° a*' da' haar hoofd slaap zon'c' en ziïin een diepen (nepotisme), andersdenkenden uit te sluiten, zeer groot, maar toch bra ken nieuwe denkbeelden zich baan en zoo ontstond een strijd die, in hevigheid steeds toenemend, tot het laatst der 18e eeuw voortduurde. Van wezenlijke verbetering of ontwikkeling der instellingen van staat en maat schappij kwam echter zelden iets. Daarvoor stonden de partijen te fel tegenover elkander. Men had vooreerst de stadhouderlijke partij, die het wist te brengen tot een erfelijk stadhouder in het Huis van Oranje. De stadhou der was met het zoogenaamd uitvoe rend gezag bekleed (thans de taak der kroon). In lateren tijd was er maar éen stadhouder over de geheele unie. Het ideaal der partij was een monar chale of éénhoofdige regeering. Feite lijk streefden de stadhouders zelf meermalen naar het koningschap. Verder kende men een staatsche of patriottische partij, ook wel onder den naam van aristocratische partij bekend, in hoofdzaak de partij der regeeringspersonen in de steden, die de verkregen macht met alle geweld wilde behouden en vooral gekant was tegen uitbreiding .van het gezag der stadhouders. Een eigenlijke volkspartij, de de mocratische, kwam eerst later op. Zij verlangde meerdere volksrechten en vrijheid, meer maatschappelijke ge lijkheid. Onder dat alles leed vooral de zorg voor de kracht van den staat naar buiten. Wij verloren geheel en al pnze politieke beteekenis en dat was vooral gevaarlijk in dien tijd, toen het volkenrecht nog zoo weinig ontwik keld en er zoo weinig voor een oorlog noodig was. In 1785 ontstonden e"r moeilijkheden met Oostenrijk, dat toen in het bezit was der zuidelijke Nederlanden en toen bleek het hoe zwak wij waren. Dat gaf aanleiding tot het alom op richten van vrijwillige vereenigingen tot oefening in den wapenhandel, die echter een politieken achtergrond hadden. De stadhouder, Willem V, bevelhebber van het garnizoen van den Haag, werd daarvan ontheven. Tusschen patriotten en zoogenaamde oranjeklanten werd gevochten, maar voor een poos werd nog de rust hersteld. Men ging zoo ver om de gemalin van den prins, die uit Gel derland naar den Haag wilde, zoo men meent opzettelijk om een con flict uit te lokken, tegen te houden en terug te doen keeren, hetgeen door haar broeder, den koning van Pruisen, als een beleediging- werd opgevat. Deze zond een leger van twintig duizend man, waarmede in een om mezien de rust in de weeriooze repu bliek hersteld werd, natuurlijk ten gunste van de stadhouderlijke partij, die echter jammer genoeg, een schro- Zij ontwaakte door een gestommel op de trap, en dadelijk daarop trad Koppenhagen weder de kamer binnen. Hij beval met korte woorden, dat de vrouw zich zou verwijderen, om met een voor de deur staanden wagen naar huis te rijden, daar hij haar niet meer noodig had. De vrouw verliet de kamer en Esther verschrikte hevig, toen zij zag, dat Koppenhagen de deur achter haar sloot. Toen hij zich omwendde, zag zij, dat zijn gelaat door woede ver trokken was. Uw vader, bracht hij tandknar- send uit, i 3 ontvlucht. De schoft heeft zich met mijn geld in veiligheid ge bracht. Maar ik zal hem bereiken, al zou bij zich ook in den grond ver borgen hebben. Gij weet in ieder geval waar bij isl Neenverklaarde Esther, ik weet het niet. Ha! schreeuwde Koppenhagen, dien de woede zinneloos scheen gemaakt te hebben. Ge wilt uw eer lijken vader niet verraden, maar ik zal uw tong los makenWacht maar Hij trok uit zijn rok een touw, waarvan hij de einden te zamen melijk misbruik daar van maakte, zoodat duizenden patriotten naar Frankrijk uitweken. Deze uitgewekenen of emigranten knoopten in Frankrijk betrekkingen aan met de republikeinen, stookten het vuurtje hier te lande aan en vormden later als het ware de brug waarover de Franschen in ons land zouden komen. Het is van algemeene bekendheid dat, na lange voorbereiding, in 1789 in Frankrijk een verschrikkelijke om wenteling losbarste, een gevolg van het eeuwenlange wanbeheer, de schrome lijke onderdrukking van alle volksvrij heid en de gruwelijkste geldverspilling en zedeloosheid vooral der latere tij den. De volkspartij, waarbij zich een déél van den adel en van de geeste lijkheid aansloot, vormde een nationale vergadering, die van nu af feitelijk het land regeerde, allerlei hervormin gen invoerde, maar ook met groote bloeddorstigheid te werk ging tegen allen die geacht werden zich aan de volksonderdrukking te hebben schul dig gemaakt. Men beoogde de afzet ting des konings en de vorming van een republiek, die in het laatst van 1792 tot stand kwam, doch van kor ten duur was. In 1793 verloren de koning en de koningin als staatsmis- dadigers het leven op het schavot. De mannen der Fransche repu bliek, in aansluiting met de emigran ten, wenschten ook in Holland den bestaanden staatkundigen toestand te veranderen. Ook hiér moest een werkelijke republiek gevestigd worden waarin geen plaats was voor het stadhouderlijk gezag. Reeds in 1793 verklaarde de Fran sche republiek ook den oorlog aan onzen stadhouder, wiens zonen, aan het hoofd van Nederlandsche troepen, streden in het leger dermogenheden met welk Frankrijk toen in oorlog was. De nationale conventie wilde wel een verdrag met de Nederlanden sluiten, maar eerst moest de stadhou der weg en daarom verliet Willem V vrijwillig ons grondgebied en begaf zich naar Engeland. Er brak hier nu een reeks van kleine of plaatselijke omwentelingen uit, waarbij de bovendrijvende partij zich bij de nationale conventie aan sloot en bij het Haagsch verdrag van 1795, werden toen deze gewesten, met inbegrip der generaliteitslanden, de op Spanje veroverde gewesten in het zuiden van ons land, vervormd tot één enkelen staat, onder den naam van Bataafsche republiek. Fei telijk kwamen wij daarbij geheel onder den invloed der Fransche repu bliek, moesten een groot Fransch legei onderhouden, verschillende ves tingen afstaan, enz. Bovendien ver klaarde Engeland ons thans den vouwde, en trad dreigende op Esther toe. Waar is uw vader Spreek, of ik sla u zoolang ik een arm roeren kan 1 Ik weet het niet, antwoordde Esther, ik bezweer u, dat ik het niet weet Koppenhagen stiet een gillenden schreeuw uit. Hij sloeg Esther met de einden van het louw over het ge laat, zoodat zij eveneens een schreeuw gaf. Daarna wilde hij zich op haar werpen, waarbij hij een stoel omwierp. Esther vluchtte, luid om hulp roepend, achter de tatel, en verdedigde zich met den anderen stoel met een kracht, die haar. slechts de angst kon ver- leenen. Plotseling, juist op het pogenblik dat Koppenhagen met zijn linkerhand naar Esthers's hals greep, om haar te verworgen en te beletten weder te schreeuwen, weerklonk een krachtige slag op de deur. Wie is daar schreeuwde Kop penhagen, woedend over deze stoor nis. Wat gebeurt hier, hoorde hij Wolf vragen. oorlog en ontnam ons bijna al onze buitenlandsche bezittingen. De Schel de moest voor de vrije vaart worden geopend en in Vlissingen moest Fransch garnizoen worden toegelaten. Het is ontegenzeggelijk dat tegen over deze nadeelen ook voordeelen stonden. Het grootste was ongetwij feld de eenheid des lands die, althans in het vervolg, ook tot eenheid van wetgeving en bestuur bracht, daardoor van zelf meer zekerheid en ook meer rust en vrede deed ontstaan, en ook meer volksvrijheid en maat schappelijke gelijkheid tengevolge had. Door den oorlog met Engeland werd echter bijna onze geheele koopvaar- dijhandel vernietigd en eenigen tijd later, toen de Engelschen, door de Russen gesteund, een inval in Noord- Holland deden, verloren wij het ge heele overschot onzer vloot. De Franschen, met de Nederlanders vereenigd, noodzaakten de vreemde legers tot den aftocht, De Franschen moesten tegen ver schillende staten oorlog voeren en streden daarbij zeer gelukkig, vooral sinds Napoleon Bonaparte, een hoogst bekwaam generaal, een deel der republikeinsche legers aanvoerde, waarin, geheel anders dan voorheen, ook in de hoogere rangen plaats was voor ieder die zich op de eene of andere wijze onderscheidde. Het leger werd dan ook in Frankrijk niet alleen zeer populair, maar bovendien zeer geducht, vooral waar men in andere landen zich nog steeds bij alles aan het oude hield. Later werd Napoleon Bonaparte, eerst als eersten consul en vervolgens als keizer aan het hoofd der zaken geplaatst. Frankrijk hield dus al vrij spoedig op een republiek te zijn. Toen dit land in 1802 vrede met Engeland sloot, braken ook voor ons, voor korten tijd, weer betere dagen aan. Als een onderwijzer op school aan een jongen vraagt, wat of nu toch eigenlijk een dierentuin is, dan zou die jongen al heel dom moeten zijn, als hij 't antwoord schuldig bleef, zou 't al heel raar moeten loopen, als-ie niet antwoordde,JDat is een tuin, waarin allerlei dieren opgesloten wor den en „te kijk" worden gezet". Als echter een Haagsche onderwij zer aan zijn pupillen zou vragen, waartoe dient de Haagsche dierentuin dan zou zoo'n jongen heel verstandig doen, als-ie zijn schouders ophaalde en antwoordde„Overal voor, maar niet om dieren te herbergen". Men kan er waarlijk geen touw aan vastknoopen, aan onze „konink lijke", die af en toe alles behalve Dat gaat u niets aan I schreewde Koppenhagen, scheer u weg, of ge zult me leeren kennen 1 In dit oogenblik had Esther echter bemerkt, dat de man buiten de deur in geen geval een helper van Kop penhagen kon zijn. Zij verzamelde daarom hare laatste krachten en schreeuwde gillend Te hulpom Gods barmhartigheidswille te hulp 1 Men wil mij vermoorden In het volgende oogenblik vloog het slot van de deur door een gewel digen stoot in de kamer, de deur sprong open en in deze verschenen Wolf en de zuster van vrouw Wolf, op haar stok gesteund. Hulp, reddingschreeuwde Esther nogmaals. In zinnelooze woede keerde Kop penhagen zich tegen den naast bij hem staanden persoon, tegen de oude, en trachtte deze door een stoot voor de borst van de trap te werpen. Eer hij echter zijn voornemen kon uitvoeren, kreeg hij met den stok der vrouw een vreeselijken slag op het hoofd. Weinige seconden later lag hij op den stond, zij knielde op hem en hield hem vast en in hetzelfde oogen koninklijk" doet, die kermissen orga niseert en krachtpatsers toestaat, el kaar daar eens ferm af te drogen en al van die grappigheden meer uithaalt. Dieren Ho maar. Een soort koe, eenige ongelikte beren, een stuk of wat papagaaien, een levende en een doode lama, een sectie apen, twee overblijfselen van wolven en nog een stuk of wat andere dingen, die den naam van „dier" hebben en dan een olifant. Wat er wel is Een dwaaltuin, tuin van vermaak, die met een zoölo gische instelling niets te maken heeft. Dan zijn er 's zomers tweemaal per week concerten, waar de dames komen om tegenover elkander te pronken, waar de fontein gedurende eenige oogenblikken zijn waterstralen in diverse kleuren opwerpt. Fontein die eenige duizenden heeft gekost. Dan wordt er eens per jaar een bal-masqué gegeven en gedurende den winter een reeks komedies en opera's. Zoo ziet men, dat het Zoölogisch Genootschap alles is, behalve een „zoölogisch" genootschap. Tot nu toe is daar door de aan- deelhouders nooit iets van gezegd, doch thans hebben een veertigtal aandeelhouders de stoute schoenen aangetrokken en voorgesteld, dat voor het verhuren, afsluiten of beschikbaar stellen van de inrichtingen, terreinen en lokalen der vereeniging voor langer dan drie achtereenvolgende weken, directeur en commissarissen, de mach tiging eener algemeene vergadering van aandeelhouders behoeven. Blijkens de toelichting houdt dit voorstel verband met de voornemens van het bestuur om gedurende de maanden Juli, Augustus en September 1912, de terreinen en lokalen van het Genootschap te verhuren ten behoeve van een eventueel te houden tentoon stelling van sport en toerisme. De voorstellers meenen nu, dat een zoo ingrijpende verhuring en zulk een onttrekken van de terreinen, en lokalen, maanden achtereen, aan hun eigenlijke en rechtmatige bestemming, niet mag geschieden, zonder dat aandeelhouders ook in de toekomst, in staat zijn gesteld, de mogelijke voordeelen, maar vooral de ernstige bezwaren aan een dergelijke verhuring verbonden, na behoorlijke toelichting te overwegen en dat aan aandeel houders de bevoegdheid moet worden toegekend, dergelijke plannen, waarbij de rechten en belangen, van aandeel houders, leden en geabonneerden in zoo hooge mate betrokken zijn, al dan niet goed te keuren. Eindelijk dan gaat men inzien, dat men aardig op weg is van den Haag- schen Dierentuin, een soort variété te maken. Eindelijk begrijpen eenige aandeelhouders dat men zich belache- blik wist Koppenhagen, dat deze gebrekkige vrouw een verkleede man van buitengenwone lichaamskracht was. Bindt hera de voeten bijeen 1 schreeuwde de verkieede en Wolf raapte het touw op, dat Koppenha gen ontvallen was er. bond hem met inspann'ng van alle krachten de voeten te zamen. Onder den vreese lijken druk, die de verkieede op zijn borst en armen uitoefende, kon Kop penhagen zich onmogelijk bewegen. Maar bovendien werd zijne weerloos heid nog vermeerderd door de ver schrikkelijke ontdekking, dat deze oude vrouw een verkieede man was. Plotseling voer hem als een blik semstraal door het hoofd, dat hjj verraden was en daarom waren zoo wel zijne geestes- als zijn lichaams krachten verlamd. Nadat Wolf ae voeten van Kop penhagen geboeid had, riep hem de verkieede weder nabij en boeide daarop met diens hulp de handen van Koppenhagen met handschellen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1912 | | pagina 1